Toepassing politieke economie op de actualiteit Duitsland en het separatisme in België Sociaal-economische agenda’s achter het nationalistische opbod Duitsland versus Frankrijk: vanwaar het verschil Kentering in UNCTAD jaarrapport 2010: verwerpen van ‘Washington consensus’ (neo-klassieke of neo-liberale economische theorie) op empirische gronden Unctad pleit voor: Lonen indexeren aan te verwachten prijsstijgingen én aan productiviteitswinst Betere arbeidsbescherming i.p.v. flexibiliteit Minimumlonen overal Minimum vennootschapsbelasting overal Meer investeren in publieke tewerkstelling Hartz-wetten (2003) activeringswetten • ouderen langer werken • jonge werklozen iedere baan, ook als loon < CAO min.loon •afpakken werkloosheidsuitkering na 1 jaar werkloosheid Duitsland op 5 jaar tijd: •Armoede: +50% •Werkloosheid :halveert • 4 miljoen werknemers: loon < 5 euro/uur en 400 à 600 euro/mnd = working poor •1 op 5 Duitse werknemers: loon< 10 euro bruto per uur •veralgemening interimarbeid en deeltijds werken •leefloon: 350 euro/mnd + woontoelage + energietoelage •afschaffing minimumloon •nu: afpakken energietoelage Wie leidt de dans in België? Wie staat achter de N-VA? - van taal-nationalisme over cultuur-nationalisme naar economisch nationalisme 2002: VOKA: fusie Vlaams Economisch Verbond (VEV) en VKK. 16.000 bedrijven in Vlaanderen en Brussel. Actief lobbywerk “onderneming & politiek”: > wekelijkse bedrijfsbezoeken voor parlementsleden > jaarlijkse bedrijfstages voor parlementsleden > stages voor bedrijfsleiders in Vlaams Parlement - Philippe Muyters (tewerkstelling & begroting) 2005: In De Warande / 2008: Vives aan de KUL De Nieuwe Vlaamse Armoede: een agressief neo-liberaal activeringsbeleid (‘dwangarbeid’) VOKA N-VA Afbouw brugpensioen e.a. Afbouw brugpensioen e.a. W’loosheiduitk. beperken in tijd W’loosheiduitk. beperken in tijd Afschaffen van de wachtuitkering Afschaffen van de wachtuitkering Veralgemening interim Veralgemening interim Arbeidsuur op jaarbasis Arbeidsuur op jaarbasis Loonmatiging dwingend maken Loonmatiging dwingend maken Afschaffing leeftijdsgeb. loonv. Afschaffing leeftijdsgeb. loonv. Notionele interestaftrek Notionele interestaftrek Verlagen vennootschapsbelasting Verlagen vennootschapsbelasting Bart De Wever: “Voka is mijn baas” Doel van ‘Europa van de regio’s’ waarbij de naties ‘verdampen’ Nationale staten in Europa historisch gegroeide herverdelende welvaartstaten met belangrijke solidariteitsstromen en nationale structuren van sociale bescherming (sociale zekerheid)-> verzwakken, verdampen Concurrentie tussen regio’s↑↑↑: vennootschapsbelastingen ↓; lonen↓ en sociale ‘lasten’↓; arbeidsprotectie ↓~flexibiliteit en activering↑; concurrentie tussen bedrijven, binnen eenzelfde bedrijf, tussen steden, tussen individuen volgens zeer nabijgelegen regio’s = spiraal van sociale afbraak “Falling wages and falling disposable income is due to the increasing flexibility of the labor market” Frankrijk en Duitsland waren in 1999 goed vergelijkbaar Alhoewel in Frankrijk de lonen sterker stegen dan in Duitsland, werden er meer nieuwe jobs gecreëerd. Loonbeperking in Duitsland: export => deflatie spiraal en druk op andere Europese landen Frankrijk: investeringen BNP vergeleken met Duitsland arbeidsdag 4 uur 4 uur Waarde arbeidskracht Variabel kapitaal (V) Meerwaarde (M) Loon Winst Meerwaardevoet Uitbuitingsgraad Mv = M/V = 4/4 = 100% Vb. 8 stoelen: 4 loon, 4 winst meerwaarde waarde arbeidskracht = meerarbeid noodzakelijke arbeid = onbetaalde arbeid betaalde arbeid Verdubbeling van de productiviteit arbeidsdag 2 uur Variabel kapitaal (V) Loon Met hoeveel stijgt de meerwaardevoet of uitbuitingsgraad? 6/2 = 300% = X3 8 - > 16 stoelen: 4 loon, 12 winst 6 uur M Meerwaarde (M) Winst Welke eisen opdat Mv of uitbuitingsgraad niet zou stijgen? • Arbeidsduurvermindering met de helft zonder loonverlies of • Verdubbeling van loon Inzet discussie: meerwaardevoet Uitbuitingsgraad winst mens M (winst) kapitaal V ˄ ˅ (loon) arbeid = Eerst de mensen, niet de winst Aandeel van de lonen in het nationaal inkomen Duitsland: Frankrijk: Stijle daling Vlakke curve Sociale gevolgen: inkomensongelijkheid en armoede Gini coëfic. 2000 2005 0= tot.gelijk 1= één iemand heeft alles % armen 2000 2005 < 6O% mediaan inkomen Frankrijk 0,28 0,28 Frankrijk 14,7 14,1 Duitsland 0,27 0,30 Duitsland 14,1 17,2 Frankrijk versus Duitsland: vanwaar andere politiek? Door andere politieke partijen aan de macht? Nee, want in Frankrijk aan de macht: de agressieve neo-liberalen Chiraque en Sarkozy; terwijl Duitsland de sociaal-democratische Schröder en christendemocratische Merkel Door de sociale strijd? Ja, verschil Frankrijk: hevige sociale strijd, sterke communistische vakbond CGT; terwijl Duitsland: sterk ‘overlegmodel’ met vakbonden die meedoen aan ‘medebeheer’ Jongeren in Frankrijk: ‘Pensioen op 60 betekent meer jobs voor ons’ De visie dat arbeidsbescherming en sociale zekerheid verantwoordelijk zijn voor hogere werkloosheid is empirisch niet onderbouwd. De verdeling van de winst in productiviteit tussen arbeid en kapitaal volgens een constante verhouding in de verdeling van de inkomens zal nieuwe jobs creeëren… … en mogelijk jobverlies in firma’s waar de productiviteit het sterkst is gestegen compenseren. Winst in productiviteit moet zo verdeeld worden dat het inkomen uit arbeid aan hetzelfde ritme groeit als de productiviteit. Gedurende de ‘gouden periode van het kapitalisme’ was de werkloosheid historisch laag, alhoewel de arbeidsmarkt toen meer gereguleerd was dan vandaag. Inflatie kan onder controle worden gehouden als de inkomens uit arbeid ongeveer even snel stijgen als de productiveit stijgt. Minimum lonen en publieke tewerkstelling kunnen belangrijke instrumenten zijn voor een inkomenspolitiek. Publieke tewerkstellingsschema’s kunnen succesvol worden toegepast, zelfs in lage inkomenslanden. Landen moeten een neerwaartse concurrentiespiraal in fiscale stimuli voor buitenlandse investeringen vermijden. Niet alle landen kunnen tegelijkertijd hun internationale competiviteit verbeteren. Hoge winsten van multinationals gebaseerd op lage loonkosten zouden voldoende sterk moeten belast worden om banden te creëren tussen een succesvolle exportsector en de rest van de economie.