3. HEMELMECHANICA (Orbital Mechanics) Isaac Newton (1642-1727) 1665 Annus Mirabilis Wetten v. d. Mechanica (ook: Galileo, Huygens) Gravitatiewet (ook: Bullialdus, Hooke) Infinitesimaalrekening (tegelijkertijd: Leibniz) Optica Philosophiae Naturalis Principia Mathematica (1687) en Opticks (1704) Wetten van Newton Impuls (momentum) N1 Als = 0 dan is constant N2 Als ≠ 0 dan is = N3 Actie + Reactie = 0 , + Als m constant, dan N2 → m = Draai-impuls (angular mom.) N2 → = met moment (torque) =0 Gravitatiewet Twee puntdeeltjes (of homogene bollen) met massa’s en op afstand oefenen een aantrekkende kracht op elkaar uit ter grootte met gravitatieconstante = Doel: Wetten van Kepler hieruit afleiden (in volgorde K2, K1, K3) Poolcoördinaten (r, θ) x = r cos θ , y = r sin θ r = (x2 + y2)1/2 , θ = arctan y / x Eenheidsvectoren in r- en θ -richting: , Poolcoördinaten (2) Let op! : en hangen van af → , Als van t afhangt dan (kettingregel!) , Opg: Ontbind de willekeurige vector in r- en -componenten. Doe dit i.h.b. voor de positieen snelheidsvector Tweelichamenprobleem Dubbelster (binary star) , ‘Aarde en Zon’ , j = 1 of 2, bewegen o.i.v. zwaartekracht Positie - vectoren Snelheidsvectoren Laat t vaak weg! = ← t-afgeleide Kinetische energie K = K1 + K2 Potentiële energie U Totale energie E = K + U is constant Tweelichamenprobleem (2) Zwaartepuntsysteem (Center of Mass System) Totale massa M = m1 + m2 Gereduceerde massa μ = m1m2 / M Positievector v. Zpunt Relatieve positievector Snelheidsvector Zpunt Relatieve snelheidsvector In ‘t Z-systeem geldt (verifieer!) K = ½M V2 + ½ μv2 , U = – GM μ / r Z beweegt eenparig! (Vgl College Mechanica) Alleen relatieve beweging is van belang! Tweelichamenprobleem (3) Totale energie v.d relatieve beweging is constant E = ½μv2 – GM μ/r = const. Één ‘lichaam’ μ loopt om centrum met M Los dit op + ga terug naar ‘normale’ ref.-systeem … maar er is nog een behouden grootheid! Definieer Totale impulsmoment = Opg: Laat zien dat dit gelijk is aan In ‘n centraal krachtveld is behouden! Tweelichamenprobleem (4) heeft vaste richting & grootte en De beweging ligt dus in een vlak! A(t) = door voerstraal bestreken oppervlak Na Δt is toename van A ‘n driehoekje dus → (basis) (hoogte) = const. Dit is K2 ! Baan (orbit) Elimineer t tussen r(t) en θ(t) → Baan r(θ) Nu is en , dus → Bewegingsvgl. Vermenigvuldig links en rechts met Gebruik links Dus = / )˙ = 0 met en rechts Tweelichamenprobleem (5) Integreer over t en kies t = 0 in ‘t perihelium = met integratieconst. e ‘Dot product’ met → = Met = =1+ / → dus 1/r oscilleert met θ Tweelichamenprobleem (6) Of ook r = (1) Zo’n r-θ-relatie beschrijft een ‘kegelsnede’ Tweelichamenprobleem (7) Als dan ≈ en ≈ Ryden behandelt alleen dit speciale geval en schrijft M voor en m voor We hebben (meer dan) K1 gevonden: In het N=2 - probleem zijn ellipsen (of cirkels) de gesloten banen, maar hyper- (of para)-bolen zijn open banen! Opg: Wat zijn en als = ? Baan? Tweelichamenprobleem (8) Ellips r = Vgl. (1) → Eccentriciteit Ap & perihelium (Snelheid)² daar [ Zie boek voor bewijs] (2) Tweelichamenprobleem (9) Na 1 omloop is A(P) = πab (Vgl. Cirkel ) → (K2) Kwadrateer dit en gebruik (2) en (3) K3 ! (Vgl. 3.53) Meet P en a → Bereken Zon [ Ik schrijf K3 ook als ] Sections 3.2 - 3.4 • Thuis lezen – ook WC -- vragen stellen. Baanenergie 3.2 Baansnelheid 3.3 – use E-conserv. Viriaalstelling 3.4 4. HET SYSTEEM AARDE-MAAN of algemener Tweede-orde Zwaartekrachtseffecten Vgl. 4.12-17 van 4.2 in ‘t WC ; 4.4 al af; 4.6 tot vgl. 4.53 Tweede-orde Zwaartekrachtseffecten Hemellichamen zijn • Geen puntdeeltjes • Niet perfect bolvormig (afplatting) • Vaak met meer dan twee (N > 2) Dit leidt tot ‘tweede-orde-effecten’: • Precessie van rotatieas • Getijden • Storingen (perturbations) voor N > 2 : • Banen zijn géén ellipsen: Periheliumprecessie [ N > 2 probleem heeft géén analytische oplossing ] 4.1 Afplatting en Precessie Rotatie → Ellipsoïde met afplatting f = (a – b)/a Opg. Vind relatie tussen f en eccentriciteit e Aarde: a ≈ 6378 km, b ≈ 6357 km → f ≈ 1/300 Vraag : Voor welke planeet is f het grootst? Antwoord: Saturnus ( hier ‘edge-on’) heeft f ≈ 1/10 MacLaurin Ellipsoïde MacLaurin (1742) gaf ω²/Gρ als functie van e (Geen details) Opg : Laat zien dat ω²/Gρ dimensieloos is. En wat is de dimensie va e ? (Waarom gaf ik deze opgave?) Precessie Aarde heeft ‘n ‘zwembandje’ en is ‘n ‘peertje’ (maar ze is toch mooi) Hoek ecliptica & equator-vlak = 23.5° Zon & Maan trekken aan ‘zwembandje’. = dus draait op een kegel! Zon 16''/yr, Maan 34''/yr Tot. 50''/yr, P ≈ 26 kyr Hipparchus, Newcomb, … Precessieperiode (extra) Relevante component , gemiddeld over ’n baan: T = 3Gm (C – A) sin 2ε m = storende massa (Zon of Maan) , ε = hoek ecliptica & equatorvlak, C = traagheidsmoment v. Aarde om as A = traagheidsmoment v. Aarde om lijn ⊥ as. Precessie-hoeksnelheid en -periode zijn dan ωp = 3Gm (C – A) / C cos ε , Pp = 2π / ωp J.G. Williams, The Astronomical Journal 108 (1994) 711 Periheliumprecessie (apisdal precession) Door de storing van de ‘lastige buren’ volgt elke planeet (langzaam!) een rozet Aarde: 11½"/yr Periode ≈ 100 kyr Mercurius: Verschil met voorspelling gebaseerd op Newton is 43" per eeuw. Einsteins Algemene Relativiteitstheorie verklaart deze discrepantie! M. Stewart, American Journal of Physics 73 (2005) 730 Milankovic-cycli Eccentriciteit 0 < e < 0.05 met periode P ≈ 100 kyr Nutatie van aardas 21.5° < α < 24.5 ° met P ≈ 41 kyr Precessie v. aardas (zie eerder) met P ≈ 26 kyr Wat is het belang van deze periodes voor ons? Berger & Loutre, Insolation values for the climate of the last 10 million years, Quaternary Science Reviews 10 (1991) 297-317 Getijden Equipotentiaal : Oppervlak waarop V const. is Voor bolvormig lichaam : concentrische bollen Nabij object vervormt de equipotentialen. Dit heet getijdenwerking (tidal action) Aarde & Maan. Water : Vloed (flood tide) : periode v. stijgend water Hoogtij: moment v. hoogste water Eb (ebb tide): periode v. dalend water Laagtij (low tide): moment v. laagste water Hoogtij komt elke , dito laagtij Bay of Fundy (CAN) (Ook atmosfeer en aardkorst reageren!) Getijden (2) Zon èn Maan dragen bij Springtij (spring tide): Hoek Z & Maan 0 òf 180° Doodtij (neap tide): Hoek Zon & Maan 90° Galilei en Descartes fout. Newton (1687) gaf correcte uitleg. Evenwichtstheorie Daniel Bernoulli (1740) (‘Matteüseffect’) Dynamische theorie Laplace (en vele anderen) Getijden (3) Kracht door Maan op testmassa m (op Aarde) Getijden (4) Als r0 >> R1 dan is deze Taylorreeks OK: met derde macht! Getijdeverwekkende kracht (differential tidal force) = Variatie over 1 v. zwaartekracht dóór M op test m = F (r ) F (r ) F (r0 ) In verste en nabijste punt r F (r ) Mm (r r0 )2G 3 r0 r0 Mm 2GR1 3 r0 R1 geldt dus Getijden (5) 1 = Aarde, 2 = Maan of Zon. Verhouding Z/M FZ FM 3 M Z rAM 3 M M rAZ 0.44 MZ = 27 x 106 MM maar 3e macht van 2.5 x 10 –3 wint. NB: Straal & massa van Aarde doen er niet toe. WC-opg: Variatie van ΔF over hele oppervlak F Mm ˆ GR1 3 (2i cos r0 ˆj sin ) Getijden (6) ‘Pijnbank’ Ken je een beroemd voorbeeld in ons Zonnestelsel? Io Getijden (7) ‘Pizzamaan’ Io met ~ 400 vulkanen die SO2 spuwen. Getijdewerking v. Jupiter verhit Io ! Getijden (8) Getijdewerking door lichaam j op lichaam k GW ( j op k ) 2G m j rk r 3 GW (1op 2) / GW (2op1) dus verhouding m1r2 ≈ m2 r1 r1 r2 2 mits … “Kleinste krijgt de hardste klappen” Aarde-Maan: GWA op M / GWM op A ≈ 14 , eigenlijk ≈ 20 Synchrone Rotatie Getijden (9) Geen water op Maan (jammer!) maar door getijderemming (tidal braking) is Pas = Pbaan = 27⅓ d (sid.) We zien steeds dezelfde kant van de Maan! [ Fout: Dark side of the Moon ] Stabiel door ‘terugkoppeling’ (feedback) Duurt lang tot Aarde synchroon zal draaien Roche-limiet Getijden (10) Getijdewerking bepaalt de kleinste afstand Roche-limiet rR = kleinste veilige afstand ≈ 2.5 R. Bij r < rR : GW groter dan zelfzwaartekracht van het ‘kleintje’ Ken jij een beroemd voorbeeld? Hill-radius Getijden (11) Getijdewerking bepaalt de grootste afstand Hill-radius rH = grootste r waarop m1 en m2 nog gebonden blijven oiv GW van m3 (m1 < m2 < m3) op afstand a >> r Getijden (11) Bij r > rH ‘steelt’ de GW v.d. ‘dikke’ het ‘kleintje’ 1/ 3 m2 rH a 2m3 NB : Massa van ‘kleintje’ doet er niet toe. Voor Maan-Aarde-Zon: rH ≈ 0.01 AU Maan is voorlopig ‘van ons’ Getijdenwerking belangrijk in dubbelsterren [ Lees par. 4.5 over Libratie v.d. Maan Lees par. 4.6 over Eclipses tot aan vgl. 4.53 ]