HOE WERK IK MET DIT LEERWERKSCHRIFT? Voor het vak natuurwetenschappen werk je dit jaar met het leerwerkschrift NW voor JOU GO!. Je gaat zelf actief aan de slag en ontdekt stapsgewijs door waarneming. Het leerwerkschrift bestaat uit vijf thema’s. Het laatste thema, thema 8, is nog eens onderverdeeld in hoofdstukken. Elk thema is uit verschillende lessen opgebouwd. Inhoud Les 25 Temperatuursverloop bij faseovergangen Les 26-27 Uitzetten en krimpen van stoffen Les 28 Stofomzettingen Les 29 Atomen en moleculen Thema 4 Organismen en hun biotoop Les 1 Voorbereiding biotoopstudie Les 2-7 Biotoopstudie Les 8 Aanpassingen van bloemplanten aan hun omgeving 6 9 29 Organismen vormen een levensgemeenschap Soorten relaties tussen organismen Voorstellingen van voedselrelaties Belang van biodiversiteit Mens en biodiversiteit 34 42 48 56 Thema 6 Energie - Zon, bron van alle leven Les 13 Les 14 Les 15 Les 16 Les 17 Les 18 Les 19 Les 20 Les 21 Les 22 Les 23 Energiebronnen Energievormen en energie-omzettingen Voeding als energiebron Lichtbronnen Straling Planten vormen energierijke stoffen Fotosynthese Het belang van fotosynthese Warmte en temperatuur Warmtetransport Aanpassingen van organismen aan de omgevingstemperatuur Thema 8 Energie-uitwisseling en stofomzetting in organismen Thema 5 Les 9 Les 10 Les 11 Les 12 184 193 202 206 68 77 84 90 97 115 121 130 137 143 156 Thema 7 Hoofdstuk 1 - Spijsverteringsstelsel Les 30 Voedingsmiddelen en voedingsstoffen Les 31 Gezonde voeding Les 32 Spijsvertering Les 33 Vertering in de mondholte Les 34 Vertering in maag en darmen Les 35 Absorptie en verwijderen van voedselresten 215 222 239 244 250 256 Hoofdstuk 2 - Ademhalingsstelsel Les 36 Ademhalingsbewegingen Les 37 Verschillen tussen omgevingslucht en uitgeademde lucht Les 38 Ademhalingsorganen Les 39 Gaswisseling Hoofdstuk 3 - Transportstelsel Les 40 Samenstelling van bloed Les 41 Functies van bloed Les 42 Bouw van bloedvaten Les 43 Relaties tussen bouw en functie van bloedvaten: bloedsomloop 262 272 280 290 300 308 315 326 Hoofdstuk 4 - Uitscheidingsstelsel Les 44 Noodzaak van uitscheiding en uitscheidingsorganen Les 45 Verband tussen bouw en functie van de nieren 334 Hoofdstuk 5 - Synthese-oefening Les 46 Samenhang tussen de stelsels 350 341 Energie-uitwisseling en stofomzetting in de materie Les 24 1 THEMA 8 ENERGIE-UITWISSELING EN STOFOMZETTING IN ORGANISMEN IF?@IL;HJ;H?D=IIJ;BI;B 7:;C>7B?D=IIJ;BI;B Warmte-uitwisseling en faseovergangen 174 BB1:B*2BWKHPDLQGG6HF SPIJSVERTERINGSSTELSEL JH7DIFEHJIJ;BI;B >cY^i]dd[Yhij`dciYZ`_Z]dZ]Zia^X]VVbZg^chaVV\idb kddgiYjgZcYajX]icVVgW^ccZcZccVVgWj^iZciZkdZgZc# >cY^i]dd[Yhij`aZZg_ZYZ[jcXi^ZhkVcYZkdZY^c\hhid[[Zc ?ZdcYZgodZ`iYZkZghX]^aaZcijhhZcdb\Zk^c\hajX]i `ZccZc#?ZdciYZ`i]dZWZaVc\g^_`ZZcZkZcl^X]i^\Z Zcj^i\ZVYZbYZajX]i#?ZWZhijYZZgiYZWdjlkVcYZ kdZY^c\^h#?Zkda\iYZlZ\kVc]ZikdZYhZaYddg]ZZc]Zi VYZb]Va^c\hdg\VcZc#?ZdciYZ`idelZa`ZeaVVihZc he^_hkZgiZg^c\hhiZahZaZcdciYZ`ilVVgYZVWhdgei^Z\ZWZjgi# \Vhl^hhZa^c\eaVVihk^cYi#?ZdcYZgodZ`ilVVgkddg]Zi ?ZWZhijYZZgi]dZYZdg\VcZckVc]Zihe^_hkZgiZg^c\hhiZahZa de\ZcdbZcojjghid[\VhldgYi\ZWgj^`iZclVVg]Zi VVc]jc[jcXi^Zo^_cVVc\ZeVhi# V[\Z\ZkZc`ddahid[Y^dm^YZkVcYVVc`dbi# >cY^i]dd[Yhij`dcYZgodZ`_ZYZhVbZchiZaa^c\kVcWadZY# ?ZdciYZ`ij^ilZa`ZWZhiVcYYZaZcWadZYWZhiVViZclVi YZ[jcXi^Z^hkVcZa`kVcY^ZWZhiVcYYZaZc#?ZaZZgi]dZ]Zi igVchedgi^c]ZibZchZa^_`a^X]VVb\ZWZjgi# ). ' ! " K?JI9>;?:?D=I# IJ;BI;B -, IODJ>;I;E;<;D?D= >cY^i]dd[Yhij`dciYZ`_Z]Zi kZgWVcYijhhZcYZlZg`^c\ kVcVaaZhiZahZah# In dit hoofdstuk leer je de functies van de voedingstoffen kennen. Je ontdekt hoe belangrijk een evenwichtige voeding is. Je volgt de weg van het voedsel doorheen het >cY^i]dd[Yhij`dciYZ`_Z]ZiWZaVc\kVcYZj^ihX]Z^Y^c\# ?ZaZZgiYZdg\VcZc`ZccZcY^ZbZZlZg`ZcVVcYZ j^ihX]Z^Y^c\#?ZWZhijYZZgi]Zij^ihX]Z^Y^c\hhiZahZa# &'& spijsverteringsstelsel en ontdekt waar de absorptie gebeurt. &(, Je bestudeert hoe de organen van het spijsverteringsstelsel aan hun functie zijn aangepast. 2 1 BB1:B*2BWKHPDLQGG BB1:B*2BWKHPDLQGG Elk hoofdstuk start met een korte samenvatting die je informatie geeft over wat je zult leren en ontdekken. 17 Elke les behandelt één of meer vragen. Om een antwoord te vinden, moet je soms een experiment uitvoeren. Het is belangrijk om daarbij stap voor stap de opdracht zo nauwkeurig mogelijk uit te voeren. STRALING Straling Welke soorten stralingen zijn er? De zon straalt licht, maar ook warmte uit: dat is stralingsenergie. Naast licht- en warmtestralen zijn er nog veel andere stralen. Afb. 51 röntgenfoto van longen Afb. 54 gsm STRALING LES 17 Waaruit bestaat zichtbaar wit licht? EXPERIMENT 1 Benodigdheden g cd-schijfje Werkwijze j 1 Neem het cd-schijfje en richt het naar het licht. 2 Houd je ogen dicht tegen de rand van het cd-schijfje. 3 Wat zie je? Noteer je antwoord bij de waarneming. WAARNEMING W EXPERIMENT 2 Afb. 50 regenboog Afb. 52 thermografie Afb. 53 geluidstralen Afb. 55 infraroodlamp De stralen die je met je ogen kunt waarnemen, is zichtbare straling. De stralen die je niet met je ogen kunt waarnemen, is onzichtbare straling. Benodigdheden g - wit karton met gleuf - glas met water - lamp Markeer in de eerste kolom van de tabel: - de zichtbare stralen in het groen, - de onzichtbare stralen in het blauw. Werkwijze j Soorten stralen Toepassingen radiogolven (geel) zonnebanklampen lichtstralen van de zon (oranje) medische beeldvorming (radiografie, scanner ...) warmtestralen of infraroodstralen (IR) (rood) fotosynthese gammastralen (zwart) infraroodlamp ultravioletstralen (UV) (paars) radio röntgenstralen (bruin) gsm Verbind de soorten stralen in de linkerkolom met één of meer toepassingen uit het dagelijks leven in de rechterkolom. Gebruik voor de verbindingslijnen de kleur die bij de stralen is vermeld. Afb. 56 proefopstelling In de vorige les heb je geleerd dat licht zich als een elektromagnetische golf voortplant. In de natuur komen verschillende soorten elektromagnetische golven voor. Ze onderscheiden zich van elkaar door hun golflengte*. Al die golven samen vormen het elektromagnetisch spectrum. Onze ogen zijn maar gevoelig voor een heel klein gebied van dat elektromagnetisch spectrum: de zichtbare stralen. en Er zijn Zowel zichtbare als onzichtbare straling bezitten energie: stralingsenergie. 1 Plaats het karton met gleuf tegen het glas met water (afbeelding 56). 2 Richt de lamp zo dat het licht door de gleuf op het glas schijnt. 3 Wat zie je achter het glas? Noteer je waarneming. WAARNEMING W stralen. * De golflengte geeft aan hoe snel de verschillende golfbewegingen na elkaar komen (cf. later in deze les). 97 BB1:B*2BWKHPDLQGG 2 98 BB1:B*2BWKHPDLQGG LES 35 BOUW VAN BLOEDVATEN ABSORPTIE EN VERWIJDEREN VAN VOEDSELRESTEN LES 42 Wat heb je geleerd? Elk orgaan van het spijsverteringsstelsel heeft zijn functie. Dunne darm: absorptie Dikke darm: vocht onttrekken Aarsopening: uitwerpselen uit het lichaam verwijderen Vul het schema 'Absorptie' aan. bv. brood VOEDINGSMIDDELEN Test jezelf! Aan het einde van een les kun je zelf de rubriek Wat heb je geleerd? verder aanvullen. De voedingsstofffen, het zetmeel, de eiwitten en de vetten worden afgebroken tot ze klein genoeg zijn om door de darmwand in het bloed te komen. Het proces van opname in het bloed heet absorptie. 1 Bekijk afbeelding 102. - Omcirkel wat juist is. - Vul aan. - Het hart ligt bovenaan / onderaan in de borstholte. - Het hart ligt meer naar links / naar rechts. - Het hart ligt tussen verkleinen VOEDINGSSTOFFFEN . Afb. 102 hart in borstholte bv. glucose, aminozuren, glycerol, vetzuren 2 Noteer de naam van de aangeduide delen. dringen door de darmwand en komen in het bloed O N V E R T E E R B A R E V O E D S E L D E E LTJ E S bv. vezels 4 3 dikke darm: vocht onttrekken aarsopening: uitwerpselen uit het lichaam verwijderen 1 2 257 BB1:B*2BWKHPDLQGG 3 2 Daarna kun je met behulp van de verbetersleutel en van opdrachten uit de rubriek Test jezelf! nagaan of je alles goed hebt begrepen. 4 1 5 5 Afb. 103 opengemaakt hart in borstholte 324 BB1:B*2BWKHPDLQGG Soms wil je meer weten over een bepaald onderwerp. Daarom bieden we online verdiepingsleerstof aan. Die bladzijden herken je snel aan de achtergrondkleur. WELVAARTSZIEKTEN EN EETSTOORNISSEN VERDIEPING Omcirkel het begrip anorexia en boulimie bij de juiste opsomming van mogelijke gevolgen. anorexia / boulimie anorexia / boulimie Hersenen: niet helder kunnen denken, angst om in gewicht bij te komen, humeurig, verdrietig, slecht geheugen, flauwvallen Hersenen: gevoelens van angst, schaamte, laag zelfbeeld Haar: dunner en broos haar Mond: tandbederf, gevoelige en pijnlijke tanden Keel: geïrriteerde keel en slokdarm, bloed in braaksel Hart: lage bloeddruk, vertraagd hartritme, hartkloppingen, hartfalen Hart: onregelmatige hartslag, lage polsslag, lage bloeddruk Vermoeide spieren Bloedarmoede Maag: maagzweren, maagpijn Nieren: overbelasting van de nieren Bloedarmoede Heupen: zwakke spieren, gezwollen gewrichten Darmen: onregelmatige darmbewegingen, opgeblazen gevoel, diarree of constipatie, krampen Darmen: constipatie Eierstokken: geen menstruatie, groeiproblemen en ontwikkelingsproblemen Huid: blauwe plekken, droge huid, haargroei over het hele lichaam, het snel koud hebben, gele huid, broze nagels Eierstokken: onregelmatige menstruatie of helemaal geen menstruatie Huid: droge huid Afb. 30 Beide eetstoornissen moeten door een diëtiste, een psycholoog en een psychiater worden behandeld. 235 BB1:B*2BWKHPDLQGG Wil je graag nog wat extra oefeningen maken met behulp van je computer, neem dan een kijkje op www.knooppunt.net. Als je leerkracht een toets aankondigt, zal hij je op weg helpen door je te verwijzen naar de Evalueer jezelf!-bladzijde die je achteraan een reeks lessen terugvindt. LES 9-12 Evalueer jezelf! Les 9 – Soorten relaties tussen organismen Pagina 34-41 Wat kun je? 1 Organismen in producenten, consumenten en reducenten indelen 2 Uitleggen wat producenten zijn 3 Uitleggen wat consumenten zijn 4 Uitleggen wat reducenten zijn 5 Uitleggen wat het nut van reducenten is 6 Een voedselkringloop opstellen Les 10 – Voorstellingen van voedselrelaties Pagina 42-47 Wat kun je? 1 Uitleggen wat een voedselketen is 2 Uitleggen wat een voedselweb is 3 Uitleggen wat een voedselkringloop is 4 Uitleggen waarom elke schakel in een keten belangrijk is 5 Een voedselketen opbouwen 6 Een voedselweb opbouwen 7 Een voedselkringloop opbouwen 8 Uitleggen wat biodiversiteit is 9 Uitleggen wanneer er natuurlijk evenwicht is Les 11 – Belang van biodiversiteit Pagina 48-55 Wat kun je? 1 Het begrip ecosysteem uitleggen 2 Het ecologische belang van biodiversiteit verklaren 3 Het economische belang van biodiversiteit verklaren 4 Het verband tussen biodiversiteit en ontspanning aantonen Les 12 – Mens en biodiversiteit Naast elk onderdeel kun je aanvinken of je dat onderdeel al dan niet beheerst. Pagina 56-64 Wat kun je? 1 Uitleggen welke ingrepen in het landschap een negatieve invloed op de biodiversiteit hebben 2 Enkele voorbeelden van positieve invloeden op biodiversiteit geven 3 Uitleggen waarom de import van exoten negatief is voor het milieu 4 Uitleggen wat het negatieve effect van fragmentatie van het landschap is 5 Uitleggen hoe jij de biodiversiteit positief kunt beïnvloeden 65 BB1:B*2BWKHPDLQGG De tweede kolom geeft aan wat je precies moet kunnen. 3