Downloaden als DOCX-bestand: "Infonota aan MDT`s

advertisement
Nummer: INF/MDT/1209
Brussel, 11 mei 2012
Aan
de
instanties
die
erkend
multidisciplinaire verslagen af te leveren
zijn
om
Aan de voorzitter en de leden van de permanente
werkgroep “Inschrijvingen en Evaluaties” en
“Individuele Materiële Bijstand en Universal Design”
Aan de voorzitter en de leden van de Bijzondere
Bijstandscommissie
Aan de organisaties die erkend zijn om de Personen
met
een
handicap
of
hun
gezinnen
te
vertegenwoordigen
Aan de voorzitter en de leden van de Provinciale
Evaluatiecommissies en de Adviescommissies
Aan de experts voor gespecialiseerde persoonlijke
adviesverlening.
Aan het Agentschap Inspectie
Vragen naar:
Kristel Verhaert, T 02 225 84 09, e-mail : [email protected]
Dorin De Vis, T 02 225 86 44, e-mail : [email protected]
Betreft : 1. Verduidelijking INF/MDT/1203
2. Mate van gehoorverlies: Biap-normen
Geachte mevrouw
Geachte heer
1. Verduidelijking INF/MDT/1203: thuisbegeleiding GES bij minderjarigen
De kwaliteitseisen voor diagnostiek bij GES en ASS werden verduidelijkt in nota INF/MDT/1114. Voor
een aanvraag “thuisbegeleiding GES bij minderjarigen” gelden uiteraard dezelfde kwaliteitseisen. Dit
werd in de nota omtrent “Thuisbegeleiding GES bij minderjarigen” onvoldoende benadrukt. Vandaar
deze verduidelijking.
1
Kwaliteitseisen diagnostiek
Alleen op basis van een screeningsinstrument kan geen diagnose gesteld worden, het is slechts een
indicatie voor verder gespecialiseerd onderzoek.
Het onderzoek naar de aanwezigheid van psychopathologie dient multidisciplinair en op de
verschillende levensdomeinen te gebeuren, met medewerking van minimaal een kinder- en
jeugdpsychiater, een neuropediater of kinderneuroloog én een master in de psychologie of
orthopedagogie. De multidisciplinaire diagnosestelling vereist dat er overleg is geweest tussen de
disciplines die aan de diagnosestelling hebben meegewerkt. Het diagnostisch onderzoek moet leiden
tot een onderbouwd en toetsbaar rapport, waarin de gedrags- en/of emotionele stoornissen
geobjectiveerd worden.
De kwaliteitseisen voor de diagnostiek zijn naar analogie van INF/MDT/1114 en INF/MDT/1206.
INF/MDT/1203 was onvolledig daar de minimale medewerking van een master in de psychologie of
orthopedagogie ontbrak.
Ter info
Met ingang van 1 maart 2011 werd de thuisbegeleidingsdienst VESTA Antwerpen erkend als dienst
voor thuisbegeleiding aan gezinnen met kinderen en jongeren met ernstige gedrags- en emotionele
stoornissen. Op 1 maart 2012 volgden de thuisbegeleidingsdienst BAS in West-Vlaanderen en Kwadrant
in Oost-Vlaanderen.
2. Mate van gehoorverlies: Biap-normen
Vanuit een aantal teams werd de vraag gesteld naar een verduidelijking van de bepaling van het
gehoorverlies aan de hand van de BIAP-normen. Hieronder vindt u een verduidelijking.
De mate van gehoorverlies wordt bepaald aan de hand van de BIAP-normen. Deze normen zijn de
meest actuele normen en worden binnen Europa aanvaard als de standaardnorm. De indeling gaat uit
van een gemiddeld gemeten gehoorverlies over de twee oren en dit ZONDER correctie. Er wordt altijd
een gemiddeld gehoorverlies bepaald, onafhankelijk van hoe groot het verschil in gehoorverlies
tussen beide oren is. Bij personen die een gehoorapparaat dragen, wordt het gehoor altijd gemeten
zonder correctie (dus zonder gehoorapparaat).
Het gemiddeld gehoorverlies wordt gemeten volgens het verlies in dB voor de frequenties 500, 1000,
2000 en 4000 Hz. Voor de frequenties waarop geen drempel kan gemeten worden, noteert men 120
dB verlies.
Het verlies in dB per frequentie wordt bij elkaar opgeteld en gedeeld door 4 (en afgerond naar
boven). In het geval van asymmetrisch verlies wordt het gemiddeld gehoorverlies in dB
vermenigvuldigd met 7 voor het beste oor en met 3 voor het slechtste oor. De som wordt gedeeld
door 10.
Het gemiddeld gehoorverlies wordt dus niet langer bepaald door het verlies van het beste oor, maar
wel door het gemiddeld verlies over de twee oren.
2
Met vriendelijke groeten
Laurent Bursens
Administrateur-generaal
3
Download