Kindergeneeskunde Buikgriep bij kinderen (Gastro-enteritis) Buikgriep bij kinderen komt vaak voor. We noemen dit gastro-enteritis. Kinderen moeten braken en hebben diarree. Bij baby’s en jonge kinderen kan hierdoor een vochttekort ontstaan. Dat noemen we uitdroging. Dit kan een oorzaak zijn waarom uw kind opgenomen wordt in het ziekenhuis. Wat is de oorzaak? Gastro-enteritis is een infectie van de darmen. Meestal gaat het om de dunne darm. Vaak zit de infectie ook in de maag en dikke darm. De infectie wordt veroorzaakt door virussen of bacteriën en ontstaat ineens. Meestal is het een virusinfectie. Bekende verwekkers zijn het rotavirus, adeno-virus en norovirus. Wat merkt u aan uw kind? Uw kind moet braken, heeft diarree, koorts en gebrek aan eetlust. Soms zit er bloed of slijm bij de ontlasting. Door de infectie verliest uw kind meer water en zout via de ontlasting en raakt uitgedroogd. U merkt dit doordat uw kind gewicht verliest en afvalt. Andere verschijnselen bij uitdroging zijn: • dorst; • sufheid; • ingezonken ogen en fontanel; • droge slijmvliezen; • elasticiteit van de huid wordt minder; • minder plassen. Hoe ernstiger deze klachten zijn, hoe meer uw kind uitgedroogd is. Welke onderzoeken krijgt uw kind? Gewicht We wegen uw kind iedere dag. Zo weten we hoe ernstig de uitdroging is. Deze informatie voor patienten is met de grootste zorg samengesteld. Het betreft algemene informatie. Aan deze informatie kunnen geen rechten worden ontleend. © Jeroen Bosch Ziekenhuis 2011 www.jeroenboschziekenhuis.nl (KIN-300, uitgave mei 2014) Laboratoriumonderzoek ontlasting Soms wordt de ontlasting onderzocht om de oorzaak van de buikgriep op te sporen. In veel gevallen weten we niet wat de verwekker van de ziekte is. Ook niet als uw kind al beter is. Hoe behandelen we uw kind? We zorgen ervoor dat uw kind weer voldoende vocht binnenkrijgt. Dit noemen we rehydratie. Meestal krijgt uw kind vier uur lang een oplossing van water, glucose en zout te drinken. Deze oplossing heet ORS. Heeft uw kind daarna nog waterdunne ontlasting, dan geven we extra ORS om het tekort aan vocht aan te vullen. Weigert uw kind deze extra ORS, dan is dit meestal een teken dat er geen ernstig vochttekort meer is. Soms is het nodig de ORS per maagsonde te geven. Dit is een slangetje rechtstreeks in de maag dat via de neus wordt ingebracht. Braakt uw kind, dan geven we deze hoeveelheid in kleine porties. Na de fase van rehydratie, die 4-6 uur duurt, begint uw kind weer met normaal eten en drinken. De diarree zal dan niet meteen over zijn, dit kan nog enkele dagen aanhouden. Bij een klein deel van de kinderen is het soms nodig om een infuus te geven. Vochtbalans Tijdens de opname houden we een vochtbalans bij. Dit betekent dat we: • uw kind dagelijks wegen; • alles opschrijven wat uw kind drinkt; • opschrijven hoeveel uw kind plast. Hiervoor wegen we de luiers of laten we uw kind op een po of in een urinaal plassen. Medicijnen Het is niet goed om medicijnen te geven bij buikgriep. Medicijnen maken de klachten soms erger. Isolatieverpleging Op de kinderafdeling verplegen we uw kind afgezonderd van andere kinderen. Dit noemen we isolatie. Dit doen we in verband met besmettingsgevaar. Van de verpleegkundige krijgt u een folder: ‘Isolatieverpleging van uw kind’ (KIN-156). Het is erg belangrijk dat u deze informatie leest. Het is belangrijk dat u en alle bezoekers na ieder contact met uw kind, met braaksel of ontlasting, de handen wast. Daarna ontsmet u uw handen met de handalcohol. Doe dit altijd voordat u de kamer verlaat! Voedingsadviezen Bij buikgriep is het belangrijk dat uw kind gezond eet: normale voeding voor de leeftijd. Sommige voedingsmiddelen zijn minder geschikt, zoals: • erg vet voedsel; • ontbijtkoek. Dit vormt een ‘bal’ in de maag, waar spijsverteringssappen niet goed bij kunnen; • gasvormende voedingsmiddelen (uien, kool, spruiten); • koolzuurhoudende dranken; • (grote hoeveelheden) appelsap; vanwege de kans op gistingsdiarree. Patientenvoorlichting jeroen bosch ziekenhuis 2 van 3 Bij gistingsdiarree heeft uw kind last van een opgezette, rommelende buik. Uw kind produceert dan grote hoeveelheden dunne en schuimende ontlasting, vaak met een typische zure geur. De dagelijkse voeding kan bestaan uit: • niet te vers brood, wit of lichtbruit • besmeerd en belegd naar keuze, voorkeur van het kind aanhouden; • melkproducten naar keuze. De warme maaltijd kan bestaan uit: • aardappelen, rijst; • groente naar keuze; • vlees, vis, kip, naar keuze. Toetje naar keuze. Drinken: water, thee, Roosvisee of Karvan Cevitam. Ttussendoortje in de vorm van: toastje, biscuitje, rijstewafel, soepstengel etcetera. Wanneer mag uw kind naar huis? Uw kind mag naar huis als het weer normaal kan eten en drinken, minder diarree heeft en zich goed voelt. De diarree hoeft nog niet helemaal over te zijn. Dat geeft niet, want de kans op uitdroging is nu heel klein. Als uw kind gezond eet, zal uw kind snel opknappen. Heeft u nog vragen? U kunt dan bellen naar de afdeling Kindergeneeskunde. Telefoonnummer: (073) 553 25 27. Voor meer informatie kunt u kijken op de website: www.jbz.nl. Het ziekenhuis heeft ook een eigen kinderwebsite: www.halloziekenhuis.nl Patientenvoorlichting jeroen bosch ziekenhuis 3 van 3