Whitepaper Interchange fee en commissie

advertisement
Whitepaper
Interchange fee
en commissie
De kosten van het betalingsverkeer
met creditcards en internationale
debetpassen
Inhoud
Inleiding
De kosten van betaalgemak
3
De betrokken partijen
Wie doen er mee?
4
De kosten van het betaalsysteem
Kosten voor acquirers en issuers
6
Interchange fee
Verrekening tussen issuer en acquirer
8
Commissie
Verrekening tussen acquirer en acceptant
10
Kosten betalingsvekeer
Europese ontwikkelingen
12
Meer informatie
13
Inleiding
De kosten van
betaalgemak
Creditcards en internationale betaalpassen maken het betalingsverkeer makkelijker, sneller en veiliger.
Uiteraard zijn aan de acceptatie en verwerking van betaalkaarttransacties kosten verbonden. De
acceptant betaalt daarom voor het accepteren van creditcards en internationale debetpassen een
commissie. Deze commissie is opgebouwd uit een ‘multilaterale afwikkelingsvergoeding’ (beter
bekend als interchange fee), kosten voor de betaalkaartorganisaties en de processing/acquiring
kosten.
In deze whitepaper geven we u een overzicht van de verschillende partijen die deel uitmaken van
het systeem en van de verschillende soorten kosten. Naast deze whitepaper kunt u de website van
PaySquare raadplegen voor meer informatie. Achterin deze whitepaper vindt u bovendien een aantal
links naar andere websites.
Mei 2016
3
De betrokken
partijen
Wie doen er mee?
In het betalingsverkeer met creditcards en internationale debetpassen zijn in de meeste gevallen
5 partijen betrokken:
1. Acceptant
Een bedrijf dat bij de verkoop van goederen en diensten betalingen met creditcards en/of inter nationale debetpassen accepteert. Denk hierbij aan een winkel of webwinkel.
2. Kaarthouder
Een persoon die een creditcard of internationale debetpas gebruikt om goederen of diensten mee
te betalen.
3. Acquirer
De organisatie die contracten afsluit met bedrijven die hun klanten in staat wil stellen te betalen
met creditcards en internationale debetpassen. Op de Nederlandse markt is PaySquare als acquirer
al jarenlang marktleider. PaySquare zorgt ervoor dat haar klanten betaalproducten als MasterCard,
Visa, Discover, Diners Club, JCB, UnionPay, Maestro en V PAY kunnen accepteren.
4. Issuer
De kaartuitgevende instantie die een creditcard of internationale debetpas verstrekt aan een kaart houder en de betalingen afboekt van diens rekening.
5. Betaalkaartorganisaties
Zij verstrekken licenties aan financiële instellingen (zoals acquirers en issuers) die betaalkaarten
willen uitgeven of kaartacceptatie willen aanbieden. De interchange tarieven worden door de
betaalkaartorganisaties zoals MasterCard en Visa bepaald en zij zorgen voor de verrekening hiervan.
In het schema op de volgende pagina ziet u wat de 5 betrokken partijen aan elkaar betalen of leveren
bij een aankoop die wordt betaald met een creditcard of internationale debetpas.
4
Schema
betalingsverkeer
Kaarthouder
9
Issuer
8
2
7
Kaartorganisatie
1
6
5
4
Acceptant
3
Acquirer
1 Acceptant levert product of dienst aan kaarthouder
2 Kaarthouder betaalt aankoopbedrag met zijn betaalkaart
3 Acceptant betaalt commissie aan acquirer
4 Acquirer betaalt het transactiebedrag aan de winkelier
5 en 7 Acquirer draagt interchange af aan de issuer (via de kaartorganisatie)
6 en 8 Issuer betaalt aan acquirer het aankoopbedrag (via de kaartorganisatie)
9 Issuer brengt het transactiebedrag in rekening bij de kaarthouder
5
De kosten
van het betaalsysteem
Kosten voor acquirers
en issuers
Een betaalsysteem met creditcards en internationale debetpassen brengt zowel voor de issuer als voor
de acquirer kosten met zich mee. Hieronder vindt u de belangrijkste kosten op een rij.
Kosten voor de acquirer
Interchange
D
e interchange kosten zijn de kosten die acquirers betalen aan issuers. De interchange tarieven
worden bepaald door de betaalkaartorganisaties en verschillen per type transactie. De hoogte van
de interchange hangt o.a. af van het type kaart (debit of credit, zakelijk of particulier), herkomst van
de kaarthouder, acceptatievorm (fysieke winkel of webwinkel) en beveiligingstechnologie.
Transactiegerelateerde ‘scheme’ kosten en licentiekosten
De card schemes ofwel betaalkaartorganisaties (MasterCard, Visa, etc.) brengen bij de acquirer voor
elke transactie kosten in rekening voor transactieverwerking, onderhoud van kaartprogramma’s,
infrastructuren en ontwikkeling van nieuwe producten. Bovendien moet elke acquirer licentiekosten
betalen aan de betaalkaartorganisaties om deel te mogen nemen aan het betaalsysteem.
Transactie- en verwerkingskosten
Dit betreft o.a. de verwerking van autorisaties, transacties, refunds en de financiële stromen richting
de betrokken partijen, zoals de uitbetaling aan acceptanten.
T
echnische innovatie en systeemonderhoud
Technologische ontwikkelingen vragen voortdurende investeringen en innovatieve oplossingen van
acquirers om de consument gemakkelijke, veilige en toch vertrouwde betaalfunctionaliteiten te
kunnen bieden en te kunnen blijven bieden.
F
raudepreventie
Acquirers en de betaalkaartorganisaties ontwikkelen en verbeteren voortdurend systemen die fraude
met betaalkaarten tot een minimum kunnen beperken. Bijvoorbeeld systemen die real-time kunnen
identificeren of een transactie in het bestedingspatroon van een kaarthouder past en die de kans
kunnen berekenen of er mogelijk sprake is van een frauduleuze transactie. Denk daarnaast ook aan
de EMV-standaard (de overgang van magneetstrip naar chip) of de ontwikkeling van 3D Secure
voor veilige transacties op het internet. Ook de voorlichting van accepterende bedrijven over fraudepreventie valt hieronder.
I nformatievoorziening
De Nederlandse autoriteiten die toezien op financiële markten en producten (bijvoorbeeld DNB, AfM,
etc.) hebben aan alle marktpartijen een zogenaamde “zorgplicht” opgelegd. De informatievoorziening
omtrent producten die acquirers aanbieden en de eventuele risico’s hiervan vraagt dan ook om
ontwikkeling van informatiedocumenten.
6
A
fhandeling van chargebacks
Elke kaarthouder heeft het recht om een transactie aan te vechten als hij/zij denkt dat deze onterecht
in rekening is gebracht. De afhandeling van chargebacks is voor een groot deel handwerk omdat elke
klacht individueel moet worden beoordeeld. Veel acquirers brengen daarom hiervoor apart kosten bij
de acceptant in rekening die kunnen oplopen tot € 25 per geval, ongeacht of de klacht van de kaarthouder terecht was of niet. Vaak wordt in een all-in-tarief (commissiepercentage) rekening gehouden
met deze kosten voor het afhandelen van chargebacks.
Daarnaast kunnen de betaalkaartorganisaties ook bij de acquirer kosten voor de afhandeling van een
chargeback in rekening brengen. MasterCard brengt bijvoorbeeld voor elke chargeback door een Europese kaarthouder bij PaySquare € 15,00 ‘Dispute Administration Fee (DAF)’ in rekening. Het is aan
de acquirer om te bepalen of, en in welke vorm, de kosten aan de acceptant worden doorbelast.
Kosten voor de issuer
Rentevrije periode
In de periode tussen de aankoop en het afboeken van het bedrag betaalt de kaarthouder geen
rente aan de issuer over het betaalde bedrag.
Debiteurenrisico
In het geval van een creditcard leent de issuer geld aan de kaarthouder om een aankoop te kunnen
doen. Zoals bij elke lening, bestaat ook hier het risico dat de debiteur (de kaarthouder) niet aan zijn
verplichtingen kan voldoen.
F
raudepreventie
Elke issuer neemt tal van maatregelen om diefstal en fraude te voorkomen en fraudeurs te bestrijden.
N
ieuwe kaartproducten
Om het betalen met creditcards en internationale debetpassen voor zoveel mogelijk verschillende
marktpartijen interessant te maken en te houden, is het belangrijk dat de issuer regelmatig nieuwe
kaartproducten introduceert.
T
ransactie- en proceskosten
Aan het mogelijk maken en administreren van een elektronische betaling zijn kosten verbonden.
Transactiegerelateerde ‘scheme’ kosten en licentiekosten
De card schemes ofwel betaalkaartorganisaties (MasterCard, Visa, etc.) brengen bij de issuer voor
elke transactie kosten in rekening voor transactieverwerking, onderhoud van kaartprogramma’s,
infrastructuren en ontwikkeling van nieuwe producten. Bovendien moet elke issuer licentiekosten
betalen aan de betaalkaartorganisaties om deel te mogen nemen aan het betaalsysteem.
Overige kosten:
Bancaire kosten
Operationele dienstverlening en organisatiekosten
7
Interchange
fee
Verrekening tussen issuer
en acquirer
Door de betaalkaartorganisaties wordt beweerd dat de kosten voor issuers in de praktijk hoger uitvallen
dan voor acquirers. Deze disbalans zou de ontwikkeling van een efficient en innovatief betalingsverkeer
in de weg staan. Daarom werd de zogenaamde ‘multilaterale afwikkelingsvergoeding’, beter bekend als
interchange fee, in het leven geroepen. Hiermee dragen acquirers bij aan de kosten van de issuers.
Voor elke transactie dient de acquirer een vergoeding aan de issuer af te dragen.
Veel verschillende tarieven
Issuers en acquirers hebben de mogelijkheid om individueel of als groep afzonderlijke, bilaterale
afspraken met elkaar te maken over het tarief van de interchange fee. Als gevolg van het wereldwijde grote aantal issuers en acquirers gebeurt dat in de praktijk nauwelijks. Maken de partijen geen
bilaterale afspraken, dan gelden de zogenaamde fallback- of default tarieven. Die tarieven zijn
samengesteld door de betaalkaartorganisaties. Voor vrijwel iedere combinatie van kaarttype en
acceptatievorm geldt weer een ander fallback tarief. Ook kan het tarief verschillen per merk;
MasterCard, Visa, Discover, Diners Club, JCB, UnionPay, Maestro en V PAY.
De fallback tarieven vormen een omvangrijk en complex geheel: wereldwijd zijn er duizenden
verschillende tarieven voor de interchange fee. Die verschillen vinden hun oorzaak in uiteenlopende
factoren. Iedere kaart en iedere acceptatievorm heeft zijn eigen kenmerken, risico’s en kostenstructuur.
Criteria
De belangrijkste criteria voor de hoogte van de interchange fee zijn:
Kaarttype
Voorbeelden:
•internationale debetpas of creditcard
•particuliere of zakelijke creditcard
Acceptatievorm
Voorbeelden:
•‘card present’ (betaling in een fysieke winkel) of ‘card not present’ (betaling via o.a. internet, e-mail
of sms)
Herkomst acceptant en kaarthouder
Voorbeelden:
•domestic (kaarthouder en acceptant in hetzelfde land), intraregionaal (kaarthouder en acceptant
in verschillende landen, maar wel in hetzelfde deel van de wereld, bijvoorbeeld een Duitse kaarthouder die een aankoop doet in Nederland ) of interregionaal (kaarthouder en acceptant in verschillende delen van de wereld, bijvoorbeeld een Amerikaanse kaarthouder die een aankoop doet in
Nederland)
8
Technologie
Voorbeelden:
•wel of geen gebruik van geavanceerde beveiligingstechnologie (zoals EMV en 3D Secure) bij de
betaling.
Verrekening
De acquirer rapporteert iedere transactie met een internationale debetpas of creditcard aan de
issuer van de betreffende kaart. Op basis van die informatie wordt de interchange fee in rekening
gebracht bij de acquirer ten gunste van de issuer. De fee per transactie bestaat uit een percentage
van het aankoopbedrag en/of een (klein) vast bedrag.
9
Commissie
Verrekening tussen
acquirer en acceptant
De commissie (soms ook Merchant Service Charge of provisie genoemd) is de prijs die de acceptant
betaalt aan de acquirer voor de mogelijkheid om bepaalde internationale debetpassen en/of creditcards te kunnen accepteren.
De interchange fee is weliswaar niet gelijk aan de commissie, maar is voor de acquirer wel een grote
kostencomponent. Met andere woorden: de hoogte van de interchange fee is in belangrijke mate
bepalend voor de hoogte van de commissie.
Bij het vaststellen van de hoogte van de commissie zal de acquirer daarom rekening moeten houden
met de (te verwachten) gemiddelde interchange kosten bij de acceptant. In welke branche is de
acceptant actief en wat voor goederen en/of diensten biedt hij aan? Heeft de acceptant meestal te
maken met Nederlandse kaarthouders of gaat het vooral om buitenlandse kaarthouders? Welke
acceptatietechnologie heeft de acceptant geïnstalleerd? De acquirer zal met behulp van die informatie
een prijs (commissiepercentage) vaststellen. De volgende prijsmodellen komen het meeste voor. De
prijsmodellen die acquirers in de praktijk hanteren, kunnen ook een combinatie van deze modellen zijn.
Prijsmodel met een vast tarief per transactie
Bij dit prijsmodel betaalt een acceptant een vast tarief per transactie in de vorm van een commissiepercentage of een bedrag per transactie. Dit tarief is opgebouwd uit drie componenten:
• Interchange kosten
• Kosten voor de betaalkaartorganisatie
• Kosten voor de acquirer (de kosten voor processing- en acquiring diensten)
De interchange kosten en kosten voor de betaalkaartorganisatie zijn variabel en kunnen variëren per
transactie. De werkelijke kosten zullen aan de acceptant worden doorberekend. De kosten voor de
acquirer worden vastgesteld op basis van de vaste totaalprijs per transactie, minus de interchange
kosten en minus kosten betaalkaartorganisatie. Ondanks de variabele kostencomponenten bedraagt
de totaalprijs dus altijd een vast tarief per transactie.
Variabel tarief op basis van interchange++
Bij dit prijsmodel worden de (variabele) interchange kosten per transactie doorberekend,
+ een vaste opslag voor de kosten betaalkaartorganisatie;
+ een vaste opslag voor de acquiring kosten.
De werkelijke interchange kosten zullen aan de acceptant worden doorberekend. Iedere transactie
heeft hiermee een andere totaalprijs per transactie.
10
• Gedifferentieerd vast tarief per transactie
Wordt er bij een acceptant met een grote verscheidenheid aan betaalkaarten betaald? Zowel
door particuliere als zakelijke klanten? Dan kan het interessant zijn om het vaste tarief dat de
acceptant betaalt voor de acceptatie van betaalkaarten te differentiëren. Er bestaan namelijk
grote verschillen tussen de interchange tarieven van diverse kaartgroepen, zoals bijvoorbeeld bij
particuliere en zakelijke betaalkaarten. Als gevolg hiervan kan de kostprijs sterk fluctueren. In
plaats van één gemiddeld tarief, betaalt de acceptant met gedifferentieerde tarifering een laag
tarief voor transacties met goedkopere kaarten en een hoger tarief voor transacties met duurdere kaarten. De opbouw van het gedifferentieerde vaste tarief is hetzelfde als eerder beschreven
bij het prijsmodel met een vast tarief per transactie. Dit model is ook geschikt om het tarief te
differentiëren naar niet beveiligde transacties versus beveiligde transacties (bijvoorbeeld wanneer
gebruik wordt gemaakt van beveiliging door EMV en/of 3-D Secure).
11
Kosten
betalingsvekeer
Europese ontwikkelingen
De afgelopen jaren is er, zowel nationaal als Europees, veel discussie geweest over de kosten van
het betalingsverkeer. In het bijzonder over de interchange kosten, aangezien deze een belangrijk
deel vormen van de betaalkosten voor de acceptant. De Europese Commissie is van mening dat de
interchange kosten in algemene zin te hoog zijn, dat er te weinig transparantie is en dat de hoogte
en diversiteit van interchange kosten in de Europese landen belemmerend werkt voor een gezonde,
concurrerende marktwerking.
Een aantal jaren geleden heeft het Europees Parlement al richtlijnen afgegeven aan MasterCard en
Visa, om een maximum te stellen aan de interchange kosten voor grensoverschrijdende betalingen
met consumentenkaarten. Met ingang van 9 december 2015 heeft het Europees Parlement aanvullende wetgeving afgegeven ten aanzien van interchange kosten in de EU. Deze verordeningen gelden
niet alleen voor grensoverschrijdende betalingen, maar ook voor nationale betalingen in EU landen.
De interchange verordening
•Het interchange tarief voor Europese transacties met Europese debetkaarten bedraagt maximaal
0,20% van het aankoopbedrag.
•Het interchange tarief voor Europese transacties met Europese particuliere creditcards (consumer
cards) bedraagt maximaal 0,30% van het aankoopbedrag.
NB Bovenstaande interchange regelgeving is niet van toepassing op zakelijke betaalkaarten
(commercial cards) en betaalkaarten van buiten de Europese Unie.
Verschil tussen interchange tarieven en klanttarieven
Een veel voorkomend misverstand is het verschil tussen interchange tarieven en klanttarieven. Een
klanttarief bestaat uit veel meer dan alleen de interchange, zoals de kosten van de betaalkaartorganisaties en de kosten voor de processing/acquiring diensten). Het klanttarief zal daarom altijd hoger
zijn dan de interchange.
Transparant prijsmodel met interchange++
Een ander aspect van de Europese ontwikkelingen is transparantie van tarieven. Om deze meer transparant te maken heeft het Europees Parlement besloten dat acquirers, zoals PaySquare, met ingang
van 9 juni 2016 worden verplicht tot het aanbieden van transparante tarieven (‘unblended’). Het
tarief voor kaartbetalingen wordt opgesplitst in drie componenten: de interchange kosten, de kosten
voor betaalkaartorganisaties (card scheme kosten) en de kosten voor de acquiring diensten (o.a. de
transactieverwerking). Daarmee wordt de opbouw van het tarief transparant.
De komende jaren zal er vanuit de Europese Commissie volop aandacht blijven voor de ontwikkelingen in het betalingsverkeer. Het is dan ook niet ondenkbaar dat er in de toekomst aanvullende
regelgeving zal komen ten aanzien van de kosten van het betalingsverkeer.
12
Meer
informatie
Meer informatie kunt u vinden op www.paysquare.eu. Daarnaast kunt u de volgende websites raadplegen voor informatie en adviezen over de kosten van het accepteren van internationale debetpassen
en creditcardbetalingen.
www.visa.nl
www.mastercard.nl
De nieuwe Europese verordening
Contact
Voor meer informatie over de kosten van het betalen met creditcards en internationale debetpassen:
PaySquare Customer Service
Vanuit Nederland: T 088 385 73 33 ∙ E [email protected] ∙ www.paysquare.nl
Vanuit België: T 02 700 68 48 ∙ E [email protected] ∙ www.paysquare.be
Aan de inhoud van deze whitepaper kunnen geen rechten worden ontleend. Deze informatie is
ontleend aan algemeen toegankelijke bronnen. Druk- en zetfouten voorbehouden.
Als professioneel partner in het betalingsverkeer informeren wij u graag pro-actief en op objectieve
wijze over het betalingsverkeer door middel van onze whitepapers. Hierin bieden wij oplossingen
aan met betrekking tot zeer uiteenlopende onderwerpen, gerelateerd aan concrete behoeften in de
markt. Al onze whitepapers kunt u downloaden op onze website.
13
10.02 NBN 05.16
PaySquare SE
Eendrachtlaan 315
3526 LB Utrecht
Postbus 30600
3503 AJ Utrecht
Nederland
PaySquare SE, K.v.K. 30196418
Vanuit Nederland:
T 088 385 73 33
E [email protected]
W www.paysquare.nl
Vanuit België:
T 02 700 68 48
E [email protected]
W www.paysquare.be
Download