Antwoordmodel

advertisement
Antwoordmodel Tijdvak 7
Driehoekshandel
Stap 1
1. Niet waar
2. Niet waar
3. Niet waar
4. B
5. C
6. A
7. B
Stap 2
http://www.sjlgs.nl/havo/gallery/driehoekshandel--1280x768-.jpg
Deze afbeelding geeft een goed beeld van de driehoekshandel: de route en de ‘goederen’
die verhandeld worden in de driehoekshandel. Het enige dat hier niet op de kaart staat,
is het aantal slaven dat is vervoerd: 11 miljoen mannen, vrouwen en kinderen.
Op de kaart ontbreekt ook hoe de omstandigheden waren aan boord van de overtocht
van de slaven: uitermate slecht, met als gevolg veel zieken en doden. De slaven zullen
het gevoel hebben gehad dat ze in de hel terecht waren gekomen. Deze gegevens kun je
ontlenen aan de verschillende filmpjes van SchoolTV.
Afschaffing slavernij
...
Stap 2
1619: eerste geïmporteerde slaven uit Afrika worden verkocht in (zuidelijk) Amerika
1793: uitvinding van de ‘Cotton Gin’, een revolutionaire landbouwmachine in de
katoenindustrie die het werk van slaven (deels) uit handen neemt
1807: afschaffing slavenhandel in Engeland
1814: Nederlandse wet verbiedt slavenhandel
1831: verschijning van krant ‘The Liberator’ in Amerika, waarin gestreden wordt tegen de
slavernij
1852: publicatie van het Amerikaanse boek ‘De negerhut van Oom Tom’. Beïnvloedt de
publieke opinie ten gunste van de slaven. De slavenhouders in het zuiden van Amerika
vervloeken het boek
1859: John Brown, die vanuit de zuidelijke staten van Amerika streed tegen de slavernij
en een groep abolitionisten leidde, wordt ter dood veroordeeld
1863: afschaffing van de slavernij in Nederland – afschaffing van de slavernij in de
noordelijke staten van Amerika
Twee revoluties
...
Stap 2
1. Hierbij is de maatschappij verdeeld standen en de daarbij horende rechten.
2. Er bestonden in Frankrijk rond 1890 drie standen.
3. 1. Geestelijkheid, 2. Adel, 3. Ambachtslui en burgerij.
4. De Ambachtslui en burgerij waren het armst.
5. De burgerij betaald belasting maar had geen politieke invloed.
Volgorde gebeurtenissen: 2,6,5,7,3,1,4
Geschiedenis PABO| Tijdvak 7 | Antwoordmodel
Stap 3
Wat
Periode (jaartallen)
oorzaak
Gebruik van geweld
Gevolg van de
revoluties
Amerikaanse revolutie
1774 -1783
Belastingen 3e stand/Boston Tea
Party.
Continentale Leger
-Een centraal bestuur voor
landsbelangen
-federatie van staten, elke staat
een eigen bestuur
-Grondwet: vrijheid van
meningsuiting,
rechtsbescherming,
godsdienstvrijheid, vrij
wapenbezit
Franse revolutie
1789 - 1804
De derde stand wil meer macht.
Wapens uit kelder Bastille
(politieke gevangenis)
- 1e en 2e stand verliezen hun
voorrechten
- Koning heeft geen absolute
macht meer
-oorlogen met Oostenrijk,
Engeland en Spanje. Willen
opstand in eigen land
voorkomen
- Dienstplicht zorgt voor groot
leger
- Napoleon pakt de absolute
macht weer en de revolutie zet
zich niet voort.
De grootste overeenkomst is dat er zowel in Frankrijk als in Amerika onvrede was bij de
derde stand, en dat de eerste en twee stand meer rechten hadden.
Het grootste verschil is dat de revolutie in Amerika daadwerkelijke een democratie heeft
veroorzaakt, terwijl er in Frankrijk uiteindelijk weer een dictatuur ontstond.
Verlichting
...
Stap 1
1. De machtspositie van de Kerk moest verkleind worden en zij mocht niet langer
het alleenrecht hebben op interpretatie van de Bijbel. De Kerk en Bijbel waren
niet langer de belangrijkste bron van kennis, omdat de wetenschap een grote(re)
rol toebedeeld kreeg door de verlichte denkers.
2. Omdat sinds de Verlichting vrijheid en gelijkheid van het individu sterker gold,
bepaalde afkomst niet langer je positie, beroep, godsdienst en stand. Je stand lag
dus niet langer vast bij je geboorte. Je kreeg het recht en de vrijheid om eigen
keuzen te maken.
Stap 2
1. Descartes
2. Montesquieu
3. Adam Smith
4. Rousseau
5. Voltaire
6. Spinoza
7. Diderot
8. Locke
Stap 3
De ideeën van Thomas Hobbes kwam verlichte vorsten goed uit vanwege het feit dat
Hobbes aangeeft dat de staat wel een vorst of leider nodig heeft. Bovendien ontstaat nu
de situatie waarin de gehoorzaamheid van het volk aan de vorst onderbouwd wordt in
samenspraak met de verlichte ideeën over gelijkheid en vrijheid. Hierdoor wordt de
machtspositie van de vorst ten opzichte van het volk in zekere zin versterkt.
Geschiedenis PABO| Tijdvak 7 | Antwoordmodel
Trias politica
...
Stap 1
De antwoorden worden prijsgegeven in Stap 1.
Stap 2
Welke persoon of instantie heeft de uitvoerende macht in de VS?
De president, telkens voor een periode van 4 jaar.
Welke persoon of instantie heeft de wetgevende macht in de VS?
Het Congres (de Senaat en het Huis van Afgevaardigden).
Welke persoon of instantie heeft de rechtsprekende macht in de VS?
Het hooggerechtshof.
Wat is geregeld in de grondwet?
In de grondwet zijn de grondrechten van alle burgers van de Verenigde Staten van
Amerika vastgelegd: (onder andere) vrijheid van meningsuiting, rechtsbescherming, vrij
wapenbezit en godsdienstvrijheid.
Gelden in alle staten dezelfde wetten?
Nee, de wetten kunnen per staat verschillen. Echter, de grondwet is voor alle burgers in
alle staten hetzelfde. De wetten die een staat maakt en hanteert mogen niet in
tegenspraak zijn met de grondwet.
Bedenk waarom de trias politica eigenlijk het best past bij een democratisch systeem met
een grondwet en verkiezingen.
Omdat de trias politica ervan uitgaat dat de machten worden gedeeld en gescheiden zijn
van elkaar. Dit is in een democratie precies zo geregeld met de scheiding tussen
uitvoerende, wetgevende en rechtsprekende macht. In bijvoorbeeld een dictatuur of
monarchie liggen al deze machten of twee van deze machten bij één persoon of
instantie.
Stap 3
Met de vierde en vijfde macht worden meestal bedoeld de ambtenarij (werknemers van
de overheid), de media (journalisten, kranten, tijdschriften, redacties) en eventueel nietparlementaire organisaties (NGO’s, actiegroepen).
Voordelen van de 4de en 5de macht:
 De ambtenaren kunnen de uitvoerende en wetgevende machten adviseren omdat
zij kennis en expertise hebben op bepaalde gebieden
 Ambtenaren staan soms dichterbij de burgers en hebben daardoor een groter
inzicht in wat er speelt dan de uitvoerende macht
 De media kunnen de rol van communicatiekanaal vervullen tussen de trias politica
en het volk: zij kunnen op begrijpelijke en aantrekkelijke wijze informatie
overbrengen van de regering naar de burgers
 De media vervullen ook een controlerende functie: zij kunnen als het ware in de
gaten houden of de regering geen gekke dingen doet
 Niet-parlementaire organisaties kunnen zaken aan de kaak stellen die van belang
zijn voor de burgers. Zij kunnen de aandacht trekken van de regering
 Niet-parlementaire organisaties kunnen taken op zich nemen die de overheid laat
liggen
Nadelen van de 4de en 5de macht:
 De invloed van de ambtenaren op de besluitvorming kan (te) groot zijn of worden,
doordat de trias politica (te) afhankelijk zijn van de expertise en kennis van de
Geschiedenis PABO| Tijdvak 7 | Antwoordmodel



ambtenaren. De macht van de ambtenarij wordt niet door
volksvertegenwoordigers gecontroleerd
De media kunnen zo berichten, interpreteren en de burgers informeren dat zij
daarmee invloed kunnen uitoefenen op politieke ontwikkelingen
Als niet-parlementaire organisaties teveel of erg belangrijke taken op zich nemen
om burgers te ondersteunen als de overheid het laat afweten, kan het vertrouwen
van de burger in de regering/overheid/politiek afnemen
Niet-parlementaire organisaties worden niet gecontroleerd door
volksvertegenwoordigers.
De patriotten
...
Stap 1
1. A
2. B
3. C
4. B
5. C
6. A
7. A
Stap 2
1. Een groot twistpunt was dat de Patriotten inspraak en vrijheid (onder meer van
meningsuiting) wilden voor de burgers in Nederland en af wilden van de autoritaire
wijze waarop stadhouder Willen V de Republiek der Nederlanden bestuurde. Een
ander twistpunt was de vraag wie verantwoordelijk was voor de economische crisis in
de Republiek die in 1780 begon. De Patriotten hielden Willem V hiervoor
verantwoordelijk.
2. Franse en Amerikaanse burgers kwamen net als de Patriotten in verzet tegen hun
landsbestuurders. Maar hun motieven waren niet hetzelfde. In Frankrijk en de
Republiek der Nederlanden wilde n burgers hun landsbestuurders verjagen omdat die
autoritair waren en omdat de burgers inspraak wilden bij het bestuur van hun land.
In Frankrijk lag het landsbestuur net als in de Republiek der Nederlanden in handen
van een staatshoofd dat een autoritair bewind voerde. In Frankrijk kwam burgers
ook in verzet tegen het bestuur van hun land omdat de geestelijkheid en de adel in
Frankrijk een bevoorrechte positie hadden en erg rijk waren terwijl veel burgers in
armoede leefden. In Amerika kwamen burgers in opstand tegen hun
landsbestuurders omdat die Engeland, toen de kolonisator van hun land,
vertegenwoordigden. De burgers wilden van hun land een onafhankelijk land maken.
3. De Patriotten wilden gelijkheid voor iedereen, vrijheid voor alle burgers en dat de
macht bij het volk kwam. Deze ideeën hebben ze overgenomen van Franse
Verlichtingsdenkers.
Eise Eisinga
...
Stap 1
Een dominee had in die tijd veel aanzien en gezag. De kerk bepaalde wat waar was en
wat niet. Bovendien hadden meeste mensen zelf geen enkele kennis over het
zonnestelsel.
Stap 2
Die planeten waren in die tijd nog niet ontdekt.
Geschiedenis PABO| Tijdvak 7 | Antwoordmodel
Download