Unesco Platform Vlaanderen

advertisement
UNESCO

Aangezien oorlog ontstaat in de menselijke
geest, is het ook in de menselijke geest
dat de verdediging van de vrede
moet worden opgebouwd.
UNESCO Constitutie

Wat ze is ...
...en wat ze doet
UNESCO 2007
UNESCO...
De UNESCO, de Organisatie van de Verenigde Naties voor Onderwijs,
Wetenschap en Cultuur, werd opgericht op 16 november 1945.
De UNESCO streeft ernaar voorwaarden te scheppen voor een dialoog tussen
de verschillende beschavingen, culturen en volkeren, met respect voor de
gemeenschappelijke waarden. Dit is van groot belang, in het bijzonder met het oog op
het wijdverspreide terrorisme dat alle normen en waarden van het Handvest van de
Verenigde Naties met voeten treedt en een bedreiging vormt voor de mens(elijk)heid.
Onze wereld heeft dringend behoefte aan een globale visie die gericht is op duurzame
ontwikkeling uitgaande van respect voor de mensenrechten, op wederzijds respect
en op vermindering van de armoede. En die zaken vormen de kern van de opdracht
van de UNESCO, van waaruit haar talloze activiteiten en initiatieven voortvloeien.
Uitdagingen op
wereldniveau
De UNESCO zet zich via haar beleid en
haar activiteiten vol overtuiging in voor de
realisatie van de Millenniumdoelstellingen
van de VN, en in het bijzonder voor
de doelstellingen die streven naar:
î het halveren van het aantal mensen dat in
extreme armoede leeft (tegen 2015)
î het aanbieden van basisonderwijs voor iedereen
î het verzekeren van gelijke kansen voor jongens en
meisjes in het basis- en middelbaar onderwijs
î het bestrijden van hiv/aids, malaria en
andere ziektes
î het bevorderen van duurzame ontwikkeling
www.un.org/millenniumgoals
2
3
Onderwijs
Volgens het Instituut voor Statistiek van de UNESCO zijn er
op dit moment 771 miljoen mensen analfabeet.
Bovendien gaat in de ontwikkelingslanden één kind op vijf
in de leeftijd van 6 tot 11 jaar niet naar school. Dat zijn
meer dan 100 miljoen kinderen, waarvan 53 % meisjes.
De internationale gemeenschap
heeft zich geëngageerd om
deze ontwikkeling een halt toe te roepen en om het streefdoel Onderwijs voor allen (EFA,
Education for All) waar te maken tegen 2015. Het Wereldonderwijsforum (Dakar 2000) heeft
daarvoor zes doelstellingen geformuleerd voor 2015:
•
de zorg en het onderwijs voor jonge kinderen uitbreiden
•
de toegankelijkheid van het onderwijs verbeteren, en
gratis en kwaliteitsvol onderwijs voor alle kinderen van
lagereschoolleeftijd garanderen
•
de leer- en studiemogelijkheden voor jongeren en
volwassenen aanzienlijk uitbreiden
•
de alfabetiseringsgraad onder volwassenen met 50 %
verhogen
•
de ongelijkheid van onderwijskansen tussen de seksen
elimineren
•
de kwaliteit van het onderwijs verbeteren.
www.unesco.org/education/efa/wef_2000
De UNESCO leidt alle inspanningen over de hele
wereld om deze doelstellingen te bereiken, in goede banen. Zij stelt zich tot taak de
politiek te mobiliseren en de inspanningen van alle belanghebbenden - waaronder
ontwikkelingspartners, regeringen, ngo’s en verenigingen - te coördineren.
EFA is de drijvende kracht achter de acties van de UNESCO met het oog op:
•
de steun aan overheden bij het formuleren van hun onderwijsbeleid
•
de ontwikkeling en verspreiding van educatief materiaal – handboeken, onderwijskits,
handleidingen voor leerkrachten e.d. – rond allerlei thema’s, gaande van duurzame
ontwikkeling tot vredesopvoeding
•
de invoering van nieuwe normen en standaarden voor beroeps- en technisch onderwijs
en voor de erkenning van diploma’s hoger onderwijs
•
de inventarisatie van huidige tendensen en gepaste strategieën om het hoofd te bieden
aan moderne problemen, zoals de hiv/aids-problematiek
•
extra aandacht voor Afrika, voor de meest achtergestelde landen en voor de negen
dichtstbevolkte landen – Bangladesh, Brazilië, China, Egypte, India, Indonesië,
Mexico, Nigeria en Pakistan – waar meer dan 70 % van de ongeletterde (volwassen)
wereldbevolking leeft en waar bijna de helft van de kinderen niet naar school gaat
•
de ontwikkeling van nieuwe methodes om onderwijs te kunnen geven in bijzondere
omstandigheden, zoals aan mensen zonder vaste verblijfplaats, in oorlogsgebieden of in
noodsituaties
•
de bevordering van samenwerkingsverbanden tussen overheden, privé-initiatieven en
ngo’s om een betere coördinatie van de inspanningen te garanderen en het politieke
engagement levend te houden.
www.unesco.org/education/efa
4
5
•
De alfabetiseringscampagne Literacy Initiative for Empowerment
(LIFE), die actief is in 33 landen en gericht is op mensen die nog niet
(voldoende) kunnen lezen en schrijven.
•
EDUCAIDS, een wereldwijd initiatief rond onderwijs en aids, voor
de ontwikkeling van preventie- en gezondheidsopvoeding van
risicojongeren.
•
De opleiding van leerkrachten in de Afrikaanse landen ten zuiden van
de Sahara, om er het tekort aan leerkrachten (als gevolg van aids,
gewapende conflicten e.d.) op te vangen.
Elk jaar publiceert de UNESCO het EFA Global Monitoring Report, waarin een
overzicht wordt gegeven van wat er het afgelopen jaar gedaan is om de doelstelling
– basisonderwijs voor iedereen tegen 2015 – te bereiken.
www.unesco.org/education/efa
De UNESCO is verantwoordelijk voor het VN-Decennium voor Alfabetisering
(2003-2012). Zij coördineert de initiatieven van de verschillende partners en
ontwikkelt de nodige instrumenten en methodes om de impact van de diverse
alfabetiseringscampagnes en -programma’s te meten.
Onderwijs
Onderwijs
Om de EFA-doelstellingen zo snel mogelijk te
kunnen bereiken, heeft de UNESCO drie omvangrijke
initiatieven in cruciale sectoren gelanceerd:
Gespecialiseerde instituten en centra van de
UNESCO op het gebied van onderwijs
Op dit moment zijn er zes instituten en twee centra actief in de onderwijssector voor de
ondersteuning van ontwikkelingslanden bij het oplossen van de voornaamste problemen
in verband met educatie:
•
Internationaal Onderwijsbureau (IBE, Genève)
www.unesco.org/education/litdecade
•
Internationaal Instituut voor Capaciteitsopbouw in Afrika
De UNESCO leidt eveneens het VN-Decennium voor Educatie voor
Duurzame Ontwikkeling (2005-2014) in goede banen en benadrukt daarbij de rol
van het onderwijs bij het streven naar duurzame ontwikkeling.
•
www.unesco.org/education/desd
•
De uitbouw van onderwijsnetwerken
ASPnet, het wereldwijde netwerk van geassocieerde scholen dat werd opgericht in
1953, verbindt nu al bijna 8000 scholen en andere onderwijsinstellingen in 175 landen.
Het is gericht op vernieuwing, ontwikkelt programma’s voor de promotie van kwaliteitsvol
onderwijs, en kaart actuele thema’s aan zoals milieubescherming en interculturele vorming.
www.ibe.unesco.org
www.unesco-iicba.org
www.unesco.org/iiep
6
UNESCO-instituut voor de Toepassing van Informatietechnologie in het
Onderwijs (IITE, Moskou)
www.iite.ru
•
UNESCO-instituut voor Levenslang Leren (UIE, Hamburg)
www.unesco.org/education/uie
•
www.unesco.org/education/educprog/unitwin
Internationaal Instituut voor Hoger Onderwijs in Latijns-Amerika en de Caraïben
(IESALC, Caracas)
www.iesalc.unesco.org.ve
•
www.unesco.org/education/asp
Daarnaast bestaan er al ongeveer 600 UNESCO-leerstoelen en -netwerken in meer dan
120 landen ter bevordering van de internationale samenwerking op het vlak van hoger
onderwijs.
Internationaal Instituut voor Onderwijsplanning (IIEP, Parijs)
Europees Centrum voor Hoger Onderwijs (CEPES, Boekarest)
www.cepes.ro
•
Internationaal Centrum voor Technisch en Beroepsonderwijs en Scholing
(UNEVOC, Bonn)
www.unevoc.unesco.org
7
Natuur- en exacte
wetenschappen
Al in 1968 trok de UNESCO aan de alarmbel om de aandacht te vestigen op
de noodzaak van duurzame ontwikkeling: toen organiseerde zij namelijk een
belangrijke conferentie waarop onze ongebreidelde exploitatie van de natuur
ter discussie werd gesteld. Sindsdien heeft zij al verschillende internationale
programma’s ontwikkeld voor een beter begrip en een beter beheer van de
natuurlijke rijkdommen van onze aarde.
De UNESCO helpt ontwikkelingslanden hun capaciteiten uit te breiden op
het vlak van wetenschap, engineering en technologie. In samenwerking met
verschillende financiële organisaties, geeft zij de regeringen van deze landen
advies en technische ondersteuning met het oog op het uitstippelen en in de
praktijk brengen van beleidslijnen en efficiënte strategieën op
het vlak van wetenschap technologie.
In het domein van de natuurwetenschappen zijn
zoetwater en de daarmee samenhangende ecosystemen een absolute prioriteit voor de UNESCO.
Het Internationaal Hydrologisch Programma (IHP)
staat in voor de wetenschappelijke
knowhow, technische opleidingen en
beleidsadviezen die nodig zijn om deze
kostbare hulpbron doeltreffend te beheren,
met respect voor en in evenwicht met het
milieu. Het IHP is verder ook betrokken bij
de ontwikkeling van middelen en methodes
ter voorkoming van conflicten – tussen
verschillende landen of binnen een land – in
verband met water.
www.unesco.org/water/ihp
Het UNESCO-IHE-instituut voor Watereducatie
(Delft, Nederland) vormt de kern van een wereldwijd netwerk van partnerships rond
watereducatie en de uitbouw van deskundigheid op dat vlak.
www.unesco-ihe.org
Het World Water Development Report (WWDR)
is de weerslag van de meest omvangrijke en up-to-date mondiale studie over de
stand van zaken van deze onmisbare hulpbron. Alle VN-instellingen en -organen die
zich met deze materie bezighouden, dragen bij aan deze studie via de evaluatie van
de vooruitgang in domeinen die met water te maken hebben, zoals de gezondheidsen voedingssector, de ecosystemen, de steden, de industrie, de energiesector, het
waterbeleid en risicobeheer. Het secretariaat van het World Water Assessment Programme
(WWAP) is ondergebracht bij de UNESCO en verenigt 24 VN-organisaties.
www.unesco.org/water/wwap
Het Mensheid en Biosfeerprogramma (MAB)
Dit netwerk van meer dan 480 biosfeerreservaten omvat bijna alle ecosystemen die onze
aarde rijk is. Elk reservaat is als het ware een “levend laboratorium” waarin de methodes
worden getest voor het beheer van natuur en milieu, met oog voor de economische
ontwikkeling.
www.unesco.org/mab
8
9
oceaanobservatie en -onderzoek (in het kader van het Wereld Oceaan Observatie Systeem)
en verzorgt een permanente “bewaking” van de oceanen met als doel klimaatveranderingen
beter en sneller te kunnen signaleren, mariene ecosystemen en hulpbronnen beter te kunnen
beheren en tijdig te kunnen waarschuwen voor tsunami’s en soortgelijke natuurrampen.
De IOC is ook de drijvende kracht achter het initiatief voor de oprichting van een mondiaal
alarmsysteem voor tsunami’s. Daarnaast houdt de IOC zich bezig met de verbetering van
nationale ontwikkelings- en beleidsplannen voor zeeën en kustgebieden.
www.ioc.unesco.org
Internationaal Geologisch Correlatieprogramma (IGCP)
In samenwerking met de Internationale Unie voor Geologische Wetenschappen ontwikkelen
wetenschappers uit meer dan 150 landen technieken voor het onderzoek naar en de
evaluatie van essentiële hulpbronnen (energie en mineralen). Hun doel is de kennis
over de geologische processen op aarde te vergroten en het risico op natuurrampen in
ontwikkelingslanden te verkleinen.
www.unesco.org/science/earth
De preventie van en voorbereiding op natuurrampen
De UNESCO draagt haar steentje bij aan het onderzoek naar en de preventie van
natuurrampen – aardbevingen, vulkaanuitbarstingen, tsunami’s, overstromingen en
aardverschuivingen – via diverse programma’s in het kader van het internationale VN-beleid
ter voorkoming van natuurrampen.
De UNESCO ondersteunt en stimuleert in het bijzonder een internationaal initiatief in verband
met overstromingen, een initiatief voor de integratie van een onderdeel “wat te doen na een
natuurramp” in het schoolprogramma, en een initiatief voor de ontwikkeling van een efficiënt
rampenplanbeleid in grote steden.
Het Internationaal Programma voor
Basiswetenschappen (IBSP) is een intergouvernementeel initiatief dat
erop gericht is de nationale capaciteiten te versterken via een netwerk van centra voor
basiswetenschappen. Het IBSP houdt zich bezig met projecten op het vlak van wiskunde,
fysica, chemie, levenswetenschappen en interdisciplinaire vakgebieden, steeds rekening
houdend met de behoeften op nationaal niveau.
www.unesco.org/science/bes
Het Hernieuwbare-energieprogramma ondersteunt
ontwikkelingslanden bij het opzetten en uitvoeren van programma’s voor hernieuwbare
energie – waaronder zonne-energie – en zet zich in om het grote publiek te overtuigen
van het belang en de doeltreffendheid van hernieuwbare energiebronnen. Het
Wereldprogramma voor Onderwijs en Scholing gericht op Hernieuwbare Energie (GREET)
organiseert een zomeruniversiteit in het teken van “Zonne-energie voor landelijke
gebieden” en ondersteunt verschillende proefprojecten.
www.unesco.org/disaster
www.unesco.org/science/bes
Het Platform Kustregio’s en Kleine Eilanden
Het project voor Lokale en Inheemse
Kennissystemen (LINKS) kent de landelijke gemeenschappen een
Dankzij het gebruik van de nieuwste informatietechnologieën kunnen ook de kleine eilanden
hun stem laten horen in onze moderne kennismaatschappij en werken zij samen aan de
ontwikkeling en verspreiding van een verantwoord kustbeleid en -beheer.
www.unesco.org/csi
Natuur- en exacte wetenschappen
Natuur- en exacte wetenschappen
De Intergouvernementele Oceanografische Commissie
(IOC) coördineert samen met haar partners de nationale programma’s voor
belangrijke plaats toe binnen duurzame ontwikkeling door voor het beheer van
natuurlijke hulpbronnen een beroep te doen op de kennis en kunde van de inheemse
bevolking op het vlak van culturele en biologische diversiteit.
www.unesco.org/links
10
11
Sociale en menswetenschappen
De UNESCO draagt het respect voor
de rechten van de mens en voor de
ethische normen hoog in het vaandel.
In het kader van wetenschap en technologie
ontwikkelt de UNESCO ethische beleidslijnen,
normen en juridische middelen, vooral op het
vlak van bio-ethiek.
Het meest recente resultaat hiervan is de Universele Verklaring betreffende de
Bio-ethiek en de Mensenrechten, die in oktober 2005 werd goedgekeurd door
de Algemene Conferentie en die universele normen op het vlak van bio-ethiek voorstelt.
Zij werd voorafgegaan door de Universele Verklaring betreffende het
Menselijk Genoom en de Mensenrechten, opgesteld door het Internationaal
Bio-ethiek Comité van de UNESCO (IBC) en goedgekeurd in 1997. Deze verklaring doet
dienst als juridische referentie en als uitgangspunt voor fundamentele vraagstukken zoals
het klonen van mensen. In 2003 kwam daar nog de Internationale Verklaring
betreffende Menselijke Genetische Data bij, waarin ethische principes worden
beschreven voor het verzamelen, behandelen, opslaan en gebruiken van deze gegevens
(uit biologische stalen van bloed, weefsel, speeksel, sperma enz.) die een steeds grotere
rol in ons leven spelen.
www.unesco.org/ethics
In 1998 werd de Commissie voor Ethiek van Wetenschappelijke Kennis
en Technologie (COMEST) opgericht, als antwoord op de steeds grotere
uitdagingen die ontstaan door de voortdurende vooruitgang van de wetenschappelijke
kennis en de technologie. De commissie bestaat uit gerenommeerde intellectuelen
en wetenschappers, heeft al ethische richtlijnen ontwikkeld op het gebied van
zoetwater, energie en de informatiemaatschappij, en bestudeert momenteel de ethische
vraagstukken in verband met milieu en duurzame ontwikkeling. Verder promoot zij de
scholing van wetenschappers op het vlak van milieu-ethiek en houdt zij zich bezig met de
ethische aspecten van het ruimteonderzoek.
www.unesco.org/ethics
12
13
Sociale en menswetenschappen
strijd voor mensenrechten en de strijd tegen discriminatie en
onverdraagzaamheid essentiële thema’s voor onderzoek, beleid en
besluitvorming.
www.unesco.org/issj
UNESCO’s ethische benadering van de
wetenschappelijke vooruitgang is ook van
toepassing op de grote sociale veranderingen
die het gevolg zijn van de mondialisering.
Met haar Programma voor Management van Sociale Transformaties
(MOST) leidt de UNESCO diverse studies over internationale migratie, multicultureel
14
De UNESCO benadrukt het belang van toekomstgerichte studies, en vervult de
belangrijke rol van ethisch, filosofisch en wetenschappelijk forum voor thema’s als vrede
en veiligheid, preventie van conflicten, interculturele dialoog, sociale transformaties,
armoedebestrijding, nationaliteit en mondialisering.
Tijdens de 21st Century Talks, die in verschillende
delen van de wereld worden georganiseerd,
komen wetenschappers, filosofen, onderzoekers
en kunstenaars samen om te discussiëren over
fundamentele maatschappelijke vraagstukken.
www.unesco.org/shs/prospective
Filosofie staat al lang hoog in aanzien bij de UNESCO, omdat zij kritisch en onafhankelijk
denken stimuleert, het begrip voor de wereld om ons heen vergroot en vrede en
verdraagzaamheid bepleit.
In 2005 organiseerde de UNESCO voor het eerst een Werelddag voor de
Filosofie.
Sociale en menswetenschappen
De UNESCO ondersteunt en promoot de verspreiding van informatie en onderwijs
over de mensenrechten, en wel op álle niveaus – van de onderwijzer van een school
met één klas in Afrika tot de ministers van Onderwijs in Azië. Door het publiceren van
referentiedocumenten, het organiseren van conferenties en het ondersteunen van
de ontwikkeling van nationale, regionale en internationale netwerken en strategieën
(zoals de Coalitie van Steden tegen Racisme), maakt de UNESCO van de
www.unesco.org/shs/philosophy
beleid en stedelijke problematiek via een waaier van projecten ter plaatse, overleg en
advies en universitaire netwerken. MOST streeft ernaar om de band tussen onderzoek,
beleid en praktijk te versterken en om samenwerkingsverbanden te smeden op het
vlak van strategieën, programma’s en geografische actualiteit. Het accent ligt steeds op
de strijd tegen sociale uitsluiting en armoede.
De Internationale Conventie tegen het Dopinggebruik in de Sport
werd unaniem goedgekeurd door de Algemene Conferentie in oktober 2005 en heeft als
doel de wereldwijde inspanningen tegen dopinggebruik te bundelen.
www.unesco.org/most
www.unesco.org/en/antidoping
15
Cultuur
De UNESCO is de drijvende kracht
achter tal van internationale
initiatieven voor de bescherming van
materieel en immaterieel erfgoed.
De Conventie betreffende de
Bescherming van Cultureel en
Natuurlijk Werelderfgoed – of
kortweg Werelderfgoedconventie – werd
goedgekeurd in 1972, en is gebaseerd op
de gedachte dat sommige plaatsen en
monumenten een uitzonderlijke universele
waarde hebben en dus deel moeten
uitmaken van het gemeenschappelijke
erfgoed van de mensheid. Zonder afbreuk
te doen aan de nationale soevereiniteit
en het eigendomsrecht volgens de
nationale wetgevingen, erkennen de staten die de Conventie hebben ondertekend,
dat de bescherming van het werelderfgoed de verantwoordelijkheid is van de gehele
internationale gemeenschap. Op de Werelderfgoedlijst staan ondertussen al
meer dan 800 cultuur- en natuurmonumenten, waaronder het mausoleum Taj Mahal in
India, de oude stad Timboektoe in Mali en het koraalrif Great Barrier in Australië. Het
Werelderfgoedcentrum in Parijs fungeert als permanent secretariaat.
http://whc.unesco.org
De UNESCO levert technische ondersteuning voor het behoud van uitzonderlijke
monumenten, in het bijzonder in regio’s waar conflicten heers(t)en, zoals Afghanistan,
Cambodja, de Democratische Republiek Congo en Irak.
Natuur- en cultuurmonumenten weerspiegelen een bepaalde dimensie van ons
gemeenschappelijk erfgoed. Maar ook in de vorm van immaterieel erfgoed vinden we
een bijzondere rijkdom aan culturele expressievormen, zoals festivals, liederen, talen en
ontmoetingsplaatsen, die onze creativiteit en solidariteit voeden.
De Internationale Conventie voor de Bescherming van Immaterieel
Cultureel Erfgoed werd goedgekeurd door de Algemene Conferentie van de
UNESCO in 2003 en is het eerste internationale juridische instrument dat een juridisch,
administratief en financieel kader biedt voor de bescherming van dit erfgoed.
Nog voor dat de de Conventie van kracht werd in april 2006, had de UNESCO al voor 90
orale en immateriële meesterwerken een plaatsje gereserveerd op de representatieve
lijst van immaterieel erfgoed van de mensheid die in de Conventie
voorzien is.
www.unesco.org/culture/intangible-heritage
16
17
Cultuur
En in 2005 gingen ze nog een stapje verder, met de
goedkeuring van de Conventie over de Bescherming
en Promotie van de Diversiteit van Culturele
Expressies.
De UNESCO is op diverse fronten actief bezig met de
bevordering van de culturele diversiteit en van de
dialoog tussen verschillende culturen en beschavingen.
Uiteenlopende universitaire onderzoeksprogramma’s
hebben hun licht laten schijnen over de negatieve en
positieve krachten – van de Zijderoute tot de Slavenroute
– die de culturele diversiteit hebben vormgegeven, zowel
in het heden als in het verleden. Studies zoals de Atlas of
the World’s Languages in Danger of Disappearing wijzen
ons nogmaals op de noodzaak om de culturele diversiteit
te beschermen. De Index Translationum levert ons een
internationale bibliografie van vertaalde werken.
www.unesco.org/culture/xtrans
De UNESCO heeft de wereldwijde Alliantie voor
Culturele Diversiteit opgericht ter bevordering van
nieuwe samenwerkingsverbanden tussen privé- en
overheidspartners voor de ondersteuning van de lokale
culturele industrie en nijverheid in ontwikkelingslanden,
zoals de muziek- en uitgeefsector. De Alliantie wil
nieuwe methodes, acties en strategieën uitwerken om de
commerciële ongelijkheid op het vlak van culturele goederen
te verminderen (vooral tussen Noord en Zuid), oplichterij
tegen te gaan en het auteursrecht op internationaal niveau
te (laten) respecteren.
Er is al een 500-tal verenigingen en stichtingen over de hele
wereld lid van de Alliantie; zij nemen deel aan in het totaal
ongeveer 50 projecten.
www.unesco.org/culture/alliance
18
De belangrijkste juridische instrumenten
van de UNESCO op het vlak van cultuur:
1950: Overeenkomst inzake de Invoer van Educatief, Wetenschappelijk en
Cultureel Materiaal (Conventie van Firenze) met Protocol (Nairobi) voor een
verbetering van de kenniscirculatie.
1952: Universele Auteursrechtenconventie, herzien in 1971.
Deze Conventie beschermt de intellectuele eigendom – literatuur,
wetenschappelijke teksten, film, beeldhouwkunst, … – herkenbaar aan het
symbool ©.
Cultuur
Door de goedkeuring van de Universele Verklaring
betreffende Culturele Diversiteit en het bijbehorende
actieplan in 2001, bevestigden de UNESCO-lidstaten
nogmaals hun overtuiging dat culturele diversiteit een van
de grondslagen van ontwikkeling en dialoog is.
1954: Conventie inzake de Bescherming van Cultuurgoederen in geval
van een Gewapend Conflict.
1970: Conventie betreffende de te Nemen Maatregelen teneinde de
Invoer, Uitvoer of Transfer van Cultuurgoederen te Verbieden of te Beletten.
Deze Conventie is de toetssteen voor de internationale strijd tegen illegale
kunsthandel.
1972: Conventie betreffende de Bescherming van het Cultureel en
Natuurlijk Werelderfgoed: het eerste verdrag dat benadrukt dat de mensheid
een gemeenschappelijk erfgoed heeft, en dat de juridische basis legt voor
de Werelderfgoedlijst.
1980: De Aanbeveling betreffende het Statuut van de Kunstenaar erkent
de bijzondere arbeidsomstandigheden van kunstenaars en hun unieke rol in
de ontwikkeling van de samenleving.
2001: Conventie betreffende de Bescherming van Cultureel Erfgoed
Onder Water. Dit is het eerste verdrag dat onder water gelegen
monumenten beschermt zoals de vuurtoren van Alexandrië (Egypte) en
scheepswrakken van meer dan honderd jaar oud.
2001: De Algemene Conferentie van de UNESCO keurt de Universele
Verklaring betreffende Culturele Diversiteit goed, die culturele diversiteit als
een gemeenschappelijk erfgoed van de mensheid beschouwt.
2003: Conventie voor de Bescherming van het Immaterieel Cultureel
Erfgoed.
2005: Conventie over de Bescherming en Promotie van de Diversiteit van
Culturele Expressies, of kortweg Conventie Culturele Diversiteit.
19
Communicatie
en Informatie
Communicatie, informatie en kennis zijn de bouwstenen voor
duurzame ontwikkeling. Volgens de UNESCO zijn zij eveneens de onmisbare
basiselementen voor de verbetering van de levensomstandigheden van arme
mensen. Bij de opbouw van een kennismaatschappij legt de UNESCO de
nadruk op de menselijke aspecten van de digitale kloof en de overbrugging
hiervan: diversiteit van het aanbod op het vlak van cultuur en taal,
toegankelijk en bruikbaar voor iedereen.
www.unesco.org/webworld
Een essentieel onderdeel van deze strategie
is het bevorderen van de toegang tot
informatie, en dat gebeurt op velerlei
manieren. Bijvoorbeeld: de UNESCO
organiseert opleidingen – met name voor
vrouwen en jongeren – op het gebied van
informatie- en communicatietechnologieën
(ICT), ze ontwikkelt en verspreidt
gratis software en ze werkt samen met
privésoftwarebedrijven, wat iedereen ten
goede komt.
In de ontwikkelingslanden ijveren de zogenaamde Community Multimedia
Centres (CMC) van de UNESCO voor de ontwikkeling van (vaak geïsoleerde)
gemeenschappen en openen voor die mensen de deur naar de wereldwijde
kennismaatschappij. Deze CMC’s koppelen doorgaans een (goedkoop en gemakkelijk
te bedienen) radiostation aan multimediafaciliteiten, zoals pc’s en internet. Zij
leveren informatie, onderwijs én amusement tegelijkertijd. Bovendien geven deze
centra een stem aan hen die anders niet gehoord worden, en stimuleren zij tot meer
verantwoordelijkheidszin en een grotere inbreng op het vlak van het overheidsbeleid.
www.unesco.org/webworld/cmc
De UNESCO beschouwt de vrijheid van meningsuiting en de persvrijheid
als fundamentele rechten van de mens. Zij stimuleert regeringen bij de ontwikkeling
van normen en juridische instrumenten om deze rechten te vrijwaren, en geeft
beleidsadviezen en ontwikkelt netwerken ter ondersteuning. De UNESCO biedt
ook directe steun aan onafhankelijke en pluralistische media, met name in
ontwikkelingslanden en (voormalige) conflictgebieden. In Afghanistan heeft de UNESCO
bijvoorbeeld eerst geholpen bij het opnieuw opstarten van de onafhankelijke krant de
Kabul Weekly en het nationale persagentschap, en werkt zij nu samen met de regering en
mediaprofessionals voor de uitwerking van wetten ter bescherming van het recht op vrije
meningsuiting en van de openbare televisieomroep.
De UNESCO doet dienst als een soort observatorium voor de persvrijheid,
door ernstige aanslagen op de persvrijheid zoveel mogelijk bekendheid te geven, zoals
de moord op of de arrestatie van journalisten. Via diplomatieke kanalen ijvert zij voor
de bescherming van individuen die worden bedreigd. Daarnaast kent zij ieder jaar de
UNESCO/Guillermo Cano Prijs voor de Persvrijheid toe aan personen of organisaties die
grote risico’s hebben genomen om de persvrijheid te verdedigen; de prijs bedraagt 25.000
dollar.
www.unesco.org/webworld
20
21
Communicatie en Informatie
ijvert voor meer middelen voor onafhankelijke en
pluralistische media in de ontwikkelingslanden.
Het IPDC financiert diverse projecten, gaande
van mediaopleidingen tot de modernisering
van persagentschappen en radiozenders.
www.unesco.org/webworld/ipdc
Via het programma Informatie voor
Allen (IFAP) moedigt de UNESCO het
debat aan over de politieke, ethische
en maatschappelijke uitdagingen die
voortvloeien uit de opkomst van mondiale
kennismaatschappij, en ontwikkelt projecten
ter bevordering van een gelijke toegang tot
informatie en kennis voor iedereen.
www.unesco.org/webworld/ifap
Het UNESCO-programma voor Creatieve Inhoud
stimuleert de inhoudelijke vernieuwing van de lokale
productie van televisie, radio en nieuwe media in
ontwikkelingslanden en moedigt de diversiteit op het vlak van
taal en cultuur aan. Het programma biedt het audiovisuele eplatform van de UNESCO aan, een online multiculturele audiovisuele
catalogus voor onafhankelijke producenten en distributeurs.
In het kader van het UNESCO-programma
Geheugen van de Wereld, houdt een
internationaal adviescomité een register bij
met als doel de bescherming en digitalisering
het documentaire erfgoed met een universele
waarde.
Tussen die documenten van onschatbare
waarde, vinden we bijvoorbeeld de oudste
handgeschreven versie van de Koran (bekend
onder de naam Mushaf van Othman), een ruime
collectie traditionele Chinese muziek, de film
Metropolis van Fritz Lang, de Negende Symfonie van
Ludwig van Beethoven, de Mexicaanse codices (de
enige originele bronnen over de pre-Spaanse cultuur) en
de werken uit de nationale archieven en bibliotheken van
Ethiopië.
www.unesco.org/webworld/mdm
Communicatie en Informatie
De UNESCO heeft een grote rol gespeeld bij de
oprichting van de Bibliotheca Alexandrina, de
grootste bibliotheek in Afrika en het MiddenOosten, geïnspireerd op het legendarische
instituut dat meer dan tweeduizend jaar geleden
door Ptolemeus I werd gesticht.
Het Internationaal Programma voor de
Ontwikkeling van Communicatie (IPDC)
UNESCO was een van de belangrijkste deelnemers van de Wereldtop over
de Informatiemaatschappij (WSIS) ter bevordering van het concept
De UNESCO helpt bibliotheken en archieven bij hun overgang naar het digitale tijdperk,
door de digitalisering van, bijvoorbeeld, de documenten van de Litouwse Academie
voor Wetenschappen of de buitengewone wetenschappelijke manuscripten van de
Arabische en islamitische beschavingen. De UNESCO en de VN-organisatie voor Voedsel
en Landbouw (FAO) hebben een opleidings-cd-rom gelanceerd – Digitization and Digital
Libraries – die zowel bruikbaar is voor bibliothecarissen als voor andere mensen die (nietprofessioneel) bezig zijn met de opzet van een virtuele bibliotheek.
22
“kennismaatschappij” en haar vier principes: vrijheid van meningsuiting, universele
toegang tot informatie en kennis, gelijke kansen op onderwijs en culturele diversiteit.
Naast de projecten die in het verlengde liggen van het Actieplan van de WSIS,
organiseert de UNESCO evenementen om de ontwikkelingskansen die ICT biedt op het
vlak van onderwijs, wetenschap, cultuur en communicatie, nog eens extra in de verf te
zetten.
www.unesco.org/webworld/wsis
23
Hoe wordt de UNESCO gefinancierd?
Het vaste budget van de UNESCO – telkens voor een periode van twee jaar
– bestaat uit de vaste, vooruitbetaalde bijdragen van de lidstaten. De begroting
voor 2006 en 2007 is vastgesteld op 610 miljoen dollar. Daarnaast krijgt de
UNESCO ook nog extrabudgettaire financiële middelen voor de werking van haar
programma’s, met name op het terrein, en om de draagkracht van haar acties te
vergroten. In 2004 bedroegen die extra middelen ongeveer 322 miljoen dollar.
Hoe
werkt ze?
Doe mee…
Sluit je aan bij een van de 3600 clubs, centra en verenigingen van de UNESCO,
verspreid over meer dan 80 landen.
www.unesco.org/ncp/clubs
Neem contact op met een van de geassocieerde scholen (bijna 8000 in 175
landen) die educatieve vredesacties organiseren.
www.unesco.org/education/asp
De UNESCO aanvaardt een beperkt aantal ambtenaren, onderzoekers en
studenten als stagiair in een van de domeinen van de Organisatie voor een
periode van een tot drie maanden. Bovendien stelt zij verschillende
studiebeurzen en andere middelen ter beschikking.
www.unesco.org/fellowship
De Algemene Conferentie is het belangrijkste beslissingsorgaan en bestaat uit
vertegenwoordigers van alle lidstaten. De Conferentie komt eenmaal per twee jaar
samen om de strategieën en beleidslijnen van de Organisatie uit te stippelen, en om het
UNESCO-programma en de begroting goed te keuren. Elke lidstaat heeft één stem. Om de
vier jaar wordt de directeur-generaal, die wordt voorgedragen door de Uitvoerende Raad,
benoemd door de Conferentie.
www.unesco.org/confgen
Sinds 1946 werd de UNESCO geleid door:
Julian Huxley, Groot-Brittannië (1946-1948)
Jaime Torres Bodet, Mexico (1948-1952)
John W. Taylor, Verenigde Staten (1952-1953)
Luther Evans, Verenigde Staten (1953-1958)
Vittorino Veronese, Italië (1958-1961)
René Maheu, Frankrijk (1961-1974)
Amadou-Mahtar M’Bow, Senegal (1974-1987)
Federico Mayor, Spanje (1987-1999)
Koïchiro Matsuura, Japan (1999-…)
Het Instituut voor Statistiek van de UNESCO (Montréal) werd opgericht in juli
1999 om de lidstaten en de internationale gemeenschap te voorzien van betrouwbare,
recente en nuttige statistische gegevens die nodig zijn voor de besluitvorming op het vlak
van onderwijs, wetenschap en technologie, cultuur en communicatie.
De Uitvoerende Raad, die
is samengesteld uit 58 lidstaten, is
verantwoordelijk voor de uitvoering van het
programma zoals dat is goedgekeurd door de
Algemene Conferentie. De Raad komt twee
keer per jaar samen om het programma en de
begroting te controleren.
www.unesco.org/exboard
Het Secretariaat bestaat uit de directeurgeneraal en het voltallige personeel. De
Koïchiro Matsuura, uit Japan, werd in 1999 verkozen
tot directeur-generaal en herverkozen in 2005.
directeur-generaal is het hoofd van de
uitvoerende macht van de Organisatie. Hij of
zij formuleert voorstellen voor de uitvoering van de beslissingen van de Algemene
Conferentie en de Uitvoerende Raad, en bereidt het tweejaarlijkse programma en
de begroting voor. Het personeel zorgt voor de uitvoering van het goedgekeurde
programma. De UNESCO heeft ongeveer 2160 personeelsleden in dienst, afkomstig uit
ongeveer 170 landen (juli 2005). Door de recente decentralisatie, werken er meer dan 680
mensen in een van de 58 regionale UNESCO-kantoren verspreid over de wereld.
De UNESCO kent 33 verschillende internationale prijzen toe, zoals de Félix HouphouëtBoigny Prijs voor de Vrede en de L’OREAL-UNESCO Prijs voor Vrouwen en Wetenschap,
evenals verschillende internationale prijzen voor alfabetisering.
De UNESCO is de enige VN-organisatie met een systeem van Nationale Commissies
in 191 lidstaten of geassocieerde leden. Die Commissies vormen een belangrijke link
tussen de verschillende samenlevingen en de Organisatie. Zij leveren de UNESCO
waardevolle analyses van haar programma en helpen bij de uitvoering van talloze
activiteiten, zoals onderwijsprogramma’s, studies, sensibiliseringscampagnes en
persvoorlichting. De Commissies ontwikkelen eveneens samenwerkingsverbanden met de
privésector die kan zorgen voor technische knowhow en financiële middelen.
www.unesco.org/en/prizes
www.unesco.org/ncp/natcom
www.unesco.org/statistics
UNESCO-prijzen
De UNESCO speelt een heel bijzondere rol binnen de VN-organisatie en werkt
nauw samen met tal van nationale en regionale organisaties. Ongeveer 350 nietgouvernementele organisaties (ngo’s) onderhouden een officiële relatie met de UNESCO
en honderden andere ngo’s werken samen met de Organisatie voor bepaalde projecten.
24
25
BLIKVANGERS
1970 en 1980
1972: De Werelderfgoedconventie
wordt goedgekeurd. In 1976 wordt het
Werelderfgoedcomité opgericht en in 1978
krijgen de eerste monumenten een plaatsje
op de Werelderfgoedlijst.
1940
16 november 1945:
De vertegenwoordigers van 37 landen
komen samen in Londen voor de
ondertekening van de Constitutie van de
UNESCO, die op 4 november 1946 van
kracht wordt na ratificatie door de 20
ondertekenende landen.
1948: De UNESCO adviseert haar
lidstaten om basisonderwijs universeel
en verplicht te maken. Publicatie van het
eerste nummer van de UNESCO Koerier.
1950
1952:
Een intergouvernementele
conferentie, bijeengeroepen door de
UNESCO, keurt de Universele Conventie
inzake Auteursrecht goed. In de jaren
na de Tweede Wereldoorlog breidde
deze Conventie de bescherming van
het auteursrecht uit naar de vele staten
die de Conventie van Bern betreffende
de Bescherming van Literaire en
Kunstwerken (1886) toen (nog) niet hadden
ondertekend.
1956: De Zuid-Afrikaanse Republiek
trekt zich terug uit de UNESCO omdat
bepaalde publicaties van de Organisatie
werden beschouwd als “inmenging” in de
“rassenproblematiek” in het land. In 1994,
26
1974: Paus Paulus VI kent de Johannes
XXIII Prijs voor de Vrede toe aan de
UNESCO.
onder het presidentschap van Nelson
Mandela, treedt het land opnieuw toe tot
de UNESCO.
1958: De inhuldiging van de hoofdzetel
van de UNESCO in Parijs. Het gebouw
werd ontworpen door Marcel Breuer (VS),
Pier-Luigi Nervi (Italië) en Bernard Zehrfuss
(Frankrijk).
1960
1960: De start van de Nubiëcampagne
in Egypte voor de verplaatsing van de
Grote Tempel van Aboe Simbel om
te voorkomen dat deze zou worden
overstroomd door de Nijl na de aanleg
van de Hoge Aswandam. Tijdens deze
campagne, die twintig jaar duurde,
werden maar liefst 22 monumenten en
architecturale complexen verplaatst. Dit
was de eerste en grootste van een hele
reeks campagnes, waaronder die van
Moenjodaro (Pakistan), Fez (Marokko),
Kathmandu (Nepal), Borobudur (Indonesië)
en de Acropolis (Griekenland).
1968: De UNESCO organiseert de eerste
intergouvernementele conferentie over
milieu en ontwikkeling, nu beter bekend
onder de noemer “duurzame ontwikkeling”.
Hieruit ontstond het programma Mensheid
en Biosfeer (MAB).
1975: In Tokio wordt de Universiteit
van de Verenigde Naties opgericht onder
auspiciën van de VN en de UNESCO.
1978: De UNESCO keurt de Verklaring
inzake Rassen en Rassendiscriminatie
goed. In de rapporten die de directeurgeneraal daarna publiceert, wordt iedere
pseudowetenschappelijke basis voor
racisme ontkracht en verworpen.
1980: De publicatie van de eerste twee
delen van de Algemene geschiedenis
van Afrika door de UNESCO. Soortgelijke
reeksen behandelen de geschiedenis van
andere gebieden, waaronder Centraal-Azië
en de Caraïben.
1990
1990: De Wereldconferentie over
Onderwijs voor Allen (EFA), die dat jaar
wordt gehouden in Jomtien
(Thailand), lanceert een wereldwijde
beweging die ijvert voor basisonderwijs
voor alle kinderen, jongeren en
volwassenen. Tien jaar later, in Dakar
(Senegal), vraagt het Wereldonderwijsforum
de lidstaten te zorgen voor basisonderwijs
voor iedereen tegen 2015.
1992: Het programma het Geheugen
van de Wereld ziet het daglicht. Dit
programma heeft tot doel onvervangbare
en waardevolle bibliotheekcollecties
en archieven te beschermen.
Tegenwoordig vallen ook geluids-, film- en
televisiearchieven hieronder.
1997: Groot-Brittannië, dat in 1985 uit
de UNESCO was gestapt, treedt opnieuw
toe tot de Organisatie.
1998: De Algemene Vergadering van
de VN erkent de Universele Verklaring
inzake het Menselijk Genoom en de
Mensenrechten die in 1997 door de
UNESCO werd uitgewerkt en goedgekeurd.
1999: Directeur-generaal Koïchiro
Matsuura zet grote hervormingen
in gang voor de herstructurering en
decentralisatie van de activiteiten en het
personeelsbestand van de UNESCO.
2000
2001: De Universele Verklaring
betreffende Culturele Diversiteit van de
UNESCO wordt goedgekeurd door de
Algemene Conferentie.
2003: De Verenigde Staten, die in 1984
de UNESCO de rug toekeerden, treden
opnieuw toe tot de Organisatie.
De Conventie voor de Bescherming het
Immaterieel Cultureel Erfgoed wordt door
de Algemene Conferentie goedgekeurd.
2005: De UNESCO en haar
Intergouvernementele Oceanografische
Commissie (IOC) lanceren een
alarmsysteem voor tsunami’s in de Indische
Oceaan.
27
Het Bureau voor Publieksinformatie (BPI)
Het Bureau voor Publieksinformatie geeft journalisten informatie
over de werking en de prioriteiten van de Organisatie, organiseert
persconferenties en levert aan media over de hele wereld film-, foto- en
geluidsopnames over de activiteiten van de UNESCO.
Het BPI produceert ook films en televisieseries en zorgt voor de
programmatie, het beheer en de promotie van de voornaamste
evenementen van de UNESCO, zoals concerten, tentoonstellingen en
voorstellingen. Het maakt interactieve communicatie mogelijk via zijn
website, en publiceert en verspreidt wereldwijd meer dan 100 titels per
jaar – in het Engels, Frans en Spaans – over alle thema’s die te maken
hebben met de activiteiten en programma’s van de UNESCO.
www.unesco.org/bpi
UNESCO Uitgeverij
Nationale
UNESCO Commissies
Nederland
Nationale UNESCO Commissie
Postbus 29777 – 2502 LT Den Haag
070 426 02 63
[email protected]
www.unesco.nl
Vlaanderen
Vlaamse UNESCO-Commissie
Departement internationaal Vlaanderen
Boudewijnlaan 30 – B 1000 Brussel
02 553 59 00
[email protected]
www.vuc.be
De Nederlandstalige editie van deze
brochure is gerealiseerd door het UNESCO
Platform Vlaanderen, een organisatie die
zich toelegt op het beter bekend maken
van de doelstellingen, activiteiten en
programma’s van de UNESCO. Voor meer
informatie:
www.unesco.org/publishing
UNESCO Platform Vlaanderen vzw
Farasijnstraat 32 - B 8670 Koksijde
058 51 44 79 - 058 52 36 41
[email protected]
www.unesco-vlaanderen.be
D/2007/9546/1
UNESCO@vlaanderen
Oorspronkelijke titel:
UNESCO What is it? What does it do?
© UNESCO 2007
© UNESCO Platform Vlaanderen vzw 2007, voor de vertaling naar het Nederlands
De vertaling naar het Nederlands gebeurde onder verantwoordelijkheid van het UNESCO Platform
Vlaanderen.
Ontwerp: Roberto Rossi
Foto credits
© UNESCO: R. Amelan, M. Becka, Daniça Bijeljac, M. Bouchenaki, N. Burke, H. Guillermo Cobos, P. Coles,
N. Denissova, D. Elias, F. Gattoni, A. A. Hany, P. Köpfli, A. Jonquièresz, N. Levinthal, E. Lewin, F. Loock, A.
Louis, G. Malempré, T. Margoles, J. O Sullivan, B. Petit, M. Ravassard, D. Roger, M. Romanelli, M. Setboun, E.
Schneider, J. Thorsell, E. Trescazes, P. Volta, A. Wheeler, A. Wolf.
Overige beelden: © Jupiterimages.com
Download