tutor - Wikiwijs Maken

advertisement
2013
TUTOR
Manon
Klas aa1a
Inhoud
Taak 1 Probleemtaak
Blz. 3
Taak 2 Studietaak
Blz. 4,5
Taak 3 Probleemtaak
Blz. 6,7,8
Taak 4 Studietaak
Blz. 9,10,11
Taak 5 Studietaak A
Blz. 12
Taak 5 Toepassingstaak B
Blz. 13
Taak 5 Toepassingstaak C
Blz. 14
Taak 5 Rollenspel D
Blz. 15,16
Taak 6 Discussietaak
Blz. 17
Taak 7 Probleemtaak
Blz. 18
2
Taak 1 Discussietaak
Homeopathie
Stellingen:
1. Hoe meer, des te beter het werkt.
Onjuist, de sterkte is belangrijker dan de hoeveelheid.
2. Het zit allemaal tussen je oren.
Onjuist, het is bij meerdere mensen getest die er een positief effect erbij hadden.
Ook al is het niet wetenschappelijk bewezen dat het werkt, kan het toch werken.
3. C3 = D6 en toch anders.
Juist, de verdunningsgraad is anders maar de werking is praktisch hetzelfde.
4. Homeopathische middelen helpen wel, maar werken niet.
Juist, het is niet wetenschappelijk bewezen dat het werkt maar het kan wel de klacht verlichten.
5. Simplexen werken beter dan complexen.
Juist, simplexen bestaan uit één werkzame stof en kan daarom beter werken tegen één bepaalde
klacht. Complexen zijn meerdere werkzame stoffen in één product en werken daarom minder gericht
op één klacht.
Conclusie: Homeopathie is niet wetenschappelijk bewezen. Dit wil niet zeggen dat het totaal niet zou
werken. Sommige vinden homeopathie als een placebo effect werken, ik zelf denk dat het wel werkt.
Bron: Geen.
3
Taak 2 Studietaak
1. Welke soorten vloeibare bereidingen zijn er?
- Dispersie
- Emulsie
- Oplossing
- Solubilisatie
- Suspensie
- Colloïdale oplossing
2. Werk theoretisch een aantal bereidingen lege artis uit. Geef tevens aan welke sticker er op
het etiket geplakt moet worden.
Solubilisatie:
- De hoeveelheid polysorbaat moet ongeveer een drievoud zijn van de totale hoeveelheid
olie.
- De hoeveelheid stroop die daarna toegevoegd wordt, moet gelijk zijn aan de hoeveelheid
polysorbaat.
- Een helder en homogeen mengsel wordt verkregen door zwenken.
- Pas na het ontstaan van het heldere mengsel mag verder worden verdund.
- Als conserveermiddel wordt kaliumsorbaat toegevoegd met citroenzuur.
Oplossingen:
- Eerst de oplosbaarheid opzoeken
- Schone fles nemen
- Fles tarreren of kalibreren
- De kleinste hoeveelheid vloeistof als eerste inwegen
- Langzaam oplosbare stof in een kolfje afwegen met voldoende water
- Sterk werkende stoffen altijd apart in een kolfje oplossen
- Weging laten controleren
- Sterk ruikende stoffen als laatste toevoegen
- Omzwenken van de stof wanneer de oplossing klaar is
- Kalibreerstreepje verwijderen
- Controleren
Sticker: Omschudden.
3. Welke vloeibare toedieningsvormen zijn er?
- Vloeistoffen voor dermaal gebruik
- Gorgeldrank
- Oplossingen voor oromucosaal of dentaal gebruik
- Oordruppels
- Neusdruppels
- Mondspoel vloeistoffen
Sticker: Omschudden.
4
4. Leg uit wat een hulpstof is.
Hulpstoffen zijn bedoeld om te helpen het geneesmiddel in een, voor de patiënt, acceptabele
toedieningsvorm te bereiden.
5. Welke soorten hulpstoffen kunnen bij de bereiding van vloeibare toedieningsvormen gebruikt
worden? Noem 8 soorten hulpstoffen en leg zo nodig uit wat de functie van die soort hulpstof
is.
Oplosmiddelen
Dit is de vloeistof waarin de op te lossen stof wordt opgenomen.
Viscositeitsverhogende stoffen
Dit is een verdikkingsmiddel.
Conserveermiddelen
Zorgen ervoor dat het geneesmiddel langer houdbaar is.
Smaakstoffen
Zorgen ervoor dat een drankje makkelijker te drinken is voor de patiënt.
Reukstoffen
Sommige geuren zorgen ervoor dat het drankje makkelijker is in te nemen voor de patiënt.
Kleurstoffen
Worden toegevoegd zodat bijvoorbeeld een frambozen drankje niet geel is maar roze.
Dit maakt het drankje voor de patiënt acceptabeler.
Antioxidantia
Voorkomen van vrije radicalen.
Complexvormers
Voorkomt ongewenste chemische reacties.
6. Noem bij elke soort hulpstof enkele voorbeelden.
Oplosmiddelen
: Water, Alcohol, Glycerol
Viscositeitsverhogende stoffen
: Amylum, Gelatine, Natriumalginaat
Conserveermiddelen
: Sorbinezuur, methylparahydroxybenzoaat
Smaakstoffen
: Suikers, vluchtige oliën
Reukstoffen
: Lavendelolie, rozenolie
Kleurstoffen
: Solutio rubra, Solutio fusca.
Antioxidantia
: Ascorbinezuur, natriumpyrosulfiet
Complexvormers
: Natriumedetaat, natriumbenzoaat
Bron: Boek bereiden in de apotheek.
5
Taak 3 Probleemtaak
Welke soorten allergie zijn er en hoe kun je ze indelen?
Verloop van een allergie:
Een allergie ontstaat na herhaald contact met een bepaald antigeen.
Bij het eerste contact merk je niks, pas na de tweede of veelvuldig contact kan een
overgevoeligheidsreactie ontstaan. Elke antigeen maakt een specifiek antilichaam.
De antilichamen worden opgeslagen in het lichaam doordat zij zich binden aan mestcellen.
Deze mestcellen bevinden zich in de slijmvliezen. Wanneer je lichaam in contact komt met het
antigeen komen er mediatoren vrij die aan de mestcel doorgeven dat er antilichamen moeten
vrijkomen en wordt het antigeen onschadelijk gemaakt.
Soms kan er een heftige reactie ontstaan tussen een antigeen en de aan de mestcel gehechte
antilichamen. Door deze heftige reactie valt de mestcel uiteen.
Er komt uit de mestcel mediatoren vrij die in het lichaam allerlei reacties veroorzaken.
Één van die mediatoren is histamine. Histamine speelt een belangrijke rol bij veel allergische reacties.
Een allergie is een heftige afweerreactie van het lichaam.
Hooikoorts:
Verloop:
Hooikoorts is een vorm van een neusverkoudheid. Het wordt veroorzaakt door een allergische
reactie op pollen van grassen, bomen, planten of kruiden.
Hooikoortsklachten ontstaan voornamelijk tussen februari en september.
Vooral bij warm en winderig weer treed deze allergie op, ’s middags zijn deze klachten het heftigst.
Dit komt doordat de hoeveelheid pollen in de middag groter is. Na een hevige regenbui zweven er
minder pollen in de lucht.
Kenmerken:
Bij een hooikoorts allergie moet je vaak niezen en heb je een vol gevoel in het hoofd.
Je hebt een loopneus en soms een verstopte neus.
Ook jeuk aan de neus, jeukende, tranende en rode ogen, jeuk aan het gehemelte, soms een droge
keel, jeuk aan de oren en hoesten komen voor.
Geneesmiddelen:
Cetirizine en loratadine zijn zonder doktersrecept verkrijgbaar.
Dit zijn tabletten die je het beste één á twee uur van te voren in kunt nemen wanneer je denkt in
aanraking te komen met pollen. Tijdens de hooikoorts periode kunnen de tabletten dagelijks in
genomen worden. Ze werken in het hele lichaam en werken ook tegen branderige, jeukende ogen.
Je hebt ook een neusspray en oogdruppels, voor als de symptomen plaatselijk zijn.
Azelastine van Otrivin is een neusspray die ook zonder dokters recept verkrijgbaar is.
Ook deze geneesmiddelen kunnen tijdens de hooikoorts periode dagelijks worden gebruikt.
Cromoglicinezuur kun je gebruiken om hooikoorts te voorkomen, het werkt minder goed zodra je al
hooikoorts hebt. Het beste is om dit geneesmiddel te gebruiken wanneer je hooikoorts verwacht.
Vervolgens moet je de neusspray 4-6 keer per dag sprayen en houdt telkens 3 tot 4 uur aan.
Hiermee bouw je als het ware een “buffertje” op.
6
Werken deze geneesmiddelen niet die vrij verkrijgbaar zijn in de winkel, kun je op advies van de arts
corticosteroïden gebruiken. Deze middelen worden gebruikt in de vorm van neusspray en druppels.
Ze werken ontstekingsremmend en verminderen de overgevoeligheidsreactie van het lichaam op de
pollen. Ook voorkomen ze zwelling van het neusslijmvlies.
Tot slot, wanneer het bovenstaande onvoldoende werkt, dan kan een desensibilisatiekuur helpen.
Deze kuur zorgt ervoor dat op den duur het afweersysteem niet meer zo heftig reageert op een
allergeen. De desensibilisatie kuur duurt wel lang, maar het resultaat is blijvend.
De behandeling heeft een startfase van enkele maanden en een onderhoudsfase van 3-5 jaar.
Ook moet er worden onderzocht voor welke pollen je precies allergisch bent.
Op basis hiervan maakt de allergoloog een aftreksel van de allergie opwekkende stof in de vorm van
een injectie. Het afweersysteem kan hierdoor heftig reageren, daarom is controle van het eerste half
uur belangrijk. Deze kuur bestaat ook uit druppels of tabletten die ook 3-5 jaar moeten worden
gebruikt. Wanneer je deze kuur niet goed afmaakt, heeft het weinig effect.
Huisstofmijtallergie
Verloop:
Huisstofmijtallergie wordt nog wel eens aangezien voor een langdurige verkoudheid.
Deze allergie wordt veroorzaakt door ‘een minuscuul’ klein beestje die leeft in huisstof, matrassen,
kussens, vloerbekleding, enz. Hij voedt zich met menselijke en dierlijke huidschilfers en voelt zich het
prettigst in een omgeving die voldoende vochtig is.
Kenmerken:
De klachten bij huisstofmijtallergie uiten zich vaak in een verstopte neus, loopneus of heldere,
snotterige afscheiding en soms ook flinke niesbuien wanneer je in een stoffige omgeving bent.
Behalve klachten van de neus kan het zich ook uiten in de vorm van astmatische klachten.
Wanneer je deze klachten hebt, heb je last van hoesten, piepende ademhaling en kortademigheid.
Medicijnen:
Zorg bij huisstofmijt dat je regelmatig stofzuigt en schoonmaakt met een vochtige doek.
Kussens en dekbedden moeten van synthetisch materiaal zijn. Verder moet het huis voldoende
droog zijn, een goede ventilatie hebben en zorg dat je het regelmatig lucht.
Naast deze maatregelen is het ook mogelijk om met medicijnen de symptomen te onderdrukken.
Er zijn inhalatieproducten, neussprays en tabletten. De inhalatieproducten worden gebruikt bij
klachten van kortademigheid.
Voedselallergie
Verloop:
Vrijwel alle voedingsmiddelen van plantaardige en dierlijke oorsprong bevatten eiwitten.
Bij voedselallergie geeft het lichaam een abnormaal sterke reactie van het afweersysteem op de
eiwitten in het voedsel. Deze eiwitten worden in ons lichaam gezien als indringers, die moeten
worden “vernietigd”. De meeste allergische reacties ontstaan op koemelk, schaaldieren,
schelpdieren, vis, kippenei, noten, pinda, soja, appel en sesamzaad.
7
Kenmerken:
Bij een voedselallergie kun je huidklachten krijgen zoals, roodheid, jeuk, galbulten en eczeem.
Naast huidklachten kun je ook last krijgen van je ogen, je bovenste luchtwegen en onderste
luchtwegen. Onder de bovenste luchtwegen wordt verstaan, een verstopte neus, jeuk, loopneus,
niezen en heesheid. Bij de onderste luchtwegen ga je hoesten, krijg je het benauwd, kun je
kortademig worden of krijg je een piepende ademhaling.
Maag- darmklachten kunnen ook ontstaan bij een voedselallergie, angioedeem (plaatselijke
vochtophopingen), oraal allergiesyndroom en hart- en vaatklachten.
Medicijnen:
Antihistaminica verminderen de klachten, dit middel kan net als bij hooikoorts preventief worden
gebruikt of bij acute klachten. Onder deze antihistaminica wordt verstaan de loratadine en cetrizine.
Net als hierboven beschreven zijn er meerdere behandel methodes.
Bron: http://www.apotheek.nl/Thema_s/Thema_s/Hooikoorts.aspx?mId=10702&rId=35
http://www.voedselallergie.nl/wat-is-allergie.html
Boek farmacotherapie.
8
Taak 4 Studietaak
1. Beschrijf de bouw van keel, neus en oren.
Beschrijving van de neus:
De neus bestaat uit de voorste neusopeningen (neusgaten) en de achterste neusopeningen
(inwendig). Dit verbindt de neusholte met de keelholte. Door middel van een neus tussenschot wordt
de neus in twee helften verdeeld. De zijwanden worden de neusvleugels genoemd. In de neus
bevindt zich neusslijmvlies met trilharen, zintuigcellen en bloedvaten.
Beschrijving van de keel:
De keel bestaat uit een keelholte die achter de mondholte en onder de neusholte ligt.
Er zijn 2 openingen, één naar het strottenhoofd en één naar de slokdarm.
De keelholte staat ook in verbinding met het middenoor via de beide buizen van Eustachius.
Beschrijving van de oren:
De oor bestaat uit het uitwendige oor, het middenoor en het inwendige oor (binnenoor).
Het uitwendige oor bestaat uit de oorschelp en de uitwendige gehoorgang.
De uitwendige gehoorgang is ongeveer 2.5 cm lang. Tussen de grens van het uitwendige oor en het
middenoor bevindt zich het trommelvlies.
Het middenoor bestaat uit een met lucht gevulde trommelholte, gelegen in het rotsbeen.
In de trommelholte bevinden zich drie gehoorbeentjes: de hamer, aambeeld en stijgbeugel.
Het inwendige oor, ook wel doolhof genoemd, bestaat uit drie onderdelen: het slakkenhuis, drie
halfcirkelvormige kanalen en de voorhof.
2. Beschrijf de functie van keel, neus en oren.
De neus: In de bovenste neusschelp bevindt zich een ruimte waarin zich zintuigcellen bevinden. Deze
zintuigcellen zorgen ervoor dat je kunt ruiken.
Bloedvaten zorgen voor verwarming van de ingeademde lucht en het neusslijmvlies samen met de
trilharen zorgen ervoor dat stofjes en micro-organismen in het neusslijmvlies blijven hangen. De
neusholte staat in verbinding met enkele neusbijholten. Deze holten vormen klankruimten bij de
stemvorming.
De keel: De functie van de keel is het mogelijk maken van eten, drinken, praten of zingen.
In de keelholte zijn er twee openingen, één naar het strottenhoofd en één naar de slokdarm.
Het oor: Door het oor wordt geluid waargenomen door middel van geluidstrillingen.
Deze trillingen gaan via de uitwendige gehoorgang naar het trommelvlies.
Als het trommelvlies in trilling wordt gebracht, wordt de trilling via de gehoorbeentjes versterkt.
Hierna worden deze trillingen overgebracht op het ovale venster en dus de vloeistof van de
opgaande gang van het slakkenhuis. Door de buis van Eustachius wordt de druk aan weerszijden van
het trommelvlies even groot, waardoor het vrij mee kan trillen.
Wanneer het ovale venster in trilling komt, wordt de vloeistof in opgaande gang naar de neergaande
gang geduwd. Daarbij zal het ronde venster enigszins aar buiten uitwijken om de vloeistofbeweging
op te vangen. Door trillen gaan de haartjes van de gehoorzintuigcellen tegen de dekplaat bewegen.
9
Des te sterker de haartjes afbuigen, hoe sterker het geluid is.
In het oor bevindt zich ook het evenwichtsorgaan. De voorhof in het oor bevat twee blaasjes, deze
blaasjes vormen samen met de drie halfcirkelvormige kanalen het evenwichtsorgaan.
3. Leg uit welke rol die onderdelen spelen bij het waarnemen van geluid, resp. de reuk en smaak
alsmede de stemvorming.
De neus, keel en oren staan allemaal met elkaar in verbinding. De neus zorgt ervoor dat we goed
kunnen ruiken en zuivert tevens de vuiltjes uit de lucht. De oren zorgen ervoor dat we goed kunnen
horen maar regelen ook ons evenwicht in het binnenoor.
De keel zorgt dat we kunnen eten, ademen en praten. Wanneer we verkouden zijn zorgt dit ervoor
dat we minder ruiken maar ook onze smaak wordt erdoor beïnvloed. Soms komt er ook een doof
gevoel bij. Dit heeft te maken met het slijmvlies dat opzwelt.
4. Leg uit waar de termen Hertz en Decibel iets over zeggen.
Hertz en decibel zijn termen die te maken hebben met geluid.
Geluid bestaat uit golfbewegingen, ook wel trillingen genoemd.
Het aantal trillingen dat een geluidsbron per seconde voortbrengt, is de frequentie (hertz).
Hoe hoger de toon is die we horen, hoe hoger de frequentie is.
Geluidsgolven geven ook een bepaalde druk, deze druk geeft de sterkte aan van het geluid.
Dit wordt ook wel decibel genoemd.
5. Leg uit met welke organen het oor te maken heeft voor een goed functioneren.
De hersenen en het evenwichtsorgaan.
6. Beschrijf hoe het evenwichtsorgaan werkt.
Het evenwichtsorgaan bestaat uit twee soorten zintuigen, het echte evenwichtszintuig en de
rotatiezintuigen. De evenwichtszintuigen liggen in de twee blaasjes van de voorhof.
In de wand van deze blaasjes bevinden zich zintuigcellen die opgehoopt zijn.
Op deze zintuigcellen bevinden zich haartjes die zijn verbonden door slijm, waarop
evenwichtssteentjes liggen. Deze geven een bepaalde druk op de haartjes van de zintuigcellen. Bij
drukveranderingen, worden zintuigcellen in de vorm van impulsen doorgestuurd naar de hersenen.
In de hersenen wordt de stand van het hoofd doorgegeven die weer kan worden gecorrigeerd. De
rotatiezintuigen zorgen ervoor dat de draai snelheid wordt doorgegeven aan de hersenen.
Overmatige prikkeling van deze zintuigen kan duizeligheid veroorzaken.
7. Leg uit hoe smaakwaarneming plaatsvindt.
De smaakzintuig is opgebouwd uit vele smaak zintuigcellen (smaakpapillen) die vooral op de tong
liggen. Met deze zintuigcellen kunnen enkel alleen opgeloste stoffen worden geproefd.
Er worden vier smaken onderscheiden: bitter, zoet, zout en zuur.
8. Leg uit wat de relatie is tussen geur en smaak.
De reuk en smaakzintuigen zijn met elkaar verbonden. Wanneer je je reukvermogen kwijt raakt, raak
je ook je smaakvermogen gedeeltelijk kwijt.
10
9. Leg uit hoe geluid van de stem tot stand komt.
Aan de binnenzijde van het strottenhoofd bevinden zich de stembanden.
De spleetvormige ruimte tussen de stembanden wordt de stemspleet genoemd.
Door middel van de uitgeademde lucht worden de stembanden in trilling gebracht, waardoor geluid
ontstaat. De toonhoogte is afhankelijk van de lengte en de spanning van de stembanden. Ook de
tong speelt een belangrijke rol bij het tot stand komen van geluid.
Bron: http://www.anders-naar-de-bib.be/html/tips/slechthorend.htm
Boek Anatomie & fysiologie.
11
Taak 5 Studietaak A
Welke klachten horen bij hooikoorts?
- Neusklachten: in het begin lijken deze klachten op een neusverkoudheid die steeds erger wordt.
Het neusslijmvlies raakt gezwollen en er ontstaat een jeukend en branderig gevoel.
Er stroomt eerst helder, dun vocht uit de neus wat later slijmerig, taai en soms gekleurd kan worden.
De neus raakt ook vaak verstopt, dit verstopte gevoel kan vaak hoofdpijn veroorzaken.
- Oogklachten: jeukende, branderige, tranende ogen. Oogleden raken gezwollen en het oogwit is
rood. Ook kun je overgevoelig zijn voor licht.
- Mond-, keel- en longklachten: deze klachten uiten zich in jeuk, een droog en branderig gevoel in de
keel, een droge irriterende hoest, kortademigheid of een piepende ademhaling.
- Huidklachten: zwellingen van mond en gezicht en netelroos.
Wat zijn de oorzaken van hooikoorts?
Hooikoorts is een allergische reactie van de slijmvliezen van neus en ogen op stuifmeel van grassen,
bomen of struiken. Hooikoortsklachten ontstaan pas nadat je enkele seizoenen in contact bent
geweest met pollen. De meeste mensen krijgen daarom last tussen hun 15e en 25e jaar. De precieze
bloeiperiode van verschillende bomen, grassen en planten is een groot deel ook afhankelijk van het
weer. Op zonnige, warme, winderige dagen is de kans op pollen in de lucht het grootst. Op
regenachtige dagen hebben mensen vaak minder last omdat dit de pollen uit de lucht spoelt.
Welke middelen kunnen gebruikt worden bij hooikoorts?
Je kunt bij hooikoorts verschillende middelen gebruiken, enkele voorbeelden zijn:
- Loratadine en cetirizine
- Ketotifen
- Azelastine
- Clemastine
- Cromoglicinezuur
- Ebastine
- Xylometazoline en Oxymetazoline
- Fexofenadine
- Mizolastine
- Acrivastine
Deze middelen zijn er in verschillende vormen zoals neusspray, oogdruppels of tabletten.
Wat is het verschil tussen hooikoorts en een verkoudheid?
Hooikoorts en verkoudheid zijn moeilijk te onderscheiden van elkaar.
Verkoudheid is daar in tegen een virus en een allergie een reactie op het immuunsysteem.
Toch zijn er enkele verschillen waaraan je wel kunt merken of je verkouden bent of hooikoorts hebt.
Bij een verkoudheid verminderen de klachten binnen enkele dagen terwijl bij hooikoorts dit langer
aanhoud en ook steeds terug keert. Je hebt bij een verkoudheid last van dikke gele uitstroming en
soms een lichte koorts en bij hooikoorts een loopneus met een waterige uitstroming.
Bron: http://www.kring-apotheek.nl/zz/zz14.html
http://www.hooikoorts.com/hooikoorts/oorzaken/
http://www.apotheek.nl/Medische_informatie/Klachten___ziektes/Aandoeningen/Hooikoorts.aspx?
mId=10701&rId=162
http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/ziekten/56775-last-van-hooikoorts.html
12
Toepassingstaak B
Maak een schema van 5 middelen tegen hooikoorts.
Loratadine
Cetirizine
Fluticason
Ebastine
Cromoglicinezuur
Werking
Toedieningsvorm
Bijwerkingen
Blokkeert de
werking van
histamine
Blokkeert de
werking van
histamine
Werkt
ontstekingsremmend
Tabletten
Sufheid
Slaperigheid
Vermoeidheid
Sufheid
Slaperigheid
Vermoeidheid
Neusbloedingen
Blokkeert de
werking van
histamine
Voorkomt
vrijkomen van
stoffen die de
luchtwegen
laten
samentrekken
Tabletten
Capsules
Tabletten
Drank
Neusspray
Neusdruppels
Inhalatie
Neusspray
Oogdruppels
Tabletten
Hoofdpijn
Duizeligheid
Slapeloosheid
Overgevoeligheid
Bij oogdruppels
branderigheid
Contraindicatie
s
Overgevoeligheid
Overgevoeligheid
Overgevoeligheid
Overgevoeligheid
Overgevoeligheid
Interacties
Medicijnen
tegen hiv
en aids
Niet
bekend
Medicijnen
tegen hivinfecties en
Hepatitis C
Medicijnen
tegen
tuberculose
Niet met
andere
oogzalven
of druppels
Bron:
http://www.apotheek.nl/Medische_informatie/Medicijnen/Producten/Flixonase.aspx?mId=10704&r
Id=451
http://www.apotheek.nl/Medische_informatie/Medicijnen/Producten/Ebastine.aspx?mId=10704&rI
d=2744
http://www.apotheek.nl/Medische_informatie/Medicijnen/Producten/Hooikoortstablet%20loratadi
ne.aspx?mId=10704&rId=2489
http://www.apotheek.nl/Medische_informatie/Medicijnen/Medicijnen/Cromoglicinezuur_inhalatie.
aspx?mId=10698&rId=442http://www.apotheek.nl/Medische_informatie/Medicijnen/Producten/Ho
oikoortstablet%20Cetirizine.aspx?mId=10704&rId=2373
13
Toepassingstaak C
Situatieschets over Flixonase neusspray aan mevrouw Suliman
Mevrouw Suliman heeft een tijdje geleden de neusspray Flixonase gebruikt.
Helaas is het etiket helemaal versleten van het flesje, het is namelijk al een tijdje geleden dat
mevrouw dit gebruikt heeft. Ze zou graag willen weten hoe dit product ook alweer gebruikt
moet worden en of ze dit weer opnieuw mee kan krijgen. Ze heeft namelijk ontzettende last
van haar hooikoorts klachten. Ook heeft ze gehoord over injecties tegen hooikoorts.
Is dat misschien een oplossing tegen haar klachten?
Advies:
Wanneer u de neusspray voor het eerst (opnieuw) gaat gebruiken, moet u het pompje een paar maal
indrukken in de lucht. Zo kan de spray zich vullen met de oplossing, bij een gebruikte hoeft dit niet.
Voor gebruik moet u uw neus snuiten en de verstuiver omschudden. Houd uw hoofd een beetje
schuin en naar voren gebogen. Breng de tuit van de spray in één neusgat, gericht naar de binnenkant
van de neus. Houd het andere neusgat dicht en druk eenmaal op het pompje.
Snuif de vloeistof gelijktijdig op, dit zorgt ervoor dat het medicijn diep genoeg in uw neus komt.
Dit herhaalt u bij uw andere neusgat. Maak de tuit uiteraard wel goed schoon na gebruik.
De spray kunt u het beste gebruiken op vaste tijdstippen van de dag. Gebruik de neusspray maximaal
2 keer per dag om de 12 uur. Wanneer u na 1 week nog geen verbetering ondervindt, neem dan
contact op met uw huisarts. Wel moet u na elk hooikoorts seizoen stoppen met de spray.
Er bestaan inderdaad ook injecties tegen hooikoorts, deze gaan wel uitsluitend op advies van de
huisarts. Dit wordt ook wel een desensibilisatiekuur genoemd.
Bij deze kuur wordt er gebruik gemaakt van injecties op basis van de stof waar u allergisch voor bent.
Dit wordt samen met een allergoloog of KNO-arts onderzocht.
De kuur duurt wel lang, maar het eindresultaat is wel blijvend. De kuur heeft namelijk een startfase
van enkele maanden met een onderhoudsfase van ongeveer 3 tot 5 jaar.
Het afweersysteem kan heftig reageren op deze injecties, daarom wordt u na de behandeling nog
een half uur in de gaten gehouden.
Maar graag verwijs ik u er ook op dat deze kuur er ook in tabletten of druppels is.
Dit kunt u namelijk zelf gebruiken en hoeft u niet voor elke injectie naar de huisarts.
Deze kuur duurt net zo lang als de injectie kuur maar is een stuk makkelijker!
Bron:
http://www.apotheek.nl/Medische_informatie/Medicijnen/Producten/Flixonase.aspx?mId=10704&r
Id=451
http://www.apotheek.nl/Medische_informatie/Medicijnen/Medicijnen/1.aspx?mId=10698&rId=925
14
Rollenspel D
Vragen voor de rollenspel:
- Hoe werkt Flixonase neusspray?
- Zijn er nog andere middelen tegen hooikoorts?
- Kun je van hooikoorts afkomen?
- Zijn alle hooikoorts middelen op recept?
- Kan ik zelf wat doen tegen hooikoorts? (niet-medicamenteus)
Hoe werkt Flixonase neusspray?
Flixonase neusspray bevat corticosteroïden die ontstekingsremmend werken.
Het wordt voorgeschreven bij langdurig ontstoken neusslijmvlies, neuspoliepen, allergie en
hooikoorts. Tevens vermindert deze spray overgevoeligheidsreacties en voorkomt deze spray
zwelling van het neusslijmvlies. Een neusverstuiving werkt ongeveer één dag.
Het duurt echter wel één tot zeven dagen voordat de verschijnselen minder worden.
In sommige gevallen duurt het wel een maand voordat het volledige effect is bereikt.
Voor het optimale effect is het belangrijk om de neusspray gedurende de hele hooikoorts periode te
gebruiken.
Zijn er nog andere middelen tegen hooikoorts?
Er zijn verschillende middelen die gebruikt kunnen worden bij hooikoorts.
Een paar daarvan zijn loratadine, cetrizine, cromoglicinezuur en ebastine.
Ook heb je homeopathische middelen tegen hooikoorts zoals pollinosan van vogel.
Kun je van hooikoorts afkomen?
Van hooikoorts kun je niet genezen, je kunt wel de symptomen van hooikoorts onder controle
houden. Je hebt verschillende manieren om hooikoorts te beperken.
Als allereerste kun je gebruik maken van een neusspray, die soms een kleine hoeveelheid
corticosteroïden bevat. Wanneer dit niet werkt kan een anti-histaminicum worden voorgeschreven.
Ten derde kan er ook een behandeling met injecties worden voorgeschreven, de desensibilisatiekuur.
Deze kuur maakt het immuunsysteem ongevoelig voor de stof waar je allergisch op reageert.
Een andere oplossing tegen hooikoorts is accupunctuur, dit kan soms ook prima werken.
Zijn alle hooikoorts middelen op recept?
Niet alle hooikoorts middelen zijn op recept. Sommige middelen kun je gewoon vrij verkrijgen.
Wel is het verstandig om van te voren jezelf te laten controleren op hooikoorts.
15
Wat kan ik zelf doen tegen hooikoorts? (niet medicamenteus)
- Let op de weersvoorspellingen wanneer je een activiteit wilt gaan plannen.
- Jeuken de ogen? Wrijf er dan niet in maar spoel met lauw water of leg een vochtig washandje
op de ogen.
- Draag een zonnebril, zo komt stuifmeel minder snel in contact met de ogen.
- Zorg dat er zo min mogelijk stuifmeel in huis komt.
- Blijf binnen bij droog en winderig weer.
- Droog je was binnen, er komt dan minder stuifmeel aan het textiel.
- Laat iemand anders het gazon maaien als dit mogelijk is.
Bron:
http://www.apotheek.nl/Medische_informatie/Medicijnen/Producten/Flixonase.aspx?mId=10704&r
Id=451
http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/aandoeningen/35224-pollenallergie-hoe-kan-je-hooikoortsgenezen-en-voorkomen.html
16
Taak 6 Discussietaak
1. Als je ongezond leeft kan je baas je ontslaan als je toch ziek wordt.
Juist, je kunt er zelf alles aan doen om jezelf gezond te houden.
Onjuist, ook al leef je ongezond dat is je eigen keuze, daar heeft je baas niks over te zeggen.
Conclusie: Wanneer je ziek wordt hoeft dat niet altijd te komen door ongezond leven dat kun
je namelijk niet beoordelen.
2. Als ik op mijn werk/stage last van mijn rug krijg omdat mijn stoel niet goed is, dan kom ik een
paar dagen niet op mijn werk
Juist, werk moet er alles aan doen om voor een goede werkplek te zorgen.
Onjuist, je kunt ook vragen om een goede stoel, het bedrijf moet zich aan de eisen van de
arbowet houden.
Conclusie: Je kunt het aangeven bij je werkgever wanneer je jouw stoel niet goed vindt.
Het is belangrijk dat je ook jezelf gezond houdt.
3. Als ik tijdens mijn stage ziek wordt is het onzin dat ik die dagen moet inhalen.
Juist, je kunt er niks aan doen wanneer je ziek wordt.
Onjuist, je moet wel gewoon je stage uren halen. Anders kun je jouw diploma niet halen.
Conclusie: Iedereen heeft zijn eigen grens wanneer iemand ziek is.
Het is wel zo dat je gewoon jouw stageuren moet halen.
4. Afspraken bij de tandarts, de dokter en dergelijke mogen best tijdens de stage gepland
worden.
Juist, je moet ook de gelegenheid kunnen krijgen om die afspraken te kunnen maken.
Wanneer je namelijk fulltime werkt kan dit vaak niet anders.
Onjuist, je kunt er ook voor zorgen om dit buiten je stage te plannen.
Conclusie: Mits fulltime kun je dit gewoon regelen binnen je stageuren, wanneer je parttime
stage zou lopen kan dit ook buiten je stageuren om.
Bron: Geen.
17
Taak 7 Probleemtaak
Hoofdvraag: Wat doe je wanneer de apotheker niet aanwezig is?
Deelvragen:
- Mag je de sterkte van een geneesmiddel zomaar veranderen?
- Wat moet je doen bij twijfel over een medicijn?
- Wat staat er in een kwaliteitshandboek vermeld?
- Mag je een niet-ondertekend recept (aan receptuur) meegeven als apothekersassistente?
Mag je de sterkte van een geneesmiddel zomaar veranderen?
Nee, als apothekersassistente heb je geen bevoegdheid tot geneeskundig handelen.
Wat moet je doen bij twijfel over een medicijn?
Bij twijfel navragen aan de apotheker, wanneer deze niet aanwezig is de huisarts informeren.
Wat staat er in een kwaliteitshandboek vermeld?
In het kwaliteitshandboek staat een beschrijving van het kwaliteitsbeleid, de visie van de apotheek
en een overzicht van alle producten en diensten die de apotheek levert.
De apotheekorganisatie wordt beschreven en ook wie waarvoor verantwoordelijk is in de apotheek.
Mag je een niet-ondertekend recept (aan receptuur) meegeven als apothekersassistente?
Nee, een recept moet altijd ondertekend zijn. Dit staat ook vermeld in de recepteisen.
Soms wordt een recept doorverstuurd naar de apotheek via de arts, dan staat er uiteraard geen
handtekening op vermeld.
Bron:
Boek: Praktijkorganisatie voor apothekersassistenten.
18
Download