Accountancy Actief van de balans Contactpersoon: [email protected] Hoofdstuk 2: Actief van de balans Rubriek 1: Oprichtingskosten Onder post oprichtingskosten (buiten anders vermeld) --> kosten verbonden met: - oprichting - verdere ontwikkeling v/d onderneming - herstructurering v/d onderneming - kosten v/d oprichting - kosten v/d kapitaalverhoging - kosten bij uitgifte v/e lening Kortom: kosten zijn oprichtingskosten wanneer ze te maken hebben met de oprichting v/d onderneming, de verdere ontwikkeling of de herstructurering Boekhoudkundige verwerking van oprichtingskosten 200 KOSTEN VAN OPRICHTING EN KAPITAALVERHOGING Inhoud Rekening voor volgende kosten: - Honoraria (erelonen) - Honoraria v/d notaris voor oprichting - Honoraria v/d bedrijfsrevisor bij inbreng in natura - Honoraria bij het plaatsen van aandelen door financiële instellingen - Registratierechten v/d oprichtingsakte v/d vennootschap of v/e kapitaalverhoging - Drukkosten v/d aandelen - Kosten met betrekking tot publicatie v/d oprichtingsakte in bijlagen van Belgisch staatsblad Waardering Men kan de oprichtingskosten op twee manieren behandelen - Oprichtingskosten onmiddellijk ten laste leggen v/h resultaat (voorzichtigheidsprincipe) - Activering v/d oprichtingskosten (overeenstemmingsprincipe) ! Keuze heeft invloed op winst doorheen de tijd Voorbeeld: Bij de oprichting van een drukkerij worden volgende kosten gemaakt - Notariskosten: 10.000 euro - Juridisch advies: 2.200 euro - Aandelen drukken: 200 euro (150 euro grondstoffen, elektriciteit 50 euro) --> BTW buiten beschouwing, geen contante betaling Keuze voor onmiddellijk ten laste leggen: 657 Diverse financiële schulden 12.200 61 Diensten en diverse goederen 50 600 Aankopen van grondstoffen 150 a/ 440 Leveranciers 12.400 (of 489 diverse schulden) Keuze voor activering: 657 Diverse financiële schulden 12.200 61 Diensten en diverse goederen 50 600 Aankopen van grondstoffen 150 a/ 440 Leveranciers 12.400 200.0 Kosten van oprichting en kapitaalverhoging 12.400 a/ 72 Geproduceerde vaste activa 657 Diverse financiële kosten 200 12.200 ! Oprichtingskosten worden gewaardeerd tegen aanschaffingswaarde Opmerkingen: .0 wijst altijd op een aanschaffings- of vervaardigingsprijs "72 Geproduceerde vaste activa" crediteert men wanneer de onderneming werken uitvoert voor eigen rekening BTW-administratie verplicht het opstellen van een interne factuur --> bewijsstuk voor activering ! Meeste werken onderworpen aan BTW MAAR meeste oprichtingskosten vrijgesteld Pagina 103 niet volledig begrepen Afschrijvingen Afschrijvingen moeten voldoen aan - eisen van voorzichtigheid - eisen van oprechtheid - eisen van goede trouw ! Oprichtingskosten zijn fictief actief --> aanschaffingsprijs MOET minIVAal met 20% per jaar verminderd worden Keuze uit twee opties: 6300 Afschrijvingen op oprichtingskosten 2.480 a/ 200.9 Geboekte afschrijvingen op kosten van oprichting/kapitaalverhoging 2.480 OF 6300 Afschrijvingen op oprichtingskosten 2.480 a/ 200 Kosten van oprichting en kapitaalverhoging 2.480 ! Optie 2 is de directe afschrijving, deze is enkel toegelaten bij oprichtingskosten ! In eindbalans worden oprichtingskosten opgenomen voor nettoboekwaarde Nettoboekwaarde: aanschaffingswaarde - geboekte afschrijvingen ! Bij stopzetting v/e bedrijf MOETEN oprichtingskosten volledig afgeschreven worden --> uitzonderlijke afschrijvingen Voorbeeld: Neem vorige onderneming, 2.480 * 5 = oprichtingskost = 12.400 Per jaar 20% afschrijven = 2.480 --> Eén keer reeds afgeschreven: 9.920 is nettoboekwaarde Bedrijf wordt stopgezet 6600 Uitzonderlijke afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten 9.920 a/ 200 Kosten van oprichting en kapitaalverhoging Herwaardering = niet toegestaan Reden: duurzame en vaststaande meerwaarde is onmogelijk 201 KOSTEN BIJ UITGIFTE VAN LENINGEN Inhoud - Disagio bij uitgifte van leningen onder pari (Voorbeeld: uitgifteprijs 97,50 euro, nominale obligatiewaarde 100 euro) - Emissiekosten en obligatieleningen Waardering Zelfde als rekening 200 9.920 Voorbeeld: N.V. schrijft obligatielening t.w.v. 100.000 euro uit over looptijd van 10 jaar --> kosten: 2.500 euro Boeking bij uitschrijven van obligatielening: 6502 Andere kosten van schulden 2.500 a/ 5500 Kredietinstellingen R/C 2.500 201 Kosten bij uitgifte van leningen 2.500 a/ 6502 Andere kosten van schulden 2.500 Afschrijvingen ! Deze oprichtingskosten mogen, integendeel met de andere, over de looptijd v/d lening worden afgeschreven (dus GEEN 20%) Kost: 2.500 euro Looptijd: 10 jaar --> 250/jaar Voorbeeld: 6501 Afschrijving van kosten bij uitgifte leningen en van disagio 250 a/ 201 Kosten bij uitgifte van leningen Disago: aandeel is lager dan nominale waarde v/h aandeel (Nominale waarde: waarde aangegeven op het document) Sinds 1991 niet meer onder oprichtingskosten ! afschrijvingen op uitgifte van leningen zijn financiële kost --> andere afschrijvingen op oprichtingskosten zijn bedrijfskost Herwaardering = niet toegestaan 202 OVERIGE OPRICHTINGSKOSTEN Inhoud - Promotiekosten - Marktonderzoekkosten - Representatiekosten gemaakt bij oprichting bedrijf Waardering/Afschrijvingen/Herwaardering = zelfde als bij rekening 200 250 204 HERSTRUCTURERINGSKOSTEN Inhoud - Studiekosten - Herscholingskosten - Brugpensioenen - Opzeggingsvergoedingen - Verhuiskosten Activering van herstructureringskosten pas toegelaten wanneer - ze ingrijpende wijzigingen in de structuur/organisatie van onderneming voorzien - ze een gunstige en duurzame invloed hebben op de rendabiliteit v/d onderneming ! Motivering is noodzakelijk in de toelichting Men voorziet speciale rekeningen voor activering v/d herstructureringskosten - 649 Als herstructureringskosten geactiveerde bedrijfskosten - 669 Uitzonderlijke kosten als herstructureringskosten opgenomen onder de activa 649 --> als herstructureringskost een bedrijfskost is 669 --> als herstructureringskost een uitzonderlijke kost is Waardering = zie rekening 200 Afschrijvingen -> minimum van 20% per jaar en moet steunen op oordeel bedrijfsleiding over weerslag op de rendabiliteit Herwaardering = niet toegestaan Voorbeeld: Onderneming besluit 4 personen te ontslaan --> samen krijgen ze vergoeding van 200.000 euro Door technologische evolutie zijn de machines niets meer waard --> boekwaarde is 170.000 euro Keuze zonder activering: 620 Bezoldigingen en rechtstreekse sociale voordelen 200.000 6602 Uitzonderlijke afschrijvingen en waardeverminderingen op MVA 170.000 a/ 455 Bezoldigingen 23.9 Geboekte afschrijvingen op IMU 200.000 170.000 Keuze met activering 620 Bezoldigingen en rechtstreekse sociale voordelen 200.000 6602 Uitzonderlijke afschrijvingen en waardeverminderingen op MVA 170.000 a/ 455 Bezoldigingen 23.9 Geboekte afschrijvingen op IMU 200.000 170.000 204.0 Herstructureringskosten 370.000 a/ 669 Uitzonderlijke kosten als herstructureringskosten onder activa 649 Als herstructureringskosten geactiveerde bedrijfskosten 170.000 200.000 OEFENING PAGINA 109 Rubriek 2: Immateriële vaste activa Immateriële vaste activa die we terugvinden in de boekhouding - Kosten van R&D - Concessies, octrooien, licenties, knowhow, merken en andere gelijkaardige rechten - Goodwill - Vooruitbetalingen op immateriële vaste activa (IVA) Kenmerk: onstoffelijke activa met bepaalde gebruikswaarde Boekhoudkundige verwerking van immateriële vaste activa 210 KOSTEN VAN ONDERZOEK EN ONTWIKKELING Inhoud - kosten van onderzoek - kosten van vervaardiging - kosten van ontwikkeling prototypes - kosten van ontwikkeling producten - kosten van uitvindingen en knowhow die nuttig zijn voor de ontwikkeling v/d toekomstige activiteit Waardering - Waardering tegen aanschaffingsprijs of vervaardigingsprijs --> mag de rente bevatten op het vreemd vermogen aangegaan voor de financiering ! enkel als ze betrekking heeft op de periode voor de bedrijfsklaarheid Andere dan van derde verworden immateriële vaste activa --> tegen vervaardigingsprijs ! MAAR: mag niet hogen zijn dan voorzichtige raming v/d gebruikswaarde of toekomstig rendement (Minimumwaarderingsregel) De nodige materiële vaste activa voor het onderzoek, worden als materiële vaste activa geboekt --> investeringskost wordt afgeschreven, geleidelijk ten laste v/h resultaat Eerst ten laste van resultaat, dan pas activering via crediteren van: - Rekening 72 Geproduceerde Vaste Activa Voorbeeld: Onderneming produceert robotten --> Ontwikkelde nieuw prototype - Loonkosten 13.000 - Diensten geleverd door derden 12.000 (+ 21% BTW) - Aankoop hulpstoffen 10.000 (+ 21% BTW) - Aankoop vaste activa 3.000 (+ 21% BTW en afschrijven op 5 jaar) --> Factuur met IVA onderworpen aan 21% BTW Geen activatie: 620 Bezoldigingen en rechtstreekse sociale voordelen 13.000 61 Diensten en goederen 12.000 601 Aankopen van hulpstoffen 10.000 499 Terugvorderbare BTW op aankopen 4.620 (0,21 * 22.000) a/ 440 Leveranciers 26.620 450 Bezoldigingen 13.000 Activeren: 620 Bezoldigingen en rechtstreekse sociale voordelen 13.000 61 Diensten en goederen 12.000 601 Aankopen van hulpstoffen 10.000 499 Terugvorderbare BTW op aankopen 4.620 (0,21 * 22.000) a/ 440 Leveranciers 26.620 450 Bezoldigingen 13.000 210.0 Kosten voor onderzoek en ontwikkeling 499... Terugvorderbare BTW op aankopen a/ 72 Geproduceerde vaste activa 499 Verschuldigde BTW op verkopen 35.000 7.350 (0,21 * 35.000) 35.000 7.350 De installatie, microscoop t.w.v. 3.000, moet men nog boeken 23.0 IMU 499 Terugvorderbare BTW op aankopen a/ 5500 Kredietinstellingen R/C 3.000 630 3.630 Afschrijvingen: 6302 Afschrijvingen op MVA 600 a/ 23.9 Geboekte afschrijvingen: IMU 600 Afschrijvingen Bij activatie v/d kosten -> afschrijven volgens normale regels ! Afschrijving van méér dan 5 jaar moet in toelichting verantwoord worden (komt door intrinsiek tijdelijk karakter v/d actief bestanddelen) Voorbeeld: Stel, men gaat de IVA (35.000) over 4 jaar afschrijven 6301 Afschrijvingen op immateriële vaste activa 8.750 a/ 210.9 Geboekte afschrijvingen op kosten van R&D 8.750 Opmerkingen - Uitzonderlijke afschrijvingen --> worden geboekt wanneer na gewone afschrijvingen de boekhoudkundige waarde groter blijkt dan de gebruikswaarde (kan gevolg zijn door technische ontwaarding of technologische/economische omstandigheden) Voorbeeld: 6601 Uitzonderlijke afschrijvingen en waardeverminderingen op IVA a/ 210.9 Geboekte afschrijvingen op kosten van onderzoek en ontwikkeling - Bij stopzetting --> boekwaarde moet gelijk zijn aan vermoedelijke realisatiewaarde (mag verschillen v/d gebruikswaarde) Terugneming van afschrijvingen = mag enkel bij een te snelle afschrijving wegens gewijzigde economische of technologische omstandigheden ! Aanvullende of uitzonderlijke afschrijvingen, die niet langer verantwoord zijn, mogen worden teruggenomen mits surplus op de geplande afschrijvingen Voorbeeld: 210.9 Geboekte afschrijvingen op kosten van onderzoek en ontwikkeling a/ 7600 Terugneming van afschrijvingen en waardeverminderingen op IVA Herwaardering = niet toegelaten 211 CONCESSIES, OCTROOIEN, LICENTIES, KNOWHOW , MERKEN EN SOORTGELIJKE RECHTEN Inhoud - Men verstaat de zaken waar de onderneming eigenaar van is - Men verstaat het recht om deze te exploiteren - Men verstaat de aanschaffingswaarde v/h recht v/d vennootschap om van derden dienstverlenende knowhow te verkrijgen Concessies = rechten tot exploitatie v/e onroerend goed toegekend door publiekrechtelijk orgaan of staat Voorbeeld: privé-onderneming die het monopolisch recht krijgt om een parking uit te bouwen Octrooi (patent) = uitsluitend (maar overdraagbaar) recht om gedurende een bepaalde periode een uitvinding te exploiteren Voorbeeld: octrooi op bepaalde medicatie Merkrechten = rechten die verbonden zijn aan een wettelijk bescherm en gedeponeerd merk Voorbeeld: productnaam van frisdrank merk Licenties = recht tot gebruik van octrooien, merken en soort gelijke rechten van industriële eigendom Voorbeeld: andere mogen technologie gebruiken mits betaling vergoeding Knowhow = niet bescherm intellectueel recht met betrekking tot bijzondere geheime kennis of vaardigheid --> verworven uit ervaring Waardering = zie rekening 210 Afschrijvingen = volgens afschrijvingsplan, geen vermelding genoodzaakt bij duur langer dan 5 jaar Waardeverminderingen = levensduur van immaterieel vast actief kan onbeperkt zijn (voorbeeld: merkrechten) --> in geval van duurzame ontwaarding, moet men een gebruik maken van waardevermindering ! Afschrijvingen zijn dan niet toegelaten Voorbeeld: Frisdrankproduct schat waarde van zijn merk op 25.000 --> merk komt in contact met milieuvervuiling en verliest helft van zijn waarde 6308 Waardeverminderingen op IVA 12.500 a/ 211.9 Geboekte waardeverminderingen op concessies, ... 12.500 Terugneming van waardeverminderingen = waardeverminderingen moeten worden teruggenomen indien ze hoger zijn dan vereist (komt door voorzichtigheid, oprechtheid en goede trouw) Voorbeeld: Neem frisdrankproducent van hierboven --> doet inspanningen voor imago te verbeteren --> merkwaarde steeg terug tot 18.000 221.9 Geboekte waardeverminderingen op concessies, ... 5.500 (18.000 - 12.500) a/ 7600 Terugneming van afschrijvingen en waardevermind... 5.500 Herwaardering = niet toegestaan Verkoop = wanneer men immaterieel vaste activa verkoopt, gebruikt men - 763 Meerwaarden op de realisatie van vaste activa - 663 Minderwaarden op de realisatie van vaste activa Voorbeeld: - Producent heeft licentie met nettoboekwaarde 12.000 - Reeds 4.000 euro afgeschreven - Producent stopt productie en verkoopt licentie voor 18.000 - Geen herinvestering - BTW-bijdrage van 21% 221.9 Geboekte afschrijvingen op concessies, ... 4.000 5500 Kredietinstellingen R/C a/ 211.0 Concessies, octrooien, ... 16.000 (12.000 + 4.000) 763 Meerwaarden op realisatie van vaste activa 6.000 (18.000 - 12.000) 499 Verschuldigde BTW op verkopen 3.780 (0,21 * 18.000) 212 GOODWILL Inhoud = Goodwill dis de prijs betaald voor de verwerving v/e onderneming of van een bedrijfsafdeling voorzover die hoger is dan de nettowaarde v/d actief-minus passief van de verworven onderneming of branche Waardering Verdere bespreking in vennootschapsboekhouden en consolidatie/groepsrekeningen 213 VOORUITBETALINGEN Inhoud = vooruitbetalingen met betrekking op IVA Waardering = waardering tegen nominale waarde ZIE OEFENING PAGINA 122 Rubriek 3: Materiële vaste activa Materiële vaste activa = activa die materieel van aard zijn en voor duurzame bedrijfsdoeleinden worden ingezet Boekhoudkundige verwerking met materiële vaste activa 22 TERREINEN EN GEBOUWEN Inhoud - Bebouwde terreinen - Onbebouwde terreinen - Bebouwing (constructies) - Inrichting ! Moet eigendom zijn van de onderneming en moet gebruikt worden voor de ondernemingsactiviteit ! Rekening 222 "Bebouwde terreinen" gebruikt men als er geen onderscheidt kan gemaakt worden tussen terreinen en gebouwen (of als er geen onderscheidt in afschrijving is) Waardering Materiële vaste activa waarderen tegen - Aanschaffingsprijs - Vervaardigingsprijs - Inbrengwaarde Bij aanschaffing gebeurt de waardering tegen aanschaffingsprijs - aankoopprijs (+ kosten) - vervoerkosten - niet terugbetaalbare belastingen Voorbeeld: Aankoop gebouw van 100.000 221.0 Gebouwen 100.000 a/ 489 Andere diverse schulden 100.000 Bij vervaardiging worden de kosten gedebiteerd volgens hun aard --> bij ingebruikname waardeert men tegen vervaardigingsprijs Meestal: integrale kostprijs met indirecte productiekosten Zelden: direct costing (moet vermeld worden in toelichting) ! Rente van financiering mag men opnemen in aanschaffingswaarde (betrekking tot periode bedrijfsklaarheid voorafgaat) Voorbeeld: Nieuw gebouw optrekken --> totale kost: 65.000 Herkomst van de kosten - loonkosten: 40.000 (30.000 bruto + 10.000 werkgeversbijdragen) - grondstoffen 25.000 - BTW 21% 620 Bezoldigingen en rechtstreekse sociale voordelen 30.000 621 Werkgeversbijdragen 10.000 600 Aankopen v/d grondstoffen 25.000 499 Terugvorderbare BTW op aankopen 5.250 (0,21 * 25.000) a/ 5500 Kredietinstellingen R/C 70.250 221.0 Gebouwen 449 Terugvorderbare BTW op aankopen a/ 72 Geproduceerde vaste activa 499 Verschuldigde BTW op verkopen 65.000 13.650 (0,21 * 65.000) 65.000 13.650 Bij inbreng is de inbrengwaarde van belang Herwaardering = toegestaan Materiële vaste activa mag men herwaarderen wanneer de waarde v/d op vaststaande en duurzame wijze uitstijgt boven de boekwaarde ! Verantwoording rond de rendabiliteit noodzakelijk ! Moet in de toelichting van het eerste jaar v/d herwaardering staan Wanneer er een gebruiksduur vaststaat, is het toegelaten de hergewaardeerde waarde af te schrijven over de gebruiksduur v/d betrokken activa ! Geboekte meerwaarden meteen toekennen aan "herwaarderingsmeerwaarden De meerwaarden mag men --> omzetten in kapitaal --> overbrengen naar reserve tot beloop v/d op de meerwaarde geboekte afschrijvingen --> bij latere minderwaarde afboeken tot het beloop v/h nog niet afgeschreven gedeelte v/d meerwaarde Voorbeeld: Gebouw wordt in 2005 gekocht voor 20.000 In 2007 beslist men het gebouw te herwaarderen met 30.000 In 2008 boekt men de meerwaarde naar het kapitaal over In 2009 verkoopt men het terrein voor 55.000 Men doet geen herinvestering 2005 220.0 Terreinen 20.000 a/ 489 Andere diverse schulden 20.000 2007 220.8 Geboekte meerwaarden op terreinen 30.000 a/ 121 Herwaarderingsmeerwaarden op MVA 2008 121 Herwaarderingsmeerwaarden op MVA 30.000 a/ 100 Geplaatst kapitaal 2009 5500 Kredietinstellingen R/C 55.000 a/ 220.0 Terreinen 220.8 Geboekte meerwaarde op terreinen 763 Meerwaarde op de realisatie van VA 30.000 30.000 20.000 30.000 5.000 ! Wanneer er geen omzetting was tot kapitaal, had men volgend resultaat gehad: 2009 5500 Kredietinstellingen R/C 55.000 121 Herwaarderingsmeerwaarden op MVA 30.000 a/ 220.0 Terreinen 20.000 220.8 Geboekte meerwaarde op terreinen 30.000 763 Meerwaarde op de realisatie van VA 35.000 ! Verkoop van gebouwen en terreinen vaak geen BTW Afschrijvingen = spreiding v/e uitgave van een duurzaam actief over de beperkte economische levensduur volgens een afschrijvingsplan Ze bepalen indirect de fiscale geldstroom Men geeft volgende zaken weer - aanschaffingswaarde - geboekte afschrijvingen - geboekte meerwaarden ! Terreinen en gebouwen in aanbouw worden nooit afgeschreven (UITZONDERING: bijvoorbeeld steengroeven Timing van afschrijvingen --> in het jaar van verwering v/h actiefbestanddeel ! Activa die worden verworven in de loop v/h boekjaar mag men voor het volledig jaarbedrag afschrijven (ongeacht het tijdstip van aanschaffings) in theorie mag je een aankoop op 31/12 nog afschrijven voor dat jaar ! Men mag ook kiezen voor een eerste afschrijving berekent op de dag v/h jaar Voorbeeld: Machine met levensduur van 3 jaar en prijs van 120.000 Aankoop in eerste jaar --> 184/356*1/3*120.000 = 20.164,8 ! In het jaar van verkoop mag men niet meer fiscaal afschrijven --> compensatie via minderwaarde bij realisatie --> compensatie via meerwaarde bij realisatie Afschrijvingsmethoden De basis van afschrijvingen = aanschaffingswaarde verminderen met vermoedelijke residuwaarde bij realisatie --> voorzichtheidsbeginsel Methode 1: Lineaire of constante afschrijvingen = afschrijvingsbedrag blijft constant over tijd --> waarde daalt lineair Voorbeeld: Machina van 18.000, die afgeschreven wordt over 5 jaar --> 3.600 per jaar Jaar 1 Jaar 2 Jaar 3 Jaar 4 Jaar 5 Afschrijving 6302 3.600 3.600 3.600 3.600 3.600 Geb. afschr. 23.9 3.600 7.200 10.800 14.400 18.000 Nettoboekwaarde 14.400 10.800 7.200 3.600 0 Methode 2: Degressieve afschrijvingen a) Gebruik maken van vast percentage op nettoboekwaarde (voorbeeld 40% bij machine van 18.000) Jaar 1 Jaar 2 Jaar 3 Jaar 4 Afschrijving 6302 7.200 4.320 3.600 2.880 Geb. afschr. 23.9 7.200 11.520 15.120 18.000 Nettoboekwaarde 10.800 6.480 2.880 0 ! Het degressief afschrijvingspercentage is het dubbele van het lineair afschrijvingspercentage --> maximum 40% v/d aanschaffingswaarde Wanneer de degressieve afschrijving < lineaire afschrijving --> men gaat over tot lineaire afschrijving (In bovenstaand voorbeeld vanaf jaar 3: men schrijft 3.600 af en geen 2.592) --> vervolgens schrijft men overschot af Men kan zo de levensduur v/h actief inkorten b) Gebruik maken van vast percentage op aanschaffingswaarde (voorbeeld 40% van 18.000) Jaar 1 Jaar 2 Jaar 3 Afschrijving 6302 7.200 7.200 3.600 Geb. afschr. 23.9 7.200 14.400 18.000 Nettoboekwaarde 10.800 3.600 0 ! Enkel toegelaten voor fiscale doeleinden (toestemming noodzakelijk) c) Sum-of-the-year-digits methode --> stel de levensduur is 5 jaar, dan maakt men de som: 5 + 4 + 3 + 2 + 1 = 15 Vervolgens schrijft men per jaar: Jaar 1: 5/15 Jaar 2: 4/15 Jaar 3: 3/15 Jaar 4: 2/15 Jaar 5: 1/15 Jaar 1 Jaar 2 Jaar 3 Jaar 4 Jaar 5 Afschrijving 6302 6.000 4.800 3.600 2.400 1.200 Geb. afschr. 23.9 6.000 10.800 14.400 16.800 18.000 Nettoboekwaarde 12.000 7.200 3.600 1.200 0 Methode 3: Progressieve methoden Minder van toepassing --> men schrijft grote bedragen af in latere jaren Methode 4: Prestatiegebonden afschrijvingen Men schat het aantal prestatief van het actief materieel --> men bepaald tarief per prestatie Bedrijfseconomisch: goede afschrijvingsmethode Boekhoudkundig: weinig toepassing, nogal een onregelmatig patroon ! Bij kostprijsboekhouding komt deze wel voor Voorbeeld: Stel machine kan 1.000 uur draaien en kostte 18.000 euro --> afschrijving van 18 euro per uur --> als je in één jaar 100 uur werkt, schrijf je 1.800 per jaar af ! Daarom dat men bijvoorbeeld steengroeven afschrijft --> berekening per eenheid ontgonnen steengroef Afschrijvingen Meestal opteren voor lineaire of versnelde methode ! Altijd een afschrijvingsplan --> bij versnelde afschrijvingen die veel sneller gaan dan economisch nodig = melding in toelichting vereist, verschil tussen geboekte afschrijvingen en economisch verantwoorde ! Ook invloed op resultaat aanduiden Voorbeeld: Gebouw wordt verkocht aan 100.000 euro en lineair afgeschreven over 20 jaar --> 5.000 euro afschrijven per jaar 6302 Afschrijvingen op MVA 5.000 a/ 221.9 Geboekte afschrijvingen op gebouwen 5.000 In het zesde jaar verkoopt men het gebouw voor 40.000 221.9 Geboekte afschrijvingen 25.000 416 Diverse vorderingen 40.000 663 Minderwaarden op realisatie van vaste activa 35.000 a/ 221.0 Gebouwen 100.000 Het gebouw is eigenlijk 75.000 nog waard, maar verkocht tegen 40.000 ! Jaar van aankoop is afschrijven, jaar van verkoop is NIET afschrijven Aanvullende of uitzonderlijke afschrijvingen --> moet men boeken als boekwaarde > gebruikswaarde (kan door technische ontwaarding of verandering van technologische/economische omstandigheden) Waardeverminderingen Soms zijn er materiële vaste activa met onbeperkte gebruiksduur --> geen voorwerp van afschrijvingen, wel van waardeverminderingen (in geval van duurzame) - bij bijdrage tot gewone bedrijfsactiviteit: 6309 bedrijfskosten - bij uitzonderlijke karakter: 6602 uitzonderlijke kosten Voorbeeld: Oliehandelaar heeft terrein naar bedrijfsgebouwen (100.000 euro aanschaffingswaarde) --> gebruik van het terrein voor reinigen van tankwagens --> er ontstaat grondverontreiniging en het terrein verliest 20.000 in waarde --> ook ontploffing in naburige kerncentrale waardoor waarde nog 10.000 daalt 6309 Waardeverminderingen op MVA 20.000 6602 Uitzonderlijke waardeverminderingen en afschrijvingen op MVA 10.000 a/ 220.9 Geboekte waardeverminderingen op terreinen 30.000 Terugneming van afschrijvingen en waardeverminderingen = Geboekte waardeverminderingen MOETEN teruggenomen worden indien ze op het einde v/h jaar niet meer noodzakelijk zijn (door normen van voorzichtigheid, oprechtheid en goede trouw) Voorbeeld: Twee jaar geleden werd er waardevermindering op terrein geboekt van 20.000 euro --> uit inventaris blijkt dit 60% te veel te zijn 220.9 Geboekte waardeverminderingen op terreinen 12.000 a/ 7601 Terugneming van afschrijvingen en waardeverminderingen op MVA 12.000 ! Bij beperkte levensduur mag dit enkel wanneer blijkt dat te snelle afschrijvingen waren door technologische omstandigheden of technologische/economische zaken ! Terugname steeds via uitzonderlijke opbrengstenrekening 23 INSTALLATIES, MACHINES EN UITRUSTING Inhoud: - diverse installaties voor exploitatie (exclusief meubilair en rol. materieel) - klein materiaal dat continu heraangeschaft wordt (met verwaarloosbare aanschaffingswaarde) - mag vast bedrag zijn doorheen de tijd, indien het bedrag niet aanzienlijk verandert pet boekjaar - is een bedrijfskost Waardering / Afschrijvingen / Terugneming afschrijvingen / Herwaardering Zie rekening 22 Voorbeeld: Onderneming kocht in 2005 machine van 20.000 euro (exclusief BTW 21%) --> Lineair afschrijven over 5 jaar --> In 2008 herwaardering: nieuwwaarde wordt 30.000 --> Op het einde van 2007 is het debetsaldo van 23.0 20.000 is het creditsaldo van 23.9 12.000 --> Nettoboekwaarde (8.000) moet men vergelijken met 40% v/d nieuwwaarde (12.000) Bijgevolg: Herwaardering in 2008 23.8 Geboekte meerwaarden op IMU 4.000 a/ 121 Herwaarderingsmeerwaarden op MVA 4.000 Afschrijving eind 2008 --> verspreiden van hergewaardeerde waarde over resterende levensduur (2 jaar) 6302 Afschrijvingen op MVA 6.000 a/ 23.9 Geboekte afschrijvingen op IMU 4.000 23.8.9 Geboekte afschrijvingen op meerwaarden op IMU 2.000 ! Afschrijvingen op meerwaarden, worden aan belastbare winst toegevoegd --> belastbare reserves Boeking: 121 Herwaarderingsmeerwaarden op MVA a/ 133 Beschikbare reserves 2.000 2.000 ! Regel: geboekte meerwaarden mogen overgeboekt worden naar reserve ten belope van geboekte afschrijvingen op meerwaarden STEL: De machine van bovenstaand voorbeeld wordt in 2009 verkocht voor 1.500 euro (+ BTW 21%) én er was geen omzetting naar kapitaal 121 Herwaarderingsmeerwaarden op MVA 416 Diverse vorderingen 23.9 Geboekte afschrijvingen op IMU 663 Minderwaarden op realisatie van vaste activa a/ 23.0 IMU 23.8 Geboekte meerwaarden op IMU 499 Verschuldigde BTW op verkopen 2.000 1.815 (1.500 + 21% BTW) 16.000 2.500 (4.000 - 1.500) 20.000 4.000 315 Opmerkingen - Realisatie van MVA is onderwerpen aan BTW als verkochte goed onderworpen is aan BTW - Bij herinvestering zijn er uitgestelde belastingen (zie later) 24 MEUBILAIR EN ROLLEND MATERIEEL Inhoud: - Meubelen - Computermateriaal (hardwarde, PC's, ...) - Voertuigen bestemd voor vervoer van personen - Voertuigen bestemd voor vervoer van goederen ! Enkel de voertuigen komen hier terug, accessoirs behoren tot bijkomende aanschaffingskosten Kosten gemaakt gedurende gebruik boeken we op verschillende rekeningen (volgens aard) - Rekening 61: Diensten en prestaties -> alle onderhoudskosten, verzekeringskosten, parkeerkosten - Rekening 6302: Afschrijvingen op MVA -> ! bevat ook afschrijving op de accessoirs - Rekening 640: Bedrijfsbelastingen -> verkeersbelastingen, radiotaks, ... - Rekening 663 (763): Minderwaarde (meerwaarde) op realisatie van vaste activa OF - Rekening 641 (741): Minderwaarde (meerwaarde) op de courante realisatie van vaste activa Waardering: = volgens rekeningen 22 en 23 Afschrijvingen / Terugneming van afschrijvingen / Herwaarderingen = zie rekening 22 25 VASTE ACTIVA IN LEASING OF OP GROND VAN EEN SOORTGELIJK RECHT Inhoud: - Gebruiksrechten op lange termijn op bebouwde onroerende goederen waarover de vennootschap beschikt, op grond van erfpacht, opstal, leasing of soortgelijke overeenkomsten, wanneer de contractueel te storten termijnen, naast de rente en de kosten v/d verrichting, ook de integrale wedersamenstelling dekken v/h kapitaal dat de gever in het gebouw heeft geïnvesteerd - Gebruiksrechten op roerende goederen waarover de vennootschap beschikt op de grond van leasing of soortgelijke overeenkomsten, wanneer de contractueel te storten termijnen, verhoogd met het bedrag dat moet worden betaald bij optielichting indien de nemer een koopoptie bezit, naast de rente en de kosten v/d verrichting ook de integrale wedersamenstelling dekken v/h kapitaal dat de gever in het goed heeft geïnvesteerd. Het bedrag dat moet worden betaald om een koopoptie te lichten, komt evenwel enkel in aanmerking als het ten hoogte 15% vertegenwoordigt v/H kapitaal dat de geven in het goed heeft geïnvesteerd Waardering: De gebruiksrechten betreffende materiële vaste activa waarover de vennootschap beschikt op grond van leasing of gelijkaardige overeenkomsten worden onverminderd onder de activa opgenomen voor het gedeelte van de volgens de overeenkomst te storten termijn, dat strekt tot de wedersamenstelling v/d kapitaalwaarde van het goed waarop de overeenkomst betrekking heeft --> overeenkomstige verplichtingen aan passiefzijde: - gewaardeerd aan gedeelte der in de volgende boekjaren te storten termijnen dat strekt tot de wedersamenstelling v/d kapitaalwaarde v/h goed waarop de overeenkomst betrekking heeft Voorbeeld: contract VOELDOET aan voorwaarden v/h boekhoudrecht voor leasingnemer Contract tussen leasingnemer en leasinggever --> Waarde: 600.000 euro (exclusief aankoopoptie: 125.000 euro) --> Leasinggever vervaardigde gebouw voor 587.500 euro --> Grond werd aangeschaft voor 125.000 euro (3 jaar gelegen) --> BTW op vervaardigen v/h gebouw is 21% --> Aankoopoptie, na 25 jaar, is 125.000 euro voor terreinen --> Voldaan aan voorwaarden boekhoudrecht: contractprijs is hoger dan vervaardigingsprijs --> Levensduur van gebouw is 25 jaar --> Annuïteit 76.499,98 euro --> Betalingen op 31 december --> BTW-tarief 21% --> Aflossingstabel heeft intrestvoet van 12% 26 OVERIGE MATERIËLE VASTE ACTIVA Inhoud - Onroerende goederen zoals - Onroerende reserve - Woongebouwen - Buiten gebruik gestelde MVA - Buiten exploitatie gestelde MVA - Kosten voor inrichting van gehuurde gebouwen (als ze niet tot resultatenrekening horen) - Aansluitingskosten (waarbij derden eigendom behouden) - Installatiekosten (waarbij derden eigendom behouden) Voorbeeld: gasmeter ! Deze twee kosten kunnen ook ten laste van resultatenrekening komen --> Bij activering wel planmatig afschrijven v/d kosten - Roerende en onroerende goederen in erfpacht, opstal, huur, handelshuur of landpacht gegeven ! Geldt niet als we e vorderingen boeken in rubrieken V en VII ! Onroerende goederen gekocht/gebouwd voor herverkoop horen bij voorraden Waardering / Afschrijvingen en waardeverminderingen / Terugnemingen afschrijvingen / Terugnemingen waardeverminderingen / Herwaardering = zie rekening 22 27 VASTE ACTIVA IN AANBOUW EN VOORUITBETALINGEN Inhoud: Werken in uitvoering met doel MVA te creëren ! Overboeken vanaf ingebruikneming SPECIAAL GEVAL: INTERCALAIRE INTERESTEN Nog te doen, pagina 142 - 144 147 - 186 --> nog te doen, even opengelaten Rubriek 6: Voorraden en bestellingen in uitvoering Rubriek 6 beslaat voorraden en bestellingen in uitvoering --> wel opdeling in - voorraden (VI. A) - bestellingen in uitvoering (VI.B) Waarom: de gelopen risico's verschillen voor beide Overzicht van voorraden en bestellingen in uitvoering 30 Grondstoffen = Goederen aangekocht door onderneming met belangrijke functie in productie/transformatieproces Voorbeeld: metaal in autoproductie 31 Hulpstoffen = Goederen aangewend voor productie/transformatieproces maar met bijkomstige rol Voorbeeld: rubber, verf in autoproductie 32 Goederen in bewerking = Gedeeltelijk afgewerkte producten Voorbeeld: autocarrosserieën zonder binnenkleding 33 Gereed product = Goederen, geproduceerd door de onderneming zelf, die volledig afgewerkt zijn Voorbeeld: afgewerkte auto's bij een autoproducent 34 Handelsgoederen = Producten door de onderneming gekocht bij derden, ondergaan geen fundamentele wijzigingen, maar worden wel doorverkocht Voorbeeld: auto's bij autodealer 35 Onroerende goederen bestemd voor verkoop = Onroerende goederen bestemd voor verkoop kunnen zowel aangekocht zijn als zelf vervaardigd Voorbeeld: gebouwen bestemd voor verkoop bij immobiliënkantoor ! Voor immobiliënkantoor is een woonst een voorraad, geen vaste activa 36 Vooruitbetalingen op voorraadinkopen = Vooruitbetalingen met betrekking op voorraadinkopen die de leveranciers eisen bij bestellinge (boeken op deze rekening) Voorbeeld: Onderneming koopt grondstoffen voor 25.000 euro, maar voorschot van 12.400 (Geen BTW) Betaling voorschot: 360 Vooruitbetalingen 12.400 (! Dit is een VORDERING t.o.v. de leverancier) a/ 5500 Kredietinstellingen R/C 12.400 Na 5 maand levering v/d grondstoffen, onderneming ontvangst factuur van 25.000 euro betalen binnen 30 dagen 600 Aankopen van grondstoffen 25.000 a/ 360 Vooruitbetalingen 12.400 440 Leveranciers 12.600 37 Bestellingen in uitvoering - onder handen werk - goederen in bewerking - dienstprestaties (die geen standaard werk zijn) - bestellingen voor specifieke klanten (nog niet geleverd) Voorbeeld: bouw van schip over periode van 5 jaar Waardering van voorraden en bestellingen in uitvoering = van toepassing op 30 Grondstoffen - 37 Bestellingen in uitvoering (EXLCUSIEF: 36 vooruitbetalingen) Waardering tegen aanschaffingsprijs - 30 Grondstoffen - 31 Hulpstoffen - 34 Handelsgoederen - 35 Onroerende goederen bestemd voor verkoop ! Aanschaffingswaarde ≠ aanschaffingsprijs Aanschaffingswaarde: - Aanschaffingsprijs (kopen) of - Vervaardigingsprijs (zelf maken) of - Inbrengwaarde (zelf inbrengen in onerneming) Aanschaffingsprijs: - Aankoopprijs - Bijkomende kosten (niet terugbetaalbare belastingen en vervoerkosten) De aanschaffingsprijs van een door ruil verkregen actiefbestanddeel is de marktwaarde v/h in ruil hiervoor overgedragen actiefbestanddeel, wanneer deze waarde moeilijk vast te stellen is, dan is de aanschaffingsprijs de marktwaarde v/h door ruil verkregen actief bestanddeel. Waarden worden geschat op datum van ruil Voorbeeld: Immobiliënhandelaar koopt pand aan, bestemd voor verkoop Aankoopprijs: 372.000 Registratierechten: 12,5% (op aankoopprijs) Notaris: 7.440 --> Aanschaffingsprijs: 372.000 + 46.500 + 7.440 --> Aanschaffingsprijs: 425.940 euro Boeken v/d aankoop: 605 Aankopen van onroerende goederen bestemd voor verkoop a/ 5500 Kredietinstellingen R/C 425.940 425.940 Waardering tegen vervaardigingsprijs - 32 Goederen in bewerking - 33 Gereed product - 35 Onroerende goederen bestemd voor verkoop Vervaardigingsprijs - Aanschaffingskosten van grondstoffen - Aanschaffingskosten van verbruiksgoederen - Aanschaffingskosten van hulpstoffen - Productiekosten rechtstreeks aan het individuele product of productengroep - Evenredig deel productiekosten die onrechtstreeks verbonden is aan productie = vennootschap mag zelf beslissen hoeveel men in vervaardigingsprijs opneemt --> wel toelichting noodzakelijk Voorbeeld: Productie van 200 auto's Directe kosten: - Grondstoffen en hulpstoffen: 49.600 - Lonen arbeiders: 99.200 Indirecte kosten: - Lonen bedienden: 49.600 - Elektriciteitskosten: 247.900 - Huur: 74.400 - Afschrijvingen: 94.200 Boeken v/d kosten 600 Aankopen van grondstoffen 49.600 620 Bezoldigingen en sociale lasten 148.800 61 Diensten en diverse goederen 322.300 630 Afschrijvingen MVA 94.200 a/ 23.9 Geboekte afsch. IMU 94.200 5500 Kredietinstellingen R/C 520.700 ! Totale kost = waarde v/h gereed product --> louter boekhoudkundig, niet op markt (anders geen winst) Boeken v/d inventaris v/d afgewerkte producten 330 Gereed product 614.900 a/ 713 Wijzigingen in de voorraad gereed product 614.900 ! Waardering tegen vervaardigingsprijs of aanschaffingsprijs ALLEEN TOEGELATEN wanneer --> aanschaffingsprijs/vervaardigingsprijs < marktwaarde = MINIMUMWAARDERINGSREGEL - VOORZICHTIGHEIDSPRINCIPE Stel voorbeeld van hierboven, maar marktwaarde van wagens is slechts 600.000 euro 330 Gereed product 600.000 a/ 713 Wijzigingen in de voorraad gereed product 600.000 Waardering tegen vervaardigingsprijs met eventueel toegerekende winst - 37 Bestellingen in uitvoering ! Toegerekende winst is GEEN verplichting Bestellingen in uitvoering waarderen we tegen vervaardigingsprijs + naarmate de productie of de werkzaamheden vorderen, met het verschil tussen in de overeenkomst bepaalde prijs en de vervaardigingsprijs, wanneer dit verschil met voldoende zekerheid vaststaat --> niet noodzakelijk: boeken tegen vervaardigingsprijs is ook correct ! Methode en criteria in toelichting vermelden Inventarissen van voorraden en bestellingen in uitvoering Niet-permanente inventaris (periodieke inventaris) = tijdens boekhoudkundige periode passen we de voorraadrekening niet aan, aan de fysieke voorraadtoestand ! Op het einde van de periode brengen we de inventaris in overeenstemming met de werkelijke toestand Gedurende de periode - Aankopen van handelsgoederen gedurende de periode 604 Aankopen handelsgoederen a/ 440 Leveranciers Op het einde v/d periode - Afname voorraad 6094 Voorraadwijzigingen van handelsgoederen a/ 340 Handelsgoederen - Toename voorraad 340 Handelsgoederen a/ 6094 Voorraadwijzigingen van handelsgoederen Permanente inventaris = steeds aanpassen aan werkelijke toestand Voordeel: zicht op waarde v/d voorraad tijdens het boekjaar ! VERSCHIL HERKENNEN TUSSEN PERMANENTE INVENTARIS EN NIET-PERMANTE INVENTARIS = OP BASIS VAN PROEF- EN SALDIBALANS Niet-permanente inventaris: NOOIT handelsgoed/voorraadwijziging ENKEL bij het begin en einde Permanente inventaris: WEL handelsgoed/voorraadwijziging Problemen Bepalen aanschaffingsprijs (vervaardigingsprijs) per verkoop (of verbruik) Voorbeeld: Stel koffiehandelaar - Heeft een voorraad van pakken koffie die elk €4 euro waard zijn Hij verkoopt een deel en krijgt een nieuwe levering - Nieuwe levering zijn dezelfde koffiepakken maar nu kosten deze €5 euro PROBLEEM: wat is de aanschaffingsprijs van het goed dat hij verkoopt? Indien op ≠ tijdstippen tegen ≠ prijzen werd aangekocht (of geproduceerd) -> aanschaffingsprijs zoeken of -> productiekost zoeken Via volgende methoden Voorraadwaarderingsmethoden --> er zijn verschillende voorraadwaarderingsmethoden voor voorraden met identieke kenmerken Voorraadwaarderingsmethoden op basis van historische kostprijs - Individueel identificeerbare prijs - FIFO: First in, First Out - LIFO: Last in, First Out - Gewogen gemiddelde prijzen --> Wettelijk toegelaten Voorraadwaarderingsmethoden niet op basis van historische kostprijs - Gemende goederenrekening - Vaste verrekenprijs - Vervangingswaarde --> Wettelijk NIET toegelaten Individueel identificeerbare prijs --> aanpassing bij aan- / verkoop naar specifieke kostprijs v/h goed ! Alleen toepasbaar voor goederen die identificeerbaar zijn qua prijs/stuk Voorbeeld: exclusieve goederen (Niet mogelijk voor iets als zand) Voorbeeld: Boekhandelaar heeft verschillende boeken, waaronder Stille Waters 15,99/stuk Multatuli 18,47/stuk Stel: verkoop 100 stuks Stille Waters en aankoop 100 stuks Multatuli Verkoop 6094 Voorraadwijzigingen van handelsgoederen 1.599 a/ 340 Handelsgoederen 1.599 Aankoop 340 Handelsgoederen 1.847 a/ 6094 Voorraadwijzigingen van handelsgoederen 1.847 ! Ook boeking verreist op - 604 Aankopen handelsgoederen - 700 Verkopen en dienstprestaties FIFO: First In, First Out = Eerst aangekochte goederen worden verondersteld eerst verkocht te zijn = verkoop waarderen aan inkoopprijzen (incl. kost) = eindvoorraad waarderen aan recentste historische prijzen --> gebruik van meest recente aankoopprijzen voor bepaling v/d eindvoorraad Voorbeeld koffiehandelaar: - Heeft een voorraad van pakken koffie die elk €4 euro waard zijn Hij verkoopt een deel en krijgt een nieuwe levering - Nieuwe levering zijn dezelfde koffiepakken maar nu kosten deze €5 euro Klant is geïnteresseerd in aankoop van 100 pakjes - Willekeurig 100 pakjes nemen en waarderen tegen €4 (ook als ze €5 zijn) Voorbeeld handelaar steenkolen: 07/01 Aankoop 30 ton aan €40,11/ton 30/01 Aankoop 40 ton aan €39,58/ton 12/02 Verkoop 35 ton aan €42,00/ton 14/02 Aankoop 10 ton aan €40,11/ton 03/03 Aankoop 20 ton aan €39,77/ton 07/03 Verkoop 50 ton aan €42,39/ton 7 januari Boeking v/d aankoop 604 Aankopen van handelsgoederen 1.203,30 a/ 440 Leveranciers 1.203,30 Boeking v/d voorraadwijziging 340 Handelsgoederen 1.203,30 a/ 6094 Voorraadwijziging van handelsgoederen 1.203,30 30 januari Boeking v/d aankoop 604 Aankopen van handelsgoederen 1.583,20 a/ 440 Leveranciers 1.583,20 Boeking v/d voorraadwijziging 340 Handelsgoederen 1.583,20 a/ 6094 Voorraadwijzigingen van handelsgoederen 1.583,20 12 februari Boeking v/d verkoop 400 Handelsdebiteuren 1.470 a/ 700 Verkopen en dienstprestaties 1.470 1.472 = 35 x 42 (gegeven) Boeking v/d voorraadwijziging 6094 Voorraadwijziging van handelsgoederen 1.401,20 a/ 340 Handelsgoederen Er werd 35 ton verkocht, uit voorraad: --> 30 ton aan de aankoopprijs van 7 januari: 40,11 euro/ton --> 5 ton aan de aankoopprijs van 30 januari: 39,58 euro/ton 1.401,20 14 februari Boeking v/d aankoop: 604 aankopen van handelsgoederen €401,10 a/ 440 Leveranciers €401,10 Boeking v/d voorraadwijziging: 340 Handelsgoederen €401,10 (debet) a/ 6094 Voorraadwijzigingen van handelsgoederen €401,10 (credit) 3 maart Boeking v/d aankoop: 604 aankopen van handelsgoederen €795,40 a/ 440 Leveranciers €795,40 Boeking v/d voorraadwijziging: 340 Handelsgoederen €795,40 a/ 6094 Voorraadwijzigingen van handelsgoederen €795,40 7 maart: Boeking v/d verkoop 400 Handelsdebiteuren €2.119,50 a/ 700 Verkopen en dienstprestaties €2.119,50 Boeking v/d voorraadwijziging: 6094 Voorraadwijzigingen van handelsgoederen €1.985,25 a/ 340 Handelsgoederen €1.985,25 1.985,25 = (35*39,58)+(10*40,11)+(5*39,77) Waardering v/d eindvoorraad: 15 ton over aangekocht aan €39,77/ton = €596,55 is de waarde v/d eindvoorraad LIFO: Last In, First Out = Laatst aangekocht goederen worden verondersteld als eerste verkocht te zijn = Eindvoorraad: steeds aan oudste historische prijzen Zelfde voorbeeld als hierboven, enkel situaties van voorraadwijziging bij verkopen zijn anders 12 februari Boeking v/d voorraadwijziging 6094 Voorraadwijziging van handelsgoederen 1.385,30 a/ 340 Handelsgoederen 1.385,30 Er werd 35 ton verkocht, aan voorraad: - 35 ton x 39,58 euro/ton is 1.385,30 7 maart Boeking v/d voorraadwijziging 6094 Voorraadwijzigingen van handelsgoederen 1.996,05 a/ 340 Handelsgoederen Er werd 50 ton verkocht, aan voorraad: - 20 ton x 39,77 euro/ton -> 795,40 - 10 ton x 40,11 euro/ton -> 401,10 - 5 ton x 39,58 euro/ton -> 197,90 euro - 15 ton x 40,11 euro/ton -> 601,65 euro = 1.996,05 euro 1.996,05 Eindvoorraad: 15 ton x 40,11 euro/ton = 601,05 euro Gewogen gemiddelde prijzen Kostprijs per eenheid = TOTALE WAARDE VOORRAAD/AANTAL EENHEDEN IN VOORRAAD 30 januari - Berekenen kostprijs per eenheid 30 ton x 40,11 --> 1.203,30 euro 40 ton x 39,58 --> 1.583,20 euro Totaal: 70 ton voor totaalprijs van 2.786,50 euro --> Kostprijs per eenheid: 2.786,50/70 = 39,80714286 euro/ton 12 februari - Boeking van voorraadwijziging 6094 Voorraadwijziging van handelsgoederen 1.393,25 a/ 340 Handelsgoederen 1.393,25 Hoe berekend: 35 ton x 39,80714286 euro is 1.393,25 euro 3 maart - Berekenen kostprijs per eenheid 35 ton x 39,80714286 euro/ton -> 1.393,25 10 ton x 40,11 euro/ton -> 401,10 20 ton x 39,77 euro/ton -> 795,40 Totaal: 65 ton voor totaalprijs van 2.589,75 euro --> Kostprijs per eenheid: 2.589,75/65 = 39,84230769euro/ton 7 maart - Boeking van voorraadwijziging 6094 Voorraadwijzigingen van handelsgoederen 1.992,121 a/ 340 Handelsgoederen Hoe berekend: 50 ton x 39,84230769 euro is 1.992,12 euro 1.992 Waardering eindvoorraad 15 ton x 39,84230769 = 597,63 euro ! Kostprijs per eenheid wijzigt alleen bij aankoop van goederen, NOOIT bij verkoop Belangrijke analyse van FIFO en LIFO Bij prijsstijgingen en regelmatige aankopen - FIFO zal leiden tot laagste kostprijs - FIFO zal eindvoorraad hebben die het dichtst aansluit bij marktwaarde - FIFO zal hogere waarde van eindvoorraad hebben dan LIFO --> FIFO zal leiden tot MEER BELASTINGEN dan LIFO - LIFO zal leiden tot hoogste kostprijs - LIFO zal eindvoorraad hebben die het laagst is qua waarde - LIFO zal lagere waarde van eindvoorraad hebben dan FIFO --> LIFO zal leiden tot MINDER BELASTINGEN dan FIFO Bij prijsdalingen en regelmatige aankopen - FIFO zal leiden tot hoogste kostprijs - FIFO zal eindvoorraad hebben die het dichtst aansluit bij marktwaarde - FIFO zal lagere waarde van eindvoorraad hebben dan LIFO --> FIFO zal leiden tot minder belastingen dan LIFO - LIFO zal leiden tot laagste kostprijs - LIFA zal eindvoorraad hebben die het hoogst is qua waarde - LIFO zal hogere waarde van eindvoorraad hebben dan FIFO --> LIFO zal leiden tot meer belastingen dan FIFO FIFO: meeste aanleunend tegen huidige marktsituatie LIFO: meeste bescherming tegen inflatie LIFO zal t.o.v. FIFO in het algemeen zorgen voor - lagere winsten - lagere waardering van eindvoorraad Methode van gewogen gemiddelde ligt tussen LIFO en FIFO Waardeverminderingen Voorraden (niet van toepassing op goederen in bewerking of bestellingen in uitvoering) Waarderen van voorraden (op het einde v/h boekjaar) steeds toepassen van minimumwaarderingsregel ! Men vergelijk marktwaarde met aanschaffingswaarde MARKTWAARDE MARKTWAARDE > < Waardering voorraad AANSCHAFFINGSWAARDE AANSCHAFFINGSWAARDE AANSCHAFFINGSWAARDE MARKTWAARDE Voorbeeld: Handelaar in koffie heeft op einde jaar nog 1.000 kg koffie --> boekwaarde: 10.000 --> marktwaarde: 9,75 euro/kilo --> 9.750 euro in totaal Permanente inventaris --> 340 Handelsgoederen zal debetsaldo hebben van 10.000 --> moet rechtgezet worden We opteren voor marktwaarde 6094 Voorraadwijzigingen van handelsgoederen 250 a/ 340 Handelsgoederen 250 Niet-permanente inventaris --> Men werkt steeds met minimumwaarderingsregel bij directe boekingen --> de waarden zullen reeds kloppen 340 Handelsgoederen 9.750 a/ 6094 Voorraadwijzigingen van handelsgoederen 9.75 Aanvullende waardeverminderingen zijn noodzakelijk om rekening te houden met: - evolutie van realisatiewaarde - evolutie van marktwaarde - risico's verbonden aan aard v/d betrokken producten - risico's verbonden aan aard v/d gevoerde activiteit ! Aanvullende waardeverminderingen worden geboekt na balansdatum, maar voor opstellen v/d jaarrekening --> gebruik 349 Geboekte Waardeverminderingen Voorbeeld: Handelaar heeft 1.000 kilo koffie --> Boekwaarde: 10.000 euro --> Marktwaarde december: 9,75 euro/kilo --> Marktwaarde januari volgend jaar: 9,60 euro/kilo Jaarrekening is nog niet klaar --> nog aanpassen (aanvullende waardevermindering) 6310 Waardeverminderingen op voorraden: toevoeging 150 a/ 349 Geboekte waardeverminderingen 150 ! De waardevermindering neemt men terug als er een gunstige prijsevolutie is doorheen het volgende boekjaar waardoor de waardevermindering verwaarloosbaar is --> gebruik 6311 Waardeverminderingen op voorraden: terugneming Voorbeeld: Koffie stijgt in volgend boekjaar tot 10,10 --> 10,10 euro is MEER dan de oorspronkelijke boekwaarde --> gebruik maken v/d OORSPRONKELIJKE BOEKWAARDE en NIET van 10,10 Terugneming van aanvullende waardeverminderingen 349 Geboekte Waardeverminderingen 150 a/ 6311 Waardeverminderingen op voorraden: terugneming 150 Terugneming waardeverminderingen bij permanente of niet-permanente inventaris 340 Handelsgoederen 250 a/ 6094 Voorraadwijzigingen van handelsgoederen 250 Bestellingen in uitvoering en goederen in bewerking Waardeverminderingen op bestellingen in uitvoering en goederen in bewerking bij - Vervaardigingsprijs vermeerderd met geraamd bedrag v/d nog te maken kosten is HOGER dan nettoverkoopprijs op datum van jaarafsluiting - Vervaardigingsprijs vermeerderd met geraamd bedrag v/d nog te maken kosten is HOGER dan inde overeenkomst bedongen prijs Aanvullende waardeverminderingen zijn noodzakelijk om rekening te houden met: - evolutie van realisatiewaarde - evolutie van marktwaarde - risico's verbonden aan aard v/d betrokken producten - risico's verbonden aan aard v/d gevoerde activiteit Voorbeeld: In 2010: handelaars ontvangt bestelling met contractprijs: 74.500 productiekosten van 2010 bedragen 22.300 geraamde toekomstige kosten geraamd op 37.200 In 2011: productiekosten bedragen 49.600 geraamde toekomstige kosten geraamd op 8.700 ! Verzekering voor beroepsfouten tot 69.400 In 2010 Boeken v/h gedeelte dat reeds af is (in voorraadname) 370 Bestellingen in uitvoering 22.300 a/ 7170 Wijzigingen in de bestellingen in uitvoering 22.300 Boeken v/d waardevermindering gemaakte kosten: 22.300 geraamde kosten: 37.200 = 59.500 < 74.500 --> geraamde vervaardigingsprijs is lager dan contractprijs = geen waardeverminderingen nodig In 2011 Boeken v/h gedeelte dat reeds af is (in voorraadname) 370 Bestellingen in uitvoering 49.600 a/ 7170 Wijzigingen in de bestellingen in uitvoering 49.600 Boeking v/d waardevermindering gemaakte kosten: 22.300 + 49.600 geraamde kosten: 8.700 = 80.600 > 74.500 --> geraamde vervaardigingsprijs is hoger dan contractprijs = waardevermindering noodzakelijk 6320 Waardeverminderingen op bestellingen in uitvoering: toevoeging 6.100 a/ 379 Geboekte waardeverminderingen 6.100 Boeken van een aanvullende waardevermindering = optie uit voorzichtigheid Door de productiefouten weet men niet of de 74.500 ontvangen zal worden, kans is ook groot dat contract stopt en verzekering tussenkom met 69.400 --> 5.100 minder gedekt als bij verkoop --> waardevermindering te behoeve van risico van niet-realisatie --> boeken van aanvullende waardevermindering 6320 Waardeverminderingen op bestellingen in uitvoering: toevoeging 5.100 a/ 379 Geboekte waardeverminderingen 5.100 BTW BTW = Belasting over de Toegevoegde Waarde Bij aankoop moet handelaar BTW betalen aan leveranciers = terugvorderbaar v/d BTW-administratie --> VORDERING Bij verkoop moet ontvangt handelaar BTW van klanten = moet hij betalen aan BTW-administratie --> SCHULD Per maand of periode wordt er BTW-saldo opgemaakt --> aftrekken van schuld van vordering Men gebruikt wachtrekeningen 499.. Verschuldigde BTW op verkopen 499.. Regularisatie verschuldigde BTW 499.. Terugvorderbare BTW op aankopen 499.. Regularisatie terugvorderbare BTW Op het einde van de periode --> overboeken naar BTW-rekeningen - 451 Te Betalen BTW: BTW-saldo is een schuld t.o.v. de fiscus - 411 Terug te vorderen BTW: BTW-saldo is een vordering t.o.v. de fiscus Kortingen Commerciële kortingen Wanneer: zowel bij aankopen als bij verkopen Waarom: - Afname van grote hoeveelheid - Einde van reeks - Speciale promotionele acties Commerciële korting op aankoop = commerciële korting op aankoop is een vermindering v/d aankoopkost Boeken op twee methoden - Correctie v/d rekening aankopen - Op rekening 608 Ontvangen kortingen, ristorno's en rabatten ! BTW wordt berekend op verschuldigde bedrag --> NA AFTREL VAN KORTINGEN = maatstaf van Heffing We maken onderscheid tussen: - kortingen op factuur vermeld - kortingen achteraf toegekend via creditnota Commerciële korting op aankoop via factuur Voorbeeld: - Onderneming koopt handelsgoederen voor 75.000 - Commerciële korting is 5% - BTW is 21% Boeking: 604 Aankopen van handelsgoederen 75.000 499 Terugvorderbare BTW op aankopen 14.962,50 [(75.000 - 3.7500) . 0,21) a/ 608 Ontvangen kortingen, ristorno's en rabatten 3.750 440 Leveranciers 86.212,50 Andere optie van boeking: 604 Aankopen van handelsgoederen 75.000 499 Terugvorderbare BTW op aankopen 14.962,50 [(75.000 - 3.7500) . 0,21) a/ 604.8 Aankopen van handelsgoederen-ontvangen korting 3.750 440 Leveranciers 86.212,50 ! Keuze op basis van informatiewaarde --> 608 geeft GEEN informatie over wat de korting nu net was (op welke goederen ze van toepassing zijn) ! Commerciële kortingen worden in rekening gebracht bij voorraadwaardering 340 Handelsgoederen 71.250 (75.000 - 3.750) a/ 6094 Voorraadwijzigingen van handelsgoederen 71.250 Commerciële korting via creditnota --> commerciële korting wordt pas op het einde v/d maand toegekend = Eerst ontvangst van een factuur, daarna op einde v/d maand nog creditnota Voorbeeld: - Onderneming koopt handelsgoederen voor 75.000 - Commerciële korting is 5% via creditnota - BTW is 21% Bij ontvangst v/h factuur 604 Aankopen van handelsgoederen 499 Terugvorderbare BTW op aankopen a/ 440 Leveranciers 75.000 15.750 (75.000 x 0,21) 90.750 Bij ontvangst v/d creditnota = te veel BTW betaald, moet rechtgezet worden 440 Leveranciers 4.537,50 a/ 608 Ontvangen kortingen, ristorno's en rabatten 499 Regularisatie terugvorderbare BTW Andere optie van boeking: 440 Leveranciers 4.537,50 a/ 604.8 Aankopen van handelsgoederen-ont. korting 499 Regularisatie terugvorderbare BTW 3.750 787,50 (3.750 x 0,21) 3.750 787,50 (3.750 x 0,21) Commerciële korting op verkoop --> Analoog aan commerciële korting op aankoop, enkel gebruik andere rekeningen = 700.8 Verkopen en dienstprestaties - toegerekende kortingen = 708 Toegekende kortingen, ristorno's en rabatten Commerciële korting op factuur Voorbeeld: - Onderneming verkoopt gereed product voor 52.000 euro - Commerciële korting: 10% - BTW: 21% 400 Handelsdebiteuren 708 Toegekende kortingen, ristorno's en rabatten a/ 700 Verkopen en dienstprestaties 499 Verschuldigde BTW op verkopen Commerciële korting via creditnota Bij het versturen v/d factuur 400 Handelsdebiteuren 62.920 a/ 700 Verkopen en dienstprestaties 499 Verschuldigde BTW op verkopen Bij ontvangen v/d creditnota 708 Toegekende kortingen, ristorno's en rabatten 499 Regularisatie verschuldigde BTW a/ 400 Handelsdebiteuren 56.628 5.200 52.000 9.828 52.000 10.920 5.200 1.092 6.292 Financiële kortingen Wanneer: zowel bij verkopen als aankopen Waarom: - belonen van betaling binnen bepaalde periode = vaak door bedrijven die zelf in financiële problemen zitten (nood aan liquiditeit) ! Financiële kortingen hebben geen invloed op voorraadwaardering Financiële korting op aankoop - Aankoop handelsgoederen voor 80.000 - Financiële korting van 1% bij betaling binnen de maand - BTW van 21% Boeking bij aankoop 604 Aankopen van handelsgoederen 499 Terugvorderbare BTW op aankopen a / 440 Leveranciers 80.000 16.632 [(80.000 - 800) x 0,21] 96.632 ! BTW wordt berekend op aankoopbedrag MIN financiële korting, zelf zonder reeds toegekend te zijn Bij betaling binnen maand 440 Leveranciers 96.632 (--> schuld gaat weg, je betaalt) a/ 5500 Kredietinstellinen R/C 95.832 759 Diverse financiële opbrengsten 800 Bij latere betaling 440 Leveranciers 96.632 a/ 5500 Kredietinstellingen R/C 96.632 ! Geen BTW regularisatie vereist door fiscus wanneer er geen betaling is binnen maand ! Financiële kortingen enkel boeken bij betaling --> bij aankoop staat opbrengst niet vast (steunt op realisatieprincipe) Financiële korting bij verkoop - Verkoop afgewerkte producten voor 95.000 - Financiële korting van 2% - BTW: 21% Bij versturing v/d factuur 400 Handelsdebiteuren 114.551 a/ 700 Verkopen en dienstprestaties 499 Verschuldigde BTW op verkopen 95.000 19.551 [(95.000 - 1.900) x 0,21] Bij tijdige betaling 5500 Kredietinstellingen 112.651 659 Diverse financiële kosten 1.900 a/ 400 Handelsdebiteuren 114.551 Bij latere betaling 5500 Kredietinstellingen 114.551 a/ 400 Handelsdebiteuren 114.511 Combinatie van commerciële en financiële korting [EXAMEN] ! Verschuldigde BTW: aanslagvoet x [aankoopprijs - commerciële korting - financiële korting] Schema: - Verkoopprijs - Commerciële korting berekenen op verkoopprijs - Financiële korting berekenen op verkoopprijs - commerciële korting - Belasting berekenen op verkoopprijs - commerciële korting - financiële korting Voorbeeld: - Verkoop afgewerkte producten voor 95.000 - Financiële korting van 2% - BTW: 21% - Commerciële korting van 5% Boeking van verkoop 400 Handelsdebiteuren 708 Toegekende kortingen, ristorno's en rabatten a/ 700 Verkopen en dienstprestaties 499 Verschuldigde BTW op verkopen Bij tijdige betaling 5500 Kredietinstellingen R/C 107.018,45 659 Diverse financiële kosten 1.805 a/ 400 Handelsdebiteuren 108.823,45 4.750 95.000 18.573,45 108.823,45 Bij latere betaling 5500 Kredietinstellingen R/C 108.823,45 a/ 400 Handelsdebiteuren 108.823,45 Retourzendingen Uitgaande retouren = onderneming kan voor verschillende redenen niet tevreden zijn over goederen --> zal deze terugsturen Het terugsturen v/d goederen vereist - regularisatie v/d aankopen - regularisatie v/d BTW - regularisatie v/d kortingen - regularisatie v/d leveranciers Voorbeeld: - Bakkerij koopt op 1 maart voor 15.000 euro grondstoffen - Bakkerij stuurt op 15 maar helft v/d goederen terug - BTW is 6% - Commerciële korting is 2% - Financiële korting is 1% Boeken v/d aankoop 600 Aankopen van grondstoffen 15.000 499 Terugvorderbare BTW op aankoop 873,18 a/ 608 Ontvangen kortingen, ristorno's en rabatten 440 Leveranciers 300 15.573,18 Boeking van retourzending: 440 Leveranciers 608 Ontvangen kortingen, ristorno's en rabatten a/ 600 Aankopen van grondstoffen 499 Regularisatie terugvorderbare BTW 7.786,59 150 7.500 436,59 ! Men kan ook gebruik maken van rekening "Uitgaande retouren" i.p.v. "aankopen" te halveren --> meer informatie beschikbaar, namelijk oorspronkelijke bedrag ! Wanneer rekening leveranciers op einde v/h jaar debetsaldo heeft --> overboeken naar 400.2 leveranciers met debetsaldo --> een vordering Inkomende retouren = klant kan voor verschillende redenen niet tevreden zijn over goederen --> zal deze terugsturen Het terugsturen v/d goederen vereist - regularisatie v/d verkopen - regularisatie v/d BTW - regularisatie v/d kortingen - regularisatie v/d handelsvorderingen Voorbeeld: - Op 1 maart verkoop goederen: 14.280 (INCL. 21% BTW) - Betaling binnen 15 dagen is financiële korting van 1% - Op 8 maart werd er betaald (--> financiële korting toegekend, tijdige betaling) - Op 15 maar terugzending van 1/3de v/d levering - Aankoopprijs was 10.000 euro - Systeem van permanente inventaris Boeking v/d verkoop 400 Handelsdebiteuren 14.280 a/ 700 Verkopen en dienstprestaties 11.822,17 499 Verschuldigde BTW op verkoop 2.457,83 Hoe berekenen we BTW uit het bedrag? Totaal incl. BTW = (x - financiële korting x). 0,21 + X x = bedrag exclusief BTW, exclusief financiële korting In dit geval 14.280 = (x - 0,01x) . 0,21 + x 14.280 = 0,21 x - 0,0021 x + x 14.280 = 1,2079x 14.280/1,2079 = x x = 11.822,17 Stel: - 14.280 euro is inclusief 21% BTW - Commerciële korting van 5% - Financiële korting van 1% 14.280 = (0,95x)(0,99)(0,21) + X 14.280 = 0,1975005x + x x = 11.924,79363 ! Hier zitten kortingen nog in, dus niet goed voor BTW te berekenen --> Bedrag met commerciële: 0,95 x 11.924,79363 = 11.328,55395 --> Commerciële korting: 11.924,79363 - 11.328,55395 = 596,2396815 --> Bedrag met financiële korting: 0,99 x 11.328,55395 = 11.215,26841 --> Financiële korting: 11.328,55395 - 11.215,26841 = 113,28554 Bedrag waarop men BTW dan zal berekenen: 11.924,79363 - 596,2396815 - 113,28554 = 11.215,26841 --> BTW: 0,21 x 11.215,26841 = 2.355,206366 --> 2.355,206366 + 11.924,79363 = 14.280 Boeking v/d verkoop 400 Handelsdebiteuren 13.683,76 708 Toegekende kortingen, ristorno's en rabatten 596,24 a/ 700 Verkopen en dienstprestaties 499 Verschuldigde BTW op verkopen Bij ontvangst betaling binnen periode 5500 Kredietinstellingen R/C 13.570,47 659 Diverse financiële kosten 113,29 a/ 400 Handelsdebiteuren 13.683,76 Bij ontvangst latere betaling 5500 Kredietinstellingen R/C 13.683,76 a/ 400 Handelsdebiteuren 13.683,76 11.924,79 2.355,21 Boeking v/d voorraadwijziging 6094 Voorraadwijziging handelsgoederen a/ 340 Handelsgoederen 10.000 10.000 Boeking v/d ontvangst v/d betaling 5500 Kredietinstellingen R/C 14.161,78 659 Diverse financiële kosten 118,22 a/ 400 Handelsdebiteuren 14.280 Boeking v/d retourzending 700 Verkopen en dienstprestaties 3.940,72 499 Regularisatie verschuldigde BTW 819,28 a/ 400 Handelsdebiteuren 4.720,59 659 Diverse financiële kosten 39,41 Boeking v/d voorraadwijziging 340 Handelsgoederen 3.333,33 a/ 6094 Voorraadwijzigingen van handelsgoederen 3.333,33 ! Men kan ook gebruik maken van rekening "Inkomende retouren" i.p.v. "verkopen" te halveren --> meer informatie beschikbaar, namelijk oorspronkelijke bedrag ! Wanneer rekening handeldebiteuren op einde v/h jaar creditsaldo heeft --> overboeken naar 440.2 handelsdebiteuren met creditsaldo --> een schuld Speciale gevallen Vervoerkosten Vervoerkosten verbonden aan de levering van goederen = bijkomende aankoopkosten --> element van de aanschaffingsprijs ! Opname in rubriek van voorraden Voorbeeld: - Restaurant koopt 1.000 flessen wijn - Prijs per fles is 8,68 euro (+ 21% BTW) - Prijs voor vervoer bedraagt 0,25 euro per fles (+ 21% BTW) - Permanente inventaris Boeking v/d aankoop 604 Aankopen van handelsgoederen 8.930 499 Terugvorderbare BTW op aankoop 1.875,30 a/ 440 Leveranciers 10.805,30 Boeking v/d voorraadwijziging (INCL. kostprijs v/h vervoer) 340 Handelsgoederen 8.930 a/ 6094 Voorraadwijzigingen van handelsgoederen 8.930 Commerciële en financiële kortingen bij vervoerkosten vermeld op factuur --> Financiële korting slaagt ook op vervoerkosten Reden: men ziet de levering v/d goederen en het vervoer als één transactie --> Commerciële korting slaagt NIET op vervoerkosten Reden: commerciële korting slaagt op het goed zelf, de hoeveelheid die is afgenomen Voorbeeld: - Restaurant koopt 1.000 flessen wijn - Prijs per fles is 8,68 euro (+ 21% BTW) - Prijs voor vervoer bedraagt 0,25 euro per fles (+ 21% BTW) - Permanente inventaris - Commerciële korting: 5% - Financiële korting: 1% Boeking v/d aankoop 604 Aankopen handelsgoederen 8.930 499 Terugvorderbare BTW op aankopen 1.766,32 a/ 440 Leveranciers 10.262,32 608 Ontvangen kortingen, ristorno's en rabatten 434 Berekening BTW: - Commerciële korting op ENKEL flessen: 0,05 * 8.680 = 434 - Financiële korting op flessen en vervoerkosten: (80.930 - 434) x 0,21 = 84,96 - BTW op totaal - kortingen: (8.930 - 434 - 84,96) x 0,21 = 1.766,32 Boeking v/d voorraadwijzigingen 340 Handelsgoederen 8.496 a/ 6094 Voorraadwijzigingen van handelsgoederen 8.496 Berekening voorraad: Voorraad = Prijs - commerciële korting Voorraad = 8.930 - commerciële korting (434Voorraad = 8.496 Bij betaling binnen 14 dagen 440 Leveranciers 10.262,32 a/ 759 Diverse financiële opbrengsten 84,69 5500 Kredietinstellingen R/C 10.177,36 Bij latere betaling 440 Leveranciers 10.262,32 a/ 5500 Kredietinstellingen R/C 10.262,32 Commerciële en financiële kortingen bij vervoerkosten NIET vermeld op factuur --> Vervoerkosten worden gezien als afzonderlijke dienstprestatie --> Kortingen gelden bijgevolg niet op dit factuur ! Er is wel een kans dat de maatschappij die instaat voor het vervoer, een korting geeft --> Vervoerkosten worden apart geboekt, maar behoren nu WEL tot de voorraadwijziging Voorbeeld: - Restaurant koopt 1.000 flessen wijn - Prijs per fles is 8,68 euro (+ 21% BTW) - Prijs voor vervoer bedraagt 500 euro (+ 21% BTW) door externe firma - Permanente inventaris - Commerciële korting: 5% - Financiële korting: 1% Boeking v/d aankoop 604 Aankopen van handelsgoederen 8.680 499 Terugvorderbare BTW op aankoop 1.714,34 a/ 440 Leveranciers 608 Ontvangen kortingen, ristorno's en rabatten Boeking v/d vervoerkost 602 Aankopen van diensten, werk en studies 499 Terugvorderbare BTW op aankoop a/ 440 Leveranciers 9.960,34 434 500 105 605 Boeking v/d voorraadwijziging 340 Handelsgoederen 8.746 (8.680 - 434 + 500) (VERVOERKOST NIET VERGETEN) a/ 6094 Voorraadwijzigingen van handelsgoederen 8.746 Betaling binnen periode 440 Leveranciers 9.960,34 a/ 759 Diverse financiële opbrengsten 82,46 5500 Kredietinstellingen R/C 9.877,88 Betaling later periode 440 Leveranciers 9.960,34 a/ 5500 Kredietinstellingen R/C 9.960,34 Vervoerkosten niet verbonden aan levering van goederen Voorbeelden: - Representatiekosten - Auto van de CEO - Vervoerkosten voor de ontvangst van klanten - Vliegtuigticketten voor studiereizen - ... ! Boeken op rekening "61 Diensten en diverse goederen" Vervoerkosten ten laste v/d klant, maar de opdracht is gegeven door verkoper --> Kosten vallen ten laste v/d koper Ondanks dat verkoper vervoerfirma opdracht geeft --> Kosten vormen diverse bedrijfsopbrengst Bij ontvangst v/d vervoerfactuur door de verkoper 61 Diensten en diverse goederen 499 Terugvorderbare BTW op aankopen a/ 440 Leveranciers Doorrekening via facturatie aan koper 400 Handelsdebiteuren a/ 743 Diverse bedrijfsopbrengsten 499 Verschuldigde BTW op verkopen Te ontvangen facturen --> 444 Te ontvangen facturen is een schuldrekening op korte termijn die men op het einde v/h boekjaar gebruikt bij de aankoop van goederen en diensten, wanneer het factuur nog niet ontvangen is, maar de goederen reeds geleverd zijn ! Bij ontvangst van het factuur: overboeken naar 440 Leveranciers (matchingprincipe op het einde v/h boekjaar) ! Bedrag v/d schuld moet vast staan of met nauwkeurigheid kunnen worden geschat ! Kortingen pas boeken wanneer ze ZEKER zijn en VASTSTAAN --> kan enkel voor een commerciële korting ! BTW pas op factuur Voorbeeld: Timmerman koopt hout Aankoop 1: €6.000 Aankoop 2: €8.000 Aankoop 3: €9.550 Aankoop 4: €4.450 Alle aankopen in december, factuur pas volgend boekjaar BTW: 6% --> pas bij facturatie Commerciële korting: 5% Op het einde v/d maand december (nog geen factuur) 600 Aankopen van grondstoffen 28.090 a/ 444 Te ontvangen facturen 608 Ontvangen kortingen, ristorno's en rabatten 26.685,50 1.404,50 Te innen opbrengsten --> 404 Te ontvangen vorderingen is een vorderingrekening op korte termijn die men op het einde v/h boekjaar gebruikt bij de verkoop van goederen en diensten, wanneer het factuur nog niet verzonden is, maar de goederen reeds geleverd zijn ! Bij verzending van het factuur: overboeken naar 400 Handelsdebiteuren (matchingprincipe op het einde v/h boekjaar) ! Bedrag v/d vordering moet vast staan of met nauwkeurigheid kunnen worden geschat ! Kortingen pas boeken wanneer ze ZEKER zijn en VASTSTAAN --> kan enkel voor een commerciële korting ! BTW pas op factuur Voorbeeld: Timmerman koopt hout Aankoop 1: €6.000 Aankoop 2: €8.000 Aankoop 3: €9.550 Aankoop 4: €4.450 Alle verkopen in december, factuur pas volgend boekjaar BTW: 6% --> pas bij facturatie Commerciële korting: 5% Op het einde van december 404 Te innen opbrengsten 708 Toegekende kortingen, ristorno's en rabatten a/ 700 Verkopen en dienstprestaties 26.685,50 1.404,50 28.090 Ontvangen voorschotten en vooruitbetalingen - Bij de verkoop van goederen wordt er vaak een voorschot gevraagd --> zolang er niet is geleverd: voorschot is SCHULD voor verkoper --> Kortetermijnschuld op rekening "46 Ontvangen vooruitbetalingen op bestellingen" - Bij de aankoop van goederen werd er vaak om een voorschot gevraagd --> zolang er niet is geleverd: voorschot is VORDERING voor koper --> Kortetermijnvordering "36 Vooruitbetalingen op voorraadinkopen" Voorbeeld: - Verkoop van lasconstructies t.w.v. 350.000 euro - Voorschot van 28.000 opeisen (excl. 21% BTW) Door de ogen v/d verkoper Facturatie v/h voorschot 400 Handelsdebiteuren 33.880 a/ 46 Ontvangen vooruitbetalingen op bestellingen 499 Verschuldigde BTW op verkopen 28.000 (SCHULD) 5.880 Bij ontvangst voorschot 5500 Kredietinstellingen R/C 33.880 a/ 400 Handelsdebiteuren 33.880 Eindfacturatie 400 Handelsdebiteuren 46 Ontvangen vooruitbetalingen op bestellingen a/ 700 Verkopen en dienstprestaties 499 Verschuldigde BTW op verkopen 389.620 28.000 350.000 67.620 [(350.000 - 28.000)x(0,21)] Door de ogen v/d aankoper Ontvangst voorschotfactuur 360 Vooruitbetalingen 499 Terugvorderbare BTW op aankopen a/ 440 Leveranciers 33.880 28.000 5.580 Betaling voorschotfactuur 440 Leveranciers 33.880 a/ 5500 Kredietinstellingen R/C 33.880 Ontvangst definitieve factuur 604 Aankopen handelsgoederen 350.000 499 Terugvorderbare BTW op aankoop 67.620 a/ 440 Leveranciers 360 Vooruitbetalingen 389.620 28.000 Rubriek 8: Geldbeleggingen Overige beleggingen - vorderingen op kredietinstellingen - vorderingen uit termijndeposito's - beleggingsdoeleinden verkregen effecten (zonder kenmerk van financiële vaste activa) ! Mogen NIET opgenomen worden --> Tenzij bij inschrijven met oog op wederafstand --> Tenzij krachtens een beslissing v/d vennootschap, bestemd zijn om binnen 12 maand te realiseren - aandelen in verbonden ondernemingen - aandelen in ondernemingen met deelnemingsverhouding Geldbelegging = men stelt geld ter beschikking tegen een vergoeding 50 EIGEN AANDELEN Inhoud --> Rekening die gebruikt wordt bij wederinkoop van aandelen ! Strikt onderworpen aan regels (vennootschapsrecht) Waardering --> Eigen aandelen boeken tegen aanschaffingswaarde ! Men kan ook bijkomende kosten mee boeken, maar niet noodzakelijk Alternatief: ten laste v/h resultaat v/h boekjaar boeken Waardeverminderingen, aanvullende waardeverminderingen, terugneming Waardevermindering: verplicht wanneer realisatiewaarde < aanschaffingswaarde ! Wanneer de waarde weer stijgt, mag men de waardevermindering terugnemen MAXIMIAAL tot aan aanschaffingswaarde Aanvullende waardeverminderingen zijn noodzakelijk om rekening te houden met: - evolutie van realisatiewaarde - evolutie van marktwaarde - risico's verbonden aan aard v/d betrokken producten - risico's verbonden aan aard v/d gevoerde activiteit Voorbeeld: In begin 2010 - Onderneming koopt 100 eigen aandelen - Prijs: 220 euro/aandeel Boeken v/d wederinkoop 500 Eigen aandelen 22.000 a/ 5500 Kredietinstellingen R/C 22.000 Op 31 december 2010 - Aandelen dalen naar 199 euro op beurs - Nominale waarde 220 euro --> waardevermindering toepassing Toepassing v/d waardevermindering: 6510 Waardeverminderingen op vlottende activa: toevoeging 2.100 a/ 509 Geboekte waardevermindering op eigen aandelen 2.100 Op 1 mei 2011 - Aandelen stegen tot 230 euro --> terugnemen v/d waardevermindering Terugnemen v/d waardevermindering: 509 Geboekte waardeverminderingen op eigen aandelen 2.100 a/ 6511 Waardeverminderingen op vlottende activa: terugneming 2.100 Op 1 juni 2011 - Onderneming verkoopt eigen aandelen aan 23.000 Boeking v/d verkoop: 5500 Kredietinstellingen R/C 23.000 a/ 500 Eigen aandelen 22.000 752 Meerwaarde op de realisatie van vlotten activa 1.000 51 AANDELEN Inhoud Aandelen in andere ondernemingen aangekocht met beleggingsdoeleinden Waardering Waardering tegen aanschaffingswaarde --> aanschaffingsprijs of inbrengwaarde ! Bijkomende aankoopkosten kunnen ook behoren tot deze prijs Waardeverminderingen, aanvullende waardeverminderingen en terugneming = Zie rekening 50 52 VASTRENTENDE EFFECTEN Inhoud Beleggingsvorm in zaken waar recht op vaste rente vaststaat Voorbeeld: kasbons, obligatieleningen, ... Waardering Waardering op grond v/d aanschaffingswaarde ! Men kan ook het actuariële rendement berekenen bij de aankoop met inachtneming van hun terugbetalingswaarde op vervaldag verschilt van hun nominale rendement, wordt het verschil tussen de aanschaffingswaarde en de terugbetalingswaarde pro rata temporis voor de resterende looptijd v/d effecten in resultaat genomen als bestanddeel v/d renteopbrengst van deze effecten en, naar gelang v/h geval, toegevoegd aan of afgetrokken v/d aanschaffingswaarde v/d effecten Vennootschappen hebben het recht tot de mogelijkheid om - Verschil tussen aanschaffingswaarde en terugbetalingswaarde op lineaire basis pro rata temporis in resultaat te nemen - Vastrentende effecten voor hun aanschaffingswaarde in de balans te behouden wanneer de weerslag v/d inresultaatneming v/h actuariële rendement v/d effecten ten opzichte v/d inresultaatneming v/h louter nominale rendement, te verwaarlozen zou zijn Voorbeeld: Onderneming schrijft in op obligatielening van 25.000 euro (verdeeld over 5.000 aandelen) Boeking van obligatielening 520 Vastrentende effecten 25.000 a/ 5500 Kredietinstellingen R/C 25.000 Waardeverminderingen --> Zal geboekt worden wanneer op het einde v/h jaar: realisatiewaarde < aanschaffingswaarde ! Zal ook gebeuren wanneer minderwaarde niet duurzaam is ≠ van waardevermindering bij financiële vaste activa Aanvullende waardeverminderingen en terugneming = Zie rekening 50 53 TERMIJNDEPOSITO'S Inhoud Alle vorderingen op termijnrekeningen bij financiële instellingen Waardering Waardering tegen aanschaffingswaarde ! Zeer zelden waardeminderingen --> risico van niet-betaling is nl. klein Waardeverminderingen, aanvullende waardeverminderingen en terugneming = Zie rekening 50 Voorbeeld: - Onderneming heeft 150.000 euro op een depositorekening gestort op meer dan één jaar - Jaarlijkse interest van 10.000 euro - Roerende voorheffing van 10% (op interest) Storting op termijnrekening 530 Termijndeposito's op meer dan één jaar a/ 5500 Kredietinstellingen R/C 150.000 150.000 Ontvangst v/d interest 5500 Kredietinstellingen R/C 6700 Verschuldigde of gestorte belastingen en voorheffingen a/ 751 Opbrengsten uit vlottende activa 9.000 1.000 ! Roerende voorheffing zorgt niet voor BTW aan belastingsadministratie --> kredietinstelling houdt deze belasting in, onderneming zelf niet Heropname geld: 5500 Kredietinstellingen R/C 150.000 a/ 530 Termijndeposito's op meer dan één jaar 150.000 10.000 Rubriek 9: Liquide middelen Liquide middelen - kasmiddelen - incasseren vervallen waarden - alle tegoeden op zicht bij kredietinstellingen ! Liquide middelen zijn onmiddellijk beschikbaar 54 TE INCASSEREN VERVALLEN WAARDEN Inhoud Zaken die reeds vervaldag hebben bereikt, maar nog niet geïncasseerd zijn - coupons - dividendbewijzen - effecten --> bij incassering boekt men over naar Kredietinstellingen R/C Voorbeeld: Men ontving een cheque v/e klant ter betaling v/d levering goederen 54 Te incasseren vervallen waarden a/ 400 Handelsdebiteuren Men gaat de cheque afgeven bij de bank, ontvangst van rekeninguittreksel 5500 Kredietinstellingen R/C a/ 54 Te incasseren vervallen waarden Waardering: - Waardering tegen aanschaffingswaarde Waardeverminderingen, aanvullende waardeverminderingen, terugneming --> Vrijwel zeldzaam bij liquide middelen Voorbeeld: - Coupon voor brutodividend met waarde van 2.500 - Roerende voorheffing 25% 54 Te incasseren vervallen waarden 1.875 6700 Verschuldigde of gestorte belastingen en voorheffingen 625 a/ 751 Opbrengsten uit vlottende activa 2.500 55 KREDIETINSTELLINGEN Inhoud -Tegoeden op zichtrekeningen ! Per financiële instelling, afzonderlijke rekeningnummers creëren ! Compensatie tussen tegoeden en schulden op verschillende rekenen is niet toegelaten Uitzondering: verschillende rekeningen bij éénzelfde kredietinstelling, die zelf compenseert bij interestberekening op de verschillende rekeningen Waardering, waardevermindering, aanvullende waardevermindering, terugneming = Zie rekening 54 ! Als criterium voor toerekening v/d verrichte betalingen en ontvangsten stortingen aan een bepaalde boekjaar geldt: de datum v/d verrichting 5501 UITGESCHREVEN CHEQUES Inhoud --> Wanneer handelaar cheque ontvangt die hij niet onmiddellijk int ---> boeken onder "54 Te incasseren vervallen waarden ! Bij uitgave v/d cheque komt deze op "5501 Uitgeschreven cheques" Voorbeeld: - Betaling via cheque 440 Leveranciers a/ 5501 Uitgeschreven cheques - Debetbericht v/d bank 5501 Uitgeschreven cheques a/ Kredietinstellingen R/C ! Rekeninguittreksel is verantwoordingsstuk voor de laatste boeking ! Bij afsluiting brengt men creditsaldo rekening 5501 in mindering met rekening 5500 kredietinstellingen R/c Opmerkingen - Onmiddellijk crediteren van cheques op 5500 Kredietinstellingen R/C --> men controleert periodiek welke cheques nog in omloop zijn (en boeken deze over) --> boekhouding verliest band met saldo v/h uittreksel - Overschrijvingen worden soms hetzelfde behandeld als uitgeschreven cheques --> maar algemeen aanvaard dat er rechtstreeks verloop is via 5500 - Als saldo van R/C op het einde v/h boekjaar in voordeel is van kredietinstellingen --> saldo overboeken naar "433 Kredietinstellingen - schulden in R/C" --> tegenboeking bij begin van volgende periode 56 POSTCHEQUE EN GIRODIENST Inhoud --> Boekingen zijn van dezelfde aard als bij andere kredietinstellingen Waardering, waardeverminderingen, aanvullende waardeverminderingen, terugneming = Zie rekening 54 561 UITGESCHREVEN CHEQUES = Zie rekening 5501 Uitgeschreven cheques 57 KASSEN Inhoud Geld in handen v/d kassiers --> onderverdeling voor 570 - 577 kassen-contanten --> onderverdeling voor 578 kassen-zegels = kassen-zegels: vertegenwoordigt voorraad postzegels en fiscale zegels in de onderneming aanwezig Voorbeeld: Kassier koopt voorraad postzegels: 700 stuks aan 0,42 euro 578 Kassen-zegels 294 a/ Kassen-contanten 294 Verbruik van 50 postzegels 61 Diensten en diverse goederen 21 a/ 578 Kassen-zegels 21 58 INTERNE OVERBOEKINGEN Inhoud - Rekening voor bij overboekingen tussen liquide middelen ! Voornamelijk gebruik op het einde v/h boekjaar - informatiefunctie - controlefunctie Voorbeeld: 30 december storting 10.000 euro uit kas op bankrekening - Bij storten v/h geld 58 Interne overboekingen 10.000 a/ 570 Kassen-contanten 10.000 - Bij ontvangst van rekeninguittreksel 5500 Kredietinstellingen R/C 10.000 a/ 58 Interne overboekingen 10.000 Rubriek 10: Overlopende rekeningen Overlopende rekeningen v/h actief - Over te dragen kosten = kosten die werden gemaakt tijdens het boekjaar/vorig boekjaar maar die ten laste komen van één v/d volgende of meerdere boekjaren - Verworven opbrengsten = opbrengsten die in het komend boekjaar worden geïnd, maar betrekking hebben op het verstreken boekjaar Overlopende rekeningen v/h passief - Toe te rekenen kosten = kosten die in een later boekjaar worden betaald, maar betrekking hebben tot het verstreken boekjaar - Over te dragen opbrengsten = opbrengsten die in het loop v/h boekjaar of vorig boekjaar zijn geïnd, maar betrekking hebben op een later boekjaar Kenmerken ! Het betreft kosten/opbrengsten die via deze rekeningen aan het juiste boekjaar worden toegewezen ! Matching- en realisatieprincipe noodzakelijk Matchingprincipe: ten overstaande van alle opbrengsten v/e bepaald boekjaar moeten alle kosten geboekt worden, die gemaakt zijn om de opbrengsten te realiseren, of ze nu al betaald zijn of niet Realisatieprincipe: opbrengsten moeten worden geboekt wanneer ze verworven, ongeacht of ze al geïnd zijn Men gebruikt twee journaal posten - Anticipatieposten - Uitstelposten ! Beide kunnen actief of passief karakter hebben Actieve anticipatiepost --> Boeken van verworven opbrengsten = opbrengsten die in loop van volgend boekjaar zullen geïnd worden, maar met betrekking tot dit boekjaar Voorbeeld: Gebouw wordt verhuurd, betalingen gebeuren op 1 maart --> op 31 december is het einde van het boekjaar Andere: nog te ontvangen commissies, renten, interesten, ... Passieve anticipatiepost --> Boeken van toe te rekenen kosten = kosten die in de loop van volgend jaar betaald moeten worden, maar met betrekking tot dit boekjaar Voorbeeld: Betaling op 1 maart, vanuit oogpunt huurder Andere: telefoonrekeningen, te betalen interesten, ... Actieve uitstelpost --> Boeken van over te dragen kosten = kosten gemaakt in dit boekjaar, maar ten laste van volgend jaar Voorbeeld: Jaarlijkse interesten op lening, toegestaan door moederonderneming aan dochteronderneming, vooruitbetaald op 30 juni, moeten voor de helft ten laste gelegd worden van dit boekjaar en voor de helft v/h volgende boekjaar Andere: onderhoudscontracten (die nog niet verstreken zijn), niet verbruikte kosten, verzekeringen Passieve uitstelpost --> Boeken van over te dragen opbrengsten = reeds geïnde opbrengsten die op volgend of volgende boekjaren slaan Voorbeeld: Vorig voorbeeld uit standpunt moederonderneming Andere: vooruitgefactureerde prestaties, vooruitontvangen huur ! Posten ook handig bij maandelijkse resultaatbepaling Boekhoudkundige verwerking ! Compensaties tussen actieve en passieve overlopende rekeningen mag niet ! Overlopende rekeningen worden opgenomen in de balans tegen aanschaffingswaarde (voor het gedeelte dat overloopt naar het volgend of de volgende boekjaren) Er zijn twee soorten overlopende rekeningen - Niet-continu overlopende rekeningen - Continu overlopende rekeningen Niet-continu overlopende rekeningen = gebruikt bij het einde van het boekjaar en bij aanvang volgend boekjaar ! Gedurende het boekjaar is het saldo v/d rekening 0 491 VERKREGEN OPBRENGSTEN 492 TOE TE REKENEN KOSTEN Voorbeeld: Moedermaatschappij staat lening toe aan dochteronderneming op 31 maart 2010 - Lening van 50.000 euro (lineaire aflossing over looptijd lening) - Intrestvoet van 10% - Looptijd 5 jaar - Aflossing en interest steeds op 31 maart - Einde boekjaar op 31 december, duurzaam doeleind Standpunt v/d dochteronderneming 31 maart 2010 Aangaan v/d lening 5500 Kredietinstellingen R/C 50.000 a/ 174 Overige leningen 50.000 31 december 2010 Overboeken van lange termijn naar korte termijn (lineair, 50.000/5) 174 Overige leningen 10.000 a/ 424 Overige leningen 10.000 Toerekenen van de intrestkosten (PASSIEVE ANTICIPATIEKOST: TOE TE REKENEN KOSTEN) 6500 Rente, commissies en kosten verbonden aan schulden 3.750 a/ 492 Toe te rekenen kosten 3.750 Berekening van intrest: - Intrestvoet bedraagt 10% --> 50.000 x 0,10 = 5.000 Na gaan hoeveel ten laste valt 2010 maart -> december: 9 maand -> 9/12 5.000 * (9/12) = 3.750 ! De overige 1.250 moet men op 31 maart afbetalen ! Op 31 maart boekt men eveneens de korte termijn lening terug naar de bankrekening van de moederonderneming ! Het jaar erop berekent men de intrest op dezelfde manier, maar dan op slechts 40.000 euro (er werd reeds 10.000 afgelost) 1 januari 2010 492 Toe te rekenen kosten 3.750 a/ 6500 Rente, commissies en kosten verbonden aan schulden 3.750 ! De overlopende rekeningen mogen enkel op het einde v/h jaar en op het begin een saldo hebben dat verschilt van 0 Standpunt v/d moederonderneming 31 maart 2010 Verstrekken v/d lening 2810 Vorderingen op rekening 50.000 a/ 5500 Kredietinstellingen R/C 50.000 31 december 2010 Overboeken van lange termijn naar korte termijn 2813 Vorderingen op korte termijn 10.000 a/ 2810 Vorderingen op rekening 10.000 Toerekenen v/d financiële opbrengsten (ACTIEVE ANTICIPATIEPOST: VERWORVEN OPBRENGSTEN) 491 Verkregen opbrengsten 3.750 a/ 750 Opbrengsten uit financiële vaste activa 3.750 1 januari 2011 750 Opbrengsten uit financiële activa 3.750 a/ 491 Verkregen opbrengsten 3.750 ! De toe te rekenen kosten staan niet altijd vast --> men raamt een bedrag en legt het verschil ten laste van het volgende boekjaar Voorbeeld: Onderneming raamt telefoonkosten: 150.000 (voor drie maanden, december, januari en februari) Werkelijke kost op 5 maart is 155.000 euro (+21% BTW) 31 december 2010 Toerekening telefoonkost (enkel december) 61 Diensten en diverse goederen 50.000 a/ 492 Toe te rekenen kosten 50.000 1 januari 2010 492 Toe te rekenen kosten 50.000 a/ 61 Diensten en diverse goederen 50.000 5 maart 2011 61 Diensten en diverse goederen 499 Terugvorderbare BTW op aankopen a/ 440 Leveranciers 155.000 32.550 187.550 490 OVER TE DRAGEN KOSTEN Voorbeeld KMO sluit verzekering af --> 4.500 per jaar --> vooruitbetaalbaar op 1 september 2010 --> 31 december 2010 einde boekjaar --> Vrijgesteld van BTW 1 september 2010 Betaling v/d verzekeringspremie 61 Diensten en diverse goederen 4.500 a/ 5500 Kredietinstellingen R/C 4.500 31 december 2010 Proratering verzekeringskost (ACTIEVE UITSTELPOST: OVER TE DRAGEN KOSTEN) 490 Over te dragen kosten 3.000 a/ 61 Diensten en diverse goederen 3.000 ! Er zijn reeds 4 maanden gedaan, het komende jaar telt nog 8 maanden --> 4.500 * (8/12) = 3.000 1 januari 2011 Toerekening verzekeringskost 61 Diensten en diverse goederen 3.000 a/ 490 Over te dragen kosten 3.000 493 OVER TE DRAGEN OPBRENGSTEN Voorbeeld: Onderneming verhuurt gebouw op 1 september 2010 --> huur is vooruitbetaalbaar aan 48.000 per jaar --> 31 december is einde boekjaar 1 september 2010 Ontvangst huuropbrengsten 5500 Kredietinstellingen R/C 48.000 a/ 749 Diverse bedrijfsopbrengsten 48.000 31 december 2010 Proratering v/d opbrengsten (PASSIEVE UITSTELPOST: OVER TE DRAGEN OPBRENGSTEN) 749 Diverse bedrijfsopbrengsten 32.000 a/ 493 Over te dragen opbrengsten 32.000 ! Er zijn reeds 4 maanden gedaan, het komende jaar telt nog 8 maanden --> 48.000 * (8/12) = 32.000 1 januari 2011 Toerekening huuropbrengst 493 Over te dragen opbrengsten 32.000 a/ 749 Diverse bedrijfsopbrengsten 32.000 ! Opmerkingen: LEES PAGINA 256 - 257 Continu overlopende rekeningen = kunnen gebruikt worden in de loop v/h boekjaar --> GEEN tegenboeking bij opening v/h volgende jaar ! Vooruitbetalingen v/e kost en vooraf ontvangen opbrengsten --> directe boeking op overlopende rekeningen met betrekking tot komende jaar ! Verworven opbrengsten en toe te rekenen kosten opnemen in resultatenrekening via overlopende rekening --> enkel wanneer deze informatie beschikbaar is, SALDERING PAS BIJ BETALING ! Uitstelposten toch wel best tegenboeken bij begin v/h nieuwe boekjaar Voorbeeld: Onderneming ondertekent op 1 december 2010 huurcontract --> gaat in op 1 december 2010 --> drie maandelijkse betaling --> 15.000 euro per drie maand --> eerste betaling op 1 maart 1 december 2010 Toerekening v/d huurkost (PASSIEVE ANTICIPATIEPOST: TOE TE REKENEN KOSTEN) 61 Diensten en diverse goederen 5.000 a/ 492 Toe te rekenen kosten 5.000 ! Slechts 5.000 want december is laatste maand jaar, is slechts 1/3 v/d huur 1 maart 2011 Betaling v/d huur 61 diensten en diverse goederen 10.000 492 Toe te rekenen kosten 5.000 a/ 5500 Kredietinstellingen R/C 15.000 Voorbeeld: Onderneming huurt kantorencomplex van andere onderneming --> Huur is per 3 maand --> Vooruitbetaling (voor 3 maand) op 1 december 2010 --> 250.000 per maand 1 december 2010 Betaling huur (ACTIEVE UITSTELPOST: OVER TE DRAGEN KOSTEN) 61 Diensten en diverse goederen 250.000 (meteen afrekenen, nog december) 490 Over te dragen kosten 500.000 a/ 5500 Kredietinstellingen R/C 750.000 1 januari 2011 Toerekening v/d huurkost 61 Diensten en diverse goederen 500.000 a/ 490 Over te dragen kosten 500.000 Voorbeeld 3 Onderneming koopt grondstoffen... VOORBEELDEN BEKIJKEN 258 - 260 499 WACHTREKENINGEN Doel: voorlopige bedragen te boeken Ref. tussentijdse resultaatbepaling Ref. BTW-rekeningen