Verslag themacongres `De Zin van Seks` van de Society for

advertisement
Verslag themacongres ‘De Zin van Seks’ van de Society
for Psychosomatic Medicine en de Vereniging Balint
Nederland, 22 maart 2013
Elisabeth Geelen
Impressies van Elisabeth Geelen*
Tijdschrift Cliëntgerichte Psychotherapie 51 2013/3
246
In conferentiehotel ‘Kontakt der Kontinenten’ te Soesterberg vond op vrijdag 22
maart 2013 het jaarlijkse themacongres plaats van de Society for Psychosomatic
Medicine samen met de Vereniging Balint Nederland. Het congres werd bezocht
door onder andere huisartsen, psychotherapeuten, psychologen, seksuologen en
fysiotherapeuten. De titel van het congres was: ‘De Zin van Seks’, maar op de bordjes
die aangaven in welke zaal het congres zou plaatsvinden, stond: ‘De Zin van…’. Dit
volgens het hotel ‘om geen verkeerde mensen aan te trekken’. Seks is immers nog
steeds een beladen onderwerp. Dit congres was bedoeld om aandacht te besteden aan
de gezonde kanten van seksualiteit, met name in het kader van psychosomatische
klachten.
Na een korte opening door Stijn Jannes, voorzitter van de Society for Psychosomatic Medicine, vertelde Jan van Trier, voorzitter van Balint Nederland, hoe hij op
school voor de les Frans een brief schreef aan zijn fictieve vriend Claude Balzac. Vanwege deze naam kreeg hij prompt een één. Zijn lerares Frans had allerlei onbegrepen lichamelijke klachten en was altijd chagrijnig. Plotseling vond er een omslag
plaats: zij liep rechtop en werd voor haar doen opvallend vrolijk. Eerst dacht Van
Trier dat het door een soort toverdrankje kwam, maar toen hij erachter kwam dat
zijn lerares een geheime relatie had met de amanuensis, concludeerde hij dat seks
de veranderingen had teweeggebracht. Dit verhaal sloot mooi aan bij het thema van
het congres: wat is de zin van seks? En, zoals Van Trier zich afvroeg: ‘Wat is de onzin
van seks?’ Seks is geen levensbehoefte, je gaat niet dood zonder seks. Toch wordt er
meteen gedacht dat er iets mis met je is als je geen behoefte hebt aan seks, ook al heb
je daar zelf geen probleem mee.
Vervolgens illustreerde Maartje Goedhart, huisarts, aan de hand van een casus wat
je als huisarts zoal kunt tegenkomen op het gebied van seksualiteit. Zij beschreef
een jonge vrouw die aan de buitenkant een perfect plaatje neerzette, maar van binnen onzeker was en zichzelf ‘daaronder’ erg vies vond. De vrouw meldde zich met
vaginale afscheiding. Pas na uitgebreid lichamelijk onderzoek, waaruit niets naar
voren kwam, had Goedhart voldoende het vertrouwen van de patiënt gewonnen om
te praten over seksualiteit. De vrouw bleek amper opwinding of seksuele fantasieën
te kennen en had pijn tijdens het vrijen. Met haar partner sprak zij zelden over seksualiteit en het was een grote uitdaging om de partner bij de behandeling te betrekken.
Immers: de vrouw was ‘de patiënt’. Het behandelbeleid bij deze vrouw bestond uit
*Elisabeth Geelen is psycholoog en seksuoloog, werkzaam in Tilburg en bestuurslid van de VCgP.
Congresverslagen
247
Tijdschrift Cliëntgerichte Psychotherapie 51 2013/3
psycho-educatie op het gebied van seksualiteit, streeloefeningen, het bevorderen van
de communicatie en indien nodig doorverwijzing naar een psycholoog, seksuoloog
en/of bekkenbodemfysiotherapeut. Deze casus illustreert dat seks zonder voldoende
verlangen en opwinding, oftewel seks zonder plezier, kan leiden tot lichamelijke
klachten, die niet verholpen kunnen worden zonder verder te kijken dan alleen naar
de klachten zelf.
Ellen Laan, seksuoloog, psycholoog, onderzoeker en universitair hoofddocent
van de Universiteit van Amsterdam, sprak op nuchtere, heldere wijze over seksueel
plezier bij vrouwen, waarbij zij zich baseerde op wetenschappelijk onderzoek. Seksueel genot is voor vrouwen minder vanzelfsprekend dan voor mannen. Wanneer
we het hebben over ‘meisjes van plezier’, gaat het om meisjes die plezier geven, niet
ontvangen. Vroeger was seks voor vrouwen slechts een huwelijkse plicht. Ook nu
nog geven aanzienlijk minder Nederlandse vrouwen dan mannen aan altijd veel van
seks te genieten. Tegelijkertijd lijkt het voor vrouwen tegenwoordig bijna een plicht
te zijn om van seksualiteit te genieten, waarbij seks door veel mensen gelijkgesteld
wordt aan coïtus. Seks doe je bij voorkeur twee keer per week en altijd spontaan, als
je de glossy’s kunt geloven. En je moet klaarkomen. Het grote belang dat in de media
aan klaarkomen wordt gehecht, leidt tot seksuele stress en prestatiedruk, waarbij
vrouwen bijvoorbeeld willen klaarkomen om ervoor te zorgen dat hun partner zich
een goed minnaar voelt.
Een vrouw moet niet alleen genieten en klaarkomen, ze moet ook nog vaginaal
klaarkomen. Freud stelde dat een orgasme dat tijdens vaginale seks wordt bereikt
een volwassen orgasme is, in tegenstelling tot een orgasme dat via stimulatie van
de glansclitoris wordt bereikt. Dit terwijl slechts een derde van de vrouwen regelmatig klaarkomt door coïtus alleen. Toch zijn er, tot verbazing van Laan, nog steeds
onderzoekers die stellen dat het vaginale orgasme ‘beter’ is dan het clitorale orgasme,
waaronder Stuart Brody (Brody & Costa, 2008). Brody stelt bijvoorbeeld dat vrouwen
die nooit een orgasme krijgen door alleen coitus, psychologisch instabiel zijn en zich
niet overgeven aan hun partner. Volgens Laan zijn Brody’s stellingen gebaseerd op
foute anatomische kennis: datgene wat men de clitoris noemt, is eigenlijk alleen het
topje. De rest van de clitoris ligt rondom de ingang van de vagina en wordt dus ook
gestimuleerd tijdens penetratie. Dat wil zeggen dat elk orgasme clitoraal is. Om optimaal van de meer indirecte stimulatie tijdens geslachtgemeenschap te profiteren,
moet de clitoris opgezwollen zijn en moet de vrouw dus opgewonden zijn.
Voor mannen is het fysiek onmogelijk om geslachtsgemeenschap te hebben zonder opwinding, voor vrouwen niet. Wanneer de vrouw onvoldoende opgewonden is,
kan geslachtsgemeenschap pijnlijk zijn. Naast vochtigheid door opwinding speelt
ook de bekkenbodem een belangrijke rol bij pijnklachten. De bekkenbodem is onderdeel van het verdedigingsmechanisme en spant zich aan bij dreigend gevaar, ook bij
vrouwen zonder klachten. Laan haalde Rosenbaum aan, die de bekkenbodem ‘de
spiegel van de ziel’ noemde. Veel vrouwen met pijn tijdens gemeenschap hebben een
overactieve bekkenbodem. Sommige vrouwen hebben dit reeds van jongs af aan, bij-
Elisabeth Geelen
Tijdschrift Cliëntgerichte Psychotherapie 51 2013/3
248
voorbeeld als gevolg van misbruik of verwaarlozing, of door het beoefenen van een
sport als paardrijden, turnen of ballet. Ook kan een overactieve bekkenbodem ontstaan door de vicieuze cirkel van pijn tijdens gemeenschap, waardoor gemeenschap
een bedreiging wordt die leidt tot een verhoogde spanning in de bekkenbodem, met
nog meer pijn tot gevolg.
Meer dan de helft van de jonge Nederlandse vrouwen ervaart pijn of ongemak tijdens penetratie. De helft van die vrouwen vindt dat geen probleem: ‘het hoort erbij’.
Vrouwen zetten hun tanden op elkaar om hun partner niet teleur te stellen, spannen hun bekkenbodem aan met nog meer pijn tot gevolg en gaan vervolgens elke
vorm van fysieke intimiteit mijden, want wie A zegt, moet ook B zeggen. Een zorgelijke situatie, aldus Laan. Meisjes en vrouwen zijn gebaat bij goede kennis over hun
genitale anatomie, waarbij er aandacht moet zijn voor het belang van opwinding om
pijnloze en bevredigende seks mogelijk te maken: seksueel plezier is een noodzakelijke voorwaarde, niet zomaar een bonus waar je van af kunt zien.
Peter Leusink, huisarts en seksuoloog, vervolgde het congres met een lezing over
seksualiteit in het kader van somatische klachten, bijvoorbeeld kanker, en somatisch
onvoldoende verklaarde klachten als fybromyalgie en het chronisch vermoeidheidssyndroom. Bij seksuele problemen is de oorzaak van de klacht vaak circulair en spelen er naast eventuele directe fysieke oorzaken allerlei indirecte oorzaken mee, waaronder premorbide seksualiteit (hoe seksualiteit verliep voorafgaand aan de lichamelijke klacht, bijvoorbeeld wat betreft variatie en communicatie), het zelfbeeld en de
reactie van de partner. Er ontstaat een vicieuze cirkel: het seksuele probleem leidt tot
schaamte, negatieve gedachten, faalangst en vermijding. Hierdoor komen mensen
steeds minder met aangename seksuele prikkels in aanraking en wordt het probleem
steeds groter. Leusink raadt aan om niet te lang te praten over de seksuele disfunctie (bijvoorbeeld een erectiestoornis) maar de aandacht te richten op mogelijkheden
van adaptatie (bijvoorbeeld seksualiteit zonder penetratie) zodat mensen toch tevreden kunnen zijn met seks, ook wanneer de disfunctie blijft of zelfs verergert. Hierbij
is het van belang om niet alleen de aangewezen patiënt te betrekken, maar ook de
partner, die is immers deel van de oplossing. De behandeling van seksuele klachten
hoeft niet te wachten tot de somatische klachten over zijn: genieten van seksualiteit,
eventueel in een aangepaste vorm, kan altijd. Er zijn geen wetenschappelijke bewijzen dat seksualiteit helpt bij de genezing van somatische klachten, maar op basis
van zijn klinische ervaring denkt Leusink dat dit wel het geval is: wanneer het op
seksueel gebied goed gaat, gaan patiënten anders met hun klachten om en verbetert
hun levenskwaliteit.
Bekkenbodemfysiotherapeut en psychosomatisch fysiotherapeut Jolanda Kragten vertelde vervolgens over het belang van psychosomatische fysiotherapie bij de
behandeling van seksuele klachten. Het doel van deze therapievorm is het herkennen, erkennen, transparant maken en positief beïnvloeden van de complexe relatie
tussen lichaam, geest en psychosociale context. De bekkenbodem is, zoals eerder
gezegd, van groot belang voor seksualiteit. Niet alleen seksuele opwinding, maar
Literatuur
Brody S., & Costa, R.M. (2008). Orgasm Is associated with less use of immature psychological
defense mechanisms. The Journal of Sexual Medicine, 5, 1167-1176.
Congresverslagen
249
Tijdschrift Cliëntgerichte Psychotherapie 51 2013/3
ook een ontspannen bekkenbodem is een voorwaarde voor plezierige seks. Waar de
gewone bekkenbodemfysiotherapie vooral kijkt naar het functioneren van de spieren in termen van coördinatie, spierkracht en uithoudingsvermogen, wordt binnen
de psychosomatische fysiotherapie gekeken naar de bekkenbodem als je emotionele
zwaartepunt. Thema’s als veerkracht, veiligheid, draagkracht en lichaamsbeleving
spelen hierbij een belangrijke rol. Als voorbeeld om het verband tussen veiligheid en
bekkenbodem te illustreren, stelde Kragten aan het publiek de vraag: ‘Kun je plassen
of poepen in een openbaar toilet zonder deuren?’
Aan het einde van de dag leerde Kragten, bij wijze van verdieping op haar lezing
in de ochtend, deelnemers aan haar workshop zich meer bewust te zijn van hun bekkenbodem zoals zij dit ook aan cliënten leert. Vooral mensen met seksuele klachten
zijn zich vaak weinig bewust van de spieren van hun bekkenbodem. Kragten liet
deelnemers lopen, springen, blazen, stoelen optillen en op ballonnen zitten – die verrassend veel gewicht bleken te kunnen dragen. Ook liet zij mensen om elkaar heen
lopen en voelen wat verschillende afstanden doen met je bekkenbodem. Spieractiviteit in dit gebied hangt immers samen met vertrouwen en veiligheid.
Al met al was het een veelzijdig en interessant congres, met boodschappen die het
waard zijn om door een breed publiek gehoord te worden. In ons land kun je op elke
hoek van de straat geconfronteerd worden met seksualiteit, maar er is nog veel werk
te doen wat betreft de bevordering van ontspannen, plezierige, heilzame seks. Met
name jonge vrouwen blijken vaker dan men zou verwachten hun eigen grenzen op
seksueel gebied te overschrijden om te voldoen aan de norm die hen vanuit de maatschappij wordt opgelegd of om hun partner te plezieren. Als gevolg daarvan kunnen
allerlei lichamelijke klachten ontstaan. Als deze vrouwen enkel somatisch worden
behandeld, wordt hen tekort gedaan. Deze vrouwen moeten vaak een grote drempel
over alvorens zij over seksualiteit durven praten, ook binnen psychotherapie, waar
zij zich bijvoorbeeld zouden kunnen melden vanwege perfectionisme. Psychotherapeuten zouden dan ook zelf het gesprek over seksualiteit moeten kunnen openen.
Download