Hoe word ik wedergeboren? Ds. Etienne Maritz Predikant in Zuid-Afrika in de Nederduits Gereformeerde Kerk Oorspronkelijk titel: De wedergeboorte in het licht van de oordeelsdag 1 Hoe word ik wedergeboren? Het is een voorrecht om weer samen met jullie te zijn na twee jaar afwezig te zijn geweest. Het is het vertrouwen van mijn hart dat de Heere ook vanavond Zijn Woord op één of andere manier in uw hart zal gebruiken, zodat het vrucht zal dragen in het licht van de eeuwigheid. Ik wil een paar gedeelten uit de Bijbel lezen. Johannes 3:1-19 Handelingen 17:30-31 1 Korinthe 1:18-24 Openbaring 20:11-15 De Bijbel leert ons duidelijk dat we alleen door wedergeboorte een kind van God worden en alleen door wedergeboorte deel krijgen aan het koninkrijk van God. We hebben samen in 1 Korinthe 1:18 gelezen dat het woord van het kruis de kracht Gods is, waar mensen door gered worden. Voor degenen die niet gered worden, is het echter een dwaasheid. Wij kunnen niet altijd precies duidelijk maken hoe het kruis werkt, maar wij weten wel dát het werkt. Als je de kracht van Jezus’ bloed hebt ervaren, dan weet je waar ik over praat. De Heilige Geest werkt altijd vanuit datgene wat aan het kruis gebeurd is, namelijk vanuit het afgehandelde of volbrachte werk van Christus aan het kruis. De Heilige Geest stuurt de boodschappers van God uit om het de boodschap van het kruis te verkondigen. Dat is Gods manier waarop Hij mensen redt van het oordeel. Het kruis van Jezus verlost Een tijd geleden hadden we in ons land een conferentie. Na die tijd waren we heel moe en kreeg ik griep. Als gevolg hiervan moest ik een week tot rust komen en uitzieken. Ik hoopte dat ik gauw gezond zou worden, maar in plaats daarvan werd ik al zieker. Toen moest ik antibiotica gaan gebruiken. Ik weet tot de dag van vandaag nog niet hoe antibiotica werkt, maar ik kan je wel zeggen dát het werkt. Heel snel daarna werd ik gezond. Zo is het vaak met medicijnen. Zelfs doktoren kunnen ons niet altijd uitleggen hoe de medicijnen werken, maar het feit is dat ze werken. Vanavond kan ik hierover vanuit mijn eigen leven ook getuigen. Ik kan getuigen dat duizenden mensen door de jaren heen verlost zijn door de boodschap van het kruis van Christus. Het kruis van Christus brengt vergeving en reiniging van zonden, verlost mensen van een schuldig geweten en geeft een vrede die geen enkele psychologische behandeling kan geven. Het verlost en bevrijdt zelfs mensen die een moord gepleegd hebben, die overspel gedaan hebben, die gestolen hebben en die andere mensen bedrogen 2 hebben. Het verlost mensen van schuldcomplexen en psychische problemen. Er zijn sommige humanistische psychologen die tegen deze mensen zeggen: ‘Het is de kerk die jou jezelf schuldig laat voelen. Je moet dat juk van je afwerpen en je zult vrij zijn.’ Een tijd geleden zei iemand op de televisie in Zuid-Afrika dat iedereen kan doen en laten wat hij wil zonder zich schuldig te hoeven voelen. Zelfs als je hoererij of een andere grote zonde doet, hoef je jezelf geen schuldcomplex te laten aanpraten. Toen ik psychologie studeerde (dat is één van mijn hoofdvakken geweest), zeiden de psychologen tegen ons: ‘We hebben weinig succes in ons werk; misschien dat 5% van de mensen echt geholpen kan worden, de rest komt nooit helemaal vrij. Veel mensen zullen van de ene naar de andere hulpverlener lopen.’ Wat deze psychologen vergeten, is dat veel psychische (of medische) problemen veroorzaakt worden door zonde en door de schuld over de zonde. Dat maakt een mens pas echt ziek en ook geestelijk dood. Een aantal jaren geleden reisde ik van Zuid-Afrika naar Namibië. Onderweg gingen we bij vrienden aan, omdat de man had gevraagd of ik samen met zijn vrouw wilde bidden. Zij was een apotheker. Zij had al langere tijd last van pijn in haar nek waardoor ze voortdurend sterke medicatie moest gebruiken. In die nacht, waarin we voor haar aan het bidden waren, bleek dat ze iemand haatte. Zij was verbitterd. Het werd een zware strijd, die de hele nacht duurde. We hebben samen gebeden en stapje voor stapje kwamen we bij het punt waarop ze die persoon kon vergeven. Op het moment dat zij vergeving schonk, was de pijn weg en ze was vrij! Het kruis en het bloed van de Heere Jezus kunnen ons werkelijk vrijmaken. Het klinkt als dwaasheid, maar het is zo! Het maakt ons vrij van zonde, van schuld en zelfs van psychische problemen. ‘Aan het kruis heeft de Heere Jezus onze zonden gedragen’, is zo’n eenvoudige boodschap dat een kind het kan begrijpen. Maar Gods Woord zegt dat het de enige manier is waarop wij gered kunnen worden. Er is een wonder nodig Het woordje ‘gered’ duidt erop dat wij van de oordelen van God en van de straf op de zonde gered moeten worden. God is een Rechter en Hij is een Koning, Die ons Zijn wet gegeven heeft. En als wij Zijn wet verbreken, worden we gestraft op de dag van de afrekening. Of we het willen of niet, we zijn allemaal op weg naar de oordeelsdag. De Bijbel zegt dat op deze dag de boeken geopend zullen worden en ook het Boek van het Leven. De namen van hen die aan Christus toebehoren, zullen geschreven staan in het Boek des Levens, maar ook de boeken van ons leven zullen geopend worden. 3 Onze gedachten, alle informatie die we gehoord hebben, alles wat we gezegd of gedacht of gedaan hebben, zal openbaar komen. Er zijn verschillende schriftgedeelten die ons leren dat op de oordeelsdag ons leven als een videofilm aan ons voorbij zal gaan. Alles zal geopenbaard worden en aan het licht komen. Ieder van ons moet in het oordeel staan voor de witte troon van God. We lezen in Romeinen 2 vers 16: ‘Zo zal het, overeenkomstig mijn Evangelie, gaan op de dag wanneer God de verborgen dingen van de mensen zal oordelen door Jezus Christus.’ Romeinen 3 zegt dat wij allemaal hebben gezondigd, dat er niemand rechtvaardig is (vers 10) en er niemand is die God zoekt. Wij zijn zo verloren geboren met de oude, zondige natuur, dat onze zondige oude natuur God nooit zal zoeken en ook nooit over bekering zal nadenken. Wij zullen vluchten voor God. Onze oude, zondige natuur wil zich niet bekeren en zal zich ook niet bekeren. Daarom moet de Heere ons door een wonderwerk redden! Er moet iets met ons gebeuren. Jezus zegt dat we wedergeboren moeten worden. Als jullie niet wedergeboren worden, kunnen jullie het koninkrijk van God niet zien en ook niet ingaan. Jezus zegt: ‘Amen, Amen, voorwaar, voorwaar, Ik zeg u!’ Er is in dit woord ‘voorwaar’ geen kans om het te ontlopen. Je moet het begrijpen en je moet het op tijd horen. Als je niet wedergeboren bent, zul je het koninkrijk van God niet zien, je zult er blind voor zijn, je zult anderen erover horen praten, maar je zult het zelf niet zien. Wij worden allemaal buiten het koninkrijk van God geboren. We zijn uit het paradijs gejaagd. Als Afrikaan, als Nederlander, als Duitser enzovoort. Om deel te krijgen aan het hemelse koninkrijk moeten we een tweede geboorte ondergaan. 1 Petrus 1 vers 3 zegt dat het God is Die ons de wedergeboorte schenkt. En God doet dit door de prediking van het Woord. Dat is het wonder van de prediking van het Woord. ‘Liefelijk zijn de voeten van hem die de blijde boodschap brengt.’ Het is een voorrecht om Gods Woord te verkondigen, want terwijl het Woord verkondigt wordt, kan het gebeuren dat de Heere bepaald heeft dat één van je hier moet zijn, die vanavond wedergeboren moet worden. En dan is er in de hemel blijdschap over een ziel die zich bekeert. Kijk naar Jezus! Spurgeon was één van de grootste predikers ooit, die duizenden mensen naar Christus heeft geleid. Elke zondag waren er meer dan zesduizend mensen in zijn kerk. Als jongeman heeft Spurgeon ernstig naar God gezocht. Hij bestudeerde allerlei leerstellingen, dogma’s en vragen over de Bijbel. Hij wist alles en kende alles uit zijn hoofd, maar hij wist dat hij geen vrede met God had. Hij verlangde ernaar en bad ervoor, zoals dat staat in Jesaja 55 vers 6: ‘Zoek de Heere terwijl hij te vinden is, roept Hem aan terwijl Hij nabij is. De goddeloze verlate zijn weg, en de ongerechtige man zijn gedachten.’ 4 Als jij nog plannen hebt om door te gaan met jouw zonden, na vanavond, verander dat! Verander jouw plannen en jouw gedachten en zoek de Heere! Spurgeon deed dat. Hij was zoekende en zie, hoe wonderlijk de Heere werkt. Op een zondag was hij op weg naar de kerk, maar er barstte een storm los. Het begon te sneeuwen en te onweren. De storm was zo hevig dat hij een kerkje wat vlakbij was, inliep. Hij was een baptist, maar hij ging naar binnen bij een methodistenkerkje. Een heel klein kerkje met heel weinig mensen. De dominee was er niet (soms is dat goed…). Hij nam plaats achter in de kerk. Een diaken preekte. Hij preekte zwak en hij kon niet goed uit z’n woorden komen, maar 1 Korinthe 1 zegt dat God door de zwakheid van de prediking werkt. Hij preekte over het thema: ‘Zie op Mij en wordt behouden!’ Hij preekte en preekte en zag Spurgeon zitten, die er vreselijk miserabel uitzag. En tijdens de preek wees hij naar Spurgeon, een ordentelijke dominee zal dat niet doen, maar hij wees naar Spurgeon en zei: ‘Jongeman, kijk naar Jezus en je zult gered worden. Kijk weg van jezelf, kijk naar wat Jezus gedaan heeft aan het kruis en je zult er niet meer zo miserabel uitzien.’ En Spurgeon zegt dat er een last van zijn schouders viel. Hij begreep dat hij gered kan worden door te kijken naar wat Jezus aan het kruis gedaan heeft. En terwijl hij daar in dat kerkje zat, kreeg hij vrede in zijn hart. Hij ging het kerkje uit als een vrij man, gerechtvaardigd door het geloof in Christus Jezus. Johannes schrijft direct na het gedeelte over de wedergeboorte in vers 14: ‘En zoals Mozes de slang in de woestijn verhoogd heeft voor de stervende mensen die door een slang gebeten waren, zo moeten we ook naar Jezus aan het kruis kijken.’ En als wij kijken en geloven wat Jezus aan het kruis gedaan heeft, dan worden wij gered. Wanneer God in ons de wedergeboorte werkt, kijken wij naar het kruis! Dan begrijpen wij wat Christus gedaan heeft en ontvangen we vrede. We komen tot rust in ons zoeken naar redding en vinden dat in wat Jezus gedaan heeft aan het kruis. Hoe weet ik of ik wedergeboren ben? In een bepaalde zin zijn er twee oordeelsdagen. Luister goed, want ik vertel misschien een dwaalleer. De ene oordeelsdag vond tweeduizend jaar geleden plaats, toen God het oordeel van de wereld, jouw en mijn oordeel, op Christus Jezus uitgestort heeft en hem geoordeeld heeft volgens de gerechtigheid van de wet. Toen is Christus de oordeelsdag doorgegaan in uw en mijn plaats. Heb je dat al beseft? De dag op Golgotha, toen Jezus stierf, was zoals de oordeelsdag. Op die dag heeft God de hele wereld geoordeeld. Op die dag heeft Hij het oordeel uitgestort over Zijn geliefde Zoon. De straf van alle mensen van alle tijden is samengeperst en op het ogenblik aan het kruis op Jezus Christus uitgegoten. Hoe? Dat weten we niet. We weten wel dat het lichamelijke lijden van Jezus niet het ergste was. 5 Het was erg, maar het ergste was dat Hij in Zijn geest en in Zijn ziel op één of andere manier de straf van de hel op Zich moest nemen. Hij heeft de smarten van de hel daar aan het kruis gedragen. Daarom heeft Hij uitgeroepen: ‘Ik heb dorst!’ En daarom heeft Hij uitgeroepen: ‘In Uw handen geef ik Mijn geest over.’ Hij moest sterven, want de wet vereist dat degene die zondigt, moet sterven. Jezus is daar in uw en mijn plaats gestorven. We kennen de boodschap, maar heeft deze boodschap je al tot wedergeboorte gebracht? Dat is de belangrijkere vraag. Wanneer ik wedergeboren wordt, geeft God aan mij het geloof om aan te nemen wat Jezus aan het kruis gedaan heeft. Je moet reageren, vrienden, op deze boodschap. Johannes 1 vers 12 zegt: ‘Maar allen die Hem aangenomen hebben…’ Lees het in uw Bijbel na of ik de waarheid spreek. ‘Allen die Hem, Jezus, aangenomen hebben, hun heeft Hij macht geven kinderen van God te worden, namelijk die in Zijn Naam geloven.’ Vers 13: ‘Die niet uit de wil van een man, niet uit vlees, maar uit God geboren is.’ Hoe kan ik weten of ik wedergeboren ben? Je mag het weten, als je de Heere Jezus hebt aangenomen. Deze tekst staat in het Grieks in een actieve vorm. Met andere woorden: het is een bepaalde keuze die je moet maken, het is een eenmalige keuze. Daarna volgt de voortdurende bekering, de heiligmaking, maar die redt mij niet. Dan ben ik al gered. Er is een bekering die mij redt en die vindt plaats op de dag dat ik tot het ware geloof in Jezus Christus kom. We lezen in Romeinen 3 vers 23 dat de Bijbel zegt dat wij allemaal hebben gezondigd en dat het ons ontbreekt aan de heerlijkheid van God. Wij, die in de kerk opgegroeid zijn, hebben gewoonlijk twee problemen. Het eerste is dat wij denken dat wij goed genoeg zijn. Wij hoeven niet tot geloof en bekering te komen, want wij zijn goed genoeg. Wij zijn christelijk genoeg. Terwijl de Bijbel zegt dat wij allemaal hebben gezondigd. En Romeinen 3 vers 9 zegt dat er geen verschil is tussen verbondskinderen en heidenen, maar dat wij allemaal onder de macht van de zonde zijn. Iedereen moet dus tot geloof en bekering komen! Het andere probleem is dat wij zeggen: ‘Ja, ik weet dat ik tot bekering moet komen, maar God moet het doen. Ik moet wachten tot God het doet.’ De Heere Jezus aannemen Lieve vriend, er staat niet dat God in jouw plaats Jezus zal aannemen, maar er staat dat jij Jezus moet aannemen. Dit is het Woord van God en dit zal licht in je hart en gedachten brengen. Jezus zegt in Johannes 6 vers 37: ‘Alles wat de Vader Mij geeft, zal tot Mij komen; en wie tot Mij komt, zal Ik beslist niet uitwerpen.’ 6 In deze tekst staan twee waarheden: 1. God werkt eerst in jou; 2. en dan moet jij komen. God zal niet in jouw plaats tot de Vader komen. Een hele tijd geleden heb ik een dame ontmoet, die na een lezing in tranen naar mij toe kwam en zei: ‘Ik wil graag Jezus vinden, ik wil zekerheid hebben van mijn verlossing, ik wil het zeker weten dat ik naar de hemel toe ga, dat ik een kind van God ben, maar….’ Ik antwoordde: ‘Maar u kunt nu komen naar Jezus!’ ‘Nee, ik kan nu niet komen, want dan doe ik dat.’ ‘Maar wie moet het dan doen?’ Zij zei: ‘God moet het doen.’ Nee! De Bijbel zegt: ‘Kom!’ Jij moet dus bewegen, jij moet geestelijk opstaan en naar Jezus komen. De Bijbel zegt niet: ‘God zal komen.’ God is al gekomen, aan het kruis. En als de Geest van God jou gewillig gemaakt heeft, moet je tot Hem komen. Ze was al vijf jaar gewillig gemaakt, maar zij wachtte toch nog op God. Zij was al vijf jaar gereed om Jezus door het geloof aan te nemen, maar ze bleef wachten. Jezus zegt: ‘Kom.’ Hij verduidelijkt met een gelijkenis dat jij moet komen en dat de Vader wacht om je in Zijn armen te sluiten. De verloren zoon zegt: ‘Ik zal opstaan en naar mijn vader gaan.’ Er was beweging van het ene punt naar het andere. Geloof in de Heere Jezus Christus is nooit passief, maar juist actief. Hoe lang heb je al gewacht? De hemelse Vader wacht op jou. Hij kijkt naar de horizon en vraagt zich af wanneer zijn zoon terugkomt. En als de zoon komt, dan zegt Hij niet tegen hem: ‘Ho, jij moest niet komen, Ik moest komen!’ Nee, Hij zegt: ‘Welkom! Ik wachtte op jou.’ De hemelse Vader wacht op ons en wij moeten komen. Wij moeten tot geloof komen, wij moeten tot bekering komen. God werkt dit in ons, maar wij moeten reageren. Dit is de enige manier waarop wij gered kunnen worden van de oordeelsdag. Theologie kan jou niet redden, denk maar aan de theoloog Paulus. Een voorname positie in de kerk kan jou ook niet redden, denk maar aan Nicodémus. Een aantal jaren geleden las ik het aangrijpende getuigenis Pac Octavianus uit Indonesië. Hij was een gereformeerde predikant in Indonesië tijdens de grote herleving daar. Heb je wel eens wat over deze herleving gelezen? Het is geweldig. In twee tot drie jaar tijd zijn daar meer dan twee miljoen mensen tot bekering gekomen. De kerk is met kracht gegroeid. Pac Octavianus was predikant in die tijd. Hij was de voorzitter van de ring gemeenten in zijn buurt. 7 Regelmatig kwamen de predikanten bij elkaar preken. Zo ook in de kerk van Octavianus. Zijn kerkgebouw was het grootste van allemaal. Op een zondag kwam er een andere prediker die preekte over Johannes 3: ‘Als jullie niet wedergeboren worden, kunnen jullie in het koninkrijk van God niet ingaan!’ Hij ging kwaad naar huis en zei tegen zijn vrouw: ‘Ik houd niet van zulke prediking, want het is een mengsel van theologie, filosofie en psychologie.’ Volgens Octavianus preekte die dominee alleen met zijn verstand. Hij zei verder: ‘Ik ga morgenavond niet naar de kerk.’ Zijn vrouw zei echter: ‘Ga alsjeblieft, want jij bent de predikant van de gemeente.’ Dus hij ging maar weer en zat opnieuw onder het gehoor van de dominee. En zowaar, de dominee preekte weer over: ‘Als je niet wedergeboren wordt, kun je in het koninkrijk van God niet ingaan.’ Nog kwader dan de dag ervoor keerde hij terug naar huis. Hij zei: ‘Morgenavond ga ik beslist niet.’ Zijn vrouw zei weer: ‘Je moet gaan, want je bent de voorzitter van de ring.’ Hij ging met tegenzin achterin de kerk zitten en voor de derde keer preekte de bezoekende dominee over het thema wedergeboorte. Aan het einde van de dienst nodigde hij mensen die tot bekering wilden komen uit, om voor in de kerk voor hen te bidden. En weet je wie er ook naar voren kwam voor de ogen van de hele gemeente? Pac Octavianus. Hij kwam voor zijn eigen preekstoel tot bekering. Dit heeft zijn leven totaal omgekeerd. De oordeelsdag komt Paulus zegt in Handelingen 17 vers 30: ‘God dan verkondigt, met voorbijgaan van de tijden van onwetendheid, nu overal aan alle mensen dat zij zich moeten bekeren, omdat Hij een dag bepaald heeft waarop Hij de wereld rechtvaardig zal oordelen.’ Er komt een oordeelsdag waarop God zal zitten op Zijn troon om de wereld in rechtvaardigheid te oordelen. Er zijn mensen die zeggen: ‘Je moet mensen niet bang maken met de hel.’ Calvijn heeft echter gezegd: ‘Dit is de enige weg die mensen uitdrijft tot boetvaardigheid, berouw en bekering.’ Mensen moeten beseffen dat onze goede werken ons niet kunnen redden. Jesaja 64 vers 6 zegt dat onze beste werken als een wegwerpelijk kleed zijn, als een vuil kleed voor het aangezicht van de Heere. De enige manier waarop wij in de hemel kunnen komen, is door te kijken naar het kruis, door in geloof aan te nemen wat Christus aan het kruis gedaan heeft, ook voor mij. Door met een actieve daad aan te nemen dat Hij de prijs ook voor mij betaald heeft. Ook voor mij heeft Hij geleden. Weet je dat onze hele geestelijke groei en onze heiligmaking ook moeten komen vanaf het kruis? We kunnen nooit diep genoeg studie maken van wat er aan het kruis gebeurd is. Ook voor mijn heiligmaking, voor mijn geestelijke groei heeft dit geweldige betekenis. Maar vanavond hebben we het over de wedergeboorte. We moeten vaststellen dat geen mens gered kan worden als hij niet naar het kruis kijkt. 8 Het is allemaal genade! In Efeze 2 vers 8 staat: ‘Want uit genade bent u zalig geworden, door het geloof en dat is de gave van God.’ Let erop dat er ook staat: ‘door het geloof’. En ik heb tegen je gezegd dat Romeinen 3 vers 23 ons zegt dat wij allemaal hebben gezondigd en dat het ons ontbreekt aan de heerlijkheid van God. Maar als je verder leest, staat er dat we worden gered, of worden gerechtvaardigd, uit de genade van God, door het geloof in Christus Jezus, omdat God Hem voorgesteld heeft als een verzoening voor onze zonden. Romeinen 3 vers 23-25: ‘Want zij hebben allen gezondigd, en derven de heerlijkheid Gods en worden om niet gerechtvaardigd, uit Zijn genade, door de verlossing, die in Christus Jezus is; Welken God voorgesteld heeft tot een verzoening, door het geloof in Zijn bloed, tot een betoning van Zijn rechtvaardigheid, door de vergeving der zonden.’ Dr. Willie Marais, misschien de grootste prediker die onze kerk ooit gehad heeft, heeft eens verteld hoe hij eens een keer in een bejaardentehuis gesproken had over: ‘Hoe kan ik zeker weten dat ik een kind van God ben?’ Na afloop kwam een verpleegster die daar werkte naar hem toe en zei: ‘Dr. Willie, help mij, ik ben verloren!’ Ze werd net als op de Pinksterdag getroffen door de prediking in de kracht van de Heilige Geest. Het was alsof er met een spies in haar hart gestoken werd. Het is al een wonder op zich om te komen op dat punt, want als je kerkelijk opgegroeid bent, denk je vaak dat jouw kerkgang of jouw goede leven jou in de hemel kan brengen. Het kruis is dan een dwaasheid voor je. Dr. Willie Marais vroeg haar: ‘Juffrouw, zeg mij, ben je echt helemaal verloren?’ Ze dacht bij zichzelf dat de dominee het wel heel vreemd zou vinden als ze helemaal verloren zou zijn en zei: ‘Dominee, ik ben half verloren.’ Hij antwoordde: ‘Dan spijt het mij, dan kan de Heere Jezus jou niet redden, want Hij is juist voor zondaren gekomen, voor mensen die helemaal verloren zijn.’ Hij liet haar Romeinen 3 vers 23 lezen: ‘Wij hebben allemaal gezondigd en het ontbreekt ons aan de heerlijkheid van God.’ Hij vroeg: ‘Hoor jij ook bij die ‘allemaal’? Zij zei: ‘Ja!’ ‘Ben je dan helemaal verloren of half verloren?’ ‘Dominee, dan ben ik helemaal verloren!’ ‘Dan heb ik goed nieuws voor je, dan kan de Heere Jezus jou redden. Jij moet naar Hem toe komen. Hij trekt jou, maar jij moet komen en jij moet Hem aannemen en Hij geeft jou het eeuwige leven.’ En zo heeft zij zekerheid van geloof gekregen. Bij ons moet het besef komen dat we verloren zijn en op weg naar het eeuwige oordeel, waar we rekenschap moeten geven van ons leven op aarde. 9 Op Gods manier Om gered te worden, moet je Gods manier van redding begrijpen. We lezen in Romeinen 10 dat Paulus van de Joden zegt dat ze niet op Gods manier gered wilden worden, zij wilden op hun eigen manier proberen in de hemel te komen. Daarom hebben ze Christus verworpen. Gods manier van redding is om te kijken naar het kruis en aan te nemen wat Jezus aan het kruis voor jou gedaan heeft. Gods manier van redding is om je zonden te belijden (en te laten) en Christus Jezus aan te nemen als je Heere en je Verlosser. En om daarna verder te groeien vanuit dat wat Hij aan het kruis gedaan heeft. Geestelijke groei is om samen met Christus te sterven. In beginsel ben je reeds samen met Christus gekruisigd, maar het is ook meer en meer met Hem sterven. Maar ook al meer opstaan in een nieuw leven. Zekerheid is mogelijk We kunnen zeker weten dat we gered zijn. We kunnen zeker weten dat we op weg zijn naar de hemel. Johannes zegt dat in 1 Joh. 5 vers 9 dat diegene die werkelijk in Christus gelooft, het getuigenis in zichzelf heeft. Hij heeft de zekerheid. En verderop in vers 12 en 13 staat: ‘Wie de Zoon heeft, heeft het leven; wie de Zoon van God niet heeft, heeft het leven niet. Deze dingen heb ik geschreven aan u die gelooft in de Naam van de Zoon van God, opdat u weet dat u het eeuwige leven hebt.’ De zekerheid van het geloof is een geweldige vrucht van de Reformatie, vrienden. De Rooms-katholieke kerk heeft geleerd dat je eigenlijk nooit zeker kunt weten of je gered bent, want je moet door geloof + werken gered worden. Maarten Luther heeft ernstig gezocht naar redding door middel van kastijding, vasten en gebeden, maar hij bleef zich veroordeeld voor God voelen. Dit veranderde op de dag dat Maarten Luther Romeinen 1 vers 17 las: ‘De rechtvaardige zal uit het geloof leven.’ Geloof is niets anders dan dat jouw geestelijke oog open gaat, zodat jij kunt zien wat Jezus aan het kruis voor je gedaan heeft. Het is zo eenvoudig. Je zegt misschien: ‘Ja, maar het is té eenvoudig!’ Jezus zegt in Mattheüs 11:25: ‘Ik dank U, Vader, dat U deze dingen voor wijzen en verstandigen verborgen hebt, en ze aan jonge kinderen hebt geopenbaard.’ Je moet komen als een kind, je moet het aannemen als een kind. Dit botst met ons theologische verstand en de duivel doet er een schepje bovenop en daarom moeten wij onze gedachten gevangen nemen tot gehoorzaamheid aan Christus (2 Kor. 10 vers 5). Hoe je dat moet doen? Je moet de Bijbel lezen en toetsen of het klopt met wat je hoort of voelt. De kerk of de synode staan niet boven de Bijbel, maar de Bijbel staat boven de kerk en de synode. Alles wat ik je vanavond zeg, alles wat de predikant zondag zegt, wat de synode zegt, moet je toetsen aan de Schrift. 10 U kunt op de oordeelsdag niet zeggen: ‘Ja maar Heere, mijn synode heeft gedwaald en ik ben er achteraan gelopen…’ Je moet zélf de Bijbel lezen. Je hebt het Woord in huis. Ik weet van een kleine synode in Zuid-Afrika die besloten heeft dat predikanten geen wedergeboorte en oproep tot bekering meer mogen preken. Het komt er op neer dat we tegen de mensen moeten zeggen dat ze van eeuwigheid gerechtvaardigd zijn op het moment dat ze gedoopt zijn. Dwaalleer! Gerechtvaardigd zijn van eeuwigheid af is een dwaalleer. Bestudeer vanavond Romeinen 3 en je zult zien dat je in de tijd gerechtvaardigd wordt, namelijk op het ogenblik dat je tot geloof komt. Krachtens de uitverkiezing. De hel is realiteit Daarom ben ik vanavond gekomen en ik roep je op om je voor te bereiden op de oordeelsdag. Het is de dag waarop het Boek des Levens zal geopend worden om te kijken of uw naam erin staat. En als jouw naam niet in het Boek des Levens gevonden wordt, word je in de poel van vuur geworpen. Ik weet niet hoe het met jou zit, maar ik geloof in de hel. De Bijbel leert het bestaan van de hel duidelijk en er zijn duizenden sterfbedden door de eeuwen heen die getuigen van de hel. Een vriend van mij uit Kaapstad heeft bij het sterfbed van een stervende gestaan, in het Tijgerberghospitaal. Het was een man die zich niet wilde bekeren. Hij riep het uit: ‘Ik ben in de vlammen…ik ben in de hel…ik ben in de hel…’ en zo is hij gestorven. Mijn moeder, een kind van God, kreeg op een dag een hartaanval met als gevolg dat ze stervende was. Wij, als kinderen, baden: ‘Heere, spaar haar, zodat wij haar nog kunnen groeten (we moesten 800 kilometer rijden).’ Toen wij uren later bij haar aankwamen, kwam ze weer bij en keek ze me in mijn ogen. Alsof het heel normaal was, zei ze: ‘Mijn kind, ik was bij de Heere Jezus. En ik wilde zo graag bij Hem blijven, maar Hij heeft gezegd dat ik eerst nog even terug moest gaan. O, ik was zo teleurgesteld!’ Ik heb niet tegen haar gezegd dat ons gebed kennelijk de reden was waarom de Heere haar teruggebracht heeft. Ik sluit af met een bekend verhaal. Het gebeurde onder een preek van een opwekkingsprediker. Op een zekere avond zat er een jongedame, met de naam Johanna, bij deze prediker onder het gehoor. Hij sprak ernstig over het geloof in Jezus Christus en over de noodzaak om een keuze te maken voor Christus. Johanna ging terug naar huis om te slapen. Toen zij op bed lag, kreeg ze een geweldige strijd. Ze ervaarde in haar binnenste dat de Heilige Geest haar naar Jezus trok, dat de Heilige Geest haar naar de Vader trok. In haar hart en in haar gedachten hoorde ze de Heere tegen haar zeggen: ‘Johanna, jij moet je zaak in orde maken, je genadetijd gaat voorbij.’ 11 Ze stond op en ze schreef op een schrijfblokje naast het bed: Over een maand zal ik de Heere Jezus aannemen. Ze draaide zich om met de bedoeling om te gaan slapen en weer kreeg ze een geweldige strijd. Ze schreef op het schrijfblokje: Over een week zal ik de Heere Jezus aannemen. Ze wilde weer gaan slapen, maar het liet haar niet los. De Heilige Geest overtuigde haar dat ze NU moest komen. ‘Je hebt de boodschap van de prediking gehoord, Johanna, kom nu naar Mij toe, maak je hart open voor Mij.’ Zij stond weer op en schreef: Over vier dagen zal ik de Heere aannemen. Het was namelijk zo dat ze nog graag iets wilde doen wat niet de goedkeuring van de Heere had. Ze wilde dat eerst doen en dan zou ze de Heere aannemen. De volgende ochtend, toen haar moeder haar wakker riep, was Johanna een ijskoud lijk. Haar moeder was geschokt en draaide zich om en keek op het schrijfblokje dat naast haar lag: Over een maand zal ik de Heere Jezus aannemen. Over een week zal ik de Heere Jezus aannemen. Over vier dagen zal ik de Heere Jezus aannemen. Verder stond er niets. Bij de begrafenis zei haar moeder: ‘Johanna was vier dagen te laat voor de hemel.’ Velen van jullie zijn opgegroeid in de kerk en hebben meer tijd als Johanna. Jezus zegt: ‘Zie, Ik sta aan de deur, en Ik klop. Als iemand Mijn stem hoort, en de deur opent, zal Ik bij hem binnenkomen en maaltijd met hem houden, en hij met Mij.’ Een maaltijd houden was in de bijbelse tijd een tijd van vrede sluiten tussen twee vijanden. We moeten vrede sluiten met God. Jesaja 1 vers 18 zegt: ‘Komt dan, en laat ons tezamen rechten, zegt de Heere; al waren uw zonden als scharlaken, zij zullen wit worden als sneeuw. En de sneeuw die buiten valt zal tegen je getuigen als je dat niet doet. Al waren ze rood als purper, zij zullen worden als witte wol.’ Romeinen 10 vers 8-10: ‘Nabij u is het Woord, in uw mond en in uw hart. Als u met uw mond Jezus als Heere belijdt en met uw hart gelooft dat God Hem uit de doden heeft opgewekt, zult u zalig worden. Want met het hart gelooft men tot gerechtigheid en met de mond belijdt men tot zaligheid.’ Het woord is er al, maar jij moet het aannemen. Je moet het met je hart geloven en met je mond belijden. Jacobus 1 vers 21: ‘Ontvang het in u geplante Woord met zachtmoedigheid, het Woord dat uw zielen kan zalig maken.’ Ontvang het! Neem het aan! God vraagt een reactie op het Woord wat nu gesproken is. O, mag de Heere geven dat je op tijd je zaak met God in orde zal maken. 12 Gebed: Heere Jezus, U heeft Uw Woord aan ons gegeven en Uw Woord is duidelijk en helder. O Heere, geef dat niemand van ons op een dag door dwaalleer de hemel zal mislopen. Omdat we wachten en wachten op iets dat U moet doen, terwijl U reeds Uw Zoon aan het kruis heeft laten sterven, de Heilige Geest reeds voor ons heeft gegeven en misschien vanavond in sommige harten reeds de gewilligheid en het verlangen gewerkt heeft om Jezus te kennen en zekerheid van verlossing te hebben. O Heere, dat deze persoon vanavond zal ontdekken dat hij niet hoeft te wachten, maar dat hij nu kan komen. Ja Heere, dan krijgt U alle eer, want U bent het Die het willen en werken in hem gewerkt heeft, om Uw welbehagen. Amen. Vragenbespreking 1. Spurgeon had volle kerken. Hoe kwam dat? We lezen in Handelingen 1:7: ‘Het komt u niet toe de tijden of gelegenheden te weten die de Vader in Zijn eigen macht gesteld heeft.’ God bepaalt in Zijn eeuwige macht de tijden van herleving, tijden waarin de Geest van God krachtig werkt. We denken bijvoorbeeld aan de herleving Wales in 1904. In twee jaar tijd stroomden de kerken vol. Het is niet zo dat de mensen vanuit hun natuur zo graag naar de diensten kwamen, het was een bovennatuurlijk werk van de Heilige Geest. Wel denk ik dat mensen daarvoor moeten bidden. Dat hebben we in Zuid-Afrika ook ondervonden. Lees en bestudeer de kerkgeschiedenis van opwekkingen maar. Een opwekking wordt bijna altijd afgebeden. We kunnen ontzaglijk veel leren van de geschiedenis. Denk aan de geschiedenissen van Abraham, David, Petrus, Filippus etc. Ieder had een andere plek en een andere roeping. Sommigen hebben er misschien duizenden naar de Heere geleid, anderen tien en weer anderen slechts één persoon. Ik ben zelf ook drie jaar lang rondreizend predikant geweest en soms heb ik ondervonden wat Spurgeon ondervond, maar soms ook het tegenovergestelde. God werkt zoals Hij wil en de wind waait waarheen hij wil en je hoort zijn geluid niet. Aan de andere kant spelen onze gebeden ook een rol. God past ze in Zijn plan in. We hebben ook meegemaakt dat de diensten zo vol waren dat er geen plek meer was en dat de kracht van de Heilige Geest er was, maar een andere keer kwam ik op dezelfde plek en raakte het Woord de mensen minder. We lezen in Handelingen dat de mensen van Berea meer open en ontvankelijker waren voor het Woord van God dan de mensen van Thessalonica. 13 Ze hadden met grote belangstelling naar het Woord geluisterd en elke dag de Schrift onderzocht om te zien of het was zoals Paulus het zei. En zijn zoveel dingen die een rol spelen, maar gebed speelt de grootste rol. We hebben door de jaren heen gezien dat daar waar mensen echt gaan bidden (misschien jarenlang voor een groep mensen of voor een gebied bidden), dat God daar op een gegeven moment een prediker heenstuurt en dat Hij heel krachtig en snel mensen tot Zich trekt en mensen gered worden, terwijl het in andere delen van het land niet gebeurt. Ik denk aan de tijd dat ik in Pretoria woonde. Op een morgen was ik naar de kerk gegaan om me af te zonderen in gebed. Toen sprak de Heere heel duidelijk en helder in mijn gedachten en in mijn gemoed: ‘Ga, en bereid mijn volk voor op herleving. Ga in Zuid-Afrika preken over herleving.’ Ik heb het tegen niemand gezegd, maar al snel daarna kwam het ene na het andere telefoontje van predikanten of gemeentes die mij vroegen om voor te gaan en te preken over gebed en herleving. Dat is later een fulltime bediening geworden. 2. Hoe ontvang je de leiding van de Heere over een bepaalde weg die je wilt gaan? Soms spreekt de Heere heel duidelijk en helder met ons en dan weten we precies wat met moeten doen. We ontvangen Zijn leiding door Zijn Woord dat Hij ons gegeven heeft, zodat je geloof ontvangt om die weg te gaan die Hij wil dat je gaan zal. Maar er zijn momenten dat het heel moeilijk is om de leiding van de Heere te zien. Dat zie je bijvoorbeeld in Handelingen 16. Zelfs Paulus wist niet altijd precies hoe en waarheen de weg ging. God openbaarde niet altijd alles duidelijk aan hem, al heeft Paulus in veel gevallen een hele duidelijke leiding gekregen. Ik denk aan die keer dat de Heere zei dat het schip zou vergaan, maar dat ze allemaal behouden zouden blijven. In Handelingen 16:6 wil Paulus naar Azië gaan, maar de Heere verhindert hem daarheen te gaan. Dan wil hij naar Bithynië gaan, maar ook dat verhindert de Heere, totdat hij een gezicht ziet waaruit blijkt dat hij naar Macedonië moet gaan. Er is vaak een proces of een tijdsperiode nodig om over bepaalde dingen duidelijkheid en zekerheid te krijgen. Mijn ondervinding is dat je het de tijd moet geven, dat je niet gespannen moet raken en als het ware druk op God uit gaat oefenen. Het vlees heeft vaak haast. God moet het snel doen, snel antwoord geven etc. Natuurlijk mag je, op een geestelijke manier, de Heere vragen om duidelijkheid: ‘Heere, wilt U nu komen, wilt U nu tot me spreken?’ Er is echter een overhaastigheid, waarbij jij als het ware druk uitoefent op God om zo snel op te treden als jij wilt dat Hij op zal treden. Dan treedt de Heere gewoonlijk terug en laat Hij je los, totdat jij op Hem leert wachten. 14 God is vol wijsheid en Hij is vrijmachtig. Hij is God in alles wat Hij doet, zelfs in de verschillende manieren waarop Hij jou leiding geeft. Hierin is de rol van gebed heel belangrijk. Volhardend bidden. Prevailing prayer. Dat is om te bidden voor een bepaalde zaak en daarna te wachten op de Heere. En dan weer te bidden…te wachten op de Heere… en weer te bidden. Ik weet niet hoe het jou doorgaans vergaat, maar bij mij werkt het zo dat de Heere gewoonlijk op het nippertje antwoord geeft. Soms kan de Heere je heel sterk toetsen, zodat je helemaal op Hem wacht….en wacht… en wacht. Toen ik, nu een aantal jaren geleden, gevraagd werd directeur te worden van een Bijbelschool waar studenten opgeleid worden, ben ik direct gegaan, maar onder één voorwaarde. Ik heb tegen hen gezegd: ‘Ik weet niet of dit mijn bediening zal blijven, maar als de Heere het wil, ben ik gewillig. Ik ga jullie dit jaar helpen, maar ik blijf bidden of het wel echt de wil van de Heere is. In september begonnen ze al meer druk op mij uit te oefenen dat ik moest besluiten of ik nog langer dan een jaar kon blijven of niet. Daarbij kwam dat ze nog een sollicitant hadden die mijn taken eventueel over kon nemen. Vandaar dat ze zo snel mogelijk wilde weten wat ik zou besluiten. Ik hield hen aan het lijntje, om het zo maar te zeggen. Ik bad, maar ik hoorde niets van de Heere. Ik zeg altijd tegen iemand die zegt: ‘De Heere heeft misschien met mij gesproken’, dat de Heere NIET met hem gesproken heeft. Als de Heere met je praat, dan weet je dat. En ik heb gewacht en gewacht. Toen werd het december. Bij ons begint dan de grote vakantie. Alle bijbelschooldocenten waren weg. Het werd eind december. De bijbelschool begon al bijna weer en ik hield alles op. Ik zei tegen hen: ‘Ik kan jullie niet antwoorden voor God met mij gesproken heeft.’ Het werd 31 december. We verhuisden naar een nieuwe woning. Maar toen werd het 1 januari van het volgende jaar. Tijdens mijn stille tijd sprak de Heere met mij. Ik weet niet hoe ik bij het tekstgedeelte ben gekomen, maar ik wist in mijn hart dat het Gods antwoord was. Toen ik het las, stond er zoiets als: ‘Ga niet naar een volk wiens taal je niet kunt verstaan, maar ga naar je eigen mensen.’ Ja, toen kon ik hen bellen en tegen hen zeggen: ‘Ik stop met de bijbelschool, jongens. Ik ga terug naar de Afrikaanse boeren op het platteland.’ Overigens had de Heere er ook bij gezegd dat de Afrikaanse boeren koppig zouden zijn en niet zouden willen horen, maar ik ben toch gegaan. Sommigen kwamen tot bekering en sommigen werden opstandig en kwaad. De weg van de Heere te weten, is niet altijd makkelijk! Zoals Paulus soms geworsteld heeft om het duidelijk te krijgen, zo zal dit met ons ook zijn. Het is geen teken van ongeestelijkheid. Zoals een kind groeit, zo zal een gelovige ook geestelijk groeien in ondervinding met de Heere. Elke situatie - of vooral elke crisis - is een gelegenheid waarin de Heere Jezus Zichzelf op een bijzondere wijze aan je wil openbaren. 15 Daarom laat Hij die (moeilijke) dingen in je leven gebeuren. Door de jaren heen leer je en leer je en leer je, en raak je nooit uitgeleerd. Als je door fase één heen bent, plaatst de Heere je in fase twee en het wordt steeds moeilijker. Als we alles geleerd hebben, zijn we klaar voor de hemel. 3. Wat verhindert mij om te komen tot zekerheid van het geloof? Er zijn in Nederland heel veel mensen die worstelen met geloofszekerheid. Dit is voor mij onbegrijpelijk en ik zou graag een jaar in Nederland blijven om dit te bestuderen. In Afrika komen sommigen wel voor raad bij een predikant, maar de meesten komen heel eenvoudig tijdens de preek of in hun binnenkamer tot overgave. In Nederland daarentegen kom ik heel veel mensen tegen die ontzettend met geloofszekerheid tobben. Ik kom hier niet om te zeggen: ‘Jullie zijn zo slecht…’, want waarschijnlijk hebben jullie weer andere dingen waarin jullie gezonder in de theologie zijn als wij. Ik geloof dat geloofsonzekerheid een vrucht is van het hypercalvinisme. Er zijn mensen die vijf, zes of tien jaar (soms zelfs huilend) zoeken naar de zekerheid van redding en die niet krijgen. Wij kennen dit in ons land bijna niet. En dat komt omdat wij, mijns inziens, op dit gebied een gezondere theologie hebben. Ik weet hoe theologen hierover kunnen strijden en ik krijg er misschien een pak slaag voor als ik dit zeg, maar het is mijn stellige mening. Er zijn namelijk twee benaderingen. De ene is benadering is 50%-50% en de andere is 100%-100%. De Arminianen zeggen: ‘Jij moet zelf 50% kiezen om tot bekering te komen en dan gaat de Heere je 50% helpen.’ Ik reageer: ‘Nee, dat is verkeerd. Je bent dood in de zonde en je kunt niet kiezen.’ Het hypercalvinisme zegt: ‘God werkt 100% in jou en jij 0%. Je mag niet reageren. God moet het doen.’ Dat heb ik in Nederland veel gehoord. Dat is een verschrikkelijke dwaling. Je moet niet kwaad op mij worden, en ik zal mij bekeren als je mij ervan kunt overtuigen dat ik verkeerd zit, maar ik denk dat dit een demonische zaak is. Het is een demonische macht die mensen van geloofszekerheid vandaan houdt. Dwaalleer is iets verschrikkelijks. De 100%-100% benadering Ik heb vanavond veel teksten aangehaald die er op wijzen dat er een balans bestaat tussen Gods verantwoordelijkheid en onze verantwoordelijkheid. Als God in jou gewerkt heeft, dan moet jij op die uitnodiging reageren. Dat is de 100%- 100% benadering. Vanuit de Bijbel (en de grondtalen) zie je duidelijk dat God éérst 100% in jou werkt en dat de mens daarna 100% reageert. 16 Voor mensen die in het hypercalvinisme opgegroeid zijn, is dit verschrikkelijk moeilijk om te begrijpen. Zij hebben een vrees om het zelf te doen. Ik denk dat het hypercalvinisme een groot probleem heeft met het woordje ‘Kom’ in de Bijbel. Dat is een opdracht die Jezus geeft: ‘Kom!’ Als ik tegen Aletta zeg: ‘Kom! Kom naar mij toe!’, zal er iets gebeuren als zij niets doet? Als ze blijft zitten, doet ze wat hypercalvinisten zeggen dat ze moet doen. Dit is wat de Bijbel zegt, vrienden. Dit is wat Jezus bedoelt met: ‘Kom!’ Jij moet reageren. Het verschil met het voorbeeld is wel dat je op geestelijke gebied niet uit jezelf kunt komen. God heeft echter scheppingskracht in Zijn Woord! Als God zegt: ‘Kom’, dan werkt Hij in jou om te komen en dan moet je ook horen en komen. God maakt jouw oren open om te horen. God maakt jouw ogen open om te zien. God werkt in jou de wil om te komen en als Hij in jouw wil gewerkt heeft om te komen, dan moet je komen! Je moet reageren, je moet niet passief blijven. Je bent afhankelijk passief, want je bent geestelijk dood, maar wanneer God het leven in je gewerkt heeft, dan luister je en dan kom je daadwerkelijk. Het werkt net zoals de uiterlijke opwekking van Lazarus uit de dood. Toen de Heere Jezus daar stond en zei: ‘Lazarus, kom uit!’, was Hij God en had Hij de macht om Lazarus uit de dood op te wekken. Als ik daar gestaan had, zonder scheppingskracht in mijn woorden, zou ik niets gebeurd zijn! Maar Jezus is God en zei: ‘Lazarus, kom uit!’ Wat zei Lazarus? ‘Nee, ik mag niet reageren,want als ik eruit kom, dan zeggen de mensen dat ík eruit gekomen ben en dan krijgt U niet alle eer!’? Dat is wat de hypercalvinisten zeggen. Ik blijf binnen, ik ben passief. God moet mij hieruit halen. Maar de Heere Jezus is niet naar binnen gaan en heeft Lazarus er niet uitgedragen! Lazarus is opgestaan en heeft gereageerd op de roepstem van Jezus en is eruit gekomen. En Christus heeft alle eer gekregen! Het is een misleiding van satan om te zeggen dat de 100%-0 % aan God al de eer geeft. Bij ons heeft een theoloog gezegd: ‘Is het niet een nog grotere eer aan God dat God in een mens die geestelijk dood is en niet kan reageren, zegt dat Hij moet komen en dát Hij komt?’ Alle eer aan God, want ik kon niet reageren, maar ik heb wel gereageerd! Dat is de balans die je ziet in Johannes 6:37: ‘Alles wat de Vader Mij geeft (daar begint het!), zal tot Mij komen.’ Het is 100% God Die werkt. ‘En wie tot Mij komt (dat is 100% de reactie van de mens), zal Ik beslist niet uitwerpen.’ Handelingen 17:30 zegt: ‘God roept alle mensen op om zich te bekeren.’ Wie moet zich bekeren? Als ik namens de Heere Jezus tegen iemand zeg: ‘Linda, bekeer je!’, wat moet Linda dan doen? ‘Nee, ik mag niets doen want dan bekeer ik me, God moet mij bekeren.’ De Bijbel zegt niet: ‘God zal je bekeren.’ Deze verantwoordelijkheid ligt bij jou. Ja, ik weet dat Jeremia bidt: ‘Heere, bekeer ons tot u, dan zullen wij ons tot U bekeren…’, maar dat is de enige plaats in de Bijbel. De hypercalvinist zal altijd deze ene tekst aanhalen. 17 Maar let op het tweede gedeelte van deze tekst: ‘…dán zullen wij ons tot U bekeren.’ Jij moet je bekeren! Wat is bekeren? Dat is tot Hem komen, je schuld en zonden eerlijk belijden en Hem aannemen als Zaligmaker. Dat is actief. Eén van onze theologen in de dogmatiek schrijft ergens: ‘Bekering is een daad van God, maar bekering is ook een daad van de mens.’ Hypercalvinisten begrijpen niet hoe dit samen kan gaan. Ze kunnen niet begrijpen dat het God grotere eer geeft als God een dood mens, die niet kan reageren, kan bewegen tot reageren. 4. Stel je voor dat ik me bedrieg, dan ga ik voor eeuwig verloren… Ik ben mensen in Nederland tegengekomen die inderdaad van mening zijn dat het mogelijk is om Jezus te stelen. Zij zeggen vandaag eerlijk en oprecht: ‘Heere Jezus, hier ben ik, hier is mijn leven, ik overhandig mezelf, als zondaar, aan u…’, maar morgen denken ze dat ze zich misschien bedrogen hebben. En de volgende dag zegt die persoon: ‘O, misschien heb ik het mij verbeeld dat ik het gedaan heb, ik was niet oprecht.’ Dit heb ik in Zuid-Afrika ook nog nooit gehoord. Ik denk dat het met hetzelfde hypercalvinisme te maken heeft. Het heeft te maken met gedachte: ‘God moet het alles doen’. Op grond van de Bijbel is het niet mogelijk om Christus aan te nemen en niet wedergeboren te zijn. Die twee horen bij elkaar. Ik denk dat het daarom ook met een type onzekerheid of twijfel in je verstand te maken heeft. De duivel zal meehelpen om je aan het twijfelen te brengen. Hij zaait twijfel, zodat je zegt: ‘Misschien was het wel niet echt. Ik laat het maar liever los.’ Dat is precies waar de duivel je wil hebben. In Zuid-Afrika krijg je soms te maken met soortgelijke variaties hierop. Ik denk dat het antwoord dat wij in Afrika op deze problematiek geven, eigenlijk ook de oplossing voor uw probleem hier is. Kom, we gaan weer terug naar wat geloof is. Ik ga nu geen diepe en mooie definitie geven. Wat is voor jullie gereformeerden geloof? Antwoord: Vertrouwen. Geloof is om God te ‘vatten’ op Zijn Woord. Dat is vertrouwen. God werkt met feiten en waarheid. God heeft ons emoties gegeven, maar Hij zegt nergens in de Bijbel: ‘Kom tot gevoel’, of: ‘Voel dat je gered bent’, of: ‘Groei in je gevoel’. Emotie ligt op het vlak van onze psyche. Dat heeft met onze menselijke kant te maken. Natuurlijk kan ik ook emotioneel raken over wat ik geloof, maar dit heeft niets te maken met mijn zekerheid! Integendeel, het kan ons geloof juist in problemen brengen als we luisteren naar ons gevoel. Geloof is iets wat God werkt, diep in een mensenhart. Geloof is dat ik God vat op Zijn Woord. En als ik God op Zijn Woord vat en zeg dat God niet kan liegen, dan geeft dit mij zekerheid en de Heilige Geest getuigt het ook in mijn hart. 18 Laten we 1 Johannes 1 vers 9 als voorbeeld nemen. ‘Als wij onze zonden belijden…,’. Wie zegt dat? God! ‘…God is getrouw en rechtvaardig om onze zonden te vergeven, en ons te reinigen van alle ongerechtigheid.’ Nu sta ik hier vanavond bijvoorbeeld met drie zonden die ik in mijn leven gedaan heb. Die moet ik belijden. 1. Ik heb mijn vrouw een klap gegeven. 2. Ik heb een pen gestolen. 3. Ik heb lelijke woorden tegen iemand gezegd. Ik ben me dus bewust van drie zonden die ik gedaan heb. Als ik vanavond tot bekering kom, moet ik deze drie zonden belijden. Het zou fijn zijn als een mens bij zijn bekering zo weinig zonden gehad heeft, maar ik bedoel het natuurlijk als voorbeeld. Nu belijd ik: ‘Heere Jezus, vergeef mij dat ik Trudy geslagen heb, dat ik Arjans pen gepakt heb (ik ga hem zo aan Arjan teruggeven) en vergeef mij dat ik tegen Aletta gescholden heb (ik ga zo naar Aletta en zal tegen haar zeggen dat het me spijt dat ik haar uitgescholden heb)’. Als ik zo oprecht mijn zonden belijd, mag ik weten dat Jezus ze vergeven heeft. Waarom? Omdat de Heere zegt: ‘Als je je zonden belijdt, dan vergeef Ik ze.’ Vat God op Zijn Woord! We nemen nogmaals Johannes 1:12. ‘Maar allen die Hem aangenomen (of: ontvangen) hebben…’. Dat betekent in het Grieks een eenmalige, afgehandelde zaak in het verleden. Wie zijn die ‘allen’? Ik, Pieter, Kees, Jan, jij. Allemaal is allemaal. Ik neem zijn Woord letterlijk. ‘Maar allen die Hem aangenomen hebben, heeft Hij macht gegeven kinderen van God te worden, namelijk die in Zijn Naam geloven. Zij zijn uit God geboren.’ Als ik met mijn hart oprecht en eenvoudig bid: ‘Heere, ik kom naar U, ik neem U door het geloof aan…’, dan kan ik opstaan en God danken voor het feit dat ik Zijn kind mag zijn. Hoe weet ik dit? Omdat ik zo goed ben? Nee, omdat de Bijbel het zegt! De Bijbel zegt het! De Bijbel zegt het! De Bijbel zegt het! Gods Woord zegt het! Ik denk dat de mensen in Nederland teveel in zichzelf kijken. Ze willen hier een gevoeltje voelen en daar een gevoeltje. Ze willen hier een wonderlijke overtuiging en daar een bijzondere openbaring. Een predikant sprak eens met mensen die ook bij de zogenaamde hypercalvinisten behoorden. Ze kwamen niet tot zekerheid en konden God maar niet op Zijn Woord nemen. Die dominee nam toen een Bijbel en ging er op staan en zei: ‘Kijk, dit is geloof!’ Geloof staat niet op het gevoel, geloof staat niet op de theologische leerstelling van een kerk, maar geloof staat op wat Gods Woord zegt! U heeft een Bijbel, nu, léés die Bijbel. Vat het zoals het daar staat. Tekst voor tekst. Lees de teksten over geloofszekerheid en ga er op staan. 19 Er kwam in Pretoria eens een dame naar me toe die geen zekerheid van geloof had. Ik vroeg haar: ‘Johanna, heb je de Heere Jezus al aangenomen?’ ‘Ja’, zei ze. Ik vroeg wanneer ze dat gedaan had. ‘Nou, dat was bij die en die gelegenheid. Ik besefte dat ik een groot zondaar was en dat ik verloren zou gaan, ik stelde mijn vertrouwen op Jezus en op wat Hij aan het kruis voor mij gedaan heeft en ik heb Hem aangenomen.’ ‘Maar, Johanna, dan ben je, op grond van Gods Woord, een kind van God.’ ‘O, dat wist ik niet.’ En ik wees haar op Openbaring 3:20. We lazen het samen en ik zei tegen haar: ‘Lees het zelf, kom, doe je Bijbel open en lees samen met mij Openbaring 3:20.’ Laat ik ter illustratie nog een voorbeeld geven over wat geloof is. Als ik nu op de kalender kijk, zie ik dat het 22 februari is. Hoe weten wij dat? Als we op ons gevoel afgaan, is het nu juni, want hier in deze zaal is het lekker warm. Maar dat is niet goed, omdat we dan afgaan op ons gevoel. Begrijpen jullie wat ik jullie wil zeggen? We weten het omdat de kalender het zegt. We geloven de kalender. Een kalender die door mensen gemaakt is. 1 Johannes 5 vers 9 zegt: ‘Jullie nemen het getuigenis of het woord van mensen aan, maar het getuigenis van God is groter.’ Gods Woord is meer betrouwbaar. Als je Gods Woord aanneemt, dan brengt het geloof in je hart. Je kunt God geloven. Als God zegt: ‘Als je je zonden belijdt, vergeef Ik ze’, dan mag je op grond van Zijn Woord weten dat God je vergeven heeft! Punt. De Bijbel zegt dat als je oprecht de Heere Jezus aangenomen hebt, je dan een kind van God bent. Punt. Als anderen aan je vragen: ‘Ja, maar hoe weet je dat?’, dan zeg je: ‘Omdat de Bijbel het zegt.’ Of de Bijbel liegt, of de Bijbel is waar. We pakken Openbaring 3:20 erbij: ‘Zie, Ik sta aan de deur en Ik klop.’ Wie spreekt hier? Wie praat hier met ons? Jezus, de Heere! ‘Als iemand…’ Wie is iemand? Er zijn geen mensen die niet ‘iemand’ zijn. We zijn allemaal ‘iemand’. Ziet u, ik neem de Bijbel letterlijk. Onze theologie kan er soms voor zorgen dat we de Bijbel niet letterlijk nemen. ‘Als iemand Mijn stem hoort…’ Hoe horen we de stem van de Heere? Door de prediking, door het Woord, door het gehoor (Rom. 10:17). ‘En de deur opent…’ Wacht, we hebben het verkeerd gelezen. Als iemand Mijn stem hoort en God de deur voor hem openmaakt… Staat dat in jouw Bijbel? Nee. Als iemand Mijn stem hoort en hij doet niks, dan zal God bij hem binnenkomen. Staat dat in jouw Bijbel zo? Wil je voor mij in het Nederlands lezen wat er staat, zodat ik kan luisteren? 20 ‘Als iemand Mijn stem hoort en de deur opent, zal Ik bij hem binnenkomen.’ Zál Ik bij hem binnenkomen! Staat er in het Nederlands: ‘Zal Ik misschien bij hem binnenkomen?’ Nee. Staat er dan: ‘Zal Ik hopelijk op een dag binnenkomen’? Nee. Staat dit er dan: ‘Als iemand Mijn stem hoort en de deur opent, moet hij maar wachten tot hij een vreemd gevoel krijgt, waardoor hij weet dat Hij is binnengegaan…’? Nee, ook dat staat er niet. ‘Als iemand Mijn stem hoort en de deur opent, zal Ik tot hem inkomen.’ Ik zál tot Hem inkomen. Ik zal! Ik zal! Als God ‘zal’ zegt, is het ‘zal’. Als God ‘zal’ zegt, is het geen ‘zal misschien’. ‘Als iemand Mijn stem hoort en de deur opent, zal Ik bij hem binnenkomen en samen met hem avondmaal houden en hij samen met Mij.’ Nu wil ik dat jij jouw naam daar invult. Aletta, mag ik jouw naam gebruiken? Aletta is iemand, toch? ‘Als Aletta Mijn stem hoort en de deur opent, zal Ik bij haar binnenkomen en samen met haar de feestmaaltijd houden.’ Kan ik God zo letterlijk op Zijn Woord nemen? Of moet ik het ingewikkelder maken dan dat God het zegt? De Heere zegt dat we moeten worden als een kind. In Zuid-Afrika woont een vrouw die onder de mongooltjes werkt. Zij heeft wel eens tegen me gezegd: ‘Het is ongelooflijk en wonderlijk om te zien hoe zij God vatten op Zijn Woord.’ Als ze bidden: ‘Heere Jezus, ik heb mijn vriendje vervloekt, vergeef mij, Heere. Amen…’, dan geloven ze dat zonder reserve. Dat is worden als een kind. Vat God op Zijn Woord! Zo kunnen we elke tekst in de Bijbel nemen, want geloof is gebaseerd op Gods Woord. Stel dat hier vanavond iemand is die de Heere Jezus nog niet aangenomen heeft en die geen zekerheid van zaligheid heeft. Maar je hebt vanavond de behoefte in jouw hart (gewerkt door de Geest) gekregen om Jezus aan te nemen. Als je vanavond de gewilligheid in je hart hebt om Jezus aan te nemen, dan is dat reeds door God in je gewerkt. Filippenzen 2:12 en 13: ‘Het is God Die in u werkt, beide het willen en het werken.’ Hij heeft jou gewillig gemaakt. God gaat nu niets meer doen, want nu moet jij reageren (100%100%). Misschien werp je tegen dat je niet goed kunt bidden. De moordenaar aan het kruis bad ook geen mooi gebed, maar God hoorde hem wel. Hij zag Jezus als een Koning van een eeuwig Koninkrijk en op dat moment koos hij voor de Koning der koningen en voor het eeuwige Koninkrijk. Aan het kruis zei hij: ‘Heere, denk aan mij, als U in Uw Koninkrijk komt!’ Jezus zei: ‘Vandaag nog zul je samen met Mij in het paradijs komen.’ Je kunt zeker zijn van je redding. De Bijbel zegt: ’Als je vandaag, kinderlijk, je hart voor Jezus opent, komt Hij binnen!’ Hoe weet ik dat? De Bijbel zegt het! En hoe weet ik over drie dagen, als ik met hoofdpijn opsta, en me niet lekker voel, dat Jezus nog steeds in mijn hart is? 21 De Bijbel zegt het nog steeds! En als ik over drie jaar ziek, moe en stervend in het ziekenhuis lig en de duivel komt: ‘Je bent geen kind van God, want je bent niks, je bent lang nog niet volmaakt!’, wat antwoord ik de duivel dan? ‘Satan, je hebt gelijk, maar drie jaar geleden heb ik Jezus door het geloof aangenomen en Johannes 1:12 zegt dat ik dan een kind van God ben, vanaf die tijd. Ik heb Jezus in mijn hart genodigd en vanaf die tijd ben ik een kind van God.’ Hoor je het? Ik neem God op Zijn Woord. 5. Als ik God heb aangenomen, maar niets voel? ‘God is Geest en wie Hem aanbidden, moeten Hem aanbidden in geest en waarheid’ (Joh. 4:24). De wedergeboorte door de Geest vindt plaats in onze geest (Joh. 3:8, Titus 3:5, Rom. 2:28 en 29). Wij hebben allemaal een geest in ons lichaam, toch? Als ik vanavond geen geest in mijn lichaam had gehad, was ik al begraven. Kun jij je geest in je lichaam voelen? Nee. Ik ook niet. Net zo min kun je de Geest van God in je lichaam, of in je geest of ziel voelen. Want God is Geest. Je kunt de Geest niet met je fysische zintuigen ervaren. Boze geesten kunnen dat bij het occulte wel doen. Ze gaan de lichamen van mensen binnen. Wat ondervind ik als ik Christus door het geloof aanneem en vat op Zijn Woord? Dan zal ik ogenblikkelijk of na een tijdje de diepe overtuiging van de Heilige Geest in mijn hart beleven. Het is een wéten, het is een overtúíging. Sommigen van jullie die hier zijn, hebben deze zekerheid een periode gehad, maar het is op een gegeven moment weer weggeëbd. Toen kwam de gedachte: ‘Ja maar wie zegt dat het echt was? Bedrieg ik me niet?’ Denk aan wat de duivel in het paradijs fluisterde: ‘Heeft God dat of dat echt gezegd?’ En dan luister je weer naar de stem van de satan en dan ontstaat de twijfel. Ik kan je op andere tekstgedeelten wijzen, zoals Efeze 1:13 en 14. Als je eenmaal de Geest van God ontvangen hebt, dan is Hij jouw onderpand tot op de dag van de verlossing. Je wordt verzegeld met de Heilige Geest tot de dag van de verlossing. De Bijbel zegt dat je het niet meer kunt verliezen. De duivel houdt er niet van als je dat gelooft, dus gaat hij twijfel zaaien. Hij zet altijd vraagtekens bij het Woord van God. Nergens zegt de Bijbel: ‘Voel de Heere Jezus en je zult gered worden’. Wel staat er veelvuldig: ‘Geloof in de Heere Jezus en je zult gered worden.’ Neem Hem op Zijn Woord. Hij is voor je gestorven, Hij heeft voor je zonden betaald. Als je dat aanneemt, ben je gered, ben je zeker van je zaligheid tot het moment dat je weer luistert naar de twijfelstem van de duivel. 22 Dan verlies je de zekerheid weer. Een gelovige die telkens twijfelt, zal geestelijk niet groeien. 6. U gaat een stap te hard, je moet eerst je zonden kennen! Er is een prediking die zegt dat je eerst moet beseffen dat je een zondaar bent, voor je de toevlucht mag nemen tot Christus. Je moet eerst inzien dat je een grote zondaar bent en hierover berouw hebben en als je dan genoeg berouw gehad hebt, dan mag je naar Christus komen. Spurgeon was één van de mannen die God als een licht gebruikt heeft om te zeggen: ‘Dat is niet het Evangelie, beste mensen, want het Evangelie dat redding brengt is, niet jouw zondeovertuiging of de mate van jouw zondeovertuiging plus jouw geloof.’ Er staat alleen: ‘Geloof in de Heere Jezus Christus en je zult gered worden.’ Ik snap echter ook wel dat niemand in geloof tot Jezus komt als hij niet beseft dat hij een zondaar is. Ik denk dat wij, vooral wij die in de Gereformeerde kerken opgegroeid zijn, allemaal met ons verstand toestemmen dat we in zonden ontvangen en geboren zijn. Dat leren we van jongs af aan op de catechisatie. Niets kan ons als natuurlijk mens redden. Niet je tranen of berouw, niet je bekering of je geloof, maar alleen Zijn bloed geeft verzoening voor jou. Natuurlijk moet je tot bekering komen, maar je bekering redt jou niet. Natuurlijk moet je geloven in Jezus, maar je geloof redt jou niet. Geloof is slechts een instrument. Het gaat om het Voorwerp van ons geloof, namelijk Christus. Op het ogenblik dat ik naar Christus’ kruis kijk, zoals ik vanavond uitgelegd heb, en Zijn werk en Persoon in geloof aanneem, verklaart God mij rechtvaardig. Ik ben het er mee eens dat de Heere soms ook anders kan werken. Soms overtuigt de Heere een mens er eerst van dat hij een zondaar is en dan gaat hij zoeken naar redding, zoals Maarten Luther. En na die zoektocht vindt hij Christus. Maar het kan ook andersom. Dat je tijdens de prediking hoort van Christus Die voor je gestorven is. Dan zie je eerst Christus en Zijn genade en pas daarna besef je dat je een zondaar bent. God werkt met verschillende mensen verschillend. Kijk bijvoorbeeld naar Zacheüs in Lukas 19. De Heere Jezus zag Zacheüs voor het eerst in Zijn leven en zei niet: ‘Hoor eens Zacheüs, je moet eerst zeven dagen gehuild hebben van zondeovertuiging. Ga terug naar huis en overdenk eerst eens wat voor een grote zondaar je wel niet bent.’ Het gaat precies andersom. Het berouw van Zacheüs komt later. Na de ontmoeting met Jezus staat Zacheüs op en zegt: ‘Ik ga de helft van mijn goederen aan de armen geven. Wat ik heb afgeperst, dat geef ik terug.’ Jezus zegt: ‘Vandaag is er redding voor dit huis gekomen.’ 23 Ik denk dat het een poging van de duivel is om je bij Jezus weg te houden. De duivel is heel slim, want hij gebruikt de Bijbel zelfs. Hoeveel zondebesef is nodig om tot Jezus te komen? Zoveel dat je beseft dat je Jezus’ reddende genade nodig hebt. 7. Hoe moet ik mijn deur open maken voor de Heere? Ik heb daar vanavond al iets over gezegd. Paulus zegt in Romeinen 10: 9: ‘Hij die met zijn hart gelooft en met zijn mond belijdt, zal zalig te worden.’ Het gaat erom dat je naar Jezus komt, je hart en je geloofsoog richt op Jezus alleen en beseft dat Hij het werk aan het kruis volbracht heeft. Het gaat niet om mooie woorden, een bepaalde gezichtsuitdrukking, een bepaalde lichaamshouding, maar het gaat om je hart. Daar kijkt God naar. Je kunt heel eenvoudige woorden gebruiken, zoals een zieke heel eenvoudig aan de dokter zijn ziekte vertelt. ‘Heere, ik kom naar U toe, omdat ik een vuile zondaar ben. Ik heb deze zonde gedaan, en ik heb U hiermee bedroefd. Heere, kom in mijn hart wonen en maak het schoon door Uw bloed. Heere, ik omhels U als Mijn Redder en Verlosser.’ 8. De verloren zoon kwam toch eerst tot zichzelf? Dat heb ik vanavond ook gezegd. Natuurlijk moeten we eerst beseffen dat we verloren zondaren zijn. Maar het wonder is dat God niets van ons vraagt. Het dieptepunt van het verhaal komt op het moment dat de verloren zoon tot zichzelf komt. Stel dat de Vader een briefje had ontvangen van de verloren zoon waarop stond: ‘Pa, ik wil naar u toe komen, omdat ik vastgelopen ben…’, zou die vader dan terugschrijven: ‘Hoor eens zoon, jij moet eerst nog twee weken verdriet hebben voor je welkom bent…’? Nee, de vader wachtte op zijn zoon. De zoon had nog bedacht dat hij dit en dat zou zeggen, maar hij is er niet eens aan toegekomen om alles te zeggen. Hij heeft niet eens behoorlijk al zijn zonden beleden. Lees het maar na in Lukas 15. Kom, en geef uzelf aan Jezus, zoals u nu bent. 9. Moet je de Heere Jezus voortdurend of eenmalig aannemen? De vraagstelster voelt telkens weer de noodzaak om de Heere Jezus aan te nemen, hoe komt dat? Ik ben een liefhebber van dogmatiek, kerkleerstellingen en de grondtaal van de Schrift en daarom weet ik dat Johannes 1:12 een eenmalig afgehandelde zaak is. Dat lees je ook in Handelingen 3:19: ’Kom tot inkeer en bekeert u’. In het Grieks staat het in een werkwoordsvorm die eenmalig is. De eerste bekering (wedergeboorte) is eenmalig. 24 De eerste bekering vindt plaats op het moment dat je voor de eerste keer je vertrouwen stelt op wat er aan het kruis gebeurd is voor jouw redding. In die zin is het niet nodig dat jij opnieuw en opnieuw de Heere Jezus aanneemt, want Hij is dan al in jou. Voorbeeld: Stel dat ik bij jou thuis kom en aanklop om in huis te komen. Jij doet de deur open en we gaan naar de kamer om thee te drinken. Stel nu dat je na een tijdje zegt: ‘Dominee, kom nu toch binnen!’ Dan zou ik antwoorden: ‘Ja, maar ik ben toch al binnen, ik drink thee met je!’ ‘Ach, dominee, kom toch binnen.’ Begrijp je dat het niet nodig is? Ik ben er van overtuigd dat de Heere Jezus het wel begrijpt omdat Hij ons hart aanziet, maar het is ten diepste niet nodig. Wel zou je kunnen bidden: ‘Heere Jezus, U woont al in mij, maar er is nog een gebied in mijn leven wat ik achtergehouden heb en wat nog niet ten volle aan U overgegeven is’, of: ‘Heere, er is nog een gebied wat ik weer teruggenomen heb.’ 10. Ja, maar we nemen toch wel dagelijks de toevlucht tot Christus? Je hebt gelijk. Het is echter niet zo dat Jezus elke dag weer buiten jouw leven is en dat je weer onbekeerd bent en dat je weer van vooraf aan zekerheid moet krijgen. Laten we weer de Bijbel pakken. Ik heb dat Woord zo lief. ‘Al wat de Vader Mij geeft, zal naar Mij toe komen en Hij die naar Mij toekomt, zal Ik nooit uitwerpen.’ Als dit op een gegeven moment in je leven gebeurd is, dan ben je een kind van God. In die zin hoeft dit niet elke dag te gebeuren. Je hoeft niet elke keer weer te vragen of de Heere Jezus in je hart komt wonen. Natuurlijk is het voor je waarneming soms zo dat Jezus weg is, maar op grond van het Woord mag je weten dat Hij nooit meer zal weggaan. Wel moeten wij ons telkens weer aan Hém geven. Meer en meer. Voller en voller. Denk aan Romeinen 12:1 waar Paulus zegt: ‘Geef uzelf als levende en heilige offers aan God.’ Dan zal Christus Zich ook meer en meer aan ons openbaren. 11. Wat als je niet zeker weet of het beginpunt wel echt is geweest? Misschien heb je jaren geleden je leven overgegeven aan de Heere en heb je je vertrouwen op Hem alleen gesteld, maar nu twijfel je of dat wel echt is. Weet je, er moet een moment komen dat je God op Zijn Woord neemt. Laat ik dat verduidelijken met het voorbeeld van een huwelijk. Er is een tijd geweest dat ik aan mijn vrouw vroeg of ze met me wilde trouwen. En haar antwoord was ‘ja’. Dat woordje ‘ja’ heeft haar aan mij verbonden, tot vandaag toe. 25 Als ik nu ruzie met haar krijg en zelfs als we uit elkaar gaan, dan zijn we nog steeds in een huwelijk met elkaar. Ik heb immers een verbond met haar gesloten. En als ik weer terugkom en zeg: ‘Hoor eens, het spijt me, vergeef me…’ en als zij dat ook zegt, dan hoeven we niet opnieuw te trouwen met elkaar. We zijn al getrouwd. Zo is het ook met de Heere Jezus. Vanaf het moment dat er het huwelijk tussen de Bruidegom en de bruid is gesloten, is er een verhouding tot in eeuwigheid. Deze verhouding groeit en versterkt met de jaren. O, vat God op Zijn Woord. Ga niet af op je gevoel. Soms kan een mens een wonderlijk gevoel hebben, maar geloof gaat dieper, het is een overtuiging diep in mijn binnenste van het feit dat het Woord waar is, dat ik gehandeld heb volgens het Woord en dat God zal handelen volgens Zijn Woord. Dat is zekerheid. 12. Reformatorische Nederlanders zijn heel bang voor activisme… Er is inderdaad ook een type bekering zonder wedergeboorte. Jezus heeft daar ook van gesproken in Mattheüs 7:21-23. Als jij - met een eerlijk hart - de Heere op Zijn Woord gelooft, dan ben je niet activistisch bezig. Als de Heilige Geest in je hart een begeerte en verlangen naar de Heere werkt, zodat je tot Hem de toevlucht neemt, dan is dat geen activisme van de mens. Valse bekeringen komen vaak voor op massale bijeenkomsten. Mensen reageren vanuit emoties. Maar jij weet hoe dat bij jou is. Kijk eerlijk naar je hart. Je weet of je oprecht van iemand houdt en zo weet je ook of de liefde tot de Heere echt is. 13. Ik weet niet zeker of God in mij begonnen is…. Een baby weet aanvankelijk nog niet eens dat hij leeft, maar mettertijd gaat hij kruipen, gaat hij groeien. Zo is het ook met iemand die de Heere Jezus heeft aangenomen. Hij weet aanvankelijk niet hoe en wat, maar hij richt zich op God en op Zijn Woord en daardoor zal Hij groeien in de genade en kennis. Hij zal vaster groeien in de Heere. Kijk ook uit voor de verzoekingen van de duivel. Ik heb heel veel satanisten in de nazorg gehad en ik heb gezien hoe de boze machten zich kunnen manifesteren. Eén van de hoofdwerkingen van de boze geesten is je te laten twijfelen aan dat wat God tegen jou gezegd heeft en zelfs aan dat wat God in je leven gedaan heeft. Hij zet daar vraagtekens bij, net als bij Eva. Hij werpt gedachten in je verstand of in je emoties. Hij betwijfelt alles en stelt allerlei vragen. Antwoord hem met de Schrift. Antwoord hem met het Woord. Vat God op Zijn Woord. 26 14. Als je voortdurend zekerheid van geloof hebt, wordt dat juist voor verdacht gehouden in sommige kerken! Twijfel is van de duivel, want de vrucht van twijfel is verwoestend. Is de Heere Jezus gekomen om ons geloof te laten groeien en op te bouwen of om ons geloof af te breken? Dat eerste, toch? In plaats van twijfel zaaien, moeten we iemand vanuit het Woord bemoedigen en versterken, want anders zal iemand nooit groeien en sterker worden in de Heere. Er zijn in Zuid-Afrika sommige predikers die zeggen: ‘We zijn allemaal twijfelaars die geloven’. Dat klinkt vreselijk mooi, maar het is niet Gereformeerd. Het komt niet op uit de Reformatie en nog minder uit de Bijbel. Wat is geloof? Geloof is zekerheid! Geloof is een vast weten! In Hebreeën 11 vers 1 staat: ‘Geloof is een vast grond van de dingen die men hoopt en een bewijs van de zaken die men niet ziet.’ Hopen is geen misschientje, maar het is een vast geloof op de toekomst. Het is een vaste zekerheid. In het Grieks staat er een woord waarvan ons woord ‘realiteit’ af komt. Geloof is de realiteit van de dingen die ik niet kan zien met mijn fysische oog. Met andere woorden: als je gelooft, heb je de realiteit, de werkelijkheid, in je hart. Geloof is dus niet een sprong in de duisternis, maar in het licht. Mijn vader zei: ‘Jezus is de Zaligmaker van de wereld, dus ik hoop maar dat dit ook voor mij waar is. Ik doe mijn best om het te proberen te geloven.’ Dat is geen geloof! Dat is met je verstand positief denken over een leerstelling of over Jezus. Geloof is dat wat God in jouw hart werkt. God werkt in jouw hart het vertrouwen op Jezus’ offer. Dat is genoeg. Je krijgt dan de realiteit, de werkelijkheid in je hart. Op het moment dat je tot geloof komt, ontvang je het eeuwige leven. Aanvankelijk is dat moeilijk te geloven, omdat je als een geestelijke baby bent. Hoe meer je echter de twijfel wederstaat, hoe meer je geestelijk begint te groeien. Je geest zal sterker en sterker worden. Je ziet Christus al meer en je stelt je vertrouwen al meer op Hem en minder op je eigen gevoelens. Ik heb een keer een wonderlijke bekering meegemaakt van iemand uit een gemeente in het dorpje Heilbron, in Vrijstaat. Ik preekte daar eens over de zekerheid van het geloof. Aan het einde van de boodschap bad ik zoiets als: ‘Heere, als er iemand is die U zoekt, maar niet weet hoe hij U moet vinden, wilt U die persoon dan helpen om tot een oplossing te komen?’ Na de dienst deelde ik mee dat mensen altijd welkom waren om nog wat door te praten in een kamertje achter het orgel. Er kwam ook een jonge man naar toe. Het vreemde was dat hij over zijn hele lichaam schokte, hij kon niet stilzitten. 27 Nadat ik eerst samen met een paar anderen gebeden had, kwam hij bij me zitten. Hij zei: ‘Ik reed hier voorbij en voelde een sterke drang om naar binnen te gaan.’ Hij was al lange tijd op zoek naar zekerheid van geloof. Ik verduidelijkte hem: ‘Praat met Jezus, wees eerlijk over jezelf en vraag om vergeving voor je zonden. Zeg: ‘Heere, hier ben ik, ik neem de toevlucht tot U’.’ Zo probeerde ik hem uit te leggen hoe hij tot de Heere kon komen. Hij begon te bidden en nadat hij gebeden had, sprong hij op en zei: ‘Het is waar! Het is waar! De Heilige Geest is in mij. Ik heb vrede, ik heb rust. Het is een werkelijkheid.’ Hij kon niet geloven dat het waar was dat dit met hem gebeurd was. Hij was zo opgewonden! Hij ging staan op de grond van de feiten uit Gods Woord. Het is natuurlijk ook een geweldige dag als Hij in je hart komt wonen, maar sommigen beleven het niet zo emotioneel als deze jongen. Dat is verschillend. 15. Is Jezus volgen een hele grote stap? Jezus volgen is een grote stap. Christus zegt dat je eerst de kosten, de prijs moet berekenen voordat je Hem volgt. Ik denk dat heel veel mensen met massameetings voor Jezus kiezen, maar niet de hele prijs berekend hebben. Wat is de prijs? We moeten gewillig zijn om ons met Jezus te identificeren. We moeten Hem volgen in alle omstandigheden, Hem gehoorzamen in alles. Dat betekent niet dat we volmaakt zullen worden, maar er moet wel gewilligheid zijn om Hem in alles te gaan volgen. 16. Wat moet ik denken van massameetings waarin men massaal tot bekering komt? Billy Graham wordt ervan beschuldigd dat hij, op emoties spelend, mensen naar voren uitnodigt en Jezus oppervlakkig laat aannemen. Later blijkt dat velen weer terugvallen in hun oude leven. Ik denk dat deze kritiek deels terecht is, maar laten we zeggen dat misschien toch 25% van deze mensen staande blijft. Dan dank ik de Heere voor die 25%. Laten we het aantal nog wat naar beneden stellen. Stel dat slechts 10% een ware bekering hadden, dan wil ik tegen jou zeggen dat het duizend keer zoveel is als het aantal mensen dat ik naar Christus geleid heb. Weet je hoe Billy Graham tot bekering is gekomen? Hij zat als jonge man in een grote zaal van 5000 mensen. De prediker sprak over het feit dat we allemaal in zonden ontvangen en geboren zijn en dat we alleen gered kunnen worden door ons vertrouwen te stellen op wat Jezus aan het kruis gedaan heeft. Toen hij dat hoorde, is hij later naar voren gekomen en heeft hij een eenvoudig gebed gebeden. 28 Toen hij weer ging zitten, had hij geen bijzonder gevoel en was hij niet bijzonder opgewonden, maar hij wist diep in zijn hart dat de Heere Jezus in hem was komen wonen. En God heeft deze man gezalfd om duizenden andere mensen naar Christus te leiden. 17. Getuigenis van Etienne Maritz Als ik naar mijn eigen bekering kijk, moet ik eerlijk zeggen dat ik absoluut geen behoefte had om tot bekering te komen. Ik was een jongeman van 17 jaar en ik begon “ondeugend” te worden. Ik klom ’s nachts uit het raam, stal de auto van mijn ouders en ging naar een muziektent om te dansen. Ik keek naar mooie meisjes met minirokjes en danste met ze. Ik dacht bij mezelf: ‘Ik ga er voluit tegenaan. Ik trek de wereld in.’ Na afloop van het derde feestje kwam ik ’s nachts in mijn slaapkamer en in mijn gedachten hoorde ik een soort stem die zei: ‘Etienne, als Ik jou vanavond kom halen, ben je dan gereed om Mij te ontmoeten?’ Een week lang heb ik gestreden tegen de Heere, want ik wilde niet tot bekering komen. Maar aan het einde van die week is de Heere mij te sterk geworden en ben ik op mijn knieën gevallen en ik heb gereageerd op Zijn roepstem. Ik heb gezegd: ‘Heere Jezus, hier ben ik. Kom in mijn hart.’ In die tijd had ik ook een boekje gelezen waarin verduidelijkt werd dat je zeker mag weten dat de Heere Jezus in je hart is komen wonen als je je leven zo voor Hem neerlegt (Opb. 3:20). Ik ben opgestaan van mijn knieën en ik had vrede in mijn hart. Ik ben niet door het dak gesprongen van blijdschap, ik heb ook niet gehuild, maar ik wist dat het goed was tussen de Heere en mijn ziel. Die avond en die overgave aan de Heere Jezus heeft mijn hele leven veranderd. En als ik nu terugkijk, dan zeg ik: ’God heeft in mij gewerkt, want ik wilde niet. Hij heeft mij gebracht tot aan die keuze en toen heb ik gekozen.’ God heeft 100% in mij gewerkt, maar ik heb ook 100% voor Jezus gekozen. God heeft op dat moment niet voor mij gekozen. Hij heeft dat natuurlijk wel gedaan in de eeuwigheid, maar toen op dat moment heb ik met mijn verstand en met mijn wil een besluit gedaan om mijn leven aan Hem te geven. Natuurlijk weet ik nu dat Hij dat 100% in mij gewerkt heeft en daarom geef ik alle eer aan Hem. En vanaf die dag houdt Hij mij vast. Hij is al die dertig jaar in mij blijven werken. Hij werkt in mij om heilig te leven. Door de jaren heen kom je er al meer achter dat het God is Die werkt en toch moet ik ook jagen naar heiliging. Begrijp je? Het is weer hetzelfde als bij de rechtvaardigmaking. De Bijbel zegt niet: ‘Ga maar lekker slapen, want God gaat de heiligmaking in je werken.’ Nee, de Bijbel zegt enerzijds: ‘Christus is jouw heiligmaking’, en anderzijds: ‘Jaag de heiligmaking na, zonder welk niemand de Heere zien zal.’ 29 De Heere heeft Zichzelf de afgelopen jaren meer en meer aan mij geopenbaard. O, hoe wonderlijk is Hij! Hij heeft ook laten zien dat hij de Heere (de Kurios) is. Hoe meer ik besef wat het betekent dat Hij de Heere is, hoe meer ik mij aan Hem overgeef. Dat stopt nooit en er is niets heerlijkers. 18. God heeft jou lief! Ik voel een sterke overtuiging in mijn hart om vanavond namens de Heere Jezus tegen jullie te zeggen: ‘God heeft jullie lief!’ Hij heeft jou zo lief, dat Hij Zijn leven voor jou gegeven heeft. Het maakt niet uit dat de duivel tegen je zegt: ‘Je bent Gods liefde niet waard.’ Als hij dat tegen je zegt, zeg dan: ‘Satan, je hebt gelijk. Ik ben Gods liefde niet waard, maar gelukkig heeft Hij mij lief met de Agapè-liefde, de onvoorwaardelijke liefde.’ Reageer toch op Zijn liefde! In Hooglied staat de liefde van de Bruidegom tot een bruid beschreven. Ja, het is een wonderlijke dag als een man tegen zijn vrouw zegt: ‘Ik heb je lief, ik wil mijn leven voor jou geven en ik wil dat jij de rest van je leven bij mij hoort.’ Het is een groot besluit als de vrouw reageert: ‘Ja, hier ben ik voor je!’ De Bruidegom van de hemel zegt vanavond, door mij heen, tegen jou: ‘God de Vader heeft jou lief. Ontvang toch Zijn liefde. Neem Zijn liefdesaanbod aan.’ Onze oude zondige natuur wil niet geloven en aanvaarden dat God ons liefheeft. Maar de Bijbel zegt in Johannes 3:16: ‘Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.’ En in 1 Johannes 2:1 en 2 staat: ‘Mijn lieve kinderen, ik schrijf u deze dingen opdat u niet zondigt. En als iemand gezondigd heeft, wij hebben een Voorspraak bij de Vader, Jezus Christus, de Rechtvaardige. En Hij is een verzoening voor onze zonden; en niet alleen voor de onze, maar ook voor de hele wereld.’ Ik geloof persoonlijk dat Christus niet alleen voor de uitverkorenen gestorven is. Op grond van deze twee teksten (en nog meer) geloof ik dat Hij voor iedereen gestorven is. De boodschap van het Evangelie komt tot een ieder, maar alleen de uitverkorenen zullen erop reageren. Als God tegen je zegt: ‘Ik heb jou lief’, zeg dan: ‘Dank U Heere, ik aanvaard Uw liefde. Hier is mijn leven, stort Uw liefde in mijn hart.’ Dit gebed uit Romeinen 5:5 bid ik nu ook nog vaak als mijn geestelijk leven opdroogt: ‘Heere Jezus, stort de liefde van God weer uit in mijn hart.’ 30 Ik probeer dat niet zelf te verdienen of te werken, maar ik vraag er alleen om, tot het gebeurt. En telkens doet de Heere het weer. Dan vervult Hij mijn hart met een onuitsprekelijke vreugde en geestelijke liefde. Het is geen psychisch opgewekte of sentimentele liefde, maar een geestelijke liefde. Een liefde die de Heilige Geest geeft, een liefde tot God de Vader en God de Zoon. Ik wil vanavond echt tot een ieder van jullie zeggen: ‘De Drie-enige God heeft jou lief’. 31