Scheelzien (Strabismus) Welkom Welkom in het academisch ziekenhuis Maastricht (azM). U (of uw kind) bent verwezen naar de oogarts en/of de orthopist voor behandeling van scheelzien. In deze folder willen wij u zoveel mogelijk informeren over de oorzaken en de behandeling van scheelzien. Voor informatie over het werk van de orthoptist vraag naar de folder “met het oog op Orthoptie”. Voor meer informatie, bijvoorbeeld routebeschrijving, zie www.oogziekenhuismaastrichtumc.nl. Wat is scheelzien? Scheelzien is een afwijking van de stand van de ogen. De ogen zijn niet op hetzelfde punt gericht. Elk oog wordt in zijn bewegingen gestuurd door zes oogspieren. Bij een rechte oogstand houden deze oogspieren de twee ogen in balans. Er is dan samenwerking tussen beide ogen. Soms wordt deze balans verstoord. Dan staan de ogen niet recht, één van beide ogen wijkt af. Er is dan ook geen samenwerking meer tussen beide ogen. Het is niet altijd goed te zien of een kind scheel ziet. Het afwijkende oog kan naar buiten, naar binnen en/of naar boven of beneden zijn gericht. Dit wordt strabismus, ofwel scheelzien genoemd. Het komt ook voor dat de ogen afwisselend scheel staan. Elk kind dat scheel ziet, loopt het risico dat het een lui oog krijgt. Uw kind gaat dan met één oog kijken in plaats van met twee. Voor meer informatie hierover vraag naar de folder “Een lui oog”. Wat is de oorzaak van scheelzien? 23528-1112 Er zijn verschillende soorten scheelzien. De oorzaak van het scheelzien is niet altijd bekend. Enkele factoren zijn: • Het scheelzien kan vanaf de geboorte al aanwezig zijn. • Erfelijkheid. • Het kan ook later ontstaan, bijvoorbeeld na een infectieziekte of ongeval. • Vaak bestaat er een verband tussen scheelzien en vèrziendheid. Bij vèrziendheid moeten de ogen zich extra inspannen om scherp te zien. Deze extra inspanning leidt dan tot scheelzien, waarbij het afwijkende oog naar de neus is gericht. De behandeling Een lui oog heeft de meeste kans weer goed te leren kijken als de behandeling zo vroeg mogelijk plaatsvindt. Bij voorkeur zo snel mogelijk na het ontstaan van het luie oog. Aan de hand van de uitslag van het onderzoek bepaalt de orthoptist welke behandeling het meest geschikt is. (zie folder “Een lui oog”) Soms kan een bril het scheelzien volledig of gedeeltelijk corrigeren, in sommige gevallen is er nog een operatie nodig om de oogstand te corrigeren. In sommige gevallen is het mogelijk dat er na de operatie weer enige samenwerking tussen de ogen ontstaat, in de meeste gevallen is het alleen een cosmetische correctie. Na de operatie is het soms nodig om door te gaan met het afplakken. De operatie Een scheelziensoperatie is een operatie aan de spieren die voor de oogbewegingen zorgen. De oogspieren worden verplaatst of verkort zodat het scheelzien wordt gecorrigeerd. De oogarts voert de operatie aan één of aan twee ogen uit. Omdat de spiertjes aan de buitenkant van het oog zitten, hoeft het oog niet te worden opengemaakt. Anders dan sommige mensen denken wordt de oogbol bij een scheelziensoperatie nooit uit de oogkas gehaald. De operatie gebeurt onder algehele anesthesie (narcose) en duurt ongeveer een uur, afhankelijk van het aantal spiertjes dat geopereerd moet worden. In de meeste gevallen is één enkele operatie voldoende om het scheelzien te corrigeren. Soms moet er vaker worden geopereerd. Het is ook mogelijk dat de ogen jarenlang recht blijven staan, maar later weer geleidelijk gaan afwijken. Contact Risico‘s Bereikbaarheid De meest voorkomende complicaties bij deze operatie zijn: Bezoekadres: P. Debeyelaan 25 6229 AZ Maastricht Als u na het lezen van deze folder nog vragen hebt kunt u deze stellen aan uw behandelend orthopist of de oogarts. Het telefoonnummer van de Polikliniek oogheelkunde is 043-387 68 00 van maandag tot en met vrijdag van 08.30 uur tot 17.00 uur. • Onvoldoende effect of teveel effect. Dit betekent dat het oog de andere kant op scheel gaat staan. • Een bloeding. • Een infectie. Postadres: Postbus 5800 6202 AZ Maastricht Na de oogspieroperatie T: 043-387 65 43 • U of uw kind kan misselijk of suf zijn. • Er zit geen verband op de ogen. • De ogen zijn rood en kunnen er akelig uitzien. • Soms zijn de ogen opgezet en moeilijk open te houden. • De ogen kunnen wat dichtgeplakt zitten. Met een beetje water schoon maken helpt goed. • De ogen voelen trekkerig aan, vooral bij bepaalde oogbewegingen. • Soms treedt dubbelzien op. U hoeft zich hierover geen zorgen te maken, meestal is dit na een paar dagen weer over. • Soms zijn de hechtingen nog te zien. Ze kunnen wat irriteren en lossen na ongeveer drie weken vanzelf op. W: www.azm.nl Weer Thuis • Doe de eerste week rustig aan. Als kinderen zich goed voelen, mogen ze naar school. • Ga de eerste drie weken niet zwemmen. • Verblijf de eerste drie weken niet in een zanderige, stoffige omgeving. • Maak de ogen eventueel schoon met vers kraanwater en een niet-pluizende doek. • Gebruik de voorgeschreven oogdruppels en zalf tot drie weken na de operatie. E: [email protected] oktober 2012