OCS 2016 0329 Nota Hervorming infrastructuursubsidie VIPA

advertisement
Stand van zaken hervorming
infrastructuursubsidies VIPA
Werkgroep OCMW Centrumsteden 29.03.2016 – Rika Verpoorten
1 Historiek

VIPA-resolutie van het Vlaams Parlement (juni 2013): hervorming van de VIPA
infrastructuursubsidie
met
garantie
van
het
behoud
van
een
vorm
van
infrastructuursubsidiëring voor de ouderenzorg en rechtszekerheid voor de ingediende
dossiers (voor 31.12.2014)

Gewijzigde houding van de Europese instanties met betrekking tot de alternatieve
financiering (nieuwe ESR-aanrekeningsregels)

Moeilijke budgettaire situatie van de Vlaamse overheid
Bovenstaande
elementen
waren
de
aanleiding
tot
hervorming
van
de
huidige
infrastructuursubsidies voor de ouderenzorg. In de voorbereiding hiervan gaven de koepels in
het voorjaar van 2015 input over hoe een nieuw systeem van infrastructuursubsidiëring er uit
zou moeten/kunnen zien.
2 Stand van zaken
2.1 Woonzorgcentra en centra voor kortverblijf
Momenteel werkt de Minister samen met de administratie aan een nieuw model van
infrastructuursubsidiëring voor de woonzorgcentra en centra voor kortverblijf. De conceptnota is
besproken geweest op de interkabinettenwerkgroep en zal binnenkort voorgelegd worden aan
de regering voor principieel akkoord. Op 5.2.2016 gaf Ivan De Boom van VIPA een toelichting
aan de koepelorganisaties over het nieuwe model van infrastructuursubsidiëring, maar we
hebben nog steeds geen inzage gekregen in de eigenlijke nota.
Voor
woonzorgcentra
en
centra
voor
kortverblijf
zal
het
nieuwe
systeem
van
infrastructuursubsidiëring de vorm aan nemen van een infrastructuurforfait. Initiatiefnemers die
voor 31/12/2014 een ontvankelijk technisch-financieel plan indienden bij VIPA zullen prioritair
ingekanteld worden in het nieuwe financieringssysteem (voor de openbare initiatiefnemers gaat
het om 27 dossiers in 22 gemeenten).1
Contouren van het nieuwe infrastructuurforfait
Het nieuwe systeem moet operationeel zijn in 2016. De contouren van het nieuwe generieke
infrastructuurforfait zijn inmiddels bekend:
1
Dit is ongeveer 18% van het totale aantal van 147 “wachtende” dossiers.
18 maart 2016 - 1/4

Enkel voor erkende exploitaties of exploitaties met erkenningskalender

Ter financiering van alle werken met een stedenbouwkundige vergunning

Forfaitaire subsidie per woongelegenheid die deel uitmaakt van de investering

Subsidie als een vergoeding van de zorgspecifieke technieken2

Uitbetaald vanaf het moment van ingebruikname van de woongelegenheid (met 1 jaar
vertraging)

Uitbetaald voor onbepaalde duur, zolang de woongelegenheid effectief bewoond is
(gekoppeld aan de reële bezettingsgraad)

Subsidie moet door de voorziening worden verrekend in de dagprijs

Eengemaakte infrastructurele normen voor erkenning en toewijzing subsidie; controle
hierop door de zorginspectie
De hoogte van het forfait is momenteel nog onduidelijk. De hoogte is afhankelijk van de
budgettaire marge en zal beslist worden door de Vlaamse Regering (momenteel circuleert een
basisbedrag van 5,53€). De hoogte is bovendien variabel, want afhankelijk van de reële
bezettingsgraad van de voorziening.
De hervorming gaat gepaard met het schrappen van het zorgstrategisch plan en het technischfinancieel plan. Administratieve vereenvoudiging en responsabilisering van de voorzieningen
wordt in het vooruitzicht gesteld. Op middellange termijn zal het infrastructuurforfait onderdeel
worden van het instellingsforfait (timing onbekend, afhankelijk van uitrol VSB voor residentiële
sector).
Gevolgen voor de voorzieningen
1. Residentiële ouderenzorgvoorzieningen met een principieel akkoord voor 31.12.2014

Blijven onder de alternatieve financieringsprocedure

Uitbetaling via gebruikstoelagen of via eenmalige subsidiebetaling

Aanvraag voor eenmalige uitbetaling moest ingediend worden in september,
voorzieningen zijn hierover gecontacteerd door VIPA in oktober-november.

Het bewijzen van de gebruiksnormen wordt geschrapt

Er kunnen geen nieuwe aanvragen ingediend worden in dit systeem.
2. Residentiële ouderenzorgvoorzieningen met een ontvankelijk technisch-financieel plan
voor 31.12.2014 (“wachtende dossiers”)
2
Zorgspecifieke technieken omvatten:
1) Zorggerelateerde uitrusting (extra uitrusting sanitaire cel; flexibiliteit wanden sanitaire cel i.f.v.
toegankelijkheid en zorg; hoog/laagbaden; tilliften e.d;: inrichting utilities (bedpanspoelers e.d.);
wandsteunen gangen; kameroproep installatie + mobiele bereikbaarheid zorgpersoneel;
toegangscontrole en dwaaldetectie; aangepast meubilair)
2) Extra uitrusting brandweervoorschriften (branddetectieinstallatie; brandbestrijdingsmiddelen;
brandkleppen, brandmoffen, compartimenteringen; automatische sluiting bij brand kamerdeuren)
3) Specifieke technieken (legionella, ventilatie, klimaatregeling gemeenschappelijke ruimten,
comforttemperatuur)
18 maart 2016 - 2/4

171 VIPA-dossiers (voor de lokale besturen/ouderenzorg: 39 VIPA-dossiers in 21
gemeenten)

Zullen prioritair in gekanteld worden in het nieuwe financieringssysteem

Bijkomende prioriteringscriteria zijn nog niet bepaald, omdat de verwachting is dat het
forfait slechts gradueel in werking zal treden (niet alle “wachtende” voorzieningen
zullen hun infrastructuur op hetzelfde moment realiseren).

Noodzakelijke voorwaarde: erkend of opgenomen in de erkenningskalender
3. Residentiële ouderenzorgvoorzieningen met goedkeuring VIPA autofinanciering

Initiatiefnemer bewijst dat er voldoende financiële middelen zijn voor de financiering
van het project

Ongewijzigde procedure

Mogelijkheid om later in te stappen in nieuw systeem van infrastructuurforfait blijft
behouden, maar dit is geen automatisme
2.2 Dagverzorgingscentra en lokale dienstencentra
Op 15/1/2016 werd een Besluit van de Vlaamse Regering goedgekeurd waarin de VIPA
regelgeving werd aangepast zodat dagverzorgingscentra en dienstencentra vanaf 15/1/2016
vallen onder de klassieke financieringsprocedure.
Gevolgen voor de voorzieningen
1. DVC en LDC met een principieel akkoord voor 31.12.2014

Blijven onder de alternatieve financieringsprocedure

Uitbetaling via gebruikstoelagen of via eenmalige subsidiebetaling

Aanvraag voor eenmalige uitbetaling moest ingediend worden in september,
voorzieningen zijn hierover gecontacteerd door VIPA in oktober-november.

Er kunnen geen nieuwe aanvragen ingediend worden in dit systeem.
2. Unieke DVC en LDC met een ontvankelijk technisch-financieel plan voor 31.12.2014
(“wachtende dossiers”)
=VIPA-dossiers zonder koppeling tussen DVC/LDC en WZC)

Klassieke VIPA-financiering met uitbetalingen vanaf 2016

Vast bedrag per m²

Subsidie dekt ongeveer 60% van de geraamde bouwkost, uitbetaald in 5 schijven

Voor kosten voor bouwen en eerste uitrusting bij het nieuw te bouwen, uitbreiden of
verbouwen van gebouwen

Zorgstrategisch plan als onderdeel van het dossier wordt losgelaten
3. DVC en LDC met een ontvankelijk technisch-financieel plan voor 31.12.2014 én koppeling
met WZC in VIPA-dossier (“wachtende dossiers”)
18 maart 2016 - 3/4

Gedeelte DVC/LDC zal losgekoppeld worden van gedeelte WZC
 gedeelte DVC/LDC: subsidiëring via klassieke VIPA procedure
 gedeelte WZC: subsidiëring via infrastructuurforfait

Nog even “on hold”
4. DVC/LCD met goedkeuring VIPA autofinanciering

Initiatiefnemer bewijst dat er voldoende financiële middelen zijn voor de financiering
van het project

Ongewijzigde procedure

Mogelijkheid om later in te stappen in klassieke VIPA-financiering blijft bestaan
18 maart 2016 - 4/4
Download