Actieprogramma Integratie: Uitvoeringsstrategie 2007 - 2008 Sector MO Programmateam Integratie Stanley Ramkhelawan Maart 2007 1 1.1. Inleiding De gemeente Dordrecht voert een pro-actief integratiebeleid. Dit beleid is gestoeld op een gedegen visie op het samenleven van alle Dordtenaren en op het bieden van voldoende kansen voor iedereen – autochtoon én allochtoon. Het integratiethema kent een grote dynamiek. Het Dordtse integratiebeleid is dan ook geen statisch gegeven, maar aan voortdurende ontwikkeling onderhevig. De veranderingen op dit terrein gaan zo snel, dat na de herijking van het lokaal integratiebeleid in 2004 het in 2006 nuttig leek de uitgangspunten en uitwerking van het beleid opnieuw tegen het licht te houden. Ten eerste omdat het lopende Uitvoeringsprogramma Integratiebeleid1 in 2006 ten einde liep. Ten tweede omdat in 2005 een Integratiemonitor2 is uitgevoerd die nieuwe inzichten heeft verschaft in de verschillende dimensies van integratie. En ten derde omdat in 2006 een nieuw College is aangetreden, dat onder andere de ambitie heeft de gemeente meer volgens de principes van programmamanagement te laten werken. Dit Actieprogramma is een uitwerking van het specifieke aandachtspunt “Integratie en meedoen” van het Meerjarenbeleidsprogramma Dordrecht 2006 -2010. 1.2 Coalitieakkoord Achttien procent van de Dordtenaren heeft een niet-westerse achtergrond. Het College van B&W heeft de ambitie ook deze mensen te laten meedoen aan de samenleving. Dat is en blijft de kern van het Dordtse integratiebeleid. Zo staat het ook in het Collegeakkoord voor de periode 2006-20103: integratie is een belangrijke prioriteit, met name waar het gaat “… om het versterken van maatschappelijke verbindingen en het creëren van veel meer mogelijkheden voor werk en scholing. Taalonderwijs en inburgeringstrajecten zijn daarbij absoluut nodig”. Omdat de scheidslijnen tussen groepen in de stad zichtbaar zijn en van invloed op zowel individuele als gemeenschappelijke culturele, economische en sociale ontwikkeling kiest het College voor “ een actiegerichte aanpak waarbij ongelijkheid in kansen aan de orde wordt gesteld… en …belemmeringen als gevolg van discriminatie worden aangepakt”. 1.3 Integratiemonitor In de Integratiemonitor Dordrecht 2005 is een zeer gedetailleerd (statistisch) overzicht gegeven van de stand van zaken en ontwikkelingen over allochtonen in Dordrecht. Enkele opvallende ontwikkelingen en in het oog springende tendensen worden hieronder samengevat. • De niet-westerse bevolking is tussen 2000 en 2005 met 2,3% gegroeid van 15,4% naar 17,7%. • De niet-westerse allochtone groepen bestaan uit veel jongeren; één op de vier is jonger dan 12 jaar en eenderde zit in de leeftijdsgroep 18-34 jaar. Onder autochtone jongeren is het percentage respectievelijk 13% en 20%. 1 Uitvoeringsprogramma integratie en interculturalisatie Integratiemonitor Dordrecht 2005 3 Coalitieakkoord gemeente Dordrecht 2006-2010 (april 2006): pagina 7 2 2 • • • • • • • • • • • • • • • • • Er is sprake van een licht toenemende etnische concentratie in wijken die al een hoog aandeel allochtonen hadden (Oud Krispijn, Nieuw Krispijn en Wielwijk) 23 van de 39 basisscholen zijn qua leerling-populatie geen afspiegeling van de wijk; het aantal “zwarte” scholen is verdubbeld van 5 naar 10; het merendeel van de gesegregeerde scholen is “te wit”. De 1e generatie is lager opgeleid. 31% van de niet-schoolgaande Turken, Marokkanen, Surinamers en Antillianen tussen 18-64 jaar heeft maximaal basisonderwijs. Ruim de helft van de 1e generatie Turken en Marokkanen zegt de Nederlandse taal te willen verbeteren. De 2e generatie heeft een hoger opleidingsniveau; slechts 5% heeft maximaal basisonderwijs. Ruim tweederde van de 2e generatie heeft een middelbaar of hoger opleidingsniveau. De werkloosheid onder de niet-westerse beroepsbevolking is met 14 tot 17% twee tot twee en half maal hoger dan onder de autochtone beroepsbevolking (7%). Van alle groepen hebben Antilliaanse Dordtenaren vaker (57%) een laag inkomen d.w.z. minder dan 1000, euro netto in de maand. Bijna een kwart van de Antillianen heeft een bijstandsuitkering; voor de andere nietwesterse allochtonen ligt dit percentage tussen de 7 en 13%. Van de autochtone Dordtenaren heeft 4% een bijstandsuitkering. In alle leeftijdsgroepen blijkt dat allochtonen minder sporten dan autochtonen; oudere Turken en Marokkanen sporten vrijwel niet. Relatief veel Turkse inwoners ervaren hun gezondheid als matig of slecht; twee op de drie 50-plussers onder de Turken vindt de gezondheid slecht. Bij autochtone 50plussers geldt dit voor 1 op de 5. Turken en Marokkanen identificeren zich vooral met de eigen groep; Surinamers voelen zich het vaakst “uitsluitend Nederlander” De 2e generatie allochtonen rekenen zichzelf vaker “uitsluitend tot de Nederlandse groep” dan allochtonen van de 1e generatie (37% versus 20%) en noemen zich minder vaak lid van de eigen bevolkingsgroep (48% versus 64%). De arbeidsparticipatie van de 2e generatie is ondanks het gestegen opleidingsniveau en de sociaal culturele oriëntatie niet hoger dan die van de 1e generatie (51 versus 49%) . Turkse en Marokkaanse Dordtenaren voelen zich relatief vaak gediscrimineerd vanwege hun geloofsovertuiging. Autochtonen hebben over het geheel genomen vaker problemen mee als hun kind veel contact zou hebben met allochtonen, of dit nu op school, als vriend of als partner is. Autochtonen hebben het vaakst (36%) op het werk contact met allochtonen; in de wijk en vrije tijd heeft slechts 15% contact met allochtonen. Eén op de drie Marokkanen en twee op de drie Turken zegt graag meer contact te willen met autochtonen en daar wel wat moeite voor te willen doen; 1 op de 6 autochtonen Dordtenaren zegt graag meer contact te willen en daarvoor moeite te willen doen. De meerderheid van de allochtone en autochtone Dordtenaren heeft een positieve of neutrale houding tegenover de aanwezigheid van allochtonen; autochtonen met een positieve houding zeggen wel minder vaak dat ze de aanwezigheid van de allochtonen een verrijking vinden. 3 1.4 Interactief De uitkomsten van de Integratiemonitor zijn in 2006 in een drietal stadsgesprekken uitvoerig besproken met experts, vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties, burgers, ondernemers, ambtenaren en afgevaardigden van de politieke partijen. Burgers en maatschappelijke actoren zijn gevraagd samen met de gemeente het cijfermateriaal uit de Integratiemonitor te interpreteren en prioriteiten aan te geven voor het integratiebeleid in de komende jaren. De Dordtse Integratie Adviesraad heeft in dit proces eveneens een bijdrage geleverd; de verschillende raadsfracties hebben middels een debat voor input gezorgd. Op grond van deze interactieve sessies kunnen we constateren dat het integratiebeleid de komende jaren langs twee lijnen gestalte dient te krijgen: 1. Doorgaan op dezelfde weg, met aandacht voor achterstanden op de arbeidsmarkt en verbeteren van de sociale samenhang 2. Versterken van integrale benadering van integratieproblematiek (intern) Uit deze interactieve ronde zijn 7 aandachtspunten naar voren gekomen waar vanuit het beleid aandacht voor gevraagd is: 1. Taal en inburgering 2. Stageplaatsen voor jongeren 3. Vrouwen en gezondheid 4. Preventie van radicalisering (insluiting) 5. Antidiscriminatiestrategie arbeidsmarkt 6. Ondernemerschap 7. Communicatie Op grond van de kennis en inzichten die we in de loop van 2006 hebben verzameld, hebben we de uitgangspunten van het Dordtse integratiebeleid opnieuw gedefinieerd. Deze uitgangspunten zijn het kader waarbinnen zowel huidige als toekomstige beleidsinitiatieven op het terrein van integratie gestalte dienen te krijgen. Het gaat om negen uitgangspunten: 1. Vaak volstaat generiek beleid, soms is specifiek beleid nodig 2. Persoonlijke verantwoordelijkheid staat voorop 3. Sociale cohesie en empowerment zijn waardevol voor integratie 4. Sociaal-economische en sociaal-culturele integratie zijn verschillend 5. We weten dat integratiebeleid normerend is 6. Integrale aanpak is efficiënt 7. Benutten van talent is een doel integratie 8. Vergroten toegankelijkheid is een voorwaarde voor integratie 9. Integratie is een tweezijdig proces 1.5. Communicatie Het tweezijdige karakter van het integratieproces vraagt om een inzet van alle burgers, autochtone én allochtone. Het tweezijdige karakter betekent ook dat er enerzijds sprake moet zijn van toerusting van burgers en anderzijds van toegankelijkheid van organisaties en instellingen. Voor de toegankelijkheid is kennisontwikkeling en borging over het benutten van verschillen binnen organisaties en instellingen een voorwaarde. Binnen dit Actieprogramma wordt o.a. met het leernetwerk, interculturalisatie van de ouderenzorg en binnen de gemeentelijke organisatie met de module diversiteitsmanagement aan deze kennisontwikkeling gewerkt. 4 Beproefde concepten om het onderlinge contact tussen autochtonen en allochtonen, sociale samenhang te beïnvloeden, zijn minder voorhanden. Uit onderzoek komt naar voren dat alledaagse vluchtige interacties in de openbare ruimte bepalend zijn voor de sociale samenhang van de stad. De mogelijkheden om dit te beïnvloeden zijn grofweg: inrichting van de openbare ruimte op een zodanige wijze dat verschillende groepen elkaar frequent ontmoeten en het beïnvloeden van netwerken omdat deze netwerken toegang verschaffen tot hulpbronnen die de kans op maatschappelijk succes en welzijn van mensen bepalen. Dit geldt vooral voor netwerken die groepsgrenzen overstijgen en de diversiteit van de stad weerspiegelen4. Communicatie speelt in dit proces een belangrijke rol. Meer nog dan op sommige andere beleidsterreinen hangt het succes van integratiebeleid mede af van de mate waarin de gemeente ‘het debat’ tussen burgers onderling, tussen burgers en organisaties én tussen burgers en de overheid weet te entameren. 1.6 Rol MO in integratie Het Dordtse integratiebeleid is ambtelijk belegd binnen de sector MO. Een programmateam van 4 ambtenaren, ondersteund door de afd. Communicatie, is verantwoordelijk voor de voortgang. MO heeft op dit beleidsterrein de rol van: 1. Trekker (projecten die de sector zelf initiëert, financiert en uitvoert) 2. Aanjager en initiatiefnemer 3. Pro-actief ondersteuner o.a. op basis van beschikbare kennis / kunde. Integratiebeleid is in veel opzichten geen zelfstandig beleidsterrein, maar maakt deel uit van ander beleid, bijvoorbeeld het arbeidsmarkt-, economisch, gezondheidszorg-, jeugd- en onderwijsbeleid. De beleidsontwikkeling en –uitvoering op deze beleidsterreinen horen in principe dus mede te worden bepaald door de gemeentelijke ambities op het terrein van integratiebeleid. Daarom zullen wij ernaar streven de doelstellingen van het integratiebeleid mede te realiseren via projecten en activiteiten van andere sectoren en programma’s. In onderstaand schema is de relatie weergegeven tussen het Programma Integratie en de afzonderlijke beleidsvelden waarlangs aan de integratiedoelstellingen worden gewerkt. Per beleidsveld worden vanuit het Programma afspraken gemaakt over concrete resultaten en/of projecten. Voor de looptijd van dit Actieprogramma (2007-2008) gaat het om afspraken met de volgende beleidsterreinen: Jeugd, Onderwijs, Wijkgericht werken, SO (Programma Economie), SDD (Inburgering, Re-integratie), Publieksdiensten (OVV) en Sport. Relatie Programma Integratie en regulierbeleid MO/ MO/ Jeugd Onderwijs Sport en MO/ Welzijn recreatie Cultuur Stadsbeheer Stads Ontwik. Programmateam Integratie Prog. -Eco. PM -Bin. Stad Kennisinf. 4 Staf diensten Brand weer Stads Bestuur Centrum SDD Het sociaal weefsel van de stad. Cohesie, netwerken en korte contacten. T.V. Blokland-Potters, Rotterdam 2006. 5 . . … 1.7 Outcome De outcome op het gebied van integratie betreft maatschappelijke veranderingen waardoor (een deel van) de doelgroep in staat wordt gesteld iets te realiseren (bereiken) wat haar eerder niet, of niet op die manier, lukte. De outcome beschrijven wij in termen van doelstellingen van het integratiebeleid. Wij hebben voor het integratiebeleid twee doelstellingen benoemd. In 2010 willen we t.a.v. deze doelstellingen een substantiële verbetering bereiken ten opzichte van 2006. Dat doen we door het herhalen van de Integratiemonitor (1-meting). De twee doelstellingen zijn: 1. de sociaal-economische integratie: Integratie betekent dan het hebben van (een inkomen uit) werk of een eigen bedrijf, en het beschikken over de vaardigheden om als werknemer of ondernemer in Nederland actief te kunnen zijn (afdoende kennis van de Nederlandse taal, bezit van de juiste kwalificaties, ervaring en/of diploma’s). 2. de sociaal- culturele integratie: Integratie betekent dan het hebben van contacten met ‘anderen’. Deze contacten ontstaan primair vanuit de wens van individuen om sociale verbanden (verbindingen tussen groepen in de stad) aan te gaan – om andere redenen dan de ‘beperkte’ economische noodzaak van een inkomen. 1.8 Output Binnen het regulier beleid van de sectoren wordt al een inzet gepleegd die bijdragen aan de integratiedoelstellingen. Aanvullend wordt in het kader van het Actieprogramma 2007-2008 een aantal nieuwe projecten uitgevoerd (iU); daarnaast is een aantal initiatieven nog in ontwikkeling(iO). 6 2. Sociaal economische integratie Zowel uit de Integratiemonitor als uit de stadsgesprekken en de analyse van deskundigen is het belang van taal, opleiding, stage en werk (sociaal economische integratie) naar voren gekomen. Deze ambitie is in het uitvoeringsoffensief voor 2007 omgezet in een aantal concrete projecten maar gezien het belang van werk en inkomen zal dit in de jaren daarna een sterker accent moeten krijgen in de uitvoering. De verwachte krapte als gevolg van vergrijzing biedt extra kansen om een forse inhaalslag te kunnen maken. De reguliere inzet op dit terrein betreft o.a.: • Toeleiding naar werk: Werkgeversservicepunt (CWI, UWV, Gemeente) met als extra aandachtpunt stageplaatsen voor allochtone jongeren, Route 23, de inzet van een ‘Werkmakelaar’ als onderdeel van het Wijkgericht Werken, het Banenoffensief (CWI, UAf/Emplooi en VIOZ), Arbeidsoriëntatie voor vrouwen van PAD. • SDD: de succesvolle Work First aanpak, Inburgering in het kader van de WI, opstarten werkgelegenheidsprojecten voor bijzondere doelgroepen in het kader van het integraal arbeidsmarktbeleid. • Programma Economie: het Mentorenproject, netwerkontwikkeling (Young@business, TOVD), ontwikkeling startersbeleid / Ondernemershuis, beleidsontwikkeling wijkeconomie. • Taal & inburgeringsaanbod van het Da Vinci College, Gilde (Samenspraak) en VIOZ (Met Elkaar Nederlands Spreken) • Gemeentelijk HRM-beleid: ontwikkeling stagebeleid en een module diversiteitsmanagement voor gemeenteambtenaren als onderdeel van de Dordtse School In 2007 worden volgende projecten uitgevoerd om een extra inspanning te leveren voor de sociaal economisch integratie: 2.1.Een eigen bedrijf starten …Is dat iets voor jou…? 2.2.Leernetwerk interculturalisatie Zorg en welzijn 2.3 Inburgering allochtone vrouwen 2.4 Jongeren promotieteam: Kleurrijk Dordrecht werkt 2.5 Wereldlunches 2.6 Anti Discriminatievoorziening Dordrecht In ontwikkeling zijn: - Actiz (brancheorganisatie voor de thuiszorg en verpleegzorg): een project gericht interculturalisatie van de ouderenzorg. - Arbeidsmarkttoeleiding van hoger opgeleide vrouwen waarbij de uitkomsten van een afstudeeronderzoek (door een stagiaire van de Erasmus universiteit) naar arbeidsparticipatie van 2e generatie Turkse en Marokkaanse vrouwen zal worden benut - Wijkgericht Werken: ontwikkeling van ‘Kansenwinkel’ - CMO Stimulans: Expertisecentrum allochtone ondernemers als onderdeel van het Ondernemershuis. - Vrouwen en gezondheid als thema in de op te stellen nota lokaal gezondheidsbeleid - Soft skills (onderwijsconcepten Leerpark): Om de positie van allochtone jongeren op de arbeidsmarkt te verbeteren schrijft de SER in een onlangs uitgekomen advies om naast stageplaatsen, tegengaan van discriminatie en het voorkomen van schooluitval (diploma halen en goed Nederlands spreken) in het onderwijs meer aandacht te besteden aan het ontwikkelen van zg. ‘soft skills’. Daarbij gaat het o.a. om op tijd komen, aan afspraken houden, uiterlijke verzorging, beleefdheid etc. Het opstellen van een goede CV, een sollicitatiebrief en presentatievaardigheden vallen eveneens onder de soft skills. 7 2.1. Project (iU) Een eigen bedrijf starten… Is dat iets voor jou…? Doel Het bevorderen van economische zelfstandigheid van allochtone vrouwen door het starten van een eigen bedrijf. Met dit project wordt in het algemeen gewerkt aan het stimuleren van etnisch ondernemerschap. Resultaten 10 talentvolle allochtone vrouwen met een WWB-uitkering opleiden en begeleiden tot zelfstandige ondernemers. 20 vrouwen werven, waarvan 10 in het traject instromen en 8 vrouwen een eigen bedrijf start of een reguliere baan vindt. Toelichting Het project betreft een reeds bestaande formule, ontwikkeld door het netwerk Zwarte Zaken Vrouwen Nederland, de gemeente Rotterdam, Kamer van Koophandel, CWI en het Albeda College. De vrouwen hebben een uitkering en dienen zich minimaal 20uur/week in te zetten gedurende een periode van 9 maanden. De deelneemsters worden begeleid door een ervaren onderneemster en tijdens de cursus maken ze een businessplan voor hun bedrijf. Coaching, scholing en bemiddeling zijn onderdelen van dit project. Via het Impulsteam Zorg en Welzijn, (programma Economie) is er sprake van samenwerking met lokale bedrijfsleven en het onderwijsveld. Uitvoerder Stichting Zwarte Zaken Vrouwen Nederland (ZZVN). In dit project werken drie gemeentelijke sectoren samen. Trekker SO/ Programma Economie en SDD (BBZ-regeling). Rol MO aanjager in de vorm van projectontwikkelaar Portefeuillehouder Dhr. F.J. van den Oever Financiering Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Risico analyse Werving van voldoende vrouwen die aan de criteria voldoen. 8 2.2. Project (iU) Leernetwerk interculturalisatie Zorg & Welzijn Doel Op gang brengen van een veranderingsproces binnen zorg & welzijnsinstellingen zodat rekening wordt gehouden met etnisch culturele diversiteit in de uitvoerende dienstverlening, het HRM beleid en alle overige facetten van de organisatie. Daartoe worden praktische handvatten aangereikt voor intercultureel personeelsbeleid en vindt kennisuitwisseling tussen instellingen plaats om intercultureel personeelsbeleid en interculturele dienstverlening te stimuleren Resultaten - Deelname van tenminste 10 Dordtse instellingen aan het leernetwerk (HRM functionarissen en projectmedewerkers) - Uitvoeren van totaal 3 leernetwerkbijeenkomsten - Ontwikkelen van een “handreiking’’ voor interculturalisatie - Werkconferentie voor een breder groep van organisaties en instellingen. Toelichting Als onderdeel van de Integratiemonitor is een enquête afgenomen onder zorg- en welzijnsinstellingen over interculturalisatie. Daaruit bleek dat de meeste ondervraagde instellingen al maatregelen nemen met betrekking tot intercultureel personeelsbeleid. Ook knelpunten zijn genoemd, zoals het feit dat allochtonen weinig gebruik maken van de voorziening, dan wel dat de instelling onvoldoende toegankelijk is voor allochtone personeelsleden. Instellingen bleken ervaringen te hebben met projecten op het gebied van interculturalisatie en gaven te kennen dit met elkaar te willen uitwisselen en van elkaar te willen leren. Uitvoerder TNO Kwaliteit van Leven en deelnemende instellingen Trekker MO Portefeuillehouder Dhr. A.T. Kamsteeg Financiering Gemeente (programmabudget Integratie) Risico analyse Continuering van het netwerk als facilitering vanuit het programma Integratie wordt beëindigd 9 2.3 Project (iU) Inburgering allochtone vrouwen Doel Door het volgen van een inburgeringscursus en slagen voor het examen: - de economische zelfstandigheid van vrouwen bevorderen en - meer vrouwen in staat stellen om volwaardig en beter te participeren in de samenleving. Resultaten 75 vrouwen zijn eind 2006/ begin 2007 gestart met een inburgeringstraject. 80% legt binnen 3 jaar het inburgeringsexamen af. Toelichting Met dit project wordt beoogd de taalachterstand waarmee veel Allochtone vrouwen kampen, versnelt weg te werken. Uitvoerder VIOZ i.s.m. Da Vinci College Trekker SDD als opdrachtgever en MO Portefeuillehouder Dhr. J.W. Spigt Financiering Ministerie van V&I (Wet Inburgering extra budget Pavem 2006) Risico analyse Als deze vrouwen niet slagen voor het examen lopen ze het risico beboet te worden. De doelstelling ‘’economisch zelfstandigheid” kan als gevolg van stagnatie bij het doorstromen naar een vervolgtraject in gedrang komen; een andere risicofactor is de beschikbaarheid van vacatures die aansluiten bij het niveau van de vrouwen. 10 2.4.Project (iU) Jongeren Promotieteam: Kleurrijk Dordrecht Doel Een (onderwijs)loopbaan op het juiste niveau zorgt voor persoonlijke ontwikkeling, een goed inkomen en binding met de Nederlandse samenleving. ‘Geslaagde jongeren’ worden als rolmodel/voorbeeld ingezet voor participatie van allochtone jongeren in het onderwijs en de arbeidsmarkt. Op deze wijze werkt het Jongeren Promotieteam aan verbetering van de positie van allochtone jongeren in het onderwijs en op de arbeidsmarkt Resultaten - Het vormen van een team van 10 tot 15 jongeren die als rolmodel kunnen fungeren - Het ontwikkelen en uitvoeren van promotieactiviteiten gericht op onderwijs en arbeidsmarkt - Het deelnemen aan debatten en discussies op het gebied van onderwijs en arbeidsmarkt. - Het opzetten van een comité van aanbeveling met o.a. een wethouder, vertegenwoordiger van werkgevers en onderwijs (netwerkontwikkeling) Toelichting Het Dordtse Jongerenteam is 1 van de 10 teams van een landelijk project ‘’Kleurrijk Nederland’’ dat door PSW in opdracht van het Ministerie van SZW wordt uitgevoerd. De teams worden begeleid, krijgen trainingen en maken deel uit van een landelijk netwerk. De gemeente stelt haar PR faciliteiten (zoals E-magazine, Website, etc.) beschikbaar voor promotie van diverse activiteiten van het jongerenteam. Uitvoerder Da Vinci College. PSW. Trekker MO (Jeugd en Integratie) Portefeuillehouder Dhr. D.A. van Steensel en Dhr. J.W. Spigt Financiering Ministerie van SZW. Gemeente (programmabudget Jeugd en programmabudget Integratie) Risico analyse - fulltime werkende en/of studerende jongeren - bereiken van voldoende deelnemers - in beginfase de ‘neuzen’ dezelfde kant op zien te krijgen 11 2.5 Project (iU) Wereldlunches Doel Het versterken van de kwaliteit en samenwerking tussen professionele instellingen en vrijwilligersorganisaties in Dordrecht en omstreken. Door op actuele integratiethema’s: - kennis en inzicht van betrokkenen (professionals en vrijwilligers) te vergroten; - netwerkvorming en samenwerking tussen beroepskrachten te versterken, vrijwilligers, politie, beleidsmedewerkers, organisaties van migranten en politici in Dordrecht; - ideeën en werkwijzen uit te wisselen; - opgedane kennis en ervaringen aan andere gemeenten/instellingen over te dragen. Resultaten In 2007 worden er 2 wereldlunches georganiseerd. De thema’s van de Wereldlunch komen voort uit de Integratiemonitor en de actuele praktijk. Gemiddeld worden 75 deelnemers per Wereldlunch bereikt. Toelichting Vanaf juni 2000 zijn er in Dordrecht 12 Wereldlunches georganiseerd onder het motto "Hoe meer een ieder mee kan doen in Dordt, hoe leefbaarder het wordt". De formule blijkt succesvol. Zo namen er in 2006 bij de Wereldlunches over Jeugdwerkloosheid en Jeugdzorg gemiddeld 50 maatschappelijke Instellingen, vrijwilligers- en zelforganisaties aan deel. Een werkgroep bestaande uit vertegenwoordigers van CMO Stimulans, de Dordtse Welzijns Organisatie DWO en de politie Zuid-Holland Zuid organiseert de wereldlunch en stemt daarbij af met de gemeente. Input daarbij is onder andere de Integratiemonitor Dordrecht. Deelnemers worden geconfronteerd met inspirerende en laagdrempelige praktijkvoorbeelden uit de Dordtse samenleving, dan wel uit andere plaatsen en kunnen meedenken aan eventueel nieuw te ontwikkelen werkmethodieken. Daarnaast geeft het de deelnemers de gelegenheid ervaringen uit te wisselen d.m.v. Discussies en workshops. Uitvoerder CMO Stimulans, de Dordtse Welzijns Organisatie DWO en de politie Zuid-Holland Zuid Trekker MO Portefeuillehouder Dhr. J.W. Spigt Financiering Provincie Zuid Holland, Deelnemersbijdrage, Gemeente Dordrecht (Programmabudget Integratie) Risico analyse Onderlinge afstemming is belangrijk om de juiste thema’s te agenderen voor de wereldlunches. 12 2.6 Project (iU) Anti Discriminatie Voorziening Dordrecht/ RADAR Doel De anti discriminatievoorziening streeft naar gelijke behandeling en het bestrijden van discriminatie op de diverse gronden die genoemd worden in de gelijkebehandelings-wetgeving. In artikel 1 van de Nederlandse grondwet is het principe van gelijke behandeling en non-discriminatie vastgelegd. ADB / RADAR richt zich op de promotie en handhaving van artikel 1 van de Grondwet als beginsel van wederzijds profijt voor burgers in een steeds diversere samenleving. Resultaten Gedurende het hele jaar vervullen van de Meldpunt-functie (bemiddeling klachtenafhandeling), Registratie en Monitoring. Uitvoeren van 40 voorlichtingsbijeenkomsten op scholen, training en deskundigheidsbevordering Realiseren van een fusie met RADAR en aftrap van de nieuwe organisatie Radar-Dordrecht per 1 juli 2007. Toelichting Dordrecht is een stad van vele minderheden. Er zijn migranten en ook groepen mensen die op grond van een ander kenmerk tot een minderheid behoren: homoseksuelen, gehandicapten, joden, vrouwen, ouderen, jongeren…. Mensen uit deze minderheden kunnen te maken krijgen met incidentele discriminatie en structurele uitsluiting. Discriminatie is een structureel probleem dat een structurele aanpak nodig vereist, die breed gedragen wordt. In 2007 fuseren de ADB’s van Tilburg, Breda en Dordrecht met Radar. Radar ziet de vorming van een nieuwe organisatie met een groter werkgebied als een belangrijke kans om de aanpak van discriminatie in een aantal politieregio’s op een meer professionele en adequate manier te organiseren. Uitvoerder ADBD / RADAR Trekker MO Portefeuillehouder Dhr. J.W. Spigt Financiering Ministerie van Vreemdelingenbeleid en Integratie Gemeente (programmabudget Integratie) Risico analyse Fusie 13 3. Sociaal- culturele integratie De reguliere inzet gericht op het bevorderen van contacten tussen groepen en binding aan de samenleving gebeurt o.a. via: • het Wijkgericht Werken: om het samen leven in de buurt / sociale samenhang te bevorderen worden diverse activiteiten uitgevoerd w.o. straatfeesten. Specifiek gericht op het bevorderen van ontmoeting tussen allochtone en autochtone bewoners wordt binnen elke wijk in 2007 minimaal 1 wijkcampagne Samenleven uitgevoerd. Het pilotproject in Wielwijk “Achter de voordeur” richt zich op het ondersteunen van inwoners bij oplossen van persoonlijke knelpunten en op het vergroten van hun betrokkenheid bij de wijk • DWO ( w.o. PAD, Vrouwencentrum Menzil en het Sentro di Mama): uitvoering van projecten gericht op participatie emancipatie allochtone vrouwen. In deze projecten worden de lessen opgedaan met het project ‘Meedoen in Dordrecht’ breder geïmplementeerd; het project “Bezoekvrouwen” waarin middels huisbezoeken contacten worden gelegd met vrouwen die hulp willen bij het vinden van een weg in de Dordtse samenleving, project “Meebeslissen in Dordrecht” gericht op het vergroten van participatie van (allochtone) vrouwen, in (politieke) bestuursfuncties, Training Empowerment voor vrouwen, project “Intercultureel vrijwilligerswerk” waarin organisaties worden ondersteund bij het vinden van allochtone vrijwilligers. • VIOZ : specifiek voor de doelgroep allochtone vrouwen worden de volgende projecten uitgevoerd: Dordtenaren Ontmoeten Elkaar (DOE), een Equal project gericht op een vernieuwde aanpak om vrouwen met een islamitische achtergrond te laten inburgeren en “Ontspanning door inspanning”, een interactieve cursus in samenwerking met GGZ de Grote Rivieren en het Da Vinci College waarin cursorisch wordt gewerkt aan de relatie tussen stress en lichamelijke klachten. • Da Vinci College ondersteunt diverse professionals en vrijwilligers om hun kennis en expertise in het hanteren van cultuurverschillen te vergroten. Voorbeelden van trainingen zijn: “Leven in 2 culturen” en de training “Interculturele communicatie”. In 2007 worden volgende projecten uitgevoerd om een extra inspanning te leveren voor de sociaal culturele integratie: 3.1. MZO projecten “Dialoog, Ontmoeting en Emancipatie” 3.2. Meedoen allochtone jeugd door sport 3.3. Diversiteit in besturen Dordrecht 3.4. Platform allochtone ouders in onderwijs 3.5. Netwerk Dordt Veilig 3.6. Pilot Signalering radicalisering jongeren 3.7. Expertmeetings DivCafé 3.8. E-magazine ‘Samenleven in Dordrecht’ 3.9. Bruggenbouwers 3.10. Databank Integratieprojecten In relatie tot deze doelstelling zijn de volgende projecten in ontwikkeling: - Huis voor Democratie (Programma Kennisinfrastructuur), programmalijn “Beelden in culturen” - Tweede Wereldoorlog in perspectief: een lesprogramma gericht op VMBO leerlingen gericht op het bevorderen van verdraagzaamheid ten opzichte andersdenkenden (Diversion) - Multiculturele festivals (Koninkrijksconcert/Ramadan-/Divali-/Holi) - Buurtvaders (OOV) 14 3.1. Project (iU) Projecten dialoog, ontmoeting en emancipatie Doel Meedoen in de samenleving bevorderen op het gebied van sociaal economische integratie en sociaal culturele integratie. Resultaten Bevorderen participatie door uitvoering 40 ontmoetingsactiviteiten: Balansweekenden, Soosavonden, Matinees, Theatergroep, Koorgroep, stedelijk thema-avonden, themaochtenden, informatieavonden, Iftar maaltijden, culturele weekend, opendag moskee, thema- en discussieavonden, voorlichtingsbijeenkomsten, jeugdkamp, activiteiten voor ouderen ouderen, Fakkeltocht, Wan Pipel, Vadergroep, conversatiegroep, cursus "Samen Anders", Internationale dag, empowerment training. Toelichting In 2007 ontvangen 13 (migranten)zelforganisaties subsidie voor de uitvoering van integratieactiviteiten. Hierbij gaat het erom voorwaarden te scheppen voor actief burgerschap, zodat alle burgers georganiseerd en/of individueel vanuit een eigen verantwoordelijkheid actief kunnen deelnemen aan de Dordtse samenleving. Doel van de subsidievoorwaarden voor integratieactiviteiten is dat er meer dan voorheen contact tot stand wordt gebracht tussen bevolkingsgroepen. Om voor subsidie in aanmerking te komen moeten de activiteiten gericht zijn op participatie, ontmoeting & dialoog of het bevorderen van emancipatie. Activiteiten die primair gericht zijn op het versterken van de eigen identiteit worden slechts onder bepaalde voorwaarden gesubsidieerd. Hierbij gaat het om emancipatie in eigen kring als opstap naar integratie in de samenleving. Uitvoerder Balans, Buitenwacht, Drechtsom, Cultureel Centrum Marokkanen, DID, Fazilet, Marokkaanse Jongeren Vereniging, Seda, Spaanse Gezinshoofden, Gilde Dordrecht, Tuana, Platform Turkse Dordtenaren, Jai Ghandi . Trekker MO Portefeuillehouder Dhr. J.W. Spigt Financiering Gemeente, programmabudget Integratie Soms wordt gebruik gemaakt van fondsen (zoals Oranjefonds) Risico analyse Bereik: het is moeilijk andere (met name autochtone) Dordtenaren te betrekken bij de activiteiten. Aandachtspunt is de samenwerking met andere (reguliere) instellingen. Het is vrijwilligerswerk: mensen moeten motivatie en tijd hebben om ook daadwerkelijk de activiteiten tot uitvoering te brengen, waardoor planning en realisatie niet altijd overeenkomen. 15 3.2. Project (iU) Meedoen allochtone jeugd door sport Doel Algemeen: Het verhogen van de sportdeelname onder de allochtone jeugd in Dordrecht in het algemeen en de sportbeoefening in georganiseerd verband in het bijzonder, met daarbij bijzondere aandacht voor de achterstandspositie van (met name Islamitische en Hindoestaanse) meisjes. Specifiek: • het verhogen van het percentage kinderen van allochtone afkomst uit groep 7, dat buiten schoolverband aan sport doet van 54,8% in 2006 naar 64,8% in 2010. • het verlagen van het percentage allochtone jongeren (12-22 jaar) dat nauwelijks aan sport doet van 38% in 2006 naar 28% in 2010. • het verhogen van het percentage allochtone jongeren (12-22 jaar) dat lid is van een sportvereniging van 32% in 2006 naar 37% in 2010. Resultaten Voor 2007 staat geen specifieke output genoteerd. De output die aan het eind van het project (2010) moet zijn bereikt, is: • met minimaal drie sportbonden heeft de gemeente een samenwerkingsconvenant gesloten; • m.b.t. het realiseren van lokale sportprojecten: samenwerkingsovereenkomsten met twee scholen voor voortgezet onderwijs, met vier scholen voor primair onderwijs, met vijf sportverenigingen en twee wijkinitiatieven. Toelichting De gemeente ontvangt enerzijds middelen t.b.v. de coördinatie en ondersteuning van de bonds- en verenigingsinspanningen en anderzijds t.b.v. het opzetten van eigenstandige activiteiten. De aanpak bestaat uit drie pijlers: • kennismaken met sport; • toe leiden naar reguliere georganiseerde sport; • versterken sportaanbieders zodat opvang wordt verbeterd. Uitvoerder Sport & Recreatie in samenwerking met een aantal sportbonden, Dordtse sportverenigingen/-scholen en Dordtse zelforganisaties. Trekker Sport Portefeuillehouder Mevr. N. Albayrak Financiering Het rijk (min. BZK en VWS) via GSB III Risico analyse Risicofactor: samenwerking met uitvoeringspartners verloopt niet soepel en/of sportverenigingen en zelforganisaties willen niet participeren in het project. Waar mogelijk wordt in de uitvoering aansluiting gezocht bij reguliere sportprojecten/activiteiten b.v. BOS. 16 3.3. Project (iU) Diversiteit in besturen Dordrecht Doel - Zorgen voor een groter deelname van allochtonen in besturen door ze kennis te laten maken met bestuurswerkzaamheden. - Meer besturen beter bewust maken van het belang om allochtone bestuursleden te werven en plaatsen. Resultaten In tenminste 12 maatschappelijke organisaties (sectoren welzijn/hulpverlening, vrijetijd/recreatie, zorg en cultuur) daadwerkelijk meer allochtonen in besturen te hebben. Werven en scholen van allochtone kandidaten ten behoeve van bestuursfuncties. Het verzorgen van een training ‘’bestuursvaardigheden’’ voor potentiële bestuurskandidaten en het bieden van nazorg aan kandidaten die geplaatst zijn in een bestuursfunctie. Toelichting Met dit project willen wij de participatie van allochtonen op bestuursniveau bevorderen, zodat deze besturen beter kunnen aansluiten bij ontwikkelingen in de samenleving. Er wordt vraaggericht gewerkt d.w.z. dat de vraag van een instelling het vertrekpunt is. Als een instelling geen openstaande vacatures heeft voor een bestuursfunctie wordt de mogelijkheid van tijdelijk kennismaking (een instroomplek) met bestuurswerkzaamheden onderzocht Uitvoerder CMO- Stimulans en stuurgroep bestaande uit DIA, VIOZ en gemeente Trekker MO Portefeuillehouder Dhr. J.W. Spigt Financiering Provincie Zuid Holland en gemeente (programmabudget Integratie Risico analyse Er is een langere termijn investering nodig om contacten te leggen en te onderhouden met besturen en potentiële allochtone bestuursleden, voordat een concrete match wordt gemaakt. 17 3.4. Project (iU) Platform allochtone ouders in onderwijs Doel Meer allochtone ouders bij de school betrekken wat tot uitdrukking komt in frequenter contact met de school, leerkracht en andere relevante personen en onderwijsorganisaties. Allochtone ouders voorlichten over het Nederlands schoolsysteem met het oog op beter keuze voor een basisschool en een overwogen keuze voor vervolg onderwijs na het primair onderwijs. Resultaten Bijeenkomsten voor ouders en scholen, voorlichtingsactiviteiten, Relatieopbouw met scholen. Toelichting De geringe betrokkenheid van allochtone ouders wordt door de scholen en de zelforganisaties als hinderlijk ervaren voor een positieve ontwikkeling van de schoolloopbaan van kinderen. Het platform wil een brug slaan tussen de ouders en de school om de betrokkenheid van ouders te verhogen. Vervolgens wil het platform de allochtone ouders beter toerusten om een weloverwogen schoolkeuze te kunnen maken. Het platform is met het opstellen van een projectplan bezig. Na beoordeling kan worden aangegeven in hoeverre de gemeente het kan faciliteren. Het Dordtse platform is onderdeel van een landelijk project dat ondersteund wordt door Forum. Uitvoerder Naast het platform en Forum wordt vooralsnog uitgegaan van (autochtone) ouderverenigingen, het Gilde, scholen voor primair en voortgezet onderwijs, Da Vinci College (V&O). Financiering Gemeente (GOA restant) Trekker MO / Onderwijs Portefeuillehouder Dhr. D.A. van Steensel Risico analyse Gebrekkige samenwerking tussen de genoemde actoren. 18 3.5. Project (iU) Netwerk Dordt Veilig Doel Het netwerk "Dordt Veilig!" brengt sleutelfiguren uit de verschillende allochtone groepen samen met werkers van instellingen op het gebied van jeugd en veiligheid. Het vestigt duurzame contacten, opdat wederzijdse vooroordelen worden afgebroken, kennis van en over elkaar toeneemt en de samenwerking tussen instellingen en allochtone jongeren en hun ouders verbetert. Resultaten De leden zoeken zelfstandig contact met elkaar. Gezamenlijke bijeenkomsten (ca. 4 per jaar) zijn bedoeld als studiebijeenkomsten, waar aan de hand van casussen thema' s vanuit de aanwezige verschillende invalshoeken worden uitgediept. Op 24 mei 2007 wordt een evaluatiebijeenkomst gehouden. Op de langere termijn (na een aanloopperiode van één à twee jaar) kunnen problemen eerder worden herkend en, door betere kennis van sleutelpersonen, codes en gebruiken, meer gericht, dus succesvoller, worden aangepakt. De instellingen nemen deze kennis en vaardigheden op in de reguliere werkwijze. Uitvoerder Instellingen die werkzaam zijn op het gebied van veiligheid en in het tijdig opsporen van problemen van jongeren die kunnen leiden tot ontsporing: politie Zuid-Holland-Zuid, Bureau Jeugdzorg, Jeugd Preventie Team, Bureau Halt, Bureau leerplicht Plus. Instellingen die in contact willen blijven: Raad voor de Kinderbescherming, Schoolmaatschappelijk werk, GGD Jeugdgezondheidszorg, de coördinator multidisciplinaire samenwerking, Penitentiaire Inrichting De Dordtse Poorten, en diverse gemeenteambtenaren. Sleutelfiguren van de allochtone gemeenschappen in de stad. Trekker OOV Portefeuillehouder Dhr. R.J.G. Bandell (burgemeester) Financiering Gemeente (OOV) en Provincie Zuid Holland Risico analyse Het is niet de bedoeling deze vrijwilligers in te zetten als een (gratis) verlengstuk van de hulpverlening. Dit kan op termijn het voortbestaan van het netwerk ondermijnen. 19 3.6. Project (iU) Pilot Signalering Radicalisering Jongeren Doel De gemeente wil in staat zijn om verschijnselen van radicalisering, indien aanwezig, vroegtijdig te signaleren en preventief aan te pakken. Bureau RadarAdvies heeft op verzoek van de gemeente Dordrecht een op de gemeente toegesneden aanpak ontwikkeld om de vroegtijdige signalering van radicalisering vorm te geven. Deze aanpak wordt, in eerste instantie in de vorm van een pilotproject, uitgevoerd Resultaten Trainen van een representatieve mix van (2 x 15) professionals die met de doelgroep (12-23 jaar) en met mogelijke signalen van radicalisering in aanraking kunnen komen (leerplichtambtenaren, docenten, jongerenwerkers, vertegenwoordigers van de wijksignaleringsnetwerken) Ondersteunen van het Regionaal Bureau Leerplicht Plus om te kunnen functioneren als informatie-schakelpunt. Ondersteunen van de afdeling Openbare Orde en Veiligheid bij het analyseren van de bij het RBL Plus binnengekomen meldingen Toelichting Deze acties moeten eind juni 2007 leiden tot een eerste beeld van de omvang en aard van radicalisering in de gemeente Dordrecht. Aan de hand van een evaluatie wordt daarna bekeken of en in welke vorm de aanpak definitief wordt ingevoerd. Criteria voor de evaluatie zijn het aantal meldingen, het aantal trainingen, de bereikte doelgroepen, het functioneren van het RBL Plus als informatie schakelpunt en aanbevelingen van de betrokken partijen zoals politie en de hierboven genoemde professionals. Tevens wordt bekeken of aanvullende maatregelen nodig zijn voor de preventieve aanpak. In het kader van de regionale samenwerking hebben de Drechtsteden aangegeven belangstelling te hebben om te gaan participeren in de aanpak. De professionals leren tijdens de training de signalen te herkennen, te duiden en te melden. Uitvoerder Bureau Radar, RBL+, sector MO, afdeling O.O.V. en maatschappelijke organisaties die in aanraking komen met de doelgroep zoals scholen, DWO, Woningcorporaties, Jeugdzorg etc. Trekker OOV Portefeuillehouder Dhr. R.J.G. Bandell (burgemeester) Financiering Gemeente (OOV) Risico analyse Stigmatisering bepaalde doelgroepen 20 3.7. Project (iU) Expertmeetings DivCafé Doel Bevorderen van netwerkontwikkeling tussen ambtenaren die vanuit verschillende sectoren te maken hebben met beleidsontwikkeling en professionals van uitvoeringsinstellingen op het gebeid van integratie. Resultaten Jaarlijks uitvoeren van twee “DiversiteitsCafe’s” met gemiddeld 30 deelnemers. Toelichting Een inhoudelijk thema wordt ingeleid door een deskundige gevolgd door een discussie. De expertmeetings hebben het karakter van een “op weg naar huis’’ bijeenkomst. Mogelijkheid tot netwerken wordt geboden in een informele sfeer. De DivCafe’s worden sinds eind 2004 georganiseerd in het Mini-theater. Besproken thema’s: samenwerking zelforganisaties en professionele instellingen, interculturele communicatie, RMO-advies ‘’Eenheid in verscheidenheid”, Integratie van hindostanen in Nederland. De portefeuillehouder Integratie opent of sluit de bijeenkomst. Uitvoerder Gemeente. Programmateam Integratie Trekker MO Portefeuillehouder Dhr. J.W. Spigt Financiering Gemeente, programmabudget Integratie Risico analyse Planning afstemmen op andere bijeenkomsten in de stad 21 3.8. Project (iU) E-magazine “Samenleven in Dordrecht” Doel Ontwikkelen van een eenduidige PR-aanpak waarbij diverse activiteiten en projecten van het programma Integratie in onderlinge samenhang worden gepresenteerd en waarin zowel de sociaal economische als sociaal cultureel doelstellingen helder worden gecommuniceerd. De website www.dordrecht.nl/samenleven en het E-magazine ‘Samenleven in Dordrecht zijn belangrijke instrumenten in deze aanpak. Door integratieactiviteiten via deze instrumenten beter inzichtelijk te maken voor professionals, (migranten) zelforganisaties en alle Dordtenaren, de deelname aan deze activiteiten vergroten. Resultaten Minimaal 6 edities van het E-magazine’s in 2007. Toelichting In het E-magazine worden activiteiten, bijeenkomsten en diverse actuele ontwikkelingen m.b.t. integratie en participatie vermeld. Uitvoerder MO en in samenwerking met de afdeling Communicatie. De partijen die input leveren voor het E-magazine zijn voornamelijk de (migranten)zelforganisaties, DWO en reguliere instanties. Het E-magazine wordt opgezet en verstuurd door het programmateam Integratie. Trekker Afd. Communicatie, MO Portefeuillehouder Dhr. J.W. Spigt Financiering Gemeente Dordrecht; Programmateam Integratie Risico analyse Als de achterban niet wordt geïnformeerd over diverse activiteiten, blijft nuttige informatie liggen. 22 3.9 Project (iU) Bruggenbouwers Doel Een aanzet geven tot een constructieve discussie in Dordrecht over de achtergronden en de samenhang van conflicten op mondiaal niveau. Inzicht geven in mondiale ontwikkelingen die het lokale leefklimaat in Dordrecht mede beïnvloeden. Door inzicht in deze processen bijdragen tot begrip en acceptatie. Begrip voor de ander is een voorwaarde voor respect zodat mensen op een veilige en vreedzame manier kunnen samenleven. Resultaten Twee lezingen in 2007 met een deelnemersaantal van circa 80 personen. De eerste is gepland op 28 maart met als thema: “Islam, op zoek naar grenzen in een grenzenloze wereld”. Inleider is de schrijver/publicist Fouad Laroui. Toelichting De oplopende conflicten in het Midden Oosten, de westerse bemoeienis met Irak en Afghanistan, de radicalisering van de Islam en de opkomst van rechts-nationalistische partijen in ons eigen land zijn symptomen van polariserende krachten die elkaar versterken. De wereldpolitiek beïnvloedt meer het dagelijks leefklimaat in de stad. In een wereld die steeds verder polariseert in groepen die tegenover elkaar komen te staan, is het belangrijk om het woord te geven aan bruggenbouwers. Bruggenbouwers zijn mensen die over de muur heen kijken en die een goede analyse kunnen geven van de oorzaken van de polarisatie, Bruggenbouwers laten ons een andere bril opzetten zodat helderheid ontstaat over oorzaken van conflicten. Een bril waardoor we ook met andere ogen kijken naar de ' ander' , zodat het mogelijk wordt om een brug te slaan naar die ander. In februari 2006 organiseerde het COS Zuid Holland Zuid voor het eerst een lezing over de botsing tussen de islam en de westerse wereld, met als inleider de Frans-libanese filosoof Gilbert Achkar. De avond werd goed bezocht en de toehoorders waren enthousiast dat er een dergelijke lezing van niveau in Dordrecht werd georganiseerd. Uitvoerder COS Zuid-Holland Zuid Trekker MO Portefeuillehouder Dhr. A.T. Kamsteeg en Dhr. J.W. Spigt Financiering COS ZHZ. Gemeente (programmabudget Integratie) Risico analyse 23 3.10 Project (iU) Databank integratieprojecten Doel Vergroten van het inzicht in de integratieactiviteiten die in Dordrecht worden uitgevoerd. Integratieactiviteiten zichtbaar maken, het bereik van de projecten vergroten en hierdoor bijdragen aan het vergoten van participatie ‘Good-practices’ selecteren en daarover workshops of andere uitwisselingsbijeenkomsten te organiseren. Genereren van beleidsinformatie Resultaten Een webdatabase waarin de integratieactiviteiten in Dordrecht zijn ondergebracht. Via de gemeentelijke website toegankelijk voor een breed publiek. Een zo actueel mogelijk vulling van de activiteitenkalender. Toelichting Er zijn diverse professionele en vrijwilligersorganisaties die in Dordrecht projecten ontwikkelen en uitvoeren op het gebied van integratie. Een deel van deze projecten worden financieel door de gemeente ondersteund. In de databank integratieprojecten worden alle integratieactiviteiten in de stad beschreven, toegankelijk en zichtbaar gemaakt voor partijen in de stad zoals projectleiders, gebiedsmanagers, migranten zelforganisaties, welzijn- en zorg instellingen, reintegratiebedrijven, CWI, woningcorporaties en beleidsmakers. Het gaat om een webdatabase, die ertoe leidt dat alle actoren in het veld weten welke partij waarmee bezig is en langs deze weg elkaar sneller kunnen vinden. Deze laagdrempelige manier van ontmoeting leidt tot samenwerkingsverbanden tussen diverse groepen in de stad. Daarnaast wordt het lerend vermogen van het werkveld vergroot, omdat de ervaring van het ene project beschikbaar komt voor andere projecten. Tevens heeft de database een benchmark functie: zo wordt duidelijk welke integratieprojecten succesvol zijn (goodpractises). Uitvoerder Amrit Consultancy Trekker MO Portefeuillehouder Dhr. J.W. Spigt Financiering Gemeente, programmabudget Integratie Risico analyse De volledigheid van de inventarisatie is afhankelijk van de betrokken partijen en de tijd die nodig is om alle informatie te verzamelen. 24 Project (iO) Multiculturelefestivals (Ramadan/Divali/Holi/Koninkrijks concert*) Doel Ontmoeting en binding tot stand brengen tussen verschillende bewoners in Dordrecht. Samenwerking tussen verschillende bewoners/instellingen in Dordrecht bevorderen. Beïnvloeden van de beeldvorming over culturele en religieuze tradities van verschillende groepen in Dordrecht. Resultaten Verschillende (geclusterde) activiteiten in het kader van cultureelreligieuze hoogtijdagen: Feestelijke opening. Slinger van activiteiten in wijkcentra, bibliotheek, scholen en andere organisaties w.o. tentoonstellingen en exposities, lezingen en debatten, buurtontmoetingen rond thema’s, publicaties in lokale bladen en wijkkranten Stedelijke afsluiting van het festival Toelichting Kermerk van deze festivals is dat de activiteiten georganiseerd worden rond of in de periode van de hoogtijdagen.De programmering wordt afgestemd op het karakter van de hoogtijdagen. Tijdens het festival wordt een reeks van activiteiten georganiseerd om ontmoeting, dialoog en begrip tussen verschillende bevolkingsgroepen tot stand te brengen en langs deze weg vooroordelen over elkaar te slechten. Alle relevante organisaties, sleutelfiguren en netwerken zullen tijdig geïnformeerd worden over de festivals. Een breed samengestelde projectgroep ondersteund door CMO Stimulans of een andere organisatie voort activiteitenplannen uit. Uitvoerder CMO Stimulans in samenwerking met Migrantenzelforganisaties, moskeebesturen, zorginstellingen, politie, ondernemers, bibliotheek en onderwijs. Trekker MO, Cultuur Portefeuillehouder Dhr. J.W. Spigt Financiering Provincie ZHZ, Ministerie WWI (voorheen V&I) Gemeente, Programmabudget Integratie Risico analyse Voor de financiering van de festivals wordt een aanvraag ingediend bij het Ministerie van Justitie: de tijdelijke regeling “Ruimte voor contact”. Deze regeling is door de voormalige minister van V&I in het leven geroepen. Doel is het bevorderen van interetnisch contact en ontmoeting tussen autochtonen en allochtonen. De Dordtse aanvraag kan afgewezen worden of niet volledig gehonoreerd worden. Een ander risico is dat er nog geen ervaringen zijn opgedaan met het organiseren van dergelijke multiculturele festivals waarbij verschillende migrantenzelforganisaties met professionele instellingen dienen samen 25 te samen werken. Het succes hangt mede af van de bereidheid om samen te werken tussen; verschillen tussen religieuze stromingen kunnen een reëel struikelblok zijn in de samenwerking. *Koninkrijksconcert: De Marokkaanse Jongeren Vereniging Dordrecht heeft samen met het Marokkaanse Consulaat in Rotterdam het initiatief genomen een ‘koninkrijks’ concert te organiseren om op deze wijze bij te dragen aan positieve beeldvorming over de deze groep. 26