Lesbrief Orpheus, mijn idool Het Productiehuis Hofplein 1 Lesbrief Orpheus, mijn idool Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding 3 Hoofdstuk 2 De theaterervaring 4 Hoofdstuk 3 Het verhaal – Orpheus 5 Hoofdstuk 4 Scènes 6 Hoofdstuk 5 Liedteksten 10 Hoofdstuk 6 De makers en de spelers 11 Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Lesideeën Kleurplaten Bladmuziek 12 16 20 2 Hoofdstuk 1 Inleiding Deze lesbrief is samengesteld voor basisscholen die de voorstelling Orpheus, mijn idool bezoeken en voorafgaand aan dit bezoek de kinderen, in de leeftijd van 6 tot ongeveer 12 jaar, willen voorbereiden en/of na afloop de voorstelling willen verwerken. In deze lesbrief zijn onder meer opgenomen: Informatie over het bezoeken van een theater Informatie over het oorspronkelijke verhaal en de bewerking Informatie over de mythe Orpheus Een aantal teksten van scènes uit het toneelstuk Informatie over de spelers Achteraan in de bijlagen vindt u een aantal tips voor het gebruik van de lesbrief. Er zijn veel verschillende tips; doe ze niet allemaal, maar kies de tips die voor uw groep het meest geschikt zijn. Graag vernemen wij uw reacties. U kunt reageren via: [email protected]. We staan open voor nieuwe ideeën! 3 Hoofdstuk 2 De theaterervaring Het theater. Soms is het een heel groot gebouw. Soms wat kleiner. In dat gebouw is er of een grote zaal, of allemaal kleine zalen. Het lijkt soms op een schoolgebouw, maar soms ook op een bioscoop. In de zalen staan bankjes of stoelen waar je op kunt zitten. Je zit als één van de eersten in de zaal. Langzaam zie je de zaal volstromen. Je hoort de mensen druk praten over van alles en nog wat. Dan dooft het zaallicht. Het geroezemoes sterft uit. Het gordijn gaat open. De voorstelling begint… Langzaam ontstaat er een andere wereld voor je ogen. Een wereld speciaal voor jou gemaakt! Bij een theatervoorstelling is heel veel te beleven. Vaak weet je niet waar je moet kijken omdat er zoveel te zien is! In het gebouw, dat ze dus het theater noemen, zelf is het pikdonker. Maar naar één plek schijnt het licht. Het heeft iets van een hele grote kijkdoos. In die kijkdoos, wat ze het decor noemen, zie je mensen, de spelers, verkleed in hele mooie of juist hele lelijke kleren. Ook zijn ze vaak geschminkt. Als rover, piraat, prinses of bijvoorbeeld als een dier. Dat hangt van het verhaal af. De spelers spelen of vertellen het verhaal, dat ze in theaterland een script noemen. Het verhaal dat er te zien en te horen is, moet je ook echt goed meekrijgen. Je kunt het immers niet terugspoelen of stilzetten. Daarom worden de stemmen soms versterkt met microfoons. En om het je iets makkelijker te maken, geven ze vaak ook met licht, de volgspot, precies aan op welke speler je op dat moment moet letten. Dat licht schijnt dan precies op die speler en het heeft ook vaak een speciaal kleurtje! Maar als jij zit te kijken naar die magische wereld die voor je ogen ontstaat, bevindt er zich direct achter het podium, een geheel andere wereld. Een wereld waar jij, als toeschouwer, geen weet van hebt. Een wereld vol zwoegende technici, druk werkende productiemedewerkers, zwetende regisseurs en nog vele anderen. Want er moet veel gebeuren voordat een voorstelling klaar is om opgevoerd te worden en ook tijdens de voorstelling. Want dat licht moet iemand aan doen, en die muziek moet iemand maken. De kostuums zijn niet tevoorschijn getoverd, maar door kleermakers gemaakt. En iemand heeft jullie via een poster laten weten dat de voorstelling er is. Soms reist een voorstelling van het ene naar het andere theater. Dan moet na de voorstelling alles ingepakt worden en de volgende dag in een ander theater weer worden opgebouwd. Af en toe is dat best een beetje gek, elke dag in een ander theater spelen. Je begrijpt dus wel dat er een heleboel moet gebeuren voordat een voorstelling klaar is om opgevoerd te worden. En nu begrijp je ook wel dat je heel goed moet kijken en luisteren als je bij een voorstelling bent. Want het is alleen dan te zien. Je kunt het niet als een video nog een keer opzetten of als een boek even dicht doen en daarna weer verder gaan. Daarom is theater ook zo spannend! 4 Hoofdstuk 3 Het verhaal – Orpheus Het originele verhaal Het verhaal Orpheus en Eurydice is al eeuwenoud en komt uit de Griekse geschiedenis. Orpheus is de zoon van de koning Oeagrus uit Trachië en van de beeldschone Calliope, een dochter van Zeus. Volgens het verhaal maakte Orpheus de mooiste muziek die ooit heeft geklonken. Als hij speelde op zijn lier, een soort harp, kwamen de vogels, de vissen, de wilde dieren en zelfs de bomen en rotsen bij hem om te luisteren. Orpheus is getrouwd met zijn grote liefde Eurydice. Kort na hun huwelijk overlijdt zij door een beet van een giftige slang. Door zijn schitterende muziek te spelen komt hij in de onderwereld, daar is hij heen gegaan om Eurydice te redden. Iedereen die hem probeert tegen te houden om naar de onderwereld te gaan beïnvloed hij door de muziek te spelen en de mensen te ontroeren. Na het spelen van de muziek voor de God en Godin van de onderwereld, Hades en Persephone genaamd, krijgt Orpheus toestemming om Eurydice mee te nemen uit de onderwereld. Dit lukt alleen als Orpheus tijdens de reis naar de bovenwereld niet achterom kijkt naar Eurydice. Toen hij de bovenwereld bijna had bereikt, werd hij overvallen door twijfel aan de belofte van Hades en door schrik dat zijn vrouw hem niet was gevolgd: hij vergat de afspraak en keek toch om, waardoor Eurydice voor altijd terug in de onderwereld verdween. Voor de tweede keer had Orpheus zijn geliefde verloren. De versie van Het Productiehuis Hofplein Rotterdam De populaire zanger Orpheus wordt door iedereen, van jong tot oud, aanbeden. Door iedereen, op één belangrijk persoon na. De nieuwe president Hieronymus Hades heeft namelijk een enorme hekel aan liedjes en muziek. En wat niemand voor mogelijk houdt gebeurt toch, president Hades verbiedt zijn volk om te zingen of op enig andere wijze muziek te maken. Om te voorkomen dat het volk in opstand komt tegen dit verbod, wordt Orpheus de enige in het land die nog mag zingen. Zijn liedjes zijn de enige liedjes waar nog naar geluisterd mag worden. Dit aanbod klinkt fantastisch voor Orpheus, het idool met sterallures, maar is dat ook echt zo? Door het enorm succes van de band, gaat Orpheus zich gedragen als een echte ster. Hij gaat zelfs zo ver dat dit ten koste gaat van zijn vriendschap. Jason, de beste vriend van Orpheus, stapt uit de band en blijft in het geheim zingen met Eurydice. Maar hoe zit het dan met de liefde tussen Orpheus en Eurydice? 5 Hoofdstuk 4 Scènes Scène 2 Helena, Danone en Eurydice op. Ze zijn net bij het concert van Orpheus geweest en willen nu backstage een handtekening. Eurydice Helena Danone Helena Danone Eurydice Helena Danone Eurydice Danone Eurydice H+D Helena Danone Helena Eurydice Helena Danone Helena Danone Eurydice Helena Eurydice Danone Helena Danone Eurydice Helena Eurydice Ik heb hier echt helemaal geen zin in. Laten we teruggaan. Wat is er nou opeens? Ik weet niet… Het is illegaal en alles. Nou en? Dat kan me ook niet schelen. Mij wel. Het stikt hier van de bewakers. We zouden een handtekening halen. Ik hoef geen handtekening. Kom we gaan terug. Eurydice! Je had het beloofd. Zonder jou durft ze niet mee. We zijn er bijna... Die hele Orpheus interesseert me gewoon niet. Orpheus interesseert je niet! Hoe kan je dat nou zeggen!? Hoe durf je zoiets te zeggen!? Hij is zo… zo… zo… Zo? Zo mooi. Zo sierlijk Hij heeft zo’n mooie stem. Als hij zingt lijkt het net of hij het alleen voor jou doet. Het zijn slappe, makkelijke liedjes. Ze lijken allemaal op elkaar en hij is gewoon fake. Wat? Het is gewoon commerciële troep. Dat is het. Commerciële troep? Maak dat ze stopt met praten. Ik verdraag dat niet. Je moet niet zulke dingen zeggen Eurydice. Je bent toch net bij het concert geweest. Dan hoor je toch hoe goed hij is, dan zie je toch hoe sexy hij is. Er is toch geen levend wezen dat zoveel schoonheid kan weerstaan. Dan ben ik blijkbaar geen levend wezen. O! Wacht! Je loopt ons te dollen! Je maakte maar een grapje! Was het maar waar. 6 Scène 11 In de kerkers zoekt Orpheus zijn vrienden, dan hoort hij Jason zingen. Jason doet alsof hij piano speelt. Er klinkt echte pianomuziek. Orpheus luistert, wil de kist van Jason open doen, bedenkt zich, kijkt wat er in de volgende kist zit en ziet Eurydice. Eurydice neuriet op de piano klanken van Jason. Eurydice Orpheus Eurydice Orpheus Eurydice Orpheus Eurydice Orpheus Eurydice Orpheus Eurydice Orpheus Eurydice Orpheus Eurydice Orpheus Eurydice Eurydice Orpheus Eurydice Orpheus Eurydice Orpheus Eurydice Orpheus Eurydice Orpheus Wat doe jij hier? Ik heb je bevrijd. Waarom? Ik kon een iemand bevrijden. Ik heb jou gekozen. Jij mag een lied met mij zingen. Ik wil helemaal geen lied met jou zingen. Je moet. Ik moet helemaal niets. Help me liever de anderen te bevrijden. Nee, ik kon alleen jou bevrijden. Je moet een lied met me zingen. Het is onze enige kans. Waar heb je het over? Ik zei: Hades, nu moet jij eens goed naar mij luisteren. Ik zal jou wel eens even laten horen hoe mooi een lied kan zijn. Geef me een persoon met een goede stem en ik zing een lied voor je waar je kippenvel van krijgt. Dus hij van: ‘denk je werkelijk Orpheus, dat je me dat kan doen inzien?’ Ik zeg: Wacht maar af, één iemand heb ik nodig. Dus hij van: ‘nou, vooruit dan maar’. Ja, zeg ik, maar voor niets gaat de zon op, hè. Als jij het een mooi lied vind, dan laat je dus wel mooi iedereen vrij en dan mag iedereen weer zingen. Hij zegt: ‘nou ik weet niet hoor’ dus ik zeg: ‘en nou geen gelul meer, eieren voor je geld meneertje. En toen heb je mij gekozen. Ik heb voor jou gekozen. Je hebt mij gekozen. Yep! Jij bent… Ja, ik weet het. Nog dommer dan ik dacht. Denk je dat hij serieus gaat luisteren? Hij vermaakt zich, steekt dan zijn duim omlaag en laat de leeuwen op ons los. Begrijp je dan werkelijk helemaal niets? Je hebt gelijk. Het is zinloos. Het is over. Hij heeft gewonnen... Als dit een verhaal was, Eurydice? Eurydice heet je toch? Ja. Zou ik dan de held of de schurk zijn? He? Eh nou, je hebt mij bevrijd. Dat is al meer dan ik van je verwacht had. Nog geen held, maar je bent zeker geen schurk. Kom. We gaan een lied voor die eikel zingen. Wat? We kunnen toch niets anders en we hebben niets te verliezen. Waar wil je over zingen? Ik heb een black-out. De liefde. Het lied moet natuurlijk over de liefde gaan. De liefde. Natuurlijk 7 Hoofdstuk 5 – Liedteksten Het zou verboden moeten zijn Mannen Houd van mij, bewonder mij, verheerlijk en begeer mij Aanbid mij en verafgood mij, verzamel en waardeer mij D+H Hij is heel erg beroemd Hij is een hele grote ster Als je zijn naam vaak genoeg noemt Dan wordt je zelf ook populair Hij raakt precies de juiste snaar En bij zijn opzwepend refrein Krijg ik het al te vaak te zwaar Hij zou verboden moeten zijn Mannen Houd van mij, bewonder mij, verheerlijk en begeer mij Aanbid mij en verafgood mij, verzamel en waardeer mij Eurydice We worden allemaal beroemd Echt iedereen komt aan de beurt Al duurt het maar een klein kwartier Geniet ervan, ‘t is zo gebeurd Kom, neem je plaats in de spot Waar het leven zich afspeelt Je wordt gekraakt en uitgelachen Maakt niet uit, jij was in beeld Eurydice Het maakt geen zak uit wat je doet Er is geen noodzaak voor talent Acteer of zing of presenteer Als je op straat maar wordt herkend D+H Ik ben zijn allergrootste fan Met hem voel ik me nooit alleen Als ik straks achtentachtig ben Staat hij nog steeds op nummer een Eurydice Dus geniet van je kwartier Van klatergoud en schone schijn En iedereen komt aan de beurt Het zou verboden moeten zijn D+H Zijn stem geeft steeds weer het gevoel Van rozengeur en maneschijn Hij is zo onverdraaglijk cool Hij zou verboden moeten zijn Mannen Houd van mij, bewonder mij, verheerlijk en begeer mij Aanbid mij en verafgood mij, verzamel en waardeer mij 8 Zie niet om… Orpheus: Ik zag haar en ik wist meteen met grote zekerheid Deze liefde, die ik voel Is voor de eeuwigheid En haar stralende ogen Spraken in dezelfde taal De liefde ging, zonder genade Met me aan de haal Eurydice: Ik zag hem en ik voelde, Zonder spoor van aarzeling, Me in zijn zee van liefde Slechts een arme drenkeling Ik kon niet meer dan deinen Op de golven van zijn pracht Hij sleurde me de diepte in Met niets ontziende kracht Samen We lachten en we kusten En we dachten niet meer na E: O: Hij vroeg: wil jij mijn vrouw zijn? …en zij fluisterde: ja. Samen Zie niet om… Mijn liefste, zie niet om. Zie niet om… Mijn liefste, zie niet om. O: Maar het nootlot viel ons Ongenadig in de schoot Ik huilde, was ontroostbaar Want jij mijn lief was dood E:Een dodelijke slangenbeet Nam mij van jou vandaan Ik dacht aan onze liefde En toen ben ik doodgegaan De dood neemt en slaat dikwijls toe Met blinde willekeur Er is geen wapen tegen Mededogenloos terreur Maar ‘k gaf niet op, rechtte mijn rug De strijd was niet voorbij Ik wist voor onze liefde is De dood zelfs geen partij Eurydice Jij bevoer de dodenstroom Trotseerde hellehond De God der duisternis zag Vreemd op toen jij voor hem stond Hij zei: wat doet een levende Hier voor mijn aangezicht Jij hoort niet bij de doden Voeg je snel weer bij het licht Samen Een lied van liefde en van dood Klonk in de duisternis Van dromen, van verlangens Van ondragelijk gemis 9 Orpheus En zelfs de God der doden E: Was geroerd door mijn verdriet En hij stond toe dat jij mijn lief Het dodenrijk verliet schimmenrijk Geen levende, geen dode ziel Bleef nog onaangedaan De heerser van het Liet mij getroffen gaan. Zie niet om… Mijn liefste zie niet om. Zie niet om… Mijn liefste zie niet om. Eurydice Het was dat enkele beding Dat jij mijn bruidegom Vergat bij onze terugkeer Lief, zie voor je, zie niet om Orpheus Ik voelde dat je achter me Het leven weer beklom Maar weifelde een ogenblik Ik stopte en zag om Samen Verenigd in de dood zijn wij Als bruid en bruidegom Verenigd in de liefde Zien wij samen nooit meer om E: Zie niet om… mijn liefste zie niet om Zie niet om… mijn liefste zie niet om Nooit meer om, met jou lief, nooit meer om Nooit meer om, met jou lief, nooit meer om. 10 Hoofdstuk 6 De makers en de spelers Makers Script Muziek Regie Dans Zang Decor Kostuum Techniek Productieleiding Productie stagiaire Jaco van der Moolen Ton Scherpenzeel Jacqueline Boot Debbie van Dishoeck Jacqueline Vondenhoff Esther Viersen Lea Noodhoek Joris van Veldhoven Cas van Ree Selina Agricola Ymke van Gaalen Dorine van Ijsseldijk Hanne Pierrot Doris van der Molen Maaike Blom Ilona Arends Laura van Gaalen Sanne Schroder Chris Wrentschur Gijs Kuijpers Sem van Manen Anouk van Belzen Directie : Louis Lemaire, Christine Lemaire, Annette Lecomte, Marnix Keeven Spelers Rollen Joenoes Polnaya/Joël Mellenberg Joey von Grumbkow Sjaid Foncé Caitlin Baank Tamara Esser Myrthe Koning Beatrijs Timmermans Denise Beekman Orpheus Jason Hades Eurydice Persephone Cerberus Danone/Castor Helena/Pollux 11 Bijlage 1 Lesideeën De lesideeën zijn ingedeeld per hoofdstuk. Zoals al eerder gezegd, doe ze niet allemaal, maar kies degene die het meest geschikt zijn voor uw groep. Hoofdstuk 2 De theaterervaring In dit hoofdstuk vindt u meer informatie over het theater en hoe het is om er naar toe te gaan. Lees het stuk over de theaterervaring voor aan de kinderen. Ook kunt u met de kinderen een kringgesprek voeren over theaterbezoek. Over het kijken naar een voorstelling Kinderen moeten vaak nog vertrouwd raken met het kijken naar een voorstelling. Een voorstelling is ‘live’ en wordt dus gemaakt waar je bij bent. Het gedrag van het publiek is van invloed op de kwaliteit van de voorstelling. Kinderen zijn allemaal wel vertrouwd met televisie kijken. Daarom is het aardig om te praten over het verschil tussen televisie kijken en het bijwonen van een theatervoorstelling. In het onderstaande overzicht staan een aantal verschillen. Theater - de voorstelling wordt gemaakt waar je bij bent - je kunt het geluid niet harder of zachter zetten - je kunt de voorstelling niet zomaar stop zetten - het speelt zich af in een speciale ruimte - er zijn ook onbekende mensen bij die ernaar kijken - er zijn speciale voorzieningen nodig (bijvoorbeeld licht en geluid) - je zit niet altijd op de eerste rang - lopen, praten, eten en schuifelen stoort - na een voorstelling klapt de kijker om de artiest(en) te bedanken; hoe mooier de voorstelling des te langer duurt het applaus Televisie - het televisieprogramma is al af als je ernaar kijkt - je kunt het geluid harder of zachter zetten - je kunt de televisie uitzetten wanneer je wilt - het speelt zich af in de huiskamer - er zijn alleen bekende mensen bij die meekijken - er zijn geen speciale voorzieningen nodig - je zit net zo dichtbij als je zelf wilt - je kunt lopen, snoepen of praten zonder het televisieprogramma te storen, alleen de mensen die ook kijken hebben er misschien last van - na een televisieprogramma geef je geen applaus, want de programmamakers horen of zien je toch niet Tips: Theater leergesprek Om de kinderen voor te bereiden op de voorstelling en ze nieuwsgierig te maken naar theater, kunt u in een kringgesprek de volgende vragen aan de orde stellen: Wie is er wel eens in naar een voorstelling geweest? Waar vond die voorstelling plaats? Op school? In de openlucht? In het theater? Hoe was dat? Wat kun je erover vertellen? Wat heb je daar gezien? Is het anders dan televisie of de bioscoop? Hoe dan? Droegen de acteurs kostuums? Waarom doen ze dat? Wat is een decor? Is er altijd een decor? Vertel zelf iets over een voorstelling die u ooit gezien hebt. Denk ook aan concerten, straattheater, musicals, poppenkast, etc. Praat met de kinderen over de theateretiquette. Hoe luister en kijk je naar een voorstelling? Wat zijn de spelregels? 12 Hoofdstuk 3 Tips In dit hoofdstuk vindt u tips voor les opdrachten. Tips: Kijkdoos Stel aan de kinderen de vraag: ‘Als jij een decor zou mogen ontwerpen voor deze voorstelling hoe zou dat er dan uitzien?’ Bij deze opdracht mogen de kinderen hun eigen droomdecor voor dit stuk ontwerpen. De omgeving kunnen ze helemaal zelf bedenken. Ze kunnen figuren tekenen, denk er wel aan dat er een extra plakrand aangemaakt wordt. Stap 1 - neem een lege schoenendoos; - knip een kijkgat in het midden van één van de korte zijkanten van de doos; - het mooiste is als je ook één of twee gaten in het deksel van de doos knipt en deze beplakt met doorzichtig, gekleurd papier. Stap 2 - teken figuren, met extra plakranden, voor in het decor; - knip de figuren die getekend zijn uit, zorg ook dat je de plakranden uitknipt, en plak ze op karton; - kleur de figuren mooi in; - vouw de plakranden om en plak de figuren op een mooie plek in de omgeving. Theater leergesprek Stel aan de kinderen de vraag: ‘Wat vind jij het beste, mooiste, of spannendste verhaal dat je ooit hebt gehoord?’ Deze opdracht kan op verschillende manieren worden uitgevoerd. De kinderen gaan individueel, in tweetallen of in kleine groepjes thuis of op school op zoek naar voorbeelden van verhalen. Ze nemen vervolgens het boek/dvd/cd (of een kopie daaruit) mee naar school. Maak met elkaar een presentatie van alles. Besteedt hierbij onder meer aandacht aan de volgende zaken: Wat zijn de namen van de hoofdrolspelers? Geef een omschrijving van het verhaal. Waar gaat het over? Zijn de verhalen voor kinderen en/of voor volwassenen? Soms worden in een verhalen dingen overdreven weergegeven. Welke dingen zijn overdreven weergegeven? Vergelijk het verhaal met de werkelijkheid. Wat valt je op? Als je van dat verhaal een toneelstuk zou gaan maken, zou je dan dingen toevoegen of juist weglaten? 13 Hoofdstuk 5 Teksten van scènes In dit hoofdstuk zijn een aantal fragmenten van scènes uit het toneelstuk opgenomen. Tips: Toneelspelen Lees de afzonderlijke scènes gezamenlijk en speel ze geheel of gedeeltelijk in de klas. Dit kan vooraf geschieden, maar vooral ook na de voorstelling. Discussie Het stuk Orpheus, mijn idool gaat over vriendschap en vrijheid, praat met de klas over deze onderwerpen. Dit kan bijvoorbeeld door de volgende vragen te stellen: Hoe belangrijk is vriendschap? Wat zou jij doen als je beste vriend je in de steek laat? Wat betekent vrijheid voor jou? Wat zou jij doen als je vrijheid wordt afgenomen? LET OP: Dit zijn de oorspronkelijke scriptteksten; na lezing en repetities door acteurs en regisseur kunnen er kleine wijzigingen in zijn aangebracht! Ook kan het zijn dat er stukken worden weggelaten. Hoofdstuk 6 Liedteksten In dit hoofdstuk vindt u de teksten van twee liedjes uit Orheus, mijn idool. In de bijlage is de bladmuziek toegevoegd. Dit hoofdstuk is toegevoegd om met de leerlingen muzikaal bezig te zijn met liedjes uit Orpheus, mijn idool. Dit kan voor een leuke herkenning tijdens het toneelstuk zorgen. Nabespreking Bespreek, na het voorstellingsbezoek, wat de kinderen ervan vonden. Vragen kunnen onder andere zijn: Toneel In wat voor ruimte vond de voorstelling plaats? Hoe waren de kostuums? Hoe zag het decor er uit? Muziek Wat vond je van de muziek? Van wat voor muziek of geluiden hoorde je? Achter de schermen Denk je dat er veel mensen aan de voorstelling hebben meegewerkt? En heb je die mensen allemaal gezien? Probeer hierbij uit te leggen dat er bijvoorbeeld ook een regisseur, verschillende technici en publiciteitsmedewerker meewerken. Interpretatie en mening Welke gevoelens riep de voorstelling bij je op? Was je bang/blij/boos/bedroefd? Wat vond je het beste of mooiste aan de voorstelling? En waarom? Wat vond je minder of niet leuk aan de voorstelling? En waarom? Hoe zou jij het vinden om mee te werken aan het maken van een theatervoorstelling? 14 Bijlage 2 Kleurplaten 15 16 17 18 Bijlage 3 Bladmuziek Bijgevoegd in PDF. bestand in de mail. 19