Dieetadvies bij zwangerschapsdiabetes Wat is zwangerschapsdiabetes Zwangerschapsdiabetes (diabetes gravidarum) is een vorm van diabetes mellitus die tijdens de zwangerschap ontstaat. Als een vrouw deze vorm van diabetes krijgt, gebeurt dat meestal in de tweede helft van de zwangerschap. Meestal verdwijnt zwangerschapsdiabetes weer na de bevalling. Bij diabetes is de regeling van de bloedsuikerspiegel (suiker) in het bloed verstoord. De hoeveelheid suiker (glucose) in het bloed wordt geregeld door het hormoon insuline. Onder invloed van insuline wordt het voor lichaamscellen mogelijk glucose op te nemen. Gedurende de zwangerschap vinden grote veranderingen plaats in de hormoonhuishouding. Deze verandering in de hormoonhuishouding gaat de werking van de insuline tegen. Bij zwangerschapsdiabetes is de glucosewaarde (hoeveelheid glucose in het bloed) te hoog. Glucose Glucose wordt gemaakt uit koolhydraten. Koolhydraten komen in de voeding voor in de vorm van: zetmeel: uit brood, aardappelen, rijst, peulvruchten, pasta melksuiker: uit melk en melkproducten (bijv. yoghurt, vla, pap etc.), behalve kaas vruchtensuiker: uit fruit en vruchtensappen suiker: uit bijv. kristalsuiker, gebak, snoepgoed, frisdranken en koekjes In deze folder geven wij u informatie over de dieetbehandeling van zwangerschapsdiabetes. 2 Doel van de dieetbehandeling De dieetbehandeling van uw zwangerschapsdiabetes heeft als doel: • Een zo normaal mogelijk gehalte aan glucose in het bloed (streven naar bloedglucosewaarde nuchter en voor de maaltijd < 5.3 mmol/l, 1 ½ uur na de maaltijd < 7.0 mmol/l. Wanneer het dieet binnen twee weken niet leidt tot de gewenste streefwaarden moet glucoseverlagende medicatie worden voorgeschreven. • Een zo normaal mogelijke groei van het kind. • Een normale gewichtstoename tijdens de zwangerschap. Voedingsadviezen bij zwangerschapsdiabetes De basis van de voeding voor iemand met zwangerschapsdiabetes is een goede voeding, zoals die voor iedereen geldt. Aan de hand van wat u gewend bent te eten zal de diëtist met u bespreken hoe uw voeding eruit kan zien. De volgende adviezen gelden bij zwangerschapsdiabetes: • Verdeel de voeding gelijkmatig over de dag Regelmatig eten is belangrijk; gebruik dagelijks drie hoofd- en eventueel drie tussenmaaltijden. Op deze manier verdeelt u de opname van koolhydraten over de dag en voorkomt u grote schommelingen in uw glucosewaarden. • Beperk het gebruik van suiker en suikerrijke producten - Voeg bij voorkeur geen suiker toe aan koffie en thee en drink geen gewone frisdrank en limonades 3 - Vruchtensap bevat van nature veel vruchtensuiker; ter afwisseling kunt u 1 glas ongezoet vruchtensap nemen in plaats van 1 stuk fruit zuinig zijn met suiker betekent ook dat u weinig producten neemt die veel suiker bevatten zoals koekjes, snoep, gebak e.d. • Zorg voor een goede stoelgang Een goede stoelgang wordt bevorderd door een ruim gebruik van vocht (minimaal 1.5 liter) en voldoende voedingsvezels. Voedingsvezel is een verzamelnaam voor de onverteerbare stoffen in onze voeding. Deze komen o.a. voor in plantaardige producten zoals volkorenbrood, volkerengraanproducten, peulvruchten, groente en fruit. • Vitamine D Voor de opbouw van gezonde botten is vitamine D nodig. Vitamine D zit in margarine en halvarine. Tijdens de zwangerschap leveren deze producten onvoldoende vitamine D. Aanvulling in de vorm van een vitamine-D preparaat (10 microgram per dag) is dus nodig. • Eet gevarieerd Zorg steeds voor voldoende variatie om in alle benodigde voedingstoffen te kunnen voorzien. Het is aan te raden geen alcohol te gebruiken tijdens uw zwangerschap. Heeft u nog vragen? Deze folder is niet bedoeld als vervanging van mondelinge informatie, maar als aanvulling hierop. Hierdoor kunt u thuis alles nog eens rustig nalezen. Bovendien is deze folder bedoeld als naslagwerk, zodat u nog eens dingen na kunt zoeken over uw voeding. Heeft u nog vragen, neemt u dan contact op met de afdeling diëtetiek, telefoon 040-286 4050. Belt u bij voorkeur tussen 9.00 uur en 10.00 uur (iedere werkdag). 4 Variatielijst Brood: In plaats van 1 snee bruin- of volkorenbrood kunt u nemen: - 1 snee donker roggebrood - 2 volkoren beschuiten - 2 sneetjes knäckebröd, bij voorkeur volkoren - 1 sneetje volkoren krenten- of rozijnenbrood - 1 schaaltje pap zonder suiker, eventueel met zoetstof - 1 schaaltje (magere) yoghurt met 1 eetlepel muesli Bij - uitzondering in plaats van 1 snee bruin- of volkorenbrood: 1 snee witbrood 1 snee krenten- of rozijnenbrood 2 beschuiten 1 plak (25 gram) ontbijtkoek Drank: Thee en koffie met (halfvolle) koffiemelk, zonder suiker, ; 1 beker (magere of halfvolle) melk) is te vervangen door: - 1 beker karnemelk - 1 beker (magere of halfvolle) yoghurt 1 beker (magere) drinkyoghurt, zonder suiker, gezoet met zoetstof - 1 beker (magere of halfvolle) chocolademelk zonder suiker, gezoet met zoetstof Zoet beleg: voor 1 portie zoet beleg kunt u nemen: - 1 x (appel)stroop 1 x honing 1 x jam 1 x chocoladehagel of -vlokken 1 x chocolade- of hazelnootpasta 1 x vruchtenhagel 2 x halfzoete jam 5 Aardappelen: Gekookt of gebakken: In plaats van 2 kleine aardappelen (100 gram) kunt u nemen : - 2 opscheplepels (100 gram) aardappelpuree of stamppot - 1½ opscheplepel (75 gram) gekookte macaroni, spaghetti, mie (bij voorkeur volkoren) - 1 opscheplepel (50 gram) gekookte rijst, bij voorkeur zilvervliesrijst. - 1 opscheplepel (50 gram) frites - 1½ opscheplepel (75 gram) gekookte peulvruchten zoals bruine bonen, kapucijners, witte bonen, groene erwten, linzen - 1 snee brood - 3 stukjes (30 gram) stokbrood Nagerecht/fruit: In plaats van 1 schaaltje (150 ml) vla kunt u nemen: - 1 schaaltje (magere) yoghurt met vruchten (kant en klaar) - 1 schaaltje (magere) yoghurt met 1 stuks fruit - 1 schaaltje (magere) yoghurt met 2 eetlepels muesli - 1 schaaltje (150 ml) pap met 2 theelepels suiker - 2 bolletjes vruchtensorbetijs (á 50 gram) - 1 schaaltje (125 gram) vruchten op siroop - 1 schaaltje (150 gram)appelmoes zonder toegevoegde suiker - ½ schaaltje (100 gram) appelmoes met suiker - ½ schaaltje (75 gram) gedroogde geweekte abrikozen, pruimen, tutti frutti Alle soorten fruit, vers of in blik of glas, op water of op eigen sap. " 1 stuks fruit" op uw dieetlijst wil zeggen een keuze uit: - 1 schaaltje (100 gram) aardbeien, bessen of frambozen met 2 theelepels suiker - 3 mandarijnen - 1 schijf meloen - 2 nectarines - 1 peer 6 - 1 3 1 1 7 1 1 1 1 1 1 2 grote perzik pruimen sinaasappel glas (150 ml) sinaasappelsap of grapefruitsap abrikozen schijf verse ananas appel kleine banaan trosje (125 gram) druiven grapefruit schaaltje (125 gram) kersen kiwi's Versnaperingen: Als tussendoortje is op uw dieetlijst 1 stuks fruit afgesproken. Dit kunt u af en toe vervangen door: - 3 biscuits zoals mariabiscuits - 2 volkorenbiscuits - 1 plak ontbijtkoek - 2 koekjes zoals speculaasjes - 1 voedingsbiscuit zoals Evergreen of Sultana - 1 plak cake - 3 dropjes of zuurtjes - 1 bolletje roomijs (50 gram) - 1 softijsje (70 gram) - 5 eetlepels gemengde noten of pinda's - 3 zoute biscuits - 1 klein zakje (30 gram) chips - 5 toastjes of 3 stukjes stokbrood met bijvoorbeeld vis, groentesalade of kaas. 7