Gedragsstoornissen

Personen met gedragsstoornissen
Geschiedenis













Joden: homo creatura (mens opgevoed tot en door de wet v Jahwe)
Grieken: homo humanus (de mens opgevoed tot schoonheid)
Romeinen: non scolae set vitae discimus = wij leiden op tot het leven en niet tot de school)
Middeleeuwen: Christelijke opvoeding in kloosters en volksscholen
Humanisme: Vives – voor onderwijs: vertrekken van concrete ervaring naar abstractie
Contrareformatie: De Paul (aan katholieke zijde voor de armen)
J.J. Rousseau: vrije en natuurlijke ontplooiing (‘Emile’)
Pestalozzi : baanbreker in werk met verlaten kinderen – ‘das Leben bildet’ belang huiselijke opvoeding
Locke: benadrukt lichamelijke opvoeding (18e E)
Franse Revolutie (19e E) kerk in verdrukking (reveil: Broeders en Zusters van Liefde), economisch liberalisme
Karl Marx: dialectisch materialisme (kinderen slaven)
In Vlaanderen na FR: Godshuizen (strenge discipline)
20e E: (ortho)pedagogische doorbraak  nieuw maatschappijbeeld met gelijkheid en waardering, ieder had
recht op menswaardig bestaan
MODELLEN
°
°
°
°
°
°
Psychoanalyse: het primaat van onbewuste
Humanisme: de mens in zijn existentie
Behaviourisme: gedrag en conditionering
Gezinstherapieën: gezin op de voorgrond
Systeemdenken: sociale netwerk krijgt plaats
Integrale modellen: orthopedagogische handelen integreert visies
Terminologie en etiologie




Karakter: patroon, getekend zijn, eigenheid, contstantheid
Gedrag: sociale context, normen en waarden
Stoornis: verhindering en onveranderbaarheid
Emotie: vluchtiger, opgevlakkiger, gevoelsmatige toestand
Goetze en Neukäter ‘Pädagogik bei Verhaltensstörungen’:








Aanwenden allehande verschillende begrippen niet bijgedragen tot eenduidige communicatie
Verhaltensstörung = gedragsstoornis
Gedragsprobleem (overkoepelend)
o Pseudo gedragsstoornis, Gedragsbelemmering
Gedragsstoornis: in sociale interactie, persoonlijkheid, verhouding tot zaken als ik-stoornissen
Leerkrachten Buitengewoon Onderwijs: emotioneel gestoord = onaangepast gedrag, ziek/defect
Gedrag: vorm van handelen  intentionele aard: resultaat v wisselwerking tss eigen initiatief tot handelen,
cultuur en sociale omgeving
Ter Horst: centraal stellen vh handelen en de relatie (handelen in problematische / moeilijke
opvoedingssituaties = stoornis / defect)
Kok: onderscheid orthopedagogiek – andere wet. Disciplines: studie vh handelen – handelen zelf