Endoscopiecentrum Onderzoek van het laatste gedeelte van de dikke darm (Sigmoïdscopie) Endoscopiecentrum Inleiding U bent naar het Endoscopiecentrum verwezen voor een onderzoek van het laatste gedeelte van uw dikke darm (sigmoïdscopie). Dit gebeurt met behulp van een endoscoop. Dit is een soepele slang die via de anus in uw darm wordt gebracht. Op een beeldscherm bekijkt de arts de binnenkant van de darm, en kan hij/zij zien of er afwijkingen zijn. In deze brochure leest u hoe u zich op het onderzoek moet voorbereiden. Verder leest u over de gang van zaken tijdens het onderzoek en de nazorg. Vervoer U kunt op eigen gelegenheid naar het ziekenhuis en terug naar huis. Meenemen Het kan voorkomen dat u zich een keer moet verschonen. Wij raden u aan schoon ondergoed mee te nemen. Een lang T-shirt kan helpen u wat minder ‘bloot’ te voelen tijdens het onderzoek. Voorbereiding Het is voor dit onderzoek belangrijk dat u op tijd stopt met bepaalde medicijnen en de darm leeg is. Leest u de instructies hieronder daarom goed. Als u niet goed bent voorbereid, kan het onderzoek niet doorgaan. 1 Onderzoek van het laatste gedeelte van de dikke darm Stoppen met bloedverdunners Als u bloedverdunners gebruikt en daarvoor onder controle staat van de trombosedienst, moet u hiermee een aantal dagen voor het onderzoek stoppen. • Als u Sintrom of acenocoumarol gebruikt stopt u drie dagen tevoren. • Als u Marcoumar of fenprocoumon gebruikt stopt u vijf dagen tevoren. Als u nooit mag stoppen met bloedverdunners, overleg dan eerst met de arts die de bloedverdunners voorschrijft • Als u Plavix of clopidogrel gebruikt (meestal op voorschrift van een cardioloog), moet u zonder meer eerst met uw arts overleggen of u hiermee mag stoppen. Als u na overleg met uw arts niet mag stoppen met bloed­ verdunners, geeft u dit dan alstublieft door aan de arts die u voor onderzoek heeft doorverwezen. Stoppen met staaltabletten Als u staal- of ijzertabletten gebruikt, moet u daar zeven dagen voor het onderzoek mee stoppen. Deze tabletten kleuren de darminhoud zwart en kunnen daarom het onderzoek bemoeilijken. Pacemaker of Intracardiale Defibrillator Als u een pacemaker of een intracardiale defibrillator (ICD) heeft, vertel dit dan aan de arts die u voor dit onderzoek heeft door­ verwezen. Mogelijk moet de cardioloog voorzorgsmaatregelen nemen. Darmvoorbereiding thuis Om het onderzoek goed te kunnen uitvoeren, moet uw darm schoon zijn. Aan het begin van de avond voor het onderzoek brengt u daarom een zetpil in. Hiervoor heeft u een recept gekregen. De zetpil zorgt ervoor dat u aandrang krijgt en ontlasting kwijtraakt. U mag gewoon blijven eten en drinken. 2 Endoscopiecentrum Verloop van het onderzoek Nadat u zich gemeld heeft bij de balie van het Endoscopiecentrum, kunt plaatsnemen in de wachtkamer. Omdat er verschillende onderzoeken bij ons plaatsvinden, kan het lijken dat een ander voorgaat. Een verpleegkundige haalt u op en brengt u naar de voorbereidingskamer. Darmvoorbereiding op het Endoscopiecentrum In de voorbereidings kamer is een toilet aanwezig. Omdat de darm goed schoon moet zijn, krijgt u nog een klysma. Een klysma is een spoeling van de darm. De verpleegkundige brengt de vloeistof via de anus in uw darm. Na enige tijd wekt de vloeistof de ontlasting op. Probeert u dit zolang mogelijk op te houden, ongeveer 10 minuten. Als de aandrang te sterk wordt gaat u naar het toilet. Het is de bedoeling dat u minimaal twee keer probeert zoveel mogelijk ontlasting kwijt te raken. Het onderzoek Na ongeveer een half uur haalt de verpleegkundige u op en brengt u naar de onderzoekskamer. De arts en de verpleegkundige leggen u het onderzoek uit en beantwoorden eventuele vragen. U wordt gevraagd u van onderen uit te kleden. Daarna gaat u op uw linkerzij op de onderzoekstafel liggen, met opgetrokken knieën. Hierna brengt de arts de endoscoop via de anus in uw dikke darm. Dit is een wat vervelend en pijnlijk gevoel. Probeert u zich zoveel mogelijk te ontspannen. Aan het uiteinde van de slang zit een lampje. Hiermee bekijkt de arts op een beeldscherm de binnenkant van de darm. Om dit goed te kunnen bekijken is het belangrijk dat de darm zich ontplooit. Daarom brengt de arts via de scoop wat lucht in uw darmen. Dit kan een gevoel van kramp geven. U kunt dit gevoel 3 Onderzoek van het laatste gedeelte van de dikke darm later kwijt raken door de lucht te laten ontsnappen, anders gezegd: winden te laten. Dit is voor de medewerkers een normaal verschijnsel, u hoeft er zich niet voor te schamen. Het is mogelijk dat u zelf meekijkt om te zien hoe uw darm er van binnen uitziet. De arts kan u tijdens het onderzoek vragen van houding te veranderen. De verpleegkundige helpt u daarbij. Tijdens het onderzoek kan het nodig zijn een stukje weefsel (biopt) weg te nemen. Soms voelt u dit, maar het doet geen pijn. De arts kan eventuele poliepen tijdens hetzelfde onderzoek verwijderen. Ook dit doet geen pijn. Biopten en poliepen worden in het laboratorium onderzocht. Duur van het onderzoek Het eigenlijke onderzoek duurt tien tot vijftien minuten. Inclusief de klysma's duurt het onderzoek ongeveer een uur. Als er extra handelingen worden verricht, zoals het verwijderen van weefsel of poliepen, duurt het onderzoek langer. Uitslag De arts op het Endoscopiecentrum vertelt u meteen na afloop de (voorlopige) uitslag. Als er bij u een stukje weefsel is weggenomen voor nader onderzoek in het laboratorium, dan krijgt u de uitslag daarvan van de arts die het onderzoek heeft aangevraagd. Deze uitslag is meestal na ongeveer twee weken bekend. De arts op het Endoscopiecentrum voert alleen het onderzoek uit. Hij of zij stuurt een verslag naar de arts die het onderzoek heeft 4 Endoscopiecentrum aangevraagd. Met deze arts bespreekt u vervolgens of u (verder) behandeld moet worden, en waar een behandeling eventueel uit bestaat. Nazorg en leefregels Wij adviseren u voordat u naar huis gaat nog even naar het toilet te gaan. Als er een stukje weefsel of poliep is weggenomen, kan er wat bloed meekomen. Dit gaat vanzelf over. U hoeft zich hier niet ongerust over te maken. Ook kunt u last hebben van winderigheid. Probeert u in dat geval de lucht kwijt te raken door te ontspannen of zo nu en dan op het toilet te gaan zitten. Bloedverdunners kunnen vaak ’s avonds weer volgens uw schema gebruikt worden. Volg daarbij de afspraken die u met uw arts heeft gemaakt. Wanneer bellen Een sigmoïdscopie kan een enkele keer complicaties geven. Belt u met het Endoscopiecentrum als u na het onderzoek: • ernstige pijn heeft in de buik of de rug • aanhoudend helderrood bloed verliest. U kunt ons bellen van maandag tot vrijdag van 08.00 tot 14.00 uur op telefoonnummer (050) 361 23 66. Buiten deze tijden belt u met het algemene nummer van het UMCG (050) 361 61 61 en vraagt u naar de dienstdoende arts maag-, darm- en leverziekten. 5 Onderzoek van het laatste gedeelte van de dikke darm Aantekeningen 6 Endoscopiecentrum 7 Onderzoek van het laatste gedeelte van de dikke darm 8 Patiënteninformatie vlc 513/1101