2003-22123-EV Inrichting eeuwige nazorg voormalige

advertisement
NOTA voor burgemeester en wethouders
Onderwerp: Inrichting eeuwige nazorg voormalige Circuluslocatie Schonenvaardersstraat
Notanr: 2003.22123
EV/PMV
18-11-2003
Portefeuillehouder: Doornebos
Agenda B&W:
09-12-2003
Besluit:
1. de nazorg voor de functioneel gesaneerde locatie van de voormalige vuilstort op de voormalige
Circuluslocatie aan de Schonenvaardersstraat voor zowel het stortlichaam als de leeflaag te bundelen;
2. de gehele nazorg- en beheerverplichting te laten verzorgen door en op kosten van de gemeente Deventer;
3. de nazorg na afronding van het revitaliseringsproject over te dragen aan de sector Ruimte Milieu en Wonen,
afdeling Milieu, ondersteund met een financiële bijdrage vanuit het project Revitalisering Bergweide 3
opgebouwd uit uitvoerings- en personele kosten (indicatief bedrag: є 250.000, definitief vast te stellen na
uitvoering van de sanering);
4. in geval van verkoop van de bovengrond de ondergrond onder te brengen in “afgesloten complexen”, in
geval van erfpacht de grond onder te brengen in “complex erfpacht”;
5. geen financiële middelen voor een fallbackscenario vooraf te reserveren. Eventueel benodigde middelen ten
laste van de Algemene Reserve Onroerende Zaken te brengen;
6. dit besluit openbaar te maken.
OPENBAARMAKING:
dit besluit openbaar te maken.
COMMUNICATIE:
…
FINANCIELE ASPECTEN:
Financiële gevolgen voor de gemeente
Ja.
Gevolgen worden opgevangen door:
binnen het desbetreffende productbudget
TOELICHTING/OVERWEGINGEN:
Bij de revitalisering van de voormalige stortplaats aan de Schonenvaardersstraat zal een functiegerichte
bodemsanering worden uitgevoerd. Deze saneringswijze verplicht de gemeente tot “eeuwig durende”
nazorg. In deze nota wordt ingegaan op de nazorgverplichtingen die voortvloeien uit het saneringsplan
(TAUW november 2001), het plan van aanpak (Witteveen+Bos, november 2002) en de beschikking
(Provincie Overijssel, december 2002).
Waarom functioneel saneren?
Het doel van nazorg is het controleren van de uitgangspunten waarop de functiegerichte sanering heeft
kunnen plaatsvinden. Het beheer richt zich op het in stand houden van de sanerende voorzieningen (o.a.
dikte afdeklaag). De keuze voor functiegericht (locatie geschikt maken voor het toekomstige doel zonder alle
verontreiniging te verwijderen) in plaats van multifunctioneel saneren (helemaal schoon maken) is gemaakt
op beleidsmatige en wettelijke uitgangspunten (o.a. sober, kosteneffectief en doelmatig), eisen van het
bevoegd gezag en toekomstige locatiespecifieke uitgangspunten (functie en gebruik van de locatie). Deze
keuze past binnen het landelijke milieu- en ruimtelijke ordeningsbeleid.
Activiteiten van nazorg en beheer fase
In het onderstaande is dieper ingegaan op de activiteiten die moeten plaatsvinden tijdens de nazorg en
beheerfase. Voor de technische aspecten zijn deze activiteiten opgesplitst naar de controle van de leeflaag
en controle van het stortlichaam.
Vervolg
Notanr:
Error! Reference source not found.22123
Onderwerp:
Inrichting eeuwige nazorg voormalige Circuluslocatie Schonenvaardersstraat
Nazorg en beheer van de leeflaag
 Kwaliteit en dikte leeflaag:
Een leeflaag betreft het afdekken van het stortlichaam met een laag grond die voldoet aan een bepaalde
kwaliteit. De dikte is van belang om contactrisico’s met stortmateriaal uit te sluiten. De kwaliteit dient te
voldoen aan het toekomstige gebruik en de functie. Door het gebruik mogen kwaliteit en dikte van de
leeflaag niet verslechteren;
 Inrichting- en bouwtechnische eisen:
Het bestemmingsplan zorgt ervoor dat de inrichting en gebruik van de locatie in overeenstemming zijn
met de functie die is gehanteerd voor de gekozen saneringsvariant. Ook is hierin aangegeven dat de
toekomstige bebouwing moet voldoen aan bouwtechnische eisen, zoals geen kruipruimten onder
gebouwen en het aanbrengen van voorzieningen voor het afvangen van stortgas. Controle op nakoming
van deze eisen vindt plaats bij:
1. Toetsing en afgifte van de bouwvergunning;
2. Controle tijdens de bouwfase door bouwinspecteur;
3. Controle op werking van aangebrachte voorzieningen (nazorg en beheer).
Nazorg en beheer van het stortlichaam
Nazorg en beheer dienen niet zozeer plaats te vinden op of in het stortlichaam, maar richen t zich vooral op
het grondwater. Uit het stortlichaam kan ongewenste verspreiding van verontreiniging plaatsvinden via het
grondwater. Tot op heden heeft zich dat niet voorgedaan. Voorkomen dient te worden dat dit gaat gebeuren
door wijziging in gebruik van de locatie of van de omgeving. Daartoe dient periodiek de grondwaterkwaliteit
onderzocht te worden. Deze zorg richt zich op de gehele omvang van de voormalige stortplaats.
Rapportage en communicatie
Nazorg en beheer zijn niet eenmalig. Periodiek dienen controles plaats te vinden, gegevens moeten beheerd
worden en communicatie met gebruikers, omwonenden en overheden is noodzakelijk.
Nazorg en beheer richten zich op de eisen van de leeflaag, de inrichting, gebruik en bouwtechnische eisen
van de locatie en op controle van het grondwater. Om deze aspecten te beheren wordt een nazorg en
beheerprogramma opgesteld en ter goedkeuring voorgelegd aan het bevoegde gezag Wet
bodembescherming (Wbb).
De resultaten van de controles moeten periodiek aan het bevoegde gezag Wbb gerapporteerd worden.
Ervaring leert dat een nazorgdossier de nazorg en de beheeraspecten beheersbaar houden.
Naast het bevoegde gezag Wet bodembescherming en bodemsanering zullen ook andere organisaties of
gebruikers en burgers om informatie vragen. In het bijzonder toekomstige eigenaren c.q. gebruikers van het
gesaneerde gebied dienen bekend te zijn met de uitgangspunten, eisen en verplichtingen van de
functiegerichte sanering. Tevens dienen zij bekend te zijn met nazorg en beheerverplichtingen.
De saneringsmaatregel is een verzameling van verschillende activiteiten. Het versnipperen van de
verantwoordelijkheden zal een effectieve uitvoering van de nazorg niet beheersbaar maken. Ook zal
versnippering leiden tot onvoldoende of gebrekkige communicatie. Het advies is daarom om de nazorg te
bundelen.
2
Vervolg
Notanr:
Error! Reference source not found.22123
Onderwerp:
Inrichting eeuwige nazorg voormalige Circuluslocatie Schonenvaardersstraat
Verantwoordelijkheden na saneren
De gemeente is als veroorzaker en eigenaar verantwoordelijk voor de gevolgen van het stortmateriaal. Ook
voor de delen die in het verleden verkocht zijn, is de gemeente nog steeds verantwoordelijk.
Door het uitvoeren van de bodemsanering neemt de gemeente haar verantwoordelijkheid door het
wegnemen van de contactrisico’s en het geschikt maken voor de beoogde functie en gebruik. De
verantwoordelijkheid voor de nazorg van het stortlichaam (met name grondwater) blijft een eeuwige
verantwoordelijkheid voor de gemeente.
Juridisch gezien zullen toekomstige grondeigenaren van het gebied verantwoordelijk zijn voor de nazorg en
het beheer van de leeflaag. Deze laag is geschikt voor de functie en voldoet kwalitatief aan soortelijke
gronden elders.
Indien toekomstige gebruikers van de locatie de leeflaag verontreinigen valt dit onder de zorgplicht
beginselen van de Wet bodembescherming en bodemsanering en de Wet milieubeheer. In dat geval wordt
de veroorzaker net als op elke willekeurige andere locatie gesommeerd de verontreiniging functie gericht te
saneren.
Uitgifte van de gronden
Bij verkoop van de grond zal alleen de bovenste schone meter verkocht worden. De onderlaag (stortlichaam)
blijft eigendom van de gemeente en zal worden ondergebracht bij “afgesloten complexen”.
In geval van erfpacht zal de grond worden ondergebracht in het “complex erfpacht”. Beide van de Sector
Economie en Vastgoed, afdeling Grondzaken.
Financiële aspecten
Kosten aan nazorg en beheer zijn onder te verdelen in eenmalige kosten, jaarlijkse kosten en
vervangingskosten. Daarnaast is ook het inzetten van een “fall-back scenario” meegenomen. Dit betreft een
inschatting van type maatregel met bijbehorende kosten in geval van onverwachte uitreding van de
verontreiniging naar het grondwater.
Voor onderhavig geval wordt dit risico klein geacht. Daarnaast bestaat het “fall-back scenario” in dit geval uit
een betrekkelijk eenvoudige saneringsoplossing (kleine grondwaterbeheersing nabij Overijsselskanaal,
geschatte kosten ca. € 200.000).
De kosten voor de nazorg van de ondergrond bedragen circa 95% van de nazorg kosten. De overige 5% zijn
ten behoeve van de leeflaag.
Eerder is gesteld dat bundeling van nazorg (zowel voor de boven- als ondergrond) wenselijk is. Hiervoor
bestaat de mogelijkheid om samen met de toekomstige gebruikers en de gemeente een
samenwerkingsverband op te zetten zoals een stichting of een vereniging.
Een andere optie is het geheel in beheer nemen van de nazorg door de gemeente Deventer (dus ook de 5%
kosten voor de nazorg voor de leeflaag) omdat:
 de gemeente toch al probleemhouder is voor 95% van het totaal;
 de gemeente de expertise in huis heeft om de nazorg verplichting te organiseren c.q. te begeleiden;
 de kosten voortkomend uit het opzetten en in standhouden van een stichting of vereniging niet opwegen
tegen de inverdienkosten van de genoemde 5%;
 een eenvoudige inrichting leidt tot een werkbare en effectieve organisatie;
 de verplichting voor nazorg voor toekomstige gebruikers/eigenaren een (psychologische) drempel vormt
voor vestiging op deze locatie.
Advies: gehele nazorg uit (laten) voeren door de Gemeente Deventer
Inrichten van de nazorg
Na oplevering van de herinrichting wordt het terrein overgedragen aan de sector Stads- en dorpsbeheer voor
het onderhoud van de openbare ruimte. Daarmee is het project revitalisering Bergweide 3 afgerond. Ook de
verplichtingen tot uitvoering van nazorg en beheer moet ondergebracht worden binnen de organisatie.
3
Vervolg
Notanr:
Error! Reference source not found.22123
Onderwerp:
Inrichting eeuwige nazorg voormalige Circuluslocatie Schonenvaardersstraat
Gezien de milieutechnische inhoud wordt voorgesteld deze verplichting neer te leggen bij de afdeling Milieu
van de sector Ruimte, Milieu en Wonen. Sinds 1-1-2003 is de afdeling Milieu bevoegd gezag in het kader
van de Wet bodembescherming. Vanuit deze bevoegdheid heeft/krijgt deze afdeling meer locaties waar
nazorg- en beheeraspecten een rol spelen (o.a. Raambuurt en Handelskade).
Het voor de nazorg en beheer benodigde bedrag is (globaal) door een onafhankelijk adviesbureau geraamd
op € 186.000. Daarnaast is een (globale) inschatting gemaakt van de benodigde personele kosten voor de
afdeling Milieu à € 66.000. Vanuit het project Revitalisering Bergweide 3 wordt dit bedrag exclusief de kosten
voor het fall-backscenario aan de sector Ruimte, Milieu en Wonen overgemaakt bij de overdracht van de
nazorg en beheerverplichting
Fallback scenario
Voorstel is om nu nog geen kosten te reserveren voor het fallbackscenario. Enerzijds omdat de kans op
problemen zeer klein wordt geacht, anderzijds omdat de daadwerkelijke aard en omvang van een
onverwacht risico niet zijn te voorspellen. Reserveren van gelden is daarom weinig functioneel.
Het risico voor het Fallback scenario ligt bij de sector Economie en Vastgoed, en zal ten laste van de
Algemene Reserve Onroerende Zaken komen.
Advies: financiële risico voor Fallbackscenario wordt gedragen door de sector Economie en Vastgoed.
Hiervoor worden vooraf geen financiële middelen gereserveerd.
4
Download