FPZ H14 Huid - Opdracht 2

advertisement
Hoofdstuk 14: Huidmiddelen
FPZ Opdrachten
Opdracht 1 Toedieningsvormen
Toedieningsvorm
Nederlands
Oplossing
Toedieningsvorm Latijn
Effect
Voorbeeld
Creme
Zalf
Smeersel
Strooipoeder
Pasta
Gel
Schudsel
Vul onderstaande tabel in.
In de kolom ‘effect’ kun je kiezen uit: indrogend/neutraal/hydraterend
Opdracht 2 Corticosteroïden en FTU
Een bepaalde groep middelen die je op de huid kunt gebruiken zijn corticosteroïden. Als deze
corticosteroïden toegepast worden op de huid worden ze dermatocorticosteroïden genoemd.
Maak onderstaande vragen n.a.v. het artikel Corticosteroïden: niet dun smeren, maar per FTU van de
KNMP en de informatie voor apothekersassistenten op de KNMP site (www.knmp.nl/downloads )
1. Schrijf 3 indicaties op waar je deze dermatocorticosteroïden voor kunt gebruiken.
2. Noem 4 verschillende middelen die vallen onder de dermatocorticosteroïden.
3. Waarom staat er niet meer ‘dun smeren’ op het etiket bij dermatocorticosteroïden? Waarom stond
het er vroeger nog wel op? Leg uit in je eigen woorden
4. Je krijgt een recept van een kind van 4 jaar. Het kind moet gedurende 1 week met crème
behandeld worden op de rug, billen en hoofd. Hoeveel FTU adviseer je? Hoeveel gram crème geef
je mee?
Kerntaak 1 Farmaceutische Patientenzorg
Download