JONGEREN NOG LANG NIET MOE VAN FESTIVALS, MAAR VELEN ZULLEN HIERAAN EEN BLIJVENDE HERINNERING HOUDEN augustus 2016 Jan van Ossenbruggen Het muziekfestivalseizoen 2016 is in volle gang en de bezoekers genieten van muziek, dans en gezelligheid. Voor de festivalgangers betekent het “genieten van het leven”. De eerste muziekfestivals ontstonden in de late jaren 60 en vroege jaren 70, de tijd van flowerpower en hippies. Deze nieuwe jeugdcultuur was idealistisch ingesteld en draaide om thema’s als: terug naar de natuur, love-ins en drugs. De artiesten en bands traden bijna gratis op en de toegangsprijs was gebaseerd op kostendekking. Het Woodstock-festival in 1969 is hiervan de bekendste aller tijden. Maar van de ideële motieven van de huidige festivals is nog maar weinig overgebleven, de commercie viert hoogtij. Ons land kent ruim 550 muziekfestivals, die meer dan 22,5 miljoen mensen trekken. Pop- en rockfestivals zijn het meest populair. Kenmerkend voor deze muziekfestivals is dat de artiesten en bands de (te) harde muziek, dikwijls gelardeerd met confronterende politieke boodschappen, over de hoofden van festivalgangers uitstrooien. Maar kennelijk interesseert de politiek hier zich niet voor, want van enig politiek engagement is nauwelijks sprake. Toch ligt hier een taak voor de politiek. Niet alleen de grote economische betekenis van 445 miljoen Euro is interessant, op het terrein van de gezondheidszorg ligt ook een taak van de overheden. Zij moeten zich zorg maken over het feit dat het gebruik van alcohol, drugs en (te) harde muziek door de festivalgangers als “normaal” wordt beschouwd. We hoeven geen medicijnen gestudeerd te hebben om te beseffen, dat de combinatie van alcohol, drugs, vermoeidheid en een overdosis aan lawaai, een verwoestende uitwerking op de gezondheid van de festivalbezoekers heeft. De huidige wet en regelgeving over het geluidsniveau beperkt zich tot de eigen werknemers en mogelijke overlast voor omwonenden. Er wordt geheel aan voorbijgegaan dat het geluidsniveau bij popconcerten en festivallocaties, zelfs bij kortstondige blootstelling, levenslange gehoorschade kunnen veroorzaken. Om jongeren en jongvolwassenen bewust te maken van de risico’s van (te) harde muziek, heeft het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de brancheverenigingen van muziekevenementen een geluidsconvenant gesloten. Deze afspraak houdt in dat het gemiddelde geluidsniveau niet hoger mag zijn dan 103 decibel. Al wordt directe gehoorbeschadiging hiermee voorkomen, de norm van 103 db is nog best erg hard. Een gesprek is niet meer mogelijk en je kunt hoogstens een kwartier zonder risico in een omgeving met dit geluidsniveau verblijven. Wat betreft de MP3-spelers bestaat er sinds 2013 een Europese richtlijn voor verplichte geluidsbegrenzers, maar de meeste koptelefoons hebben een eigen volumeknop die zelfs door de pijngrens van 120 db gaan. Ook het convenant is al weer verlopen, zodat er geen (aparte) regelgeving bestaat, die gehoorschade bij bezoekers van muziekfestivals en dansfeesten voorkomt. Vanuit het oogpunt van volksgezondheid is dat een ongewenste situatie. Vooral als men bedenkt, dat werknemers die worden blootgesteld aan een geluidsniveau van 85 db, verplicht gehoorbeschermers moeten dragen. Als gevolg van blootstelling aan hard geluid krijgen jaarlijks 20.000 jongeren en jongvolwassenen hoorklachten. Op basis van de onderzoeksresultaten wordt geschat dat ruim 40% van de Nederlanders hierdoor gehoorproblemen dreigt te krijgen. Een op de tien loopt zelfs het risico op blijvende schade. In ernstige gevallen leidt dit tot sociale isolatie, leerproblemen en in het ernstigste geval zelfs tot levenslange arbeidsongeschiktheid. Gehoor gerelateerde problemen brengen hoge kosten met zich mee. Zo bedroegen de kosten van de zorg voor gehoorstoornissen in 2007 al 711 miljoen Euro. Daar het aantal evenementen aanzienlijk is toegenomen mogen we er van uitgaan, dat de huidige situatie in Nederland niet afwijkt van de resultaten van een Engels onderzoeksrapport. Deze resultaten geven aan dat het gaat om een economische last van rond de 10 miljard Euro per jaar. Ook in Hoorn vinden elektronisch versterkte muziekevenementen plaats. In het kader van openbare orde en veiligheid verleent de gemeente hiervoor vergunningen en speelt daarmee een belangrijke rol bij het voorkomen of beperken van gehoorschade bij festivalbezoekers. Daarbij is communicatie met organisatoren, het geven van voorlichting en handhaving van de afgesproken geluidnormen de basis, om jonge en jongvolwassen festivalbezoekers te beschermen tegen gehoorschade.