RUBRIC TOETS OPDRACHT 1 KLINISCH REDENEREN IN

advertisement
RUBRIC TOETS OPDRACHT 1 KLINISCH REDENEREN IN COMPLEXE ZORGSITUATIES
Naam onderwijseenheid
Toetscode
Studiejaar
Ontwikkelen en innoveren
Toets Klinisch redeneren in complexe zorgsituaties
VP-PRAK1VT3-1 VERSLAG 01 (Inclusief PRACTICUM 01 & PRACTICUM 02)
Focusrollen: Zorgverlener, Samenwerkingspartner & Communicator
Overige rollen: Reflectieve EBP-professional, Gezondheidsbevorderaar, Organisator, Professional &
Kwaliteitsbevorderaar
2016-2017 Semester 1
Student
Datum
Poging
Soort beoordeling
<naam student> en <studentnummer>
<dd-mm-jjjj>
< 1/2>
Summatief
Beoordeling
O/V/G
Rollen
Algemene eisen (voor een voldoende beoordeling van het eindproduct dient in ieder geval aan onderstaande criteria te
worden voldaan)
1 De student heeft de opdracht geüpload in Ephorus op Blackboard.
2 Het Verslag Klinisch Redeneren voldoet aan de volgende vormeisen: max. 6 A4 (excl. voorblad en bijlagen), bij lettergrootte
11 en een zakelijk lettertype, aanwezigheid van voorblad met naam, studentnummer, toetscode en datum.
3 Het taalgebruik is tenminste op C1 niveau (de tekst is vloeiend en geeft verbanden weer, standpunten worden helder
uiteengezet, de schrijfstijl is professioneel en passende bij de verschillende delen van de opdracht, aantal schrijf- en
spelfouten is beperkt).
4 Er is, indien nodig, een bronvermelding opgenomen en deze voldoet aan de APA richtlijnen. De literatuurlijst is compleet,
correspondeert 100% met de bronvermelding in de tekst en voldoet eveneens aan de APA richtlijnen.
5 Er is een ondertekend formulier naar waarheid toegevoegd.
6 De student heeft de voorwaardelijke formatieve practica (Het goede gesprek en MDO) uitgevoerd en de
feedbackformulieren hiervan in de bijlage opgenomen.
7 Er is een ondertekende lijst ‘Professionele beroepshouding jaar 3’ toegevoegd en het advies van de praktijk is positief
(voldoende of goed) (lijst is uiterlijk vrijdag week 11 ingeleverd).
1
In orde: ja/nee?
<ja/nee>
<ja/nee>
<ja/nee>
<ja/nee>
<ja/nee>
<ja/nee>
<ja/nee>
Onvoldoende
Fase 0: Kiezen van
geschikte patiëntsituaties
2
Fase 1: Het in
kaart brengen van
de zorgsituatie
(anamnese)
3
Fase 2: Het
analyseren van de
zorgsituatie;
vaststellen van
diagnoses
TOETSCRITERIUM
1
Uit het verslag blijkt…
... dat je zeer beperkt in staat bent
complexe zorgsituatie(s) te selecteren
en de complexiteit inzichtelijk te
maken.
… dat je aan de hand van het
patiënten verhaal en vanuit
psychopathologisch en
pathofysiologisch oogpunt de
zorgsituatie beperkt in kaart weet te
brengen. De anamnese leidt tot een te
beknopte en niet altijd objectieve
beschrijving van de situatie van de
patiënt. Je draagt zorg voor
verslaglegging in het patiënten
dossier, maar verslaglegging is niet
volledig/adequaat.
… dat je zeer beperkt in staat bent in
samenspraak met de patiënt de
verpleegsituatie correct, helder en
volledig te analyseren (signs en
symptoms/clusteren/ prioritering) en
te komen tot voor de patiënt
relevante diagnose. Je kan keuzes
slechts zeer beperkt verantwoorden.
De vastgestelde diagnosen sluiten
Beoordelingsniveau
Voldoende
Uit het verslag blijkt…
… dat je in staat bent complexe
zorgsituatie(s) te selecteren en de
complexiteit grotendeels inzichtelijk
te maken.
… dat je in staat bent aan de hand van
het patiënten verhaal, overige
informatie en vanuit
psychopathologisch en
pathofysiologisch oogpunt de
zorgsituatie grotendeels in kaart te
brengen.
…dat je in staat bent een anamnese af
te nemen, maar dit leidt nog niet altijd
tot een volledige en objectieve
beschrijving van de situatie van de
patiënt. Je draagt zorg voor adequate
verslaglegging in het patiënten
dossier.
Goed
Uit het verslag blijkt…
… dat je in staat bent complexe
zorgsituatie(s) te selecteren en de
complexiteit volledig inzichtelijk te
maken.
…dat je in staat bent de zorgsituatie
volledig in kaart te brengen aan de
hand van het patiënten verhaal en
informatie vanuit zijn of haar
omgeving en van andere
zorgverleners. Je neemt hierin tevens
het ziektebeeld vanuit
psychopathologisch en
pathofysiologisch oogpunt mee. Je
neemt een anamnese af, zodanig dat
dit leidt tot een volledige en
objectieve beschrijving van de situatie
van de patiënt. Je draagt zorg voor
adequate verslaglegging in het
patiënten dossier.
…dat je in staat bent in samenspraak
…dat je in staat bent in samenspraak
met de patiënt de verpleegsituatie
met de patiënt de verpleegsituatie
grotendeels correct, helder en volledig correct, helder en volledig te
te analyseren (signs en
analyseren (signs en
symptoms/clusteren/ prioritering) en
symptoms/clusteren/ prioritering) en
te komen tot voor de patiënt
te komen tot voor de patiënt
relevante diagnoses. Je kan de keuzes relevante diagnoses. Je kan de
in grote lijnen verantwoorden en
genomen beslissingen
communiceert hierover. De
beargumenteren
2
zeer matig aan bij de casuïstiek en
analyse. Je draagt zorg voor
verslaglegging in het patiënten
dossier, maar verslaglegging is niet
volledig/adequaat.
vastgestelde diagnosen sluiten nog
niet altijd optimaal aan bij de
casuïstiek en analyse. Je draagt zorg
voor adequate verslaglegging in het
patiënten dossier.
4
Fase 3: Het
vaststellen van
beoogde
zorgresultaten en
interventies
…dat je zeer beperkt in staat bent in
overleg met de patiënt tot
zorgresultaten te komen en de juiste
interventies te selecteren. Je kan de
gemaakte keuzes slechts zeer beperkt
beargumenteren en onderbouwen
vanuit EBP/ best
practice/richtlijnen/MB.
Zorgresultaten zijn over het algemeen
niet SMART geformuleerd en
gepersonaliseerd en sluiten zeer matig
aan bij het verpleegprobleem, de
diagnosen en interventies. Je draagt
zorg voor verslaglegging in het
patiënten dossier, maar verslaglegging
is niet volledig/adequaat.
…dat je in staat bent in overleg met de
patiënt tot zorgresultaten te komen
en interventies te selecteren. Het is
nog niet altijd even plausibel dat via
de interventies de beoogde
zorgresultaten bereikt worden. Je kan
de gemaakte keuzes grotendeels
beargumenteren en onderbouwen
vanuit EBP/ best
practice/richtlijnen/MB.
Zorgresultaten zijn nog niet altijd
SMART geformuleerd en
gepersonaliseerd en/of sluiten nog
niet altijd optimaal aan bij het
verpleegprobleem, de diagnosen en
interventies. Je draagt zorg voor
adequate verslaglegging in het
patiënten dossier.
en daarover communiceren. De
vastgestelde diagnosen zijn trefzeker
en sluiten optimaal aan bij de
casuïstiek en analyse. Je draagt zorg
voor adequate verslaglegging in het
patiënten dossier.
…dat je in staat bent in overleg met de
patiënt tot relevante en realistische
zorgresultaten te komen en de juiste
interventies te selecteren (het is
plausibel dat via de interventies de
beoogde zorgresultaten bereikt
worden). Je kan de gemaakte keuzes
volledig beargumenteren en
onderbouwen vanuit EBP/ best
practice/richtlijnen/fysiologie,
pathologie. Zorgresultaten formuleer
je SMART en gepersonaliseerd en
sluiten optimaal aan bij het
verpleegprobleem, de diagnosen en
interventies.
Je draagt zorg voor adequate
verslaglegging in het patiënten
dossier.
5
Fase 4 de
uitvoering en fase
5 de evaluatie: een
continu proces van
uitvoeren,
evalueren en
bijstellen van zorg
…dat je zeer beperkt in staat bent
inzichtelijk te maken hoe de
uitvoering van zorg heeft
plaatsgevonden. Het wordt minimaal
duidelijk hoe, in overleg met de
patiënt en andere disciplines, door jou
prioriteiten zijn gesteld en keuzes zijn
gemaakt.
…dat je zeer beperkt in staat bent
…dat je in staat bent grotendeels
inzichtelijk te maken hoe de
uitvoering van zorg heeft
plaatsgevonden. Nog niet altijd wordt
geheel duidelijk hoe, in overleg met
de patiënt en andere disciplines, door
jou prioriteiten zijn gesteld en keuzes
zijn gemaakt.
…dat je in staat bent grotendeels
…dat je in staat bent volledig
inzichtelijk te maken hoe de
uitvoering van zorg heeft
plaatsgevonden (hoe door jou
prioriteiten zijn gesteld en keuzes zijn
gemaakt in overleg met de patiënt en
andere disciplines).
… dat je in staat bent zelfstandig
activiteiten te plannen en uit te
3
zelfstandig activiteiten te kunnen
plannen en uitvoeren, verantwoording
over je handelen af te leggen en oog
te hebben voor het waarborgen van
de kwaliteit van het verpleegkundig
handelen.
….dat je zeer beperkt in staat bent
multidisciplinair te werken in de zorg
voor de patiënt.
…dat je zeer beperkt in staat bent in
overleg met de patiënt en/of andere
disciplines de verleende zorg te
evalueren en zo nodig bij te stellen. Je
kan onvoldoende beargumenteren en
onderbouwen in hoeverre de
werkwijze tot het gewenste resultaat
heeft geleid (proces), de beoogde
resultaten (ook met het oog op het
versterken van het zelfmanagement)
voor de patiënt zijn bereikt (product)
en de voorwaarden toereikend waren
(structuur). Je draagt zorg voor
verslaglegging in het patiënten
dossier, maar verslaglegging is niet
volledig/adequaat.
6
Mate van
zelfstandigheid
…dat je voortdurend/veel hulp en
sturing nodig hebt gehad.
zelfstandig activiteiten te plannen en
uit te voeren, verantwoording over je
handelen af te leggen en oog te
hebben voor het waarborgen van de
kwaliteit van het verpleegkundig
handelen.
…dat je in staat bent multidisciplinair
te werken in de zorg voor de patiënt:
- door overlegsituaties te initiëren
- een professionele inbreng te
hebben
- rekening te houden met
individuele belangen
- adequaat te communiceren
Je evalueert in overleg met de patiënt
en/of andere disciplines de verleende
zorg. Je kan grotendeels
beargumenteren en onderbouwen in
hoeverre de werkwijze tot het
gewenste resultaat heeft geleid
(proces), de beoogde resultaten (ook
met het oog op het versterken van het
zelfmanagement) voor de patiënt zijn
bereikt (product) en de voorwaarden
toereikend waren (structuur). Indien
daar aanleiding toe was kan je tevens
beargumenteren waarom en hoe de
zorg is bijgesteld en hoe de patiënt en
diens naasten daarbij betrokken zijn.
Je draagt zorg voor verslaglegging in
het patiënten dossier.
… dat je enige hulp/sturing nodig hebt
gehad.
4
voeren, verantwoording over je
handelen af te leggen en oog te
hebben voor het waarborgen van de
kwaliteit van het verpleegkundig
handelen.
….dat je in staat bent multidisciplinair
te werken in de zorg voor de patiënt:
- door overlegsituaties te initiëren
- een professionele inbreng te
hebben
- rekening te houden met
individuele belangen
- adequaat te communiceren
Je evalueert in overleg met de patiënt
en/of andere disciplines de verleende
zorg. Je kan volledig beargumenteren
en onderbouwen in hoeverre de
werkwijze tot het gewenste resultaat
heeft geleid (proces), de beoogde
resultaten (ook met het oog op het
versterken van het zelfmanagement)
voor de patiënt zijn bereikt (product)
en de voorwaarden toereikend waren
(structuur). Indien daar aanleiding toe
was kan je tevens uitgebreid
beargumenteren waarom en hoe de
zorg is bijgesteld en hoe de patiënt en
diens naasten daarbij betrokken zijn.
Je draagt zorg voor adequate
verslaglegging in het patiënten
dossier.
… dat je weinig tot geen hulp/sturing
nodig hebt gehad.
Uitleg beoordeling & Cesuur
Startpunt is de rechterkolom (Goed): wanneer aan alle indicatoren binnen het vak voldaan wordt, wordt het betreffende onderdeel met een Goed
beoordeeld. Wanneer dat niet het geval is wordt de kolom met het beoordelingsniveau voldoende gehanteerd. Wordt aan alle indicatoren voldaan, dan is
het betreffende onderdeel voldoende. Wanneer ook niet aan al de indicatoren van voldoende wordt voldaan, schuift de beoordeling nog een kolom naar
links op (en is het betreffende onderdeel onvoldoende).
De opdracht is voldoende als alle 6 criteria minimaal met een voldoende gescoord worden en de algemene eisen in orde zijn. Een onvoldoende criterium
kan niet met een Goed gecompenseerd worden. De opdracht is goed als de algemene eisen in orde zijn en 4 van de 6 criteria met een Goed gescoord
worden, waaronder sowieso criterium 6 ‘mate van zelfstandigheid’.
De opdracht is onvoldoende wanneer er niet aan de algemene eisen wordt voldaan en/of er een criterium als onvoldoende wordt beoordeeld.
5
Download