Oorsprong van de elementen -2H 1 D dan D + H 3He dan 3He + 3He 4He+ 2H H-rijk gas Kleine ster 106 ºK H-fusie He-fusie kan planetair nevel vormen He-rijk gas H-burning Groter ster >>10 6 ºK He-burning na contractie fase zal supernova gaan Fe core en de gevormen elementen door de Si - burning galaxy verdelen O-burning C-burning Ne-burning Oorsprong van de aarde en van de andere planeten - Aarde, 9 planeten + > 24 manen en satellieten vormen zich tussen 5 en 4.6 miljard jaar geleden - Alle samengesteld uit zelfde oorsprongelijk, primordiaal materiaal van de zonnenevel (solar nebula), grote wolk gas en stof (meestal H, He, voor de rare andere elementen daalt de concentratie met stijgende Z) - Zonnestelsel is een laatkomer en dus een meer ontwikkeld stelsel, Big Bang is circa 14.5 miljard jaar oud Stap 1: Inkrimping van nebula, stof + gas samengedrukt nebula begin te roteren Stap 2: Snellere rotatie + contractie, korrels van gas en stof naar centrum, vlakker tot schijf Stap 3: Gravitatie induceert enorme druk en temperatuur in het centrum: hete “proto-zon” schiet in brand Stap 4: Weg van “proto-zon”: koud genoeg om gas te condenseren. Gesteenten worden gevormd en in 10 - 40 miljoen jaar hechten ze zich vast aan elkaar: accretie in “protoplaneet” die groeit door ophoping van puin. Ruimte begint op te klaren, warmte van de zon kan doordringen. Reeks van condensatie voor een gas met zonne-samenstelling Kleine gesteente-planeten waren te warm en met te weinig massa om de vluchtigere elementen (door gravitatie) vast te houden Ze accumuleren zich verder van de zon en vormen de zeer grote gas-planeten Puin blijft tussen Mars en Jupiter en vormt de asteroiden-gordel. Er is geen accretie mogelijk in deze regio van het zonnestelsel door de enorme gravitatie van Jupiter. De talrijke impakt-kraters op de Maan getuigen van de periode met heftige bombardementen, tussen 4.5 en 3.9 miljard jaren geleden: “Heavy bombardment period”. De planeten waren zeer vaak getroffen door asteroiden en andere brokstukken. Beste hypothese voor de vorming van de Maan: door de impakt op de aarde van een voorwerp zo groot als Mars. Meteorieten - komen van asteroiden-gordel tussen Mars en Jupiter - zeer fijn stof to stuk >> km, regen van fijn meteorieten-materiaal - 3 groepen : steen, ijzer en steenijzer Steen : silicaten, dikwijls met “chondrule” structuur Ijzer: meestal Fe-Ni mineralen, bv. FeS = troiliet - meteorieten met “chondrules” (chondriet) zijn zeer primitief voorwerpen, die veel infomatie geven over de vroege evolutie van het zonnestelsel - Koolstofrijke chondrieten bevatten organisch materiaal - Bekende meteorieten : Allende, Murchison, Canyon Diablo, Differentiatie en evolutie van de aarde - De interne differentiatie begon direct na de accretie-fase, proto-aarde was zeer warm, materiaal gedroeg zich als vloeistof - Het geheel vormde een homogene massa - Differentiatie leidt tot de inwendige structuur in lagen van de aarde - zware, siderofiele elementen met hoge dichtheid zinken naar het centrum door de effecten van graviteit en rotatie, de lichtere blijven drijven Vorming van Kern (Fe, Ni), Mantel (Fe, Mg Silicaten) en korst (Na-K Silicaten) Bron van warmte differentiatie door A blijft warm door C Warmteoverdracht -geleiding -convectie -straling oppervlak/massa verhouding belangrijk voor thermale geschiedenis van planeet Evolutie van de structuur van de aarde vorming kern is snel temperatuur, druk, en dichtheit stijgen met diepte Kern 11g/cm3 > 6700ºC