Boeddha Amitabha, de Boeddha van het oneindige Licht. Hoe Amitabha het Boeddhaschap bereikte. Zo wordt verteld in de Grote Sukhavati Vyuha Sutra dat toen Amida nog als de mens Dharmakara leefde, was er een grote Boeddha van wie hij hoopte dat hij hem de weg naar Verlichting zou wijzen, teneinde zichzelf geschikt te maken voor het scheppen van een Zuiver Land. Deze Boeddha toonde Dharmakara alle bestaansdomeinen waaruit hij kon kiezen, en hij koos het Zuiver Land. Sommige bestaansdomeinen waren niet geheel zuiver, sommige waren bezoedeld door onzuiverheden en onreinheid, en weer andere waren volstrekt onacceptabel. Daarom koos hij het Zuiver Land, dat volmaakt vrij was van onzuiverheden. Dharmakara oefende zichzelf gedurende vele kalpa’s (tijdperken) in discipline| en onderwierp zichzelf aan een rigoureuze morele training door de beoefening van de Zes Grote Deugden: 1 Goedgeefsheid (Dana-paramita) 2 Zedigheid (morele discipline) {Shila-paramita) 3 Geduld of volharding (Kshanti-paramita) 4 Energie of inzet (Virya-paramita) 5 Meditatie (Dhyana-paramita) en 6 Wijsheid (Prajna-paramita). Toen hij deze oefenpraktijk vele kalpa's had volgehouden, kwam hij eindelijk tot Verlichting. 1 Voordat hij echter de Verlichting bereikte, legde hij in het bijzijn van de toenmalige Boeddha een gelofte af. Het was niet één gelofte maar het waren er achtenveertig, allen gestoeld op het feit om andere levende wezens te helpen en te bevrijden uit samsara. Van deze achtenveertig geloftes is de achttiende gelofte de belangrijkste. Deze is namelijk de grondsteen van zijn rijk, het zuivere land Sukhavati (Tib. Dewachen ), hetgeen ‘land van vreugde’ betekent. Hierin beloofde hij dat als hij het Boeddhaschap bereikt zou hebben hij een land zou creëren waar een ieder die in hem vertrouwen zou hebben en wiens wens het zal zijn om in zijn land geboren te willen worden ook hierin geboren zal worden. Mocht iemand niet in zijn land geboren willen worden dan is hij, Dharmakara, het bezit van de perfecte kennis ook niet waard en zal deze dan ook nooit bezitten. Dat waren de voorwaarden die Dharmakara zichzelf stelde voor het bereiken van zijn verlichting, de creatie van een gelukkig land waar zijn volgelingen herboren zouden worden. Boeddha Shakyamoeni vertelde verder in deze soetra aan Ananda dat Dharmakara werkelijk Boeddha was geworden en nu Boeddha Amitabha heet die inderdaad een zuiver land heeft gecreëerd. Boeddha Amitabha is de populairste en de oudste van de vijf transcendente Boeddha’s van het Mahayana. Als hoofd van de lotusfamilie is hij de heerser van het tussenparadijs Sukhavati, waarin wezens verblijven die vlak voor hun verlichting en verlossing staan. Hij belichaamt de verandering van begeerte in diepgaande wijsheid. Zijn rijk is het westen gelegen en zijn element het vuur. Amitabha betekent oneindig Licht. Dit licht richt zich op alle 84000 waanvoorstellingen, maakt ze stuk voor stuk doorzichtig en berooft ze op deze wijze van hun macht. De term 'licht' is in het boeddhisme een symbool van wijsheid, en hiermee wordt geen ander licht bedoeld dan het licht van Boeddha Amitabha Zijn licht is niet onbarmhartig, kil of afstandelijk maar het is zacht en warm. Van dichtbij ervaren wij het als de werkzaamheid van mededogen. In Oost-Azië wordt diezelfde Boeddha ook de Boeddha van het Oneindige Leven (Amitayus) genoemd. Beiden zijn daar echter bekend onder één enkele naam, Amida, en worden in jezelf tot leven gewekt door middel van de mantra: Namu-Amida-Butsu ('Ik neem mijn toevlucht tot Boeddha Amida') , in het Japans of in het Tibetaans door de mantra: Om Namo Amitabhaya Buddhaya 2 De leer omtrent Amida Ofschoon wordt geprobeert om Amida’s leer in aardse termen te beschrijven is het onmogelijk om deze leer vanuit een intellectueel uitgangspunt, of via ons rationele denken te benaderen. Deze leer gaat begripsmatig werkelijk het menselijke verstand te boven. Toch kan Amida’s leer en zijn Zuiver Land Sukhavati ons op het aardse niveau geopenbaard worden. Bedenk dat het Zuiver Land niet ergens miljoenen kilometers ver in het Westen ligt. Het Zuiver Land is het Hier en Nu en kan door hen die ogen hebben om te zien om zich heen ook waargenomen worden. Om dit te begrijpen moeten we de mantra Namu-Amida-Butsu eens nader gaan beschouwen. Als we de mantra Namu-Amida-Butsu uitspreken, dan staat namu voor eigenmacht (kï) en Amida-Butsu staat dan voor de Andere Macht (ho). Ho en Ki staan dus tegenover elkaar. Aan de ene kant staat Amida( ho); aan de andere kant de gewone mens zoals u en ik (ki). Als de Andere Macht ( ho) wordt omhelsd door de eigenmacht (ki ) zo wordt deze getransformeerd tot de Andere Macht (ho); de Andere Macht (ho ) absorbeert de eigenmacht (ki) volledig. Door de mantra Namu Amida Butsu op juiste wijze uit te spreken versmelten deze twee machten tot een eenheid van ki en ho en symboliseren zo de eenwording van beide tegenstellingen. Dit is de voorwaarde om in het Zuiver Land te worden wedergeboren. We dienen onze eigenmacht (ki) prijs te geven en de Andere Macht (ho) te omhelzen. Dit betekent dat we ons Ego volledig moeten opgeven ( vernietigen). Vele westerlingen, het zijn meestal de grootste critici van het boeddhisme, hebben hierop altijd al veel kritiek geleverd en zij zullen dus ook nu weer direct veronderstellen dat dit een totale ontkenning is van het menselijk bestaan, die overeenkomt met het plegen van zelfmoord. Helaas voor hen nemen zij niet de moeite om de Dhammapada te bestuderen. Zij is een van de oudste geschriften van het boeddhisme en bevat de grondslagen van de boeddhistische leer. In dit geschrift wordt uitvoerig gesproken over de noodzaak om het bewustzijn te vernietigen of te verliezen. In werkelijkheid wordt hiermee bedoeld om het oppervlakkige, relatieve 3 bewustzijn te transformeren naar het absolute bewustzijn. Het dualisme wordt overstegen, transcendent, waardoor het dualisme tussen subject en object komen te vervallen. Subject en object verschijnen, voordat deze splitsing plaatsvindt, vanuit de plaats waar nog geen subject en object bestaan, namelijk ons Boeddhakind. Door onze versluieringen echter neemt uiteindelijk het EGO de creatie van het Boeddhakind over en geeft de creatie via de zeef van onze zintuigen en het daarachter werkzame verstand een eigen vorm, die niet de werkelijkheid ontspruit. Het is in feite een reconstructie waarvan het verstand de schepper is en die door de zintuigen wordt gevoed. Dit is niet de werkelijke wereld. Om tot het innerlijk zelf door te dringen, zullen we eerst deze oppervlakkige relativiteit moeten vernietigen. Het vernietigen van relativiteit is niet het scheppen van een andere relativiteit, maar het ontdekken van de werkelijkheid die niet in relatieve termen is opgesplitst!. Echter, het innerlijke zelf wordt alleen bereikt als we boven deze relativiteit uitstijgen. Mijn conclusie is daarom ook dat Amitabha ons innerlijk zelf is en dat wij, als we dit innerlijk zelf hebben gevonden, herboren worden in het Zuivere Land. Boeddha Amida is het middelpunt van de leer van de Zuiver-Landstroming. Zijn lichaam straalt zoveel licht uit dat hele universums worden verlicht; zoveel universa dat hun aantal spot met alle menselijke pogingen tot berekening. Elk straaltje licht dat zijn lichaam emaneert, uit iedere porie van zijn huid, is een Boeddha onder talloze andere Boeddha's. Hiermee worden de kracht van Boeddha Amitabha en de onmetelijke omvang van zijn Zuivere Land tot uitdrukking gebracht. Dit soort beschrijvingen reiken bijna verder dan het menselijk voorstellingsvermogen. De Zuiver-Landstroming De Zuiver-Landstroming ontstond tegelijkertijd met het mahayana-boeddhisme in India, in de eerste eeuw voor Christus. Over de Zuiver-Landstroming is historisch gezien weinig bekend. Wel zijn de canonieke geschriften van deze traditie, die later bekend werd als de Drie Soetra's, verschenen in het beginstadium van het mahayana. Twee van de Drie Soetra's zijn van Indiase oorsprong. Dit zijn het grote Mahasukhavati-vyuha en het kleinere Sukhavati-vyuha. Vyuha betekent sierraad en sukhavati betekent zuiver land. Beide dateren uit de periode rond de eerste eeuw voor Christus. Hiernaast verscheen er een derde geschrift, daterend uit de vierde 4 eeuw. Het is de 'Soetra over de contemplatie van Boeddha Amida' (Amitayurdhyanasutra), waarvan thans alleen nog een Chinese versie bestaat. De fundamentele boodschap van de Drie Soetra’s zijn de achtenveertig geloften van de Bodhisattva Dharmakara, die deze geloften alle vervulde en zo de Boeddha van het Oneindige Licht en Oneindige Leven werd. De mythe over Amida en zijn 'Oorspronggelofte', zoals de term luidt, dateert van voor het begin van de menselijke geschiedenis en diende als inspiratie voor het leven van de historische Boeddha en de latere reeks Buddha-Dharma-meesters in Oost-Azië. Pas in de zesde eeuw werden deze drie Soetra's met de introductie van het boeddhisme overgebracht naar Japan. Hoewel de Zuiver-Landstroming in het begin niet van grote invloed was ontwikkelde deze zich toch tot een krachtig symbool van de mogelijkheid tot het overstijgen van deze wereld van illusies - het domein van pijn en lijden. Het Zuivere Land of Sukhavati wordt omschreven als een landschap dat zich bevindt in een onvoorstelbaar spiritueel licht. In welke richting je ook kijkt, overal zijn enorme grote lotussen met daarop gouden boeddha’s, die de dharma onderwijzen. In het midden van dit alles zie je boeddha Amitabha, gezeten op een enorme lotustroon, geflankeerd door zijn twee belangrijkste bodhisattva’s, Avalokiteshvara en Mahasthamaprapta. In Sukhavati, zijn de condities om spiritueel te groeien fenomenaal. Een zuiver land is een wereld of een sfeer die de uitdrukking is van het verlicht bewustzijn van een Boeddha. Het is ontstaan uit de oneindig vele verdienstelijke daden, die hij volbracht heeft. Het is een wereld waarin de condities optimaal zijn om snelle progressie te maken op het pad naar de verlichting. Van hieruit kun je nooit meer terugvallen in samsara. Je zult heel geleidelijk aan, door in het geluk op te gaan en voortdurend te luisteren naar de dharma je zodanig ontwikkelen, dat je zelf ook het sublieme en ultieme boeddhaschap zult bereiken. Maar hoe is dit land eigenlijk ontstaan en hoe wordt het in leven gehouden? Om dat te kunnen ontdekken moeten we de mediterende Boeddha Amitabha opnieuw bekijken. Zijn rechterhand rust met de palm naar boven in de linkerhandpalm en de duimen raken elkaar maar net. De handen bevinden zich in zijn schoot, vlak voor zijn lichaam. Deze handen zijn tegelijkertijd zowel ontvangend als gevend waardoor de absolute eenheid van tegenstellingen tot uitdrukking wordt gebracht. Zo is het ook met de duimen die elkaar licht aanraken en zo in ons het bewustzijn versterken van 5 een uitgebalanceerde spirituele ontwikkeling. Door deze mudra omsluiten de handen als ruimte een ovaal en Boeddha Amitabha omarmt de ruimte als het kostbaarste dat bestaat. De mediterende broedt als het ware zijn kosmisch ei, de leegte, uit en het enige dat de Boeddha interesseert is om die condities te creëren die alle levende wezens uit hun lijden zal verlossen. Vandaar dat vanuit dit ei van leegte een zuiver land ontstaat, inclusief juwelen bomen en lotussen, de oneindige uitstraling en met de onuitputtelijke dharmalessen. Het is door de kracht van zijn meditatie op de oneindige liefde en mededogen in combinatie met een juist begrip van de leegte dat Amitabha het zuivere land kan laten ontstaan. Als de Boeddha in staat is door zijn mentale kracht een zuiver land te creëren, doet bij ons een vraag oprijzen of wij als gewone stervelingen ook hiertoe in staat zullen zijn. Het boeddhisme beantwoord deze vraag met ja. Gewone stervelingen creëren ook hun eigen land, geen zuiver land, maar een wereld, die afhankelijk van onze wilskracht zuiver of onzuiver is. We creëren namelijk ons eigen leven, maar door onze versluieringen presteren we het om keer op keer steeds weer opnieuw dezelfde ellendige producten te maken als voorheen. We laten het gewoon gebeuren zonder hierin verandering aan te brengen. Om te kijken hoe we dit zouden kunnen doen moeten we eerst de mudra van Boeddha Amitabha nader gaan bestuderen. We moeten ons gaan realiseren wat het ovaal, de leegte, dat hij met zijn handen omsluit, betekent en dat het alleen door de bewuste ervaring van ruimte, gecreëerd in meditatie, mogelijk is om inzichten te vergaren, hoe wij door gedachten onze wereld creëren en hoe wij hierin door onze gedachten te veranderen voor onszelf een andere wereld kunnen creëren. Door te contempleren op Boeddha Amitabha krijgen we inzicht in meditatie en het bewust ervaren van leegte, waardoor we de verantwoording voor onze creatie, ons leven, weer op ons kunnen nemen. Dan zal het ons ook lukken het bewustzijnsniveau steeds meer te verhogen een nieuwe wereld voor onszelf creëren. De vraag, welke betekenis heeft de boodschap van Boeddha Amitabha nu voor ons voor ons moderne leven , is niet te beantwoorden door het opsommen van alle vooren nadelen. Het is zinloos dit te doen. Accepteer Boeddha Amitabha en jezelf als een eenheid. Probeer het te leven, in plaats van het te begrijpen. Dan zul je weten wat het betekent. Dit is wat de mediterende onderscheidt van de niet mediterende. 6