W i n t e r kleur 2007 IJsblauw De Absolut Icebar van het IJshotel in het Zweedse Lapland, http://www.icehotel.com/uk/ICEHOTEL/About-ICEHOTEL/ □ analineblauw □ antraceenblauw □ aquamarijnblauw □ atlasblauw □ azuurblauw □ babyblauw □ Beiersblauw □ bergblauw □ Berlijns blauw □ blauwviolet □ blauwzwart □ bleekblauw □ bleu □ bosbesblauw □ briljantblauw □ cadetblauw □ capriblauw □ Caribisch blauw □ chagallblauw □ Chinees blauw □ clematisblauw □ coulinblauw □ curaçaoblauw □ cyaanblauw □ Delfts blauw □ diepblauw □ duifblauw □ echtblauw □ Egyptisch blauw □ emailleblauw □ etherblauw □ fayence blauw □ ftaloblauw □ gauloises blauw □ gentiaanblauw □ gletscherblauw □ grijsblauw □ groenblauw □ hemelsblauw □ hyacintblauw □ hydronblauw □ ij s b l a u w □ ijzerblauw □ indigoblauw □ Indische blauw □ inktblauw □ irisblauw □ jeansblauw □ klokjesblauw □ knalblauw □ kobaltblauw □ koningsblauw □ Kopenhaags blauw □ korenblauw □ kosmosblauw □ kwetsen blauw □ laguneblauw □ lapis lazuli blauw □ lavendelblauw □ lazuurblauw □ lichtblauw □ lupineblauw □ madonnablauw □ marineblauw □ matblauw □ metalicblauw □ methyleenblauw □ middenblauw □ nachtblauw □ neonblauw □ nevelblauw □ noords blauw □ oceaanblauw □ oerblauw □ opaalblauw □ oriëntaals blauw □ Parijs blauw □ pastelblauw □ pauwblauw □ petroleumblauw □ porseleinblauw □ pruimenblauw □ Pruisisch blauw □ ridderspoorblauw □ rookblauw □ saffierblauw □ shebablauw □ staalblauw □ turkooisblauw □ ultramarijnblauw □ uniformblauw □ vergeet-mij-niet-blauw □ verkeersblauw □ Vermeerblauw □ Vicoriablauw □ viooltjesblauw □ wasblauw □ waterblauw □ wolkblauw □ zeeblauw □ zwartblauw □ Bron: Kleur, symboliek, psychologie toepassing. Het spectrum 1990 Auteur: Dr. Eva Heller is sociologe (Duitsland). Als basis voor ‘kleur’, diende een uitgebreid onderzoek onder 1888 geënquêteerden van jong tot oud. Hoe kunnen kleuren zulke verschillende gevoelens oproepen? Wij verbinden met elke kleur veelsoortige ervaringen. Wij herinneren ons die ervaringen door de samenhang (context) waarbinnen wij een kleur waarnemen. De context definieert de werking van een kleur. Eva Heller’s boek onderzoekt de werking van alle kleuren op allerlei gebieden. Via een schriftelijke enquête (anoniem) koppelde iedere respondent veertig begrippen aan kleuren. Met verschillende vragenformulieren werd in totaal naar de kleuren van tweehonderd begrippen gevraagd. Blauw als lievelingskleur De De De De sympathie: Harmonie: vriendelijkheid: vriendschap: blauw 28%, rood 17%, groen 16%, roze 9%, wit 9%, paars 8% blauw 28%, roze 14%, wit 12%, groen 10%, paars 7%, rood 7%, goud 6% blauw 20%, roze 13%, geel 13%, wit 11%, oranje 10%, groen,10%, goud 8%, rood 8% blauw 28%, goud 17%, rood 15%, groen 12%, roze 8 %, oranje 6%, wit 6% Blauw is verreweg de populairste kleur. Het is de lievelingskleur van veertig procent van de Mannen en zesendertig procent van de vrouwen. Er is bijna niemand die niet van blauw houdt. Slechts twee procent van de mannen en maar één procent vulde ‘blauw’ op de vragenlijst in Bij de categorie ‘De kleur die me het minst aanstaat’. Blauw is zo populair omdat het veel goede eigenschappen symboliseert: het is de kleur van De sympathie, van de harmonie, van de vriendelijkheid en de vriendschap. Hoe dronken mannen de kleur blauw maakten (Wede kleurstof) Traditionele werking Blauwe kleding is onopvallend, voor iedereen en iedere gelegenheid geschikt, maar niet zo Elegant als zwart. Daaraan liggen oeroude tradities ten grondslag. Tot het moment waarop in het begin van de vorige eeuw de synthetische kleurstoffen op de markt kwamen, was de kleur van Kleding geen kwestie van smaak maar van geld. Het winnen van kleurstoffen uit verfplanten ging moeizaam. Veel kleurstoffen moesten worden geïmporteerd en het verven was arbeidsintensief. Maar het was altijd en overal ter wereld al makkelijk geweest om iets blauw te verven. Zo werd blauw de populairste kleur voor kleding. In Midden-Europa werd de blauwe kleurstof gewonnen uit wede. De ververij was in de Middeleeuwen een geheime wetenschap. Recepten zijn slechts vaag overgeleverd, maar met behulp van de moderne chemie was het mogelijk om achter een aantal geheimen van de ververs te komen. Op de volgende manier werd er met wede blauw geverfd. Alleen de bladeren van de wede werden geoogst door ze van de stengel te trekken. De plant bleef staan en ging enkele oogstjaren mee. De Wedebladeren werden fijngestampt en vervolgens in de zon gedroogd. De blauwververij vereiste mooi weer, het moest minstens twee weken lang heet zijn. Als hulpmiddel was er slechts een van een uitgeholde boomstam gemaakt bak nodig, groot en vlak als een drinkbak voor het vee. De ververs noemde zo’n bak ‘kuip’. De kuip moest in de zon staan. In een kuip, die ongeveer 600 liter vloeistof kon bevatten, deed met 25 kilo gedroogde Wedebladeren. Daarna werd Vloeistof toegevoegd tot alle bladeren goed bedekt waren. Er was een unieke chemische vloeistof voor nodig: vers, menselijke urine. In de zon begon het mengsel van urine en wede te gisten. Daarbij ontstond er alcohol, die de blauwe kleurstof uit de bladeren losmaakte. Door een tweede gisting werd de kleurstof in water oplosbaar. Pas dan kon er worden geverfd. Het chemische proces was in de Middeleeuwen niet bekend. Men wist echter dat de gisting werd versterkt en er meer kleurstof vrijkwam, wanneer men er alcohol aan toevoegde. De alcohol was te kostbaar om direct bij het mengsel te gieten. Om te vermijden dat de wedeverf te duur zou worden, voegde men daarom de alcohol via een omweg toe. In oude recepten staat dat de kleur bijzonder goed werd met de urine van mannen, die veel alcohol hadden gedronken. Het duurde tenminste drie dagen voordat de kleurstof uit de bladeren was opgelost. Volgens het recept was de eerste gisting voltooid wanneer de kwalijke stank minder werd. De verversgezellen moesten zolang drie maal per dag de rottende bladeren in het mengsel omwerken. Ze deden dat door met blote voeten in de kuip trappende bewegingen te maken. Deze methode had wellicht het voordeel dat men zo de neus dicht kon houden. Wanneer de stank minder werd en de kleurstof uit de bladeren was losgeweekt, kon men echter nog niet verven. De in alcohol opgeloste kleurstof moest eerst in water oplosbaar worden gemaakt. Voor de tweede gisting voegde men zout toe aan de bladermassa. De bakken werden tot de rand met urine gevuld, daarna moest men weer drie tot acht dagen wachten. De ververs hadden dan niets anders te doen dan ’s morgens en ’s avonds de brij voorzichtig om te werken, de door de zon verdampte urine aan te vullen en vooral te zorgen voor een continue toevoeging van alcohol. Want hoe beter de gisting, hoe sterker de kleurstof en hoe intensiever het blauw. Pas wanneer er zich schimmel op de massa had gevormd kon men de te verven stoffen en garens erin leggen. Een hele dag moesten ze in de oplossing liggen, tot ze genoeg kleurstof hadden opgenomen. Daarna werden de stoffen gespoeld, weer in urine. Maar ook nu waren de stoffen nog niet blauw, ze hadden de onsmakelijke kleur van de oplossing. De blauwe kleur ontstond pas tijdens het drogen van de stoffen in de zon. Bij het ‘verblauwen’ – zo noemde men de laatste fase van het blauwverven – moest voor een gelijkmatige kleuring de stoffen en garens regelmatig worden omgedraaid. Wede is een oxidatiekleurstof. En juist omdat deze kleur pas onder Invloed van het licht ontstaat, is hij zo lichtecht. Afgezien van de stank was blauwverven een aangename bezigheid. De ververs werkten buiten, bij mooi weer, en er was rijkelijk te drinken. Wanneer er ververs op klaarlichte dag dronken in de zon lagen, wist iedereen: die maken blauw. En wie blauw had gemaakt, die was zo blauw als een Maleier! Aan het begin van de 18e eeuw was het met de mooie blauwververij gedaan, een andere blauwe kleurstof verdrong de wede. Van de vroeger zo belangrijke wedeplant is tegenwoordig niet eens de naam meer bekend, maar de zegswijze “zo blauw als een Maleier zijn” kennen we nog wel! Over blauw valt nog veel meer te vertellen, misschien in een volgende ‘nieuws-brief-met-een-kleurtje’.