Vaccinatie hond Je kan je puppy beschermen tegen een aantal gevaarlijke ziektes door hem tijdig te laten vaccineren. De eerste vaccins kunnen al gegeven worden vanaf de leeftijd van 6 weken. 1e vaccin: op 6 weken: dit is meestal al gebeurd bij de fokker 2e vaccin: op 9 weken: een combinatievaccin tegen hondenziekte, kattenziekte, rattenziekte, leverziekte en eventueel ook kennelhoest 3e vaccin: op 12 weken: herhaling van het combinatievaccin Elk jaar krijg je van ons een brief ter herinnering. Op het moment dat je langs komt voor de jaarlijkse vaccins wordt de hond ook volledig onderzocht en op die manier kunnen we vroegtijdig ziektes (zoals hartkwalen, gezwellen, …) opsporen en behandelen. Hondenziekte = de ziekte van Carré of distemper Hondenziekte wordt veroorzaakt door een virus nauw verwant aan het mazelenvirus bij de mens. Het is zeer besmettelijk aangezien het ook zonder rechtstreeks contact tussen honden overdraagbaar is. De verspreiding gebeurt via speeksel, urine en ontlasting. De ziekte veroorzaakt in de eerste plaats een loopneus en de hond begint te hoesten. Vervolgens treedt er koorts op, die meestal gepaard gaat met een gebrek aan eetlust, braken en/of diarree. Verder krijgt de hond een ontsteking op de oogleden en het neusslijmvlies (etterige uitvloei uit neus en ogen), keelontsteking, longontsteking en problemen met het zenuwstelsel. De ziekte kan leiden tot blijvende letsels of sterfte. Bij pups verloopt de ziekte acuut. Deze ziekte komt gelukkig nog maar zelden voor dankzij een grondige vaccinatie! Kattenziekte = parvovirose. Het is een erg besmettelijke ziekte die wordt veroorzaakt door een virus dat wordt verspreid via de uitwerpselen van een zieke hond. De ziekte veroorzaakt een ernstige ontsteking van de maag en de darmen en gaat gepaard met bloederige diarree en braken van bloed. De diarree en het braken zorgen ervoor dat de hond veel vocht en zout verliest. De hond wil vaak niet eten of drinken waardoor uitdroging ontstaat. Hij wordt suf, krijgt koorts en zijn afweermechanisme tegen andere ziekten neemt sterk af. De ziekte kent meestal een dodelijke afloop binnen de 48 uur na de eerste ziekteverschijnselen. Deze ziekte zien we gelukkig ook nog maar zelden. Als we nog parvo zien, zien we het meestal bij pups die via massatransport en onder slechte omstandigheden vanuit het buitenland naar België werden gebracht. Rattenziekte = Leptospirose De besmettingsbron is de bruine rat, die leeft in beekjes en grachten. De ziekte wordt veroorzaakt door een bacterie die zich verspreidt in besmet water (urine van besmette dieren bv. een rat of een hond) en ook kan overgaan op de mens. Een hond die in besmet water zwemt of besmet water drinkt, krijgt via de slijmvliezen of via eventuele wondjes op de huid bacteriën binnen. De bacterie nestelt zich vervolgens in de lever en de nieren en veroorzaakt er ontstekingen. Vooral bij jonge honden kan de ziekte een dodelijke afloop hebben. Ziektesymptomen zijn: koorts, sufheid, spierpijn, braken, geen eetlust en veel drinken. De hond kan daarnaast ook geelzucht hebben. Sinds oktober 2013 werken we met een vernieuwd vaccin dat 4 (ipv 2) serotypes van leptospirose bevat. Dit nieuwe vaccin biedt een veel betere bescherming. Leverziekte Infectieuze hepatitis is een virale infectie die in het lichaam allerlei schadelijke effecten veroorzaakt met als voornaamste symptoom een ontsteking van de lever. Het verloop van de ziekte is meestal mild, maar in bepaalde gevallen kent de ziekte een dodelijke afloop. De virale infectie verspreid zich via de urine. Kennelhoest Kennelhoest is een ontsteking van de keel en de luchtpijp, met als belangrijkste verschijnsel een droge hoest, alsof er iets in de keel van je hond zit. Het hoesten kan in de loop van enkele weken vanzelf over gaan, maar er kunnen ook complicaties optreden zoals bronchitis of longontsteking. Vooral jonge dieren zijn hieraan erg gevoelig. De meest voorkomende verwekkers van kennelhoest zijn Para-influenzavirus en de bacterie Bordetella bronchiseptica. Verminderde weerstand, stress, veel blaffen of een hoge infectiedruk (veel honden bij elkaar waarvan meerdere de aandoening hebben) verhogen de kans op verspreiding en aanslaan van de infectie. De naam kennelhoest is dan ook ontstaan doordat we de ziekte vooral zien op plaatsen waar veel honden zijn, zoals bijvoorbeeld in een hondenpension of op het trainingsveld van een hondenschool. De ziekte wordt verspreid door vochtdruppels die bij het hoesten in de lucht worden verspreid. Een hoestende hond moet dus bij andere honden weggehouden worden om verspreiding te voorkomen. Hou er rekening mee dat besmetting ook via onze handen of kleding kan plaats vinden. Ga er altijd van uit dat de infectiekans zeker blijft bestaan zolang de hond hoest. De vaccinatie wordt aangeraden (is verplicht) als een hond op pension gaat en in andere situaties waarbij het infectierisico duidelijk groter is (zoals bijvoorbeeld in de hondenschool of als hij veel in contact komt met andere pups). De inenting zelf kan gebeuren door een onderhuidse injectie of via een neusdruppel. De eerste keer moet het geïnjecteerde vaccin herhaald worden na 3 weken, daarna wordt het net als de andere vaccins 1 keer per jaar herhaald. De neusdruppel is na 1 toediening al werkzaam. Hondsdolheid Hondsdolheid of rabies is een zoönose!! Dit betekent dat mensen ook besmet kunnen raken via hun huisdier. In Europa komt rabiës vooral voor bij wilde dieren als de vos en de vleermuis, maar in Afrika, Azië en Zuid-Amerika is de ziekte wijder verspreid en zijn ook veel honden besmet. De ziekte is dodelijk bij zowel mens als dier en wordt overgebracht via het speeksel. België is sinds 2001 officieel vrij van rabiës. De kans om in ons land besmet te raken is daarom erg klein. Maar vaccinatie tegen rabiës is verplicht voor: alle honden in het gebied ten zuiden van de Samber en de Maas (Ardennen) - honden die mee gaan kamperen op gelijk welke plaats in België - honden, katten en fretten die van of naar andere landen worden vervoerd. Dit vaccin kan samen met de andere vaccins gegeven worden en is 3 jaar geldig. Vanaf 29 december 2014 is er een nieuwe europese regel die zegt dat de eerste vaccinatie tegen rabiës pas vanaf de leeftijd van 12 weken kan worden gegeven en pas na 21 dagen geldig is. De allereerste keer dat het vaccin gegeven wordt, is het pas geldig na 3 weken.