De bestuiving Mannelijke en vrouwelijke bloemen • Sommige plantensoorten hebben aan één plant zowel mannelijke als vrouwelijke bloemen. • De hazelaar is zo een voorbeeld. Mannelijke en vrouwelijke bloemen • Andere planten hebben alleen mannelijke of alleen vrouwelijke bloemen. • Voorbeeld : de wilg Mannelijke en vrouwelijke bloemen • De meeste hebben tweeslachtige bloemen. • Dit wil zeggen dat in één bloem tegelijk vrouwelijke en mannelijke delen aanwezig zijn. • Een gekend voorbeeld is de klaproos Wat is bestuiving? • Het overbrengen van stuifmeel van een meeldraad op een stamper. • Dit is geslachtelijke voortplanting. • We bekijken het van naderbij 3 soorten bestuiving 1) zelfbestuiving = stuifmeelkorrels van de bloem komt op de eigen stempel. 3 soorten bestuiving • Zelfbestuiving is zeer ONGUNSTIG. • Dus beperking is nodig : – Heel lange meeldraden en korte stamper – Heel grote stamper en korte meeldraden – Stamper en meeldraden rijpen op een ander moment. 3 soorten bestuiving 2) Buurbestuiving = 2 bloemen van eenzelfde plant bestuiven elkaar. 3 soorten bestuiving 3) Kruisbestuiving = Bestuiving van bloemen van een andere plant van dezelfde soort. 3 soorten bestuiving 1. Zelfbestuiving 2. Buurbestuiving 3. Kruisbestuiving Hoe worden de stuifmeelkorrels overgebracht? 1) Door insecten = INSECTENBLOEIERS Aanpassingen van de plant: • Bloemen met een sterke geur • Opvallende kleur • Nectar aanwezig Hoe worden de stuifmeelkorrels overgebracht? 2) Door de wind = WINDBLOEIERS Aanpassingen van de plant: • • • Produceren veel stuifmeel De stempel is groot en hangt uit de bloem De bloemen zijn onopvallend. (kleurloos en geurloos) Hoe worden de stuifmeelkorrels overgebracht? 2) WINDBLOEIERS Hoe worden de stuifmeelkorrels overgebracht? 1) Insectenbloeiers 2) Windbloeiers Vruchten en zaden • Na de bevruchting: Zaadbeginsel zaad vruchtbeginsel vrucht Vb: perzik: harde kern = zaad zacht omhulsel = vrucht. De boon De boon Proef: • Neem allemaal een boon uit het water en een pincetje. • Waarneming : • het zaadhuidje komt er gemakkelijk van los. • Haal voorzichtig het zaadhuidje eraf. De boon Waarneming: • 2 zaadlobben worden zichtbaar • Deze zaadlobben zijn gevuld met reservevoedsel en dienen als eerste voedselbehoefte van de plant. De boon • Tussen de 2 zaadlobben treffen we een zaadkiem aan: • Dit is een embryo die ontstaat uit bevruchte eicellen. • Bestaat uit: – Kiemblaadje – Kiemstengel – kiemwortel Bekijk de boon aandachtig • Wat zie je? • Navel : plaats waar het zaad door een navelstreng met de vrucht verbonden is. • Poortje: heel klein gaatje waarlangs de top van de stuifmeelbuis het zaadbeginsel is binnengekomen Teken zelf een boon en benoem de verschillende delen