SLOTTOESPRAAK POLITIEK CONGRES OKRA – GENT 21/12/2006. Beste Genodigden, Beste Vriendinnen en Vrienden van OKRA, Laat mij aanvangen met jullie allemaal een gelukkige verjaardag toe te wensen. Misschien verbaast jullie dit ? Maar het is precies, dag op dag, bijna uur op uur, vijftig jaar geleden dat in de legendarische Kajotterscentrale in Brussel op een studiedag van de Landsbond van de Christelijke Mutualiteit, over het ouderdomsvraagstuk en naar aanleiding van vijftig jaar CM, door afgevaardigden van de kristelijke sociale organisaties van het ACW (de huidige deelorganisaties) en de gewestelijke en plaatselijke Bonden van gepensioneerden, werd overgegaan tot de stichting van wat later zal genoemd worden KBG-nationaal, wat nu herdoopt VZW Okra-Algemeen is geworden. Wij beleven dus werkelijk een historische feestdag. Het past dan ook, onze erkentelijkheid en dankbaarheid uit te drukken tegenover de CM, die ons al die jaren – zeg maar onze hele geschiedenis door – gemaakt en gesteund heeft en vooral de vrijheid heeft gegeven om ons zelf te worden, om onze eigen identiteit vorm te geven. Deze CM-impulsen roepen bij mij het beeld op van groter wordende kinderen, die het warme gezinsnest verlaten om op eigen vleugelslag hun eigen leven te kunnen uitbouwen, maar die, eens ‘gesetteld’ in het leven, zo graag naar huis terug keren om zich te koesteren in de warme gezelligheid van het ouderlijke huis. Zo komen wij kortelings ook weer thuis. Wij willen immers onze hernieuwde en vernieuwende samenwerking met CM in een Charter omzetten, waar wij in wederzijds respect en bewaring van elkaars autonomie naar buiten willen treden op het grote maatschappelijke vlak, waar wij zoveel inzichten en belangen gemeenschappelijk hebben. CM bedankt voor 50-jaar ondersteunende en opbouwende loyauteit. Van KBG naar OKRA Onze goede ‘oude’ KBG is nu OKRA TREFPUNT 55+ geworden en wij gaan in 2007 ons tweede volle 50 jaar in. Van een man die vijftig wordt, zegt de wijsheid: ‘Hij heeft Abraham gezien’, van een vrouw van vijftig: ‘Zij heeft Sarah gezien’. Een beweging, en dan nog een ouderenbeweging die vijftig wordt, wat heeft Zij gezien ? Zovele vrouwen en mannen – doorheen de vele tijdsstromingen, de vele generaties – die het beste van zichzelf gaven om die sterke KBG, die op vandaag trendsetter is geworden voor de vele andere ouderenbewegingen, vorm en vooral inhoudelijke diepgang te geven. Alleen intens gedragen dankbaarheid daartegenover kan ons antwoord zijn. Geschiedenis is immers geen opeenstapeling van feiten of abstracte ideeën. 1 Geschiedenis is mensenwerk. De KBG-geschiedenis is dat zeker: het werk van zovele ongetelde duizenden mensen, die niet telden of rekenden maar zich slechts mateloos gaven. KBG is vijftig. OKRA neemt de beurt over. We hebben een soort estafettegevoel bij het einde van dit jubileumjaar. We nemen de wisselstok over en willen het even goed doen als de vorige lopers. We zullen moeten pogen die vijftigjarige verantwoordelijkheid op onze schouders te nemen. In een andere tijd, met een nieuwe naam, een nieuw logo, maar blijvend doordrongen van de inhoudelijke waarden die KBG altijd heeft voorgestaan. KBG-ers wees gerust, wij blijven – al is het met een nieuwe outfit – wat we altijd waren en nu in onze naam dragen: Een Open beweging, van Kristelijke inspiratie, met Respect voor allen, expliciet voor de zwaksten onder de ouderen, blijven Actief als sociaal-culturele beweging en strijdend als belangenbehartigende ouderenorganisatie. Ik zou toch ook even kort – samen met jullie – onze naam, ons letterwoord willen duiden. 1. Wij willen een Open Ontmoetende beweging zijn. Als beweging staan wij open voor alle zoekenden – en zijn wij dat als mens niet allemaal ? – die vanuit een gemeenschappelijke inspiratie, een eind weegs willen gaan. In die O van Okra ligt ook heel duidelijk bevat de waarde die wij hechten aan het ontmoetend karakter van onze beweging. Tweemaal benadrukken wij het ontmoetend karakter. In de woorden ontmoetend en trefpunt. Het is ook duidelijk dat wij met 55+ onze beweging willen verjongen, maar dan in een verrijkende ontmoeting met alle leden. Onze jongste leden zijn 55, ons oudste lid Irma uit Eeklo is er 109. Meteen de oudste inwoner van dit land. Het is nu precies een van de grote uitdagingen in onze ontmoetende activiteiten (algemene vergaderingen, Kerst- en Paasvieringen, koffietafel en kaartnamiddagen, gezellige niet vermoeiende uitstappen, enz…) de verschillende generaties OKRA-leden samen te brengen, mekaar aldus ‘in ontmoeting’ menselijk meer en meer te begrijpen over de ouderdom heen. Ik heb dat reeds zovele keren onderlijnd in de meer dan 700 trefpunten die ik in mijn negen jaar voorzitterschap heb bezocht. Wij willen geen 5 of 6 soorten OKRA, wij willen één beweging zijn en blijven. Maar het moet ook duidelijk zijn dat wij ook willen aan diversiteit (verscheidenheid) doen. Jongere ‘ouderen’ zijn volwassen geworden in een andere tijd en hebben daardoor andere levenswensvormen. Zij willen inderdaad sporten, zich bijvormen in I.C.T. en zoveel andere dingen meer, eigen aan hun generatie. En dat is goed en OKRA moet daar op inspelen en een brede waaier van activiteiten aanbieden. Maar er zijn een aantal zaken die fundamenteel menselijk zijn en van alle tijden en van alle mensen: dialoog onder generaties, menselijke 2 ontmoeting, creativiteit, denken over vreugde en lijden, spreken over geloof, gewoon onder mekaar zijn, enz… En daarin willen wij één zijn en blijven. Het is een heerlijke uitdaging voor die vernieuwde KBG-beweging. 2. Wij willen een beweging zijn die vasthoudt aan zijn kristelijke en evangelische inspiratie. Waar wij de twee grote evangelische begrippen, liefde en rechtvaardigheid willen vertalen naar solidariteit, die de dynamo en de generator van ons bewegingshandelen wil zijn. Wij hebben in de beweging lange tijd gebakkeleid of het nu C of K moest zijn. Uiteraard een bijzaak. Maar als voorzitter en als schoolfreak en ondanks het feit dat de orthodoxe schrijfwijze met C moet zijn, heb ik de K verdedigd. Precies omdat zij symbolisch grafisch het middelpunt vormt van onze naam en als een kathedraal spits en kordaat naar boven wijst. Er uitsprint en dat moet in ons bewegingsleven ook zo kunnen zijn. 3. Wij willen een respectvolle beweging zijn, d.w.z. dat wij respect hebben voor elke mens, wat hij ook persoonlijk of maatschappelijk moge vertegenwoordigen. Binnen dit fundamenteel respect voor elke mens, pogen wij zowel binnen de beweging als algemeen maatschappelijk, de kleinste en de zwakste centraal te stellen. Onze werking binnen de woonen zorgcentra wil daar uitdrukking van zijn. Meteen het ogenblik om de meer dan 6000 bewegingsvrijwilligers te bedanken, die deze werking duidelijk gestalte geven. Voor hen is het evangelische adagio: ‘wat jij aan de minsten van de mijnen hebt gedaan, heb jij aan mij gedaan’ geen dode letter gebleven. Wij moeten er in de toekomst nog meer daadkracht durven aan geven. 4. Wij willen een actieve beweging zijn. Actief op het domein van het sociaal-culturele en het belangenbehartigende. Dit zijn immers de twee kernvelden (de twee steunberen) van ons actieveld: Ons eerste actieveld het sociaal-culturele, bestrijkt zeven domeinen: Okra-academie Okra-bedevaarten Okra-crea Okra-reizen Okra-sport Okra-zorg Okra-zingeving De grote uitdaging op die zeven domeinen is de Actualisering. Hoe slagen wij erin onze activiteiten ‘verfrissend’ en ‘vernieuwend’ te houden en tegelijk er het lid blijvend bij te betrekken. Eenheid en diversiteit moe3 ten wij hier tot een harmonische vorm van VERRIJKING kunnen ombuigen. Diversiteit in blijvende geborgenheid en verbondenheid moet het grote pogen blijven op het terrein van ons sociaal-cultureel bewegingsleven. Ons tweede actieveld is het belangenbehartigende en daarover houden wij vandaag ons congres. Tekenen wij de lijnen uit binnen dewelke wij het eerste decennium aan belangenbehartiging willen doen. Belangenbehartiging bij OKRA De doelstelling van onze belangenbehartiging is kernachtig en duidelijk: de verbetering van de levensvoorwaarden van elke 55-plusser in Vlaanderen, ingebed in onze grote maatschappelijke opdracht, ontleend aan onze drie grote slagaders: het Evangelie, de Europese en Universele rechten van de mens en de basisprincipes van het democratische denken. Onze basisvisie is te vatten in drie begrippen: autonomie in persoonlijke en maatschappelijke geborgenheid en verantwoordelijkheid. 1) Autonomie: alle 55-plussers hechten – zoals alle mensen – zeer veel waarde aan zelfstandigheid. Gedragen door de beperkingen van de leeftijd en van het leven zelf, speelt die autonomie een nog belangrijkere rol in het leven van ouderen. Concreet houdt dit vier elementen in: De mogelijkheid behouden om een zelfstandig leven te leiden; De mogelijkheid om zich blijvend verder als mens te ontplooien; De mogelijkheid en de wens om hun leven tot een goed einde te brengen; De mogelijkheid om zelf te beslissen hoe zij ouder willen worden. Dit veronderstelt dat de samenleving zo is ingericht dat allen, op solidaire basis en gelijkwaardig kunnen genieten van de fundamentele politieke, sociale, economische en culturele rechten. Zowel personen als groepen moeten beschikken over de wettelijke en feitelijke mogelijkheden om deze grondrechten af te dwingen en te verdedigen. 2) Persoonlijke en maatschappelijke geborgenheid Persoonlijke geborgenheid wil zeggen: zich opgenomen en gerespecteerd weten in het gezin, familie, buurt of wijk, woon- en zorgcentrum, het ruimer samenleven. 4 Maatschappelijke geborgenheid betekent eigenlijk zekerheid. De zekerheid van een menswaardig inkomen, veiligheid, mobiliteit, een goede en betaalbare gezondheidszorg, kwaliteitsvol wonen… 3) Verantwoordelijkheid Persoonlijke en maatschappelijke verantwoordelijkheid is de keerzijde van autonomie en competentie. Rechten brengen ook plichten mee. 55-plussers moeten – en willen – samen en in dialoog met de andere generaties (jongeren en actieven) verantwoordelijkheid blijven opnemen voor de samenleving waarin zij leven. Die principes hebben wij geprobeerd concreet te maken op twee manieren: - door ons Jaarprogramma: Har(d)t voor je recht In 177 gemeenten (met medewerking van 778 lokale trefpunten) werd een Zilverboek aangemaakt naar aanleiding van de gemeenteraadsverkiezingen. Dit heeft veelvuldig de pers (meer dan 130) gehaald en geleid tot diverse plaatselijke acties. Steeds meer vingerknippers zijn actief geworden in de trefpunten om de leden dienstverlenend bij te staan. We tellen er momenteel tussen de 600 à 700. DANK U ! In de trefpunten werden 125.000 petities verzameld in het kader van de actie voor welvaartsvaste pensioenen onder de slagzin ‘Wel ouder, niet armer’ ! Een actualiteitsmotie heeft duidelijk gemaakt hoe wij daartegenover staan. Blijven aandringen dus. Onze bestuursorganen zullen de weg moeten aanduiden waarlangs wij onze eisen krachtdadig zullen blijven verdedigen. - door dit Politiek Congres, die een BLAUWDRUK wil MEEGEVEN aan onze politici met het oog op de federale verkiezingen van juni 2007. Vier verwijten zal men ons zeker niet kunnen toesturen: gebrek aan duidelijkheid; gebrek aan verantwoordelijkheid; gebrek aan inzicht; gebrek aan intergenerationeel denken en voelen Aan de beweging als beweging en vooral toekomstgericht zou ik nog duidelijk willen zeggen: vergeet de opvolging (the follow up noemt men dit nu) niet naar de politici. Naar aanleiding van de overhandiging van onze zilverboeken hebben vele (toekomstige) gemeenteraadsleden, schepenen, voorzitters van het OCMW 5 en burgemeesters mooi geknikt, toezeggingen gedaan en beloften geformuleerd. Houd de vinger aan de pols, blijf ze wijzen op de aandachtspunten die jullie hebben overgemaakt. Een legislatuur duurt 6 lange jaren. Houd verbeten vol aan te dringen op belangrijke te verwezenlijken punten die noden van ouderen oplossen of behoeften voldoen. Ook rond de resoluties van dit Congres zullen in de loop van de kiesstrijd beloftes worden gedaan. Memoreer ze, houd ze stevig omklemd om ze bij nietverwezenlijking, blijvend onder de aandacht van de politieke verantwoordelijken te brengen. Dit is de opdracht die jullie van hieruit meekrijgen naar jullie regio’s en trefpunten. Probeer die opdracht waar te maken, de OKRA-leden rekenen op jullie. Vier stigma’s en vier positieve remedies Laat mij toe – bij wijze van slotbedenking – vier stigma’s (ingekerfde littekens) te bestrijden die onze persoonlijke en maatschappelijk geborgenheid als ouderen bedreigen. Ik heb het over de maatschappelijk stigmatisering van de ouderdom. 1/ Doemdenkerij rond de vergrijzing: het kunnen en mogen ouder worden is een vorm van echt menselijke vooruitgang, is een eeuwenoud diep menselijk streven. Sommige zien echter het ouder worden, louter als een maatschappelijk euvel, als een luis in de pels van degenen die jong en actief zijn. Dit nemen wij niet. Er zijn inderdaad problemen van maatschappelijke aard verbonden aan de vergrijzing. Maar een dynamische maatschappij bedrijft juist echt ethische politiek door ‘les défauts de ses qualités’ zoveel mogelijk op te lossen. Wij hebben dit op dit congres gepoogd rond de onderhoudsplicht. Wij hebben geconstateerd dat deze wetgeving als een stukje antwoord op vergrijzingsproblematiek niet goed, zelfs slecht functioneert en neveneffecten produceert, die niet aanvaardbaar zijn. Binnen onze principes over de wederkerigheid van rechten en plichten van ouder-kind en kind-ouder, willen wij dan ook meewerken aan het zoeken en suggereren van betere wetgeving op dit vlak. Dit is een voorbeeld van positief reageren op problemen die voorkomen uit de vergrijzing. Een positieve aanpak in plaats van hopeloze doendenkerij die tot passiviteit leidt. 2/ Intergenerationaliteit voorstel als een strijd tussen generaties. Sommigen stellen zich een nieuw soort klassenstrijd voor, deze tussen de generaties. Slogans als ‘ouderen eten onze toekomst op’ zeggen genoeg. In plaats van dialoog en wederzijdse verrijking als model in te bouwen, beelden zij zich een ‘liberale’ ‘struggle for life’ in, waarvan de overwinnaar op voorhand al bekend is. Dit is een volledige negatie van iets moois in het leven: mensen schrijven nieuwe hoofdstukken. De opeenvolging en de onderlinge bevruchting van generaties versterken juist de maatschappelijke dynamiek. 6 3/ Het stigma van ‘het ten laste’ zijn. De vrees ‘van ten laste’ te zijn leeft – mijn inziens – ten onrechte bij vele ouderen. Een maatschappij die zijn ouderen als een last ervaart, is een decadente maatschappij. Ik herinner mij nog zo goed toen familieleden van onze Kongolese adoptiezoon op bezoek kwamen bij ons thuis, hun eerste groet en zorg uitging naar mijn schoonvader, die ziek, bij ons inwoonde. Dat had voorrang op alles. Heeft onze westerse maatschappij soms niet te leren, ook op dit vlak, aan andere zogezegd minder ontwikkelde culturen ? 4/ Het negatief imago van ouderen in de media. Het patroon in de media is bijna klassiek geworden. Heel erg gepolariseerd. Enerzijds de rijke ouderen, sportief, reizend, genietend van een zorgeloos bestaan. Anderzijds de oudere sukkel, die gewoon niet meer mee telt noch persoonlijk, noch maatschappelijk. Het wordt hoogtijd dat men vertrekt van een genuanceerd ouderenbeeld. Uiteindelijk zijn het alleen de ouderen die ervaringsgewijs weten wat het is ouder te worden. Wat lief en leed is in het leven, wat goede en kwade dagen betekenen. Hoe voortdurend een ‘stukje’ afscheid nemen van talloze levensuitzichten de mens van binnen tekent. De oudere als totaal-mens benaderen en niet als een sociologisch fenomeen. Het wordt tijd daarvoor. Daar tegenover stellen wij… 1/ Kristelijk optimisme: tegen het doemdenken in, geloven dat wij als ouderen blijvend meewerken aan het goddelijk Scheppingswerk. Dat houdt in, het weren van elke krampachtigheid tegenover de evoluties in het persoonlijke leven en de maatschappij in het algemeen. Op onze eigen wijze hebben wij daarin als oudere nog een belangrijke rol te spelen. 2/ Solidariteit in plaats van strijd tussen generaties. Solidariteit is geen inhaalbeweging van de ene groep ten overstaan van een andere. Solidariteit is een levenshouding. Echte solidariteit tilt de andere boven mij uit en solidariteit is soms riskeren: dat het anders uitdraait dan je gehoopt had. Solidariteit is je nek durven uitsteken en daar willen wij als beweging onze verantwoordelijkheid in nemen. 3/ Het vrijwilligerswerk. Ik zou hier twee voorstellen willen lanceren. Een ernstig en een ludiek. Eerst de ernst: het wordt meer dan tijd in een hoogconjunctuur van onderzoeken dat er een groot onderzoek gebeurt naar de waarden van het bruto-nationaal 7 vrijwilligersproduct. Het resultaat zou voor de politici en de ministers van pensioenen en generatiepact-afsluiters heel relevant kunnen zijn. Een tweede voorstel: ludiek maar met een ernstige ondertoon. Een onderbreking op de nationale TV-zender EEN voor een extra-nieuwsuitzending “Oudere vrijwilligers leggen het werk neer”. Enkele sfeerbeelden: geen kinderen op de schoolbanken, lege desolate klaslokalen (de opa’s en de oma’s staken); geen toezichters meer ’s morgens op de gevaarlijke oversteekpunten; geen beheerraden meer van onderwijsinstellingen en caritatieve instellingen; op woensdagnamiddag, volledige black-out voor allerlei creatieve activiteiten: sport, academie, enz… alleen de parlementen gonzen van bedrijvigheid, daar zijn immers geen ouderen in vertegenwoordigd; de meeste vrijwilligersjobs moeten nu gedaan worden door professioneelbezoldigden. Gevolg een falliete schatkist en verkoop van alle overheidsgebouwen om de begroting in evenwicht te houden. Let wel: dat is een fictiepassus in mijn slottoespraak. Maar moest het nu eens ECHT zijn ? Wat dan ? 4/ Participatie. Als ouderen willen wij – via de beweging – deelnemen aan het publieke leven en daarin onze verantwoordelijkheid opnemen. Via directe zitting in de politieke instellingen als werkelijke ‘politiciens-témoins’, getuigen van de ouderengroep. Maar vooral willen wij ons engageren in de politieke, sociale, en culturele raden. Al spreekt het voor zich dat voor ons de ouderenraden prioritair zijn. Verantwoordelijkheid opnemen in de Vlaamse Ouderen Adviesraad en in de gemeentelijke Ouderenadviesraden, zijn dus een absolute must voor de beweging. Ziedaar onze antwoorden op stigma’s, vooroordelen en doemdenken. OKRA wil een optimistische, dynamische beweging zijn die geen uitdagingen uit de weg gaat, maar steunend op zijn sterke achterban (de sterkste in ons land) maatschappelijk een rol wil spelen ten bate van zoveel ouderen die nog altijd dromen en een toekomst hebben. Tenslotte dank Guido Gezelle zei ooit: “Dankbaarheid is een bloemeke dat in weinig hovekens bloeit”. Wij willen hem vandaag ongelijk geven door echt dank te zeggen. - dank aan allen die hieraan meegewerkt hebben op twee vlakken: 8 inhoudelijk: wat hier inhoudelijk werd goedgekeurd zal jaren lang sporen trekken doorheen het ouderenlandschap. Het was prachtig wat jullie afgeleverd hebben. Dank vooral aan de congresvoorzitter Willy Peirens. Zijn ervaring was onze onmisbare wegwijzer doorheen de vele resoluties. materieel: het was goed hier te zijn, we voelden ons door jullie comfortabel geborgen. - Speciale dank aan het nationaal secretariaat en de regiosecretariaten. - Dank aan de vingerknippers en aan allen die inbreng hadden in de regio’s - Dank aan alle aanwezigen die hun verantwoordelijkheid hebben opgenomen door actief tussen te komen en hier aanwezig te zijn - Dank aan de genodigden voor hun sympathieke interesse. Moge zij de boodschap meenemen naar het terrein waarop zij verantwoordelijkheid dragen. Onze dankbaarheid is en blijft kloppend aanwezig in de kern van de vele melkwitte OKRA-bloemen die in onze figuurlijke OKRA-tuin bloeien. Hugo Verhenne Algemeen voorzitter OKRA 9