8 | Onderzoek 7 februari 2013 ‘Groene’ magnetische kristallen in een potje Speciale bacteriën kunnen heel gecontroleerd magnetietkristallen laten groeien en bepalen zo de grootte en magneetsterkte van deze deeltjes. Lange tijd was onbekend hoe ze dit voor elkaar krijgen, maar dankzij onderzoek van materiaalchemicus Nico Sommerdijk (ST) kan de natuur nu worden nagebootst in een potje. Nico Sommerdijk. Archieffoto | Bart van Overbeeke 4 brandende vragen In het lab is het stil, op het ronddraaien van een roerder in een bekerglas na. En juist in dit bekerglas speelt zich volgens Nico Sommerdijk iets heel bijzonders af. Het is met het blote oog niet te zien -daarvoor is hightech elektronen­ microscopie nodig-, maar in de waterige substantie zijn zich magnetietkristallen aan het formeren. En dat proces kunnen Sommerdijk en zijn collega’s nu beïnvloeden. “Juist omdat magnetiet -een veelvoorkomende magnetische vorm van ijzeroxide- zo onoplosbaar is, is het moeilijk om de grootte en de vorm van de kristallen te controleren tijdens hun vorming. Er wordt daarom al heel lang gekeken hoe magnetotactische bacteriën dat zo precies kunnen. Want daarmee bepalen ze tevens de sterkte van de magnetische eigenschappen.” “Deze bacteriën gebruiken magnetietkristallen om kleine kompasnaaldjes te vormen en zich te laten leiden door het aardmagnetisch veld. Omdat magnetietkristallen ook veel technologische toepassingen kennen, zoals magnetische dataopslag of als contrastvloeistof bij MRI, is er de laatste jaren veel onderzoek gedaan naar het groeiproces van de kristallen. Maar wij zijn nu de eersten die het voor elkaar hebben gekregen de natuur na te bootsen”, zegt Sommerdijk. En daardoor waren de chemici ook in staat het groeiproces van de magnetietkristallen tot in detail te bestuderen. Met behulp van hogeresolutiecryo-elektronenmicroscopie zagen ze dat de kristalletjes groeiden door clustering van kristal­ subunits van 2 nanometer. En dat aangroeiproces is compleet nieuw, zo beschrijft Sommerdijk samen met onderzoekers van het Duitse Max Planck Instituut deze week in Nature Materials. Sommerdijk: “Vaak zie je dat kristallen direct gevormd worden, zoals bij keukenzout gebeurt. Of wordt het en masse omgezet vanuit een bulksubstantie, wat bij calciumfosfaat in onze botten gebeurt. Maar dat kristallen gevormd kunnen worden door het samenkomen van ongeordende nanodeeltjes, was onbekend. Het is prachtig om te zien: op het moment van aanhechting nemen de subunits dezelfde kristalstructuur aan als die Dirk Senden (W) Mechanisch gedrag van polymeren (Onder redactie van Tom Jeltes) 1 2 3 efschrift? Wat zien we op de cover van je pro Hoe leg je op feestjes uit waar je onderzoek over gaat? 1 | cover 2 | feestjes Je ziet een aantal proefstukken die ik heb gebruikt in mijn onderzoek. Polymeren bestaan uit lange moleculen die zich oriënteren terwijl, tijdens het maken van een product, het vloeibare polymeer door de mal stroomt. Hierdoor worden de eigenschappen van het product anisotroop, oftewel richtingsafhankelijk. Dit thema staat centraal in mijn proefschrift en is daarom geïllustreerd op de kaft. Van kunstheupen tot smartphones, producten gemaakt van polymeren kom je overal tegen. Om een goed product te ontwerpen is het noodzakelijk te kunnen voorspellen hoe het materiaal zich onder belasting gedraagt en wat de verwachte levensduur is. Mijn onderzoek richt zich op het opstellen van wiskundige modellen die het mechanisch gedrag van polymeren onder verschillende omstandigheden kwantitatief beschrijven. 3 | onmisbaar at is Welke persoon, techniek of appara oek? onmisbaar geweest voor je onderz In mijn experimentele werk was de grootste moeilijk­ heid niet zozeer het meten, maar eerder het nauw­ keurig maken van de benodigde proefstukken. Een goed voorbeeld hiervan zijn de kubusjes van 1x1x1 mm voor drukproeven, die te zien zijn op mijn kaft (onder het vierkante plaatje). Onmisbaar hierbij was de hulp en expertise van Sjef Garenfeld, onze werkplaatstechnicus. 4 | samenleving 4 Wat heeft de samenleving aan jouw werk? De meest praktische toepassing van mijn werk zou zijn om mijn modellen te implementeren in simulatie­ software, zodat productontwikkelaars ze kunnen gebruiken om betere en veiligere polymeerpro­ ducten te ontwerpen. Onderzoek | 9 Kijk voor nieuws op www.cursor.tue.nl van het hoofdkristal. We konden zelfs de vlakken van atomen in het kristalrooster zichtbaar maken.” Het onderzoek van Sommerdijk en collega’s is niet alleen van fundamenteel belang. Verderop de campus toont Marcel Vilaplana een potje met een stroperige zwarte vloeistof. Als hij er vervolgens een magneet tegenaan houdt, ontstaan spectaculaire spikes. Vilaplana is onderzoeker bij Ioniqa, een spin-off van de TU/e. Zij zijn gespecialiseerd in de productie van smart materials, zoals magnetische vloeistoffen. Deze ‘ferrofluids’ worden onder meer gebruikt als sealings in diverse machines om frictie te verlagen en apparaten beter te kunnen uitbalanceren. Hiermee wordt slijtage verminderd. “Nu kunnen we ons productieproces ‘vergroenen’” Ioniqa werkt al enige tijd samen met de onderzoeksgroep van Sommerdijk. Want naast het blootleggen van het magnetiet-kristallisatieproces heeft Sommerdijk zich ook gebogen over de optimalisatie van de groeiomstandig­ heden. En dat blijkt verbazingwekkend ‘groen’ te kunnen. Vilaplana: “Voor magnetische kristalgroei is een relatief hoge temperatuur nodig en maken we gebruik van organische oplosmiddelen als drager-vloeistof. Maar nu blijkt dat met de juiste methode magnetiet ook gevormd kan worden bij kamertempera­ tuur en in een waterig milieu. Goed nieuws.” Ioniqa-directeur Tonnis Hooghoudt onderstreept het belang van groene technologie, maar ook van de Donderdag 14 februari 16:00 uur CZ4 Promotie Dipl.-Ing. J. Hofrichter (EE) Promotor(en): prof.dr. H.J.S. Dorren Voorzitter: prof.dr.ir. A.C.P.M. Backx Titel proefschrift: “InP Microdisks for Optical Signal Processing and Data Transmission” Promoties Een ferro-vloeistof waar een magneet bij wordt gehouden. samenwerking met de TU/e: “Onze klanten vragen in toenemende mate om groenere en duurzamere technologieën. Mede dankzij dit fundamentele stuk onderzoek kunnen we ons productieproces ‘vergroenen’ en verder optimaliseren. Het is als bedrijf goed om de samenwerking met de universiteit te zoeken en voordeel te halen uit elkaars expertises. l .tue.n ursor c . w ww In ons geval kunnen we daardoor op een grotere schaal én milieuvriende­ lijkere manier vernieuwende magne­tische smart materials leveren.” En zo groeien de kristallen straks niet alleen in een bekerglas, maar ook in een honderdlitertank. (NT) e end s n Da ro- f fer eisto vlo Donderdag 7 februari 16:00 uur CZ4 Promotie N.W. Bauer MSc (W) Promotor(en): prof.dr.ir. W.P.M.H. Heemels Voorzitter: prof.dr. L.P.H. de Goey Titel proefschrift: “Networked Control Systems From Theory to Experiments” Donderdag 7 februari 16:00 uur CZ5 Promotie ir. P. Mendels (ID) Promotor(en): prof.dr.ir. C.C.M. Hummels en prof.dr.ir. J.H. Eggen Voorzitter: prof.dr.ir. L.M.G. Feijs Titel proefschrift: “From Collection to Reflection: On designing Freed, a tool for free and flexible organization of designers’ digital work.” Maandag 18 februari 16:00 uur CZ4 Promotie ir. D.J.A. Senden (W) Promotor(en): prof.dr.ir. H.E.H. Meijer Voorzitter: prof.dr.ir. A.A. van Steenhoven Titel proefschrift: “Strain Hardening and Anisotropy in Solid Polymers” Donderdag 21 februari 16:00 uur CZ5 Promotie ir. D.R.M. Renger (W&I) Promotor(en): prof.dr. M.A. Peletier Voorzitter: prof.dr. A.M. Cohen Titel proefschrift: “Microscopic Interpretation of Wasserstein Gradient Flows” Elise Meijer (IE&IS) Samenwerken is mensenwerk Maxim Hendriks (W&I) Betegelen in navolging van Plato 1 | cover 2 | feestjes 1 | cover 2 | feestjes We zien een cirkel van mensen die elkaar vasthouden, duidend op een team dat gemoti­veerd is om samen te werken. Ze dragen verschillende kleuren om aan te geven dat ze van verschillende bedrijven zijn. Het succes van grote R&D-allianties wordt mede bepaald door het effectief samenwerken van de betrokken personen op microniveau. Dat aspect is lange tijd verwaarloosd. Voor mijn onderzoek heb ik vragenlijsten voorgelegd aan 424 respondenten uit 39 teams. Een opvallend resultaat is dat de pres­ tatie van dergelijke teams voor een groot deel afhankelijk is van de mate waarin de leden van de verschillende organisaties zich identificeren met het alliantieteam als geheel. De omslag is gebaseerd op een houtsnijwerk van de Japanse kunstenaar Hokusai: De grote golf van Kanagawa uit 1832. Op de plek waar in het origineel de Fuji -de hoogste berg van Japan- staat afgebeeld, heb ik een icosaëder geplaatst. Dat is een regelmatig twintigvlak en een voorbeeld van een platoons betegeld oppervlak. Ik heb onderzoek gedaan naar platoonse betegeling van andere oppervlakken. Stel je een willekeurige landkaart voor, waarbij de grenzen lijnen zijn, getrokken tussen meerlandenpunten. Ik heb gekeken naar de manieren waarop je dit soort patronen kunt maken op allerlei oppervlakken. De icosaëder is hiervan een eenvoudig voorbeeld, maar als je een donut wilt betegelen, wordt het al ingewikkelder - laat staan wanneer je geometrische vormen hebt met meerdere gaten. Ik heb de algebraïsche formules opgesteld waarmee je die meetkundige objecten kunt beschrijven. 3 | onmisbaar 3 | onmisbaar Dit soort onderzoek vraagt om een gedetailleerde dataset, die moeilijk is te verkrijgen. Uiteindelijk hebben acht van de tien meest R&D-intensieve Nederlandse bedrijven in 2008 met hun directe en indirecte partners meegewerkt. Dat was cruciaal. Daarnaast hebben mijn promotoren prof.dr. Geert Duysters en prof.dr. Christophe Boone mij altijd met veel enthousiasme en kennis bijgestaan. Erg handig was een snelle computer en de algebra­ software MAGMA. Hiermee heb ik veel resultaten uit mijn proefschrift kunnen berekenen. 4 | samenleving Meer dan de helft van de R&D-allianties faalt. Bij het aangaan van dit soort samenwerkingen wordt vaak veel aandacht besteed aan strategische en financiële aspecten en hoe later om te gaan met de uitkomsten zoals intellectueel eigendom. Uiteindelijk draait het er echter om hoe goed mensen met elkaar kunnen samenwerken. 4 | samenleving Het is fundamenteel onderzoek, dus ik durf niet te zeggen of de maatschappij hier binnen afzienbare tijd iets aan heeft. Maar ik kan wel speculeren. Veel van de figuren die ik heb beschreven, hebben extreem symmetrische eigenschappen. Ik kan me voorstellen dat die over vijftig jaar een rol blijken te spelen in natuurkundige theorieën.