Vaatafsluitingen in het oog Wat gebeurt er bij een vaatafsluiting? De bloedvoorziening in het oog bestaat uit slagaders (arteriën) die het bloed aanvoeren en aders (venen) die het bloed afvoeren. Bij een vaatafsluiting ontstaat een doorstromingsprobleem en gaat uw oog minder functioneren. Typen afsluitingen Er zijn twee typen afsluitingen: 1. aderlijke (veneuze) afsluiting in het netvlies (trombose); 2. slagaderlijke afsluiting van het netvlies (infarct). Hieronder leggen we de twee typen uit. 1. Aderlijke afsluiting in het netvlies (trombose) Beschrijving Door de afsluiting van een van de aders wordt het bloed niet meer uit het netvlies afgevoerd. Hierdoor gaan de wanden lekken en bloed, vocht en eiwitten komen in uw netvlies. Wanneer een kleine ader is afgesloten, dan gebeurt dit in een klein deel van het netvlies. Wanneer de grote ader van het oog afgesloten is treedt de lekkage in uw gehele netvlies op (vena centralis retinae afsluiting). Daar waar de lekkage optreedt, werkt het netvlies slechter en gaat het zicht achteruit. Klachten Afhankelijk van de grootte van de afgesloten ader vermindert het scherp zien in een deel van uw gezichtsveld of het totale zien. Oorzaak De vaatafsluiting wordt veroorzaakt door verandering in de vaatwand. Dit kan onder andere optreden bij te hoge bloeddruk, aderverkalking, suikerziekte en een groot aantal minder vaak voorkomende aandoeningen. Meestal treedt de afsluiting op oudere leeftijd op en is er al sprake van een van de eerder genoemde oorzaken. Jongere patiënten en mensen zonder eerder genoemde aandoeningen worden vaak naar een internist verwezen voor uitgebreider onderzoek naar aandoeningen die de vaatafsluiting kunnen veroorzaken. Een oorzaak wordt niet altijd gevonden. Beloop Als grote gedeeltes van het netvlies door de afsluiting een zuurstoftekort krijgen, ontstaan nieuwe bloedvaten in uw oog (vaatnieuwvorming). Deze vaten zijn van slechte kwaliteit, ze lekken snel en kunnen aanleiding geven tot bloedingen. Als deze vaten op andere plekken dan in het netvlies groeien kunnen ze aanleiding geven tot drukverhogingen in het oog (neovas-culair glaucoom). Diagnose De oogarts stelt bij u de diagnose door oogheelkundig onderzoek. Hierbij verwijdt de arts uw pupil om het netvlies goed te kunnen beoordelen. Dit onderzoek kan worden aangevuld met: het maken van kleurencontrast-foto’s (fluorescentie angiogram) om de mate van schade vast te stellen; het maken van een netvliesscan (OCT) om de mate van vochtlekkage in het gebied van scherpzien te bepalen. Behandelingen Laserbehandeling Is er sprake van vaatnieuwvorming in uw oog met risico van bloedingen en/of hoge oogboldruk, dan is een laserbehandeling zinvol. Door deze behandeling kan de vaatnieuwvorming verdwijnen. De gezichtsscherpte zal hierbij niet verbeteren. Soms combineert de arts een laserbehandeling ook met anti-VEGF injecties in het oog als vaatnieuwvormingen zich snel ontwikkelen. Behandeling met anti-VEGF medicijnen Bij vocht in uw netvlies kan laserbehandeling soms een gunstig effect op de gezichtsscherpte hebben. Ook kan de arts besluiten om anti-VEGF medicijnen in uw oog te injecteren. Hierdoor vermindert het vocht en stijgt uw gezichtsvermogen. Vermindering van vocht leidt niet altijd tot een beter gezichtsvermogen. 2. Slagaderlijke afsluiting van het netvlies (infarct) Beschrijving Bij een slagaderlijke afsluiting van uw netvlies krijgt een deel of het hele netvlies geen zuurstof meer. Het netvlies houdt dan direct op met functioneren en sterft na ongeveer 24 uur af. Klachten Doordat het netvlies direct ophoudt met functioneren merkt u dat het zien plots minder is in een deel van of in uw hele gezichtsveld. Oorzaak Onderzoek naar de oorzaak van de afsluiting (bijvoorbeeld een bloedpropje vanuit elders in het lichaam) is nodig om herhaling te voorkomen. Met name uw hart en de grote halsslagaders moeten onderzocht worden. Soms gaat de afsluiting samen met klachten van algemeen ziektegevoel. De oorzaak kan dan een ontsteking van de grote slagaders zijn (arteriïtis temporalis). Een hoge bloedbezinking en eventueel weefselonderzoek in het laboratorium (pathologisch anatomisch onderzoek) van een stukje bloedvat uit de slaap kunnen dan de diagnose geven. Beloop Net als bij een aderlijke afsluiting in het netvlies kunnen bij een slagaderlijke afsluiting van het netvlies door het zuurstoftekort nieuwe bloedvaatjes gevormd worden. Deze kunnen snel bloeden of leiden tot verhoogde oogboldruk. Diagnose De oogarts stelt bij u een diagnose door oogheelkundig onderzoek. Hierbij verwijdt de arts uw pupil waardoor hij veranderingen in het netvlies kan zien, die passen bij een slagaderlijke afsluiting van het netvlies. Gezichtsveldonderzoek kan de uitgebreidheid van de afsluiting in kaart brengen. Behandelingen Voorkomen van een afsluiting ergens anders Het is niet mogelijk het zicht in het gebied van de afsluiting weer beter te krijgen. Het belangrijkste is te voorkomen dat in uw andere oog of elders in uw lichaam (bijvoorbeeld de hersenen) ook een infarct ontstaat. Daarom moet de oorzaak van de afsluiting gevonden worden en zo mogelijk behandeld. Als er geen duidelijke oorzaak wordt gevonden, dan besluit de arts soms uit voorzorg bloedverdunners voor te schrijven. Hormoonpreparaten Bij een ontsteking van de grote slagaders (arteriïtis temporalis) kunnen hormoonpreparaten (prednison) in hoge doseringen nodig zijn om een aanval aan uw andere oog te voorkomen. Bij vaatnieuwvorming kan een laserbehandeling nodig zijn om dit tegen te gaan. Vragen/contact? Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen, dan kunt u contact opnemen met de polikliniek Oogheelkunde van de locatie waar u onder behandeling bent. Telefoonnummers polikliniek Oogheelkunde Ziekenhuislocatie Refaja 0599 65 44 44 Ziekenhuis Scheper 0591 69 14 45 Wetenschappelijk onderzoek Binnen Treant Zorggroep doen we ook wetenschappelijk onderzoek. Mogelijk wordt u gevraagd om hieraan mee te doen. Informatie Meer informatie vindt u op: www.treant.nl TRIP133 180117