Planten tellen | over demografisch onderzoek Levensstadia Voorbeelden van indeling van levensstadia of levensfasen bij verschillende planten en plantengroepen. Gatsuk et al. (1980) geven de volgende standaardindeling voor in Rusland onderzochte soorten: Ontogenetische periode Leeftijdsstadium I Latent Zaad Symbool se II Pre-reproductief (pre-generatief) Kiemplant pl Juveniel Onrijpe fase III IV Reproductief (generatief) Post-reproductief (post-sgeneratief) j im Virginile v Jong reproductief g1 Rijpe reproductief g2 Oud reproductief g3 Subseniel ss Seniel s Dotterboem (Caltha palustris), een volwassen, rijke bloeiende en mogelijk tientallen jaren oude plant (foto PB) Planten tellen | over demografisch onderzoek Ruwe smele (Deschampsia caespitosa) Een polvormige grassoort van graslanden en bossen. Leeftijdsstadium Nader beschrijving (naar Gatsuk et al. 1980, situatie in Rusland) Zaad Klein, kiemend zonder rustperiode (niet dormant) Kiemplant Met leeftijd van enkele weken tot maanden, met primaire scheut en enkele smalle bladeren. Aan kiemplant is nog zaad verbonden Juveniel Leeftijd varieert van enkele maanden tot 5 – 6 jaar. Scheut nu met 6 – 7 bladeren, waarvan ook enkel al kan zijn afgestorven. Het contact met zaad is verdwenen Subadulte fase; onrijp Deze fase laat zich niet onderscheiden bij deze soort Subadult fase; rijp In deze fase wordt de typische polvormige groei herkenbaar. Bladeren die kenmerkend zijn voor volwassen planten worden al gevormd. Planten kunnen in leeftijd varieren van tussen de 2 en 5 jaar Jong reproductief De pol is rond of ovaal. Dode gedeelten komen niet voor. Scheuten met bloei maken minder dan 4% van alle scheuten uit Rijp reproductief In het centrum van pol sterven gedeelten af, waarbij het individu uiteen lijkt te vallen in verschillende onderdelen. Circa 10% van alle scheuten vormt bloeistengels Oud reproductief Planten hebben hun maximale diameter bereikt (0,3 tot 1 m), waarbij meer dan de helft van de pol is afgestorven, waarbij sprake is van soort van `heksenkring`dat uit 2 tot 20 aparte onderdelen kan bestaan. Het aantal bloeiende scheuten is beperkt. Deze fase kan tussen de 15 en 30 jaar duren Subseniel Scheuten vormen geen bloeistengels meer. Het grootste deel van de pol is afgestorveneHHH Seniel De pol is verder afgetakeld. Nog maar enkele fragmenten bestaan. De scheuten lijken op die van juveniele planten. De subseniele en seniele fase kan 15 – 25 jaar duren. Een pol van Ruwe smele kan in totaal 25 – 60 jaar leven Planten tellen | over demografisch onderzoek Zevenblad (Aegopodium podagraria) Leeftijdsstadium Nadere beschrijving (naar Gatsuk et al. 1980) Zaad Zaad kiemt na een winterperiode Kiemplant (pl) De kiemplant heeft twee lobben (l) die 1 – 2 maanden leven. Daarna worden de eerst drievoudige bladeren gevormd. Juveniel (j0 De juveniele fase duurt 2 – 3 jaar. De fase kenmerkt zich met twee of drie drielobbige bladeren. De echte leeftijd van deze juvenielen laat zich bepalen door het aantal littekens op de eerste scheut (pl – 2) te tellen en te delen door het gemiddeld aantal bladeren. Subadulte fase: onrijp (im) In deze fasen krijgen de bladeren 5 – 7 lobben. Er ontstaan nu rhizomen. Deze eerste rhizomen zijn 5-10 cm lang en aan hun eind kunnen nieuwe bladeren ontstaan. Subadulte fase: rijp (v) Dit is een fase met een grotere kloon, met 20 – 30 scheuten en totale lengte aan rhizomen van 2 – 3 meter. Reproductief (g) De planten zijn volwassen en in staat om bloeiwijzen te vormen. Subseniel (ss) De klonen hebben vermogen tot bloei verloren. Er is sprake van dikke scheuten waarop zich bladeren vormen die doen denken aan de juveniele fase . Seniel (s) De plant is aan het eind van haar leven. De kleine bladeren suggereren een jonge plant, maar resten van de ondergrondse scheuten wijzen op een seniele planten. Planten tellen | over demografisch onderzoek pl j im v g1 g2 g3 Es (Fraxinus exceselsior) Leeftijdsstadium Nadere beschrijving (naar Gatsuk et al. 1980) Zaad Het zaad wordt in de herfst verspreid. In het volgend voorjaar kan dit zaad kiemen. Kiemplant (pl) Een kiemplant ontwikkelt in een jaar twee lobben, een stel eenvoudige bladeren en een onvertakte wortel. Juveniel (j) In deze fase vormt de plant samengesteld blad. De 10 tot 40 cm grote planten kunnen 2 – 15 jaar oud worden. De leeftijd van de plant kan berekend worden door het aantal wondtekens te delen door 2,5. Dit staduw kan lang in diepe schaduw overleven op de bosbodem en wachten op een moment van sterke lichttoename. Subadulte fase (onrijpe fase) (im) De planten zijn tussen de 0,5 en 3,5 meter hoog. Er ontwikkelen zich eerste takken. De penwortel is langer dan de horizontale wortels. Subadulte fase (rijpe fase) (v) De jonge bomen zijn nu 4 – 10 meter hoog. Er ontstaat al een boomvorm. De takken vertakken zich verder. De horizontale wortels wordt belangrijk. Jong reproductief De bomen zijn 10 – 15 meter hoog. Er ontstaat een verschil tussen kroon en stam. De eerste bloeiwijzen verschijnen. Rijpe reproductief De bomem zijn 17 – 25 meter hoog. Er is een mooie ronde kroon onstaan en rijke bloei. De schors vertoont scheuren. Oud reproductief De bomen zijn nu 25 – 30 meter hoog en meer dan 100 jaar oud. De kroon is opener. De schors is nu sterk gespleten. Vertakking en vernieuwing daarvan neemt af. Subseniel/Subseniel Volgens Gatsuk et al. (1980) komen deze stadia niet voor bij de Es. Oude bomen blijven bloeien en vruchten vorm tot hun dood (150 – 220 jaar oude bomen). Best veel soorten zijn in ons land niet algemeen of komen maar in bepaalde delen voor. Stengelomvattend havikskruid (Hieracium amplexicaule) is hiervan een voorbeeld, die vooral voorkomt op muren in Valkenburg en Maastricht. De soort vormt goed herkenbare planten en laat zich makkelijk bestuderen. (foto PB) Planten tellen | over demografisch onderzoek Andere voorbeelden van indelingen van levensfasen Pilzegge (Carex pilulifera) – polvormende soort (niet gepubliceerd onderzoek P. Bremer) Levensstadia Omschrijving Kiemplant Eerste jaar, meestal 1 kleine spruit Juveniel Vanaf 2e jaar, > 1 spruit Subadult Plant met volwassen omgang, geen bloeistengels Adult 1 < 10 bloeistengels per pol Adult 2 11 – 50 bloeistengels per pol Adult 3 Ø 50 bloeistengels per pol Postadult Adulte plant die steriel is geworden Kievitsbloem (Fritillaria meleagris) (Corporaal et al., 1993) Levensstadia Duur (jaar) Omschrijving Kiemplant 0,5 Kiemplant vorm één langwerpige lob in de vorm van een zwaard Juveniel (zwaard) 1–3 Zwaard genoemd vanwege groeivorm Subadult (kandelaar) 3–8 Kandelaar genoemd vanwege groeivorm Adult 6 - >40 Plant vormt bloemen. Vegetatieve adult Rustfase Kandelaar van de Kievitsbloem Adult kan terugvallen in kandelaarfase. 2 Bol vormt geen bovengronds biomassa Adulte, bloeiende plant van de Kievitsbloem Planten tellen | over demografisch onderzoek Vetblad (Pinguicula vulgaris) (naar Svensson et al., 1993). Levensstadia Omschrijving Kiemplant Vegeatieve plant Onderverdeeld in drie grootte klassen, gebaseerd op langste blad x aantal bladeren Adulte plant Onderscheid in drie grootte klassen, gebaseerd op langste blad x aantal bladeren. Svensson et al. (1993) beschouwen naast planten die bloeien ook planten die in grootte gelijk en dan wel groter zijn dan de kleinste bloeiende planten ook als adulte planten. Dus zij voegen de vegetatieve adulten en adulten samen. Onderscheid is ook te maken naar het aantal bloeistengels dat een volwassen plant vormt. Een plant kan 1 of 2 bloeistengels hebben, bij uitzondering 3. Proefvak met vegetatieve en bloeiende exemplaren van Vetblad in Moeraswolfsklauw – Snavelbies associatie Gewone sleutelbloem (Primula vulgaris) (naar Valverde & Silvertown 1998) Levensstadia Omschrijving Kiemplant Bladoppervlak 0,5 – 5 cm², kiemblaadjes aanwezig Juveniel 5,1 – 35 cm² , geen bloemem Adult 1 35,1 – 200 cm², in principe tot bloei in staat Adult 2 201 – 600 cm², in principe tot bloei in staat Adult 3 > 600 cm², in principe tot bloei in staat Planten tellen | over demografisch onderzoek Dotterbloem (Caltha palustris) (niet gepubliceerd onderzoek P. Bremer). Levensstadia Omschrijving Kiemplant Planten met bladlengte van maximaal 5 cm Juveniel Planten met bladlengte van maximaal 5 cm Subadult Planten met bladlengte groter dan 5 cm, nog geen bloemen. Adult - klein Bloeiende plant met minder dan 11 bloemen Adult - matig Bloeiende plant met 11 – 50 bloemen Adult - groot Bloeiende plant met 51 – 100 bloemen Adult - heel groot Bloeiende plant met > 100 bloemen, oude planten, minimaal 10 jaar oud, mogelijk decennia oud. Subadult en juveniele planten van de Dotterbloem Bloeiende adulte Dotterbloem van levensfase Adult 1. Adult – heel groot. De plant heeft meer dan 100 bloemen en is zeker meer dan 10 jaar oud. Planten tellen | over demografisch onderzoek Planten tellen | over demografisch onderzoek