Phaxx 4/2013 28-11-2013 12:57 Pagina 10 Taalkennis is relevanter dan culturele achtergrond (mis)communicatie in de spreekkamer s t é p h a n i e d e m a e s s c h a l c k – Als gevolg van de toenemende diversiteit in de samenleving krijgen artsen steeds vaker patiënten uit migrantengroepen in de spreekkamer. Voor artsen en andere gezondheidswerkers vormt het een uitdaging om aan iedereen gelijkwaardige zorg te bieden. Goede communicatie is daarvoor onontbeerlijk. Niet cultuur maar de taalkennis van patiënten speelt hierin een centrale rol, zo blijkt uit het onderzoek waarop Stéphanie De Maesschalck begin 2012 promo- foto: joost van den broek/hh veerde aan de Universiteit Gent. anneer een patiënt langsgaat bij een arts, zijn er heel vaak emoties verbonden aan zijn klacht. Bijvoorbeeld ongerustheid over wat de klacht kan betekenen of angst voor negatieve boodschappen. Daarnaast consulteren mensen de huisarts ook over psychosociale problemen gerelateerd aan werk, familie of omgeving. Praten over bijkomende emoties is niet altijd makkelijk. Zelfs wanneer taal en culturele achtergrond van de pa- w |1 0 | phaxx nummer 4.13 tiënt overeenkomen met die van de arts. Het ligt voor de hand dat praten over emoties nog moeilijker is met een arts die de moedertaal van de patiënt niet spreekt of een andere culturele achtergrond heeft. De culturele kloof tussen arts en patiënt heeft in de loop der tijd veel De houding van artsen kan een belangrijke factor spelen bij de communicatie in de spreekkamer. Juist taal is van doorslaggevende betekenis voor de relatie tussen arts en patiënt Phaxx 4/2013 28-11-2013 12:57 Pagina 11 Mensen met matige taalkennis zijn het meest kwetsbaar in de spreekkamer het onderzoek in feiten en cijfers Op video zijn 191 consultaties van huisartsen met migranten opgenomen. Alle patiënten werden voor de aanvang van het consult bevraagd over hun culturele achtergrond, taal en andere demografische variabelen. De deelnemende artsen vulden voor het onderzoek een aantal attitudevragenlijsten in. Na elk opgenomen consult beantwoordden ze een aantal vragen over hun percepties over de patiënt die ze net gezien hadden. Alle consulten werden bekeken en geanalyseerd aan de hand van het Verona Coderingssysteem voor Emotionele Sequenties (vr-codes). Hierbij kijkt men enerzijds naar hoe patiënten hun negatieve gevoelens (angst, ongerustheid, twijfel) uiten bij de arts. Doen ze dit op een indirecte manier via ‘hints’ (cues) of zijn ze explicieter in hun manier van uiten (concerns)? Anderzijds analyseert het systeem in detail hoe artsen daar vervolgens op reageren. Geven zij ruimte aan de patiënt om de emotie verder te bespreken of juist niet? En hoe doen ze dat dan? Zijn artsen expliciet of juist niet expliciet in hun reacties op emoties van patiënten? aandacht gekregen. Interculturele communicatie is bijvoorbeeld een vak dat in veel medische opleidingen gegeven wordt. Over het belang van taal is veel minder geschreven. Uit de resultaten van mijn onderzoek blijkt echter dat juist taal van doorslaggevende betekenis is voor de relatie tussen arts en patiënt. matige taalbeheersing maakt kwetsbaar Patiënten die de taal matig spreken, uiten minder emoties in het consult, aldus mijn onderzoeksgegevens. Maar patiënten die de taal helemaal niet of zeer slecht spreken, uiten daarentegen evenveel emoties als mensen zonder taalprobleem. Verklaring hiervoor is dat patiënten met de grootste taalbarrière vaak worden bijgestaan door een (informele) tolk. De aanwezigheid van een tolk heeft een positieve invloed op de mogelijkheid die patiënten voelen om hun gevoelens te bespreken. Dit betekent dat het vooral de groep met matige taalkennis is die het minst in staat is om emoties te uiten. Deze mensen zijn het meest kwetsbaar wat betreft zelfexpressie in de spreekkamer. De matig sprekende patiënten beheersen de taal zodanig dat zij een tolk onnodig achten. Hetzelfde geldt voor de arts. Ook hij of zij meent vaak dat een tolk niet noodzakelijk is. De taalbeheersing van deze groep is echter onvoldoende om fijne nuances of achterliggende emoties goed duidelijk te maken. De culturele achtergrond van patiënten (of iemand traditioneel is of juist heel modern) heeft blijkens de onderzoeksdata geen invloed op de mate waarin patiënten hun gevoelens verwoorden tegenover de arts. artsen en attitude De houding van een arts kan een belangrijke factor spelen bij de communicatie in de spreekkamer. Daarom hebben we een instrument ontwikkeld en gevalideerd om attitudes van artsen te meten. Het instrument focust op drie onderwerpen: 1) taakperceptie van artsen rond het werken met migranten, 2) attitudes ten aanzien van werken met deze groep en 3) percepties van de communicatiebehoeften van patiënten. De metingen wijzen uit dat reacties van artsen duidelijk worden beïnvloed door de taalkennis van hun patiënten. We zien dat artsen aan patiënten met een matige taalkennis meer ruimte geven om gevoelens verder te exploreren en te uiten. Dit is precies de groep die, zoals hierboven beschreven, geneigd is om zich minder emotioneel te uiten. Artsen nemen waar dat er een taalbarrière bestaat en doen meer pogingen om ruimte te geven. Bij patiënten die de taal helemaal niet of zeer slecht spreken, geven artsen ook enige ruimte voor emoties. Meer in ieder geval dan bij de groep zonder taalbarrières. Ook in meer algemene zin zijn er grote verschillen merkbaar tussen artsen onderling in hun manier van omgaan met emoties van patiënten. Artsen die een positieve, expliciete attitude hebben ten aanzien van patiëntgericht werken en ten aanzien van werken met migranten, stimuleren patiënten meer om hun bezorgdheden, angsten en twijfels te bespreken. Hoe artsen de individuele patiënt inschatten, dus de percepties van de arts over die unieke patiënt op gebied van intelligentie, opleiding of religiositeit, speelt bijna geen rol in hoe artsen reageren op emoties van patiënten. Enkel wanneer artsen een bepaalde patiënt niet sympathiek vinden, zullen hun reacties op emoties vaker inhoudgerelateerd zijn. veel gebruik informele tolken In de consultaties die we volgden binnen het kader van dit onderzoek maakten de artsen vrijwel uitsluitend gebruik van informele tolken. Ondanks de beschikbaarheid van professionele tolken. Dit, en de rol die de taalbarrière speelt in het emotionele aspect van de communicatie, leidde tot een extra onderzoeksvraag. We besloten huisartsen te vragen naar hun ervaringen met en ideeën over werken met professionele of informele tolken. Eén arts vertelde over consulten met een Marokkaanse patiënte zonder en met gebruik van de tolkentelefoon: ‘Ik had een oudere Marokkaanse vrouw als patiënt. Zij kwam altijd samen met een vriendin die tolkte. Ik had een hekel aan deze consulten, omdat er geen eind kwam aan haar klachten. En wat ik ook probeerde, er volgde steevast een andere klacht en meer pijn. De vrouw praatte heel veel en gesticuleerde overdadig. Ik begreep haar klachten nooit en probeerde het consult zo kort mogelijk te houden. Ik gaf haar dan een recept mee voor een van haar vele symptomen.’ Over dezelfde patiënte met gebruik van de tolkentelefoon: ‘Heel snel had ik een duidelijke beschrijving van haar klachten, zonder de onnodige lichaamstaal. Het consult was korter, en we waren allebei tevreden. De patiënte nam mijn beide handen vast en bedankte me hartelijk. Sindsdien gebruiken we altijd professionele tolkendiensten.’ Uit deze interviews kwamen meer interessante bevindingen naar voren. Allereerst bleek dat het gebruik van informele, dus ongetrainde, tolken (familie, vrienden) veel frequenter voorkwam dan het inzetten van professionele tolken. Een aanzienlijk aantal van deze infor- nummer 4.13 p h a x x |1 1 | Phaxx 4/2013 28-11-2013 12:57 Pagina 12 (mis)communicatie in de spreekkamer mele tolken waren kinderen jonger dan 16 jaar. De huisartsen die we interviewden gaven duidelijk aan dat ze het inschakelen van een informele tolk niet zagen als een expliciete keuze. Zij ervoeren het veeleer als een voldongen feit. Tenslotte nam de patiënt uit eigen beweging iemand mee; het zou een gebrek aan respect zijn om deze tolk niet te gebruiken. Daarnaast beschouwden ze zo’n informele tolk ook gewoon als praktisch. Zoals één arts het verwoordde: ‘Ze zijn er op het juiste moment, gratis, en ze zorgen in ieder geval voor een deel van het overbruggen van de taalkloof.’ Als bijkomend voordeel van informele tolken gold hun kennis van context en achtergrond van de patiënt. Tegelijktertijd noemde men deze nauwe betrokkenheid een mogelijk risico en een ongewenst effect. Een arts over een jongeman: ‘Hij vertelde me dat al dat vertalen voor zijn ouders zijn jeugd heeft geruïneerd. Toen ik dat hoorde besefte ik dat dat een hoge prijs is voor tolken. Maar dat veranderde mijn gedrag niet, wel mijn idee over tolken.’ culturele hertaling Artsen toonden zich bewust van het feit dat het gebruik van informele tolken niet ideaal was en gaven de voorkeur aan het inzetten van professionele tolken. Vooral praktische bezwaren lagen ten grondslag aan het terugvallen op het informele circuit. Professionele tolken moesten geregeld worden en er was niet altijd de juiste tolk voor de juiste taal beschikbaar. Artsen kozen vooral expliciet voor professionele tolken indien moeilijke gesprekken op de agenda stonden. Bijvoorbeeld slechtnieuwsgesprekken, consulten waarin een ingewikkelde diagnose uitgelegd moest worden, en bij emotionele kwesties. Een ander opmerkelijk gegeven was dat artsen vertelden dat ze naast het letterlijk tolken, in sommige omstandigheden ook een soort ‘culturele hertaling’ van de informatie nuttig zouden vinden. Dit gold vooral voor psychosociale kwesties waarbij niet op voorhand duidelijk was hoe de patiënt de diagnose of de therapie zou opvatten of beleven. Ze zagen dit als een extra taak voor professionele tolken en niet als een doel op zich. • Patiënten betrekken bij besluitvorming. • Informatieverzameling systematiseren over taal, et- niciteit en andere beïnvloedende factoren bij patiënten. • Diversiteit binnen de organisatie stimuleren. Op het niveau van medisch onderwijs: • Diversiteit binnen de studentengroep stimuleren. • Onderwijslijnen over culturele en linguïstische verschillen in gezondheid en de gezondheidszorg ontwikkelen, implementeren en evalueren. • Onderwijzend personeel en rolmodellen trainen in culturele en linguïstische competenties. Op regionaal en nationaal beleidsniveau: • Een gecoördineerd en expliciet beleid ontwikkelen rond gezondheid van en gezondheidszorg voor migranten. • Prioriteit geven aan financiële ondersteuning van onderzoek naar en beleidsontwikkeling rond diversiteit in gezondheid en gezondheidszorg (diversiteit in brede zin: etnisch-cultureel, religieus, sociaaleconomisch, gender enzovoort). • Tolkenondersteuning voor alle artsen. • Ondersteuning van artsen met een hoog percentage patiënten uit kwetsbare groepen (waaronder veel migranten) in hun praktijk. Stéphanie De Maesschalck werkt als huisarts in een opvangcentrum voor asielzoekers en is daarnaast als docent verbonden aan de faculteit Geneeskunde en gezondheidswetenschappen van de Universiteit Gent. Uitreiking van de Pharos proefschriftprijs Diversiteit en Gezondheid aan Stéphanie De Maesschalck. pharos proefschriftprijs 2012 Linguistic and cultural diversity in the consultation room: A tango between physicians and their ethnic minority patients van Stéphanie De Maesschalck, is door de jury van de Academische Werkplaats uitgekozen tot proefschrift van het jaar 2012. Het proefschrift is te downloaden via: http://mighealth.net/nl/images/9/96/Maess.pdf. aanbevelingen Op dit ogenblik neemt de kennis over ongelijkheid in de gezondheidszorg, waaronder binnen de arts-patiëntrelatie, toe. Een gecoördineerde aanpak van de verschillen en de beïnvloedende factoren ontbreekt echter. Hier volgen enkele aanbevelingen op verschillende niveaus om de communicatie tussen arts en patiënt te verbeteren. Op het niveau van gezondheidszorgorganisaties: • Een expliciet beleid uitwerken binnen de organisatie over zorg voor en met migranten. |1 2 | phaxx nummer 4.13 foto: eelco gorter Op individueel niveau: • Het gebruik van tolken aanmoedigen, ook en vooral bij mensen met een matige taalkennis. • Het bewustzijn bij artsen van de impact van taal op de communicatie met patiënten verhogen. • Oplossingsgerichte ‘culturele competentie’-trainingen aanbieden aan artsen. Artsen kiezen expliciet voor professionele tolken bij moeilijke gesprekken