Leesbegrip-Woordenschat

advertisement
Hoofdstuk
3
Week
Les
6
4 Leesbegrip -Woordenschat
Leerdoelen
Lesvoorbereiding
Materiaal
Leesbegrip
• informatie opzoeken in een schema.
• een tekst visualiseren.
Woordenschat
• de betekenis van 10 nieuwe woorden
en van de doelwoorden uit les 3.
• Zet les 4 klaar op het digibord.
• Preteaching: zie de aanwijzingen in de
differentiatiekolom.
•
•
•
•
•
Hoofdstuk
6
3
Leesbegrip
• Je leert informatie opzoeken in een schema.
• Je leert een tekst visualiseren.
Woordenschat
• Je oefent de betekenis van 10 nieuwe woorden en van de woorden uit les 3.
4
5
prachtig om te zien hoe de maan het licht van de zon
om zijn
onderdeel van het
44
middelpunt
melkwegstelsel
de deelname
de omelet
op gesprek gaan
je opgeven voor
berg
meedoen
ei
ergens gaan praten
willen meedoen
schuin
gegadigde zijn
ontbijt
iets belangrijks
wedstrijd
5
Introductie
• Ga naar het digibord en volg de stappen. Tik op ‘Introductie’ en
toon de afbeelding van de zon, de maan en de aarde. Laat de
leerlingen in hun groepje even overleggen over de afbeelding.
Vraag dan wie kan uitleggen wat in de afbeelding te zien is (de
zon in het midden, de aarde die er omheen draait en de maan die
weer om de aarde draait). Vraag wat de leerlingen nog meer
kunnen vertellen over zon, maan en aarde.
• Bespreek kort de leerdoelen met de leerlingen.
Welk plaatje hoort bij de zin?
Schrijf het nummer in het hokje.
In het asfalt zaten grote gaten.
Voor de wedstrijd waren erg veel gegadigden.
De musical wordt met een prachtig affiche aangekondigd.
Micha kan zich niets meer herinneren van de valpartij.
Zonder sneeuwkettingen kom je de bergen niet meer op.
Instructie
• Lees eventueel samen met de leerlingen de tekst Drie goede
vrienden. Vraag of er woorden in staan die ze niet begrijpen.
• Net als in de vorige les gaan de leerlingen informatie bekijken in
een tekst en in een schema. Benadruk dat de afbeelding op het
digibord ook een soort schema is. Vertel de leerlingen dat de tekst
en het schema deels dezelfde en deels aanvullende informatie
bieden. Daar gaat de les over.
• Bekijk samen de opdrachten in het werkschrift en maatschrift.
Lees de opdrachten voor en licht ze zo nodig toe.
35
1
2
.
6
. Het is
draait. Zon, maan en aarde zijn
3
1
5
4
3
Te beoordelen door de leerkracht.
Maak zinnen.
Gebruik deze woorden en voegwoorden.
1
2
3
4
5
. Wij zien
een zonsopgang en zonsondergang, maar eigenlijk komt dat, omdat de aarde in een
etmaal
de helling
2
heelal
weerkaatst
de kern
het heelal met alles erin
om de zon
Kies uit: weerkaatst – planeten – heelal – etmaal – melkwegstelsel – middelpunt
planeten
de ruimte
Schrijf bij elk woord twee woorden die erbij passen.
1
2
3
4
5
Welk woord past in de zin?
In je luie stoel maak je een reis langs de sterren en
vol spannende gebeurtenissen
zonder einde
Bekijk de tekst en de tekening.
Wat voor soort tekst is dit? een informatieve tekst
Wat zie je op de tekening? hoe de maan om de aarde draait en de aarde
Lees nu de tekst.
Welk zinnen van de tekst horen bij de tekening? Kleur die zinnen.
Maak een tekening van de aarde met de maan. Laat zien dat de aarde in
een etmaal om zijn middelpunt draait.
wat kan stromen
vloeibaar
maan
In Artis staat een planetarium. Je kunt er een film zien over het
avontuurlijk
oneindig
De maan draait in één maand om de aarde.
Verwonder jij je ook over ons oneindige melkwegstelsel
de miljarden sterren
met ontelbaar veel sterren en planeten? Op de enige planeet
(zoals de zon) en planeten
in de ruimte waar leven is, woon jij: de aarde. Zijn beste
(zoals de aarde) die als een
vrienden in het heelal zijn de zon en de maan.
lichtende band aan de
hemel te zien zijn
De maan is een keihard, grijsbruin rotsblok.
In een maand draait hij om de aarde. Zelf geeft hij geen licht,
de ruimte zonder einde met
alle sterren en planeten
maar hij weerkaatst het zonlicht.
licht of geluid terug laten
De zon is net een kokend pannetje. Het is een enorm hete,
gaan in de richting waar het
vloeibare bol. Het is er 5.000 graden en in de kern 15 miljoen
vandaan kwam
graden. Het zonlicht maakt leven op aarde mogelijk.
het binnenste; het deel
In een jaar draait de aarde om de zon. Ook draait hij in een
midden in een bol
24 uur, een dag en een nacht
etmaal een rondje om zijn eigen middelpunt. En zo doen
de vrienden het al miljoenen jaren.
2
regen die meteen bevriest
uitgelaten zijn
Drie goede vrienden
1
2
3
4
5
het deel midden in een bol
zon
aarde
1
heel vrolijk zijn
de ijzel
De aarde draait in
één jaar om de zon.
L ESIN H OU D
Schooltaalwoorden
het etmaal
het heelal
de kern
het melkwegstelsel
het middelpunt
oneindig
de planeet
de ruimte
vloeibaar
weerkaatsen
Geef de woorden die bij elkaar horen dezelfde kleur.
Wat leer je? Wat oefen je?

digibord
werkschrift blz. 44 – 45
maatschrift blz. 44 – 45
taalschrift
woordenschrift
Leesbegrip -Woordenschat
Les
4
Extra instructie/differentiatie
Doen
Blok
3
Zelfstandig werken
3
Denken
Blok
uitgelaten zijn – maar
aankondigen – want
spekglad – dus
je opgeven voor – want
avontuurlijk – omdat
4
. Het planetarium is beslist een bezoekje waard.
5
45
Werkschrift blz. 44 – 45
6
Hoofdstuk
6
Les
4
Leesbegrip -Woordenschat
3
Wat leer je? Wat oefen je?
Leesbegrip
• Je leert informatie opzoeken in een schema.
• Je leert een tekst visualiseren.
Woordenschat
• Je oefent de betekenis van 10 nieuwe woorden en van de woorden uit les 3.
Geef de woorden die bij elkaar horen dezelfde kleur.
de ijzel
De aarde draait in
één jaar om de zon.
oneindig
aarde
Drie goede vrienden
De maan draait in een maand om de aarde. Zelf geeft
hij geen licht, maar hij weerkaatst het zonlicht.
De zon is net een kokend pannetje. Het is een enorm hete,
vloeibare bol. Het is er 5.000 graden en in de kern is het
15 miljoen graden.
In een jaar draait de aarde om de zon. Ook draait hij in
een etmaal een rondje om zijn eigen middelpunt.
de miljarden sterren (zoals de zon)
en planeten (zoals de aarde) die als
een lichtende band aan de hemel te
zien zijn
de ruimte zonder einde met alle
sterren en planeten
licht of geluid terug laten gaan in de
richting waar het vandaan kwam
het binnenste; het deel midden in
een bol
24 uur, een dag en een nacht
Bekijk de tekst en de tekening.
1 Is dit een verhaal of een informatieve tekst?
vol spannende gebeurtenissen
zonder einde
4
een informatieve tekst
5
2 Wat zie je op de tekening? Zet twee kruisjes.
x Hoe de maan om de aarde draait.
Dat de zon een kokend pannetje is.
x Hoe de aarde om de zon draait
Dat de aarde de enige planeet met leven is.
2
de ruimte
de kern
het heelal met alles erin
3
Welke woorden passen erbij?
Zet steeds in twee hokjes een kruisje.
de helling
x de berg
druk
de rand
x schuin
de omelet
de nacht
bang
x het ei
x het ontbijt
het asfalt
x de weg
langzaam
x zwart
de modder
de ski
x de sneeuw
x de wintersport
de rand
scheel
spekglad
het varken
x vallen
x bevroren
lief
4
5
6
Welk plaatje hoort bij de zin?
Schrijf het nummer in het hokje.
1
2
3
4
5
3 Lees nu de tekst. Welk zinnen van de tekst horen bij de tekening?
Kruis twee zinnen aan.
Zelf geeft hij geen licht, maar hij weerkaatst het zonlicht.
x In een maand draait hij om de aarde.
Ook draait hij in een etmaal een rondje om zijn eigen middelpunt.
x In een jaar draait de aarde om de zon.
avontuurlijk
wat kan stromen
vloeibaar
De maan draait in één maand om de aarde.
Verbaas jij je ook over ons oneindige melkwegstelsel
met ontelbaar veel sterren en planeten? In de ruimte
is de aarde de enige planeet waar leven is. Zijn beste
vrienden in het heelal zijn de zon en de maan.
1
regen die meteen bevriest op de grond
uitgelaten zijn
zon
maan
1
heel vrolijk zijn
het deel midden in een bol
In het asfalt zaten grote gaten.
Voor de wedstrijd waren erg veel gegadigden.
De musical wordt met een mooi affiche aangekondigd.
Micha kan zich niets meer herinneren van de valpartij.
Zonder sneeuwkettingen kom je de berg niet op.
5
Terugkijken
Blok
3
4 Maak de tekening af. Laat zien dat de aarde in een etmaal om zijn middelpunt draait.
2
44
Welk woord past in de zin?
Kleur het goede woord.
1
2
3
4
5
In Artis kun je een film zien over het middelpunt / heelal.
In je luie stoel maak je een reis langs de sterren en planeten / manen.
Je ziet hoe de maan het licht van de zon doorlaat / weerkaatst.
De aarde draait in een dag / etmaal om zijn as.
Zon, maan en aarde zijn onderdeel van het melkwegstelsel / de planeten.
2
6
Maak zinnen.
3
1
5
4
Te beoordelen door de leerkracht.
1 Kies drie woorden uit les 4 en maak er zinnen mee.
2 Probeer de zinnen langer te maken met het voegwoord maar.
45
Verwerking, opdrachten werkschrift
De leerlingen geven aan wat voor soort tekst dit is. Ze vergelijken de
informatie in de tekst met die in de afbeelding en beantwoorden de
vragen. Daarna maken ze een nieuwe tekening.
De leerlingen semantiseren de doelwoorden door ze in contextzinnen in te vullen.
De leerlingen semantiseren de doelwoorden door woorden en
woordbetekenissen te koppelen.
De leerlingen verdiepen hun woordkennis door woorden bij een
gegeven doelwoord te bedenken.
De leerlingen oefenen de woordbetekenissen door zinnen bij
plaatjes te zoeken.
De leerlingen maken samengestelde zinnen met gegeven voegwoorden en passen hiermee de doelwoorden toe.
Verwerking, opdrachten maatschrift
De leerlingen geven aan wat voor soort tekst dit is. Ze vergelijken de
informatie in de tekst met die in de afbeelding en beantwoorden de
vragen. Daarna maken ze een nieuwe tekening.
De leerlingen semantiseren de doelwoorden door te kiezen welk
woord in gegeven contextzinnen past.
De leerlingen semantiseren de doelwoorden door woorden en
woordbetekenissen te koppelen.
De leerlingen verdiepen hun woordkennis door woorden te kiezen
die bij een doelwoord passen.
De leerlingen verdiepen hun woordkennis door zinnen bij plaatjes te
zoeken.
De leerlingen verwerken doelwoorden door ze in zinnen toe te
passen.
Preteaching
Laat taalzwakke leerlingen de
tekst alvast een keer lezen en de
doelwoorden opschrijven in hun
woordenschrift.
Opdracht 1
Taalsterk
Laat een andere titel bij de tekst
bedenken. Of laat het artikeltje
aanvullen met informatie over
andere planeten die om de zon
draaien.
Dyslexie
Laat dyslectische leerlingen
samenwerken met niet-dyslectische leerlingen. Laat hen samen
vertellen wat de verschillen zijn
tussen de antwoordalternatieven, en er het goede antwoord
uit kiezen.
Opdracht 4
Taalsterk
Laat contextzinnen bij de
doelwoorden en de aanvullende
woorden maken.
Coöperatieve werkvorm
Opdracht 4
Vorm tweetallen. Beide leerlingen schrijven ieder eerst op een
blaadje bij elk doelwoord twee
aanvullende woorden op. Daarna
vergelijken ze hun woorden. Als
ze het eens zijn, schrijven ze hun
keuze in hun schrift. Als ze
vinden dat een woord niet past,
proberen ze elkaar te overtuigen.
Reflectie
• Bespreek opdracht 1 met behulp van het digibord.
• Wat geeft je meer informatie, de tekst of de afbeelding? De tekst
geeft meer informatie. Maar het schema maakt in een oogopslag
duidelijk wat in de tekst omschreven wordt.
• Hebben de leerlingen ervaren dat de informatie in een tekst en in
een schema vervangend of aanvullend kan zijn?
Maatschrift blz. 44 – 45
36
Kijk voor de antwoorden bij het werkschrift/maatschrift op het
digibord.
37
Download