Oogstgetuige 123 Graanprijs De prijs van graan is hoog, zowel in de EU als op de wereldmarkt. In Groningen noteert voertarwe 140 euro per ton, en in Chicago 135 euro per ton. Dat graan duur is heeft ongetwijfeld met het weer van de afgelopen zomer te maken, maar er zit ook een meer structureel verhaal achter. De Europese Unie heeft voor graan vanaf 1992 haar beleid van hoge prijzen verlaten. In sneltreinvaart heeft men de prijssteun en de exportsubsidies afgebouwd. De steunprijs in de EU was toentertijd zo’n 170 euro, en is momenteel ongeveer 100 euro. Die steunprijs van 100 euro heeft momenteel geen effect, omdat de marktprijs veel hoger is. Niemand verkoopt graan aan de overheid voor 100 euro als in de markt 140 euro gekregen kan worden. Bijkomend effect is dat Europa al een groot aantal jaren zonder exportsubsidies kan exporteren. De verwachting was in 1992 al dat de wereldmarktprijs van tarwe zou gaan stijgen. In die tijd lag de wereldmarktprijs op zo’n 90 euro. Zoals gezegd, de EU-prijs was bijna het dubbele. Productievermindering in de EU en minder gesubsidieerde export leidde tot minder aanbod op de wereldmarkt. Er is meer gebeurd, ook in andere landen. De Amerikanen hebben hun beleid een beetje aangepast, en in Europa viel de muur om. Daarnaast is er meer vraag naar biobrandstoffen ontstaan, en ook dat stuwt de graanprijs op. En misschien speelt de klimaatverandering ook wel al een rol. Hoe dan ook, het eind van het liedje is dat de wereldmarktprijs inderdaad gestegen is. De huidige EU-marktprijs van 140 euro ligt nog altijd een stuk lager dan in 1992. Bij de overgang naar het lage-prijs systeem zijn de akkerbouwers gecompenseerd met directe inkomenstoeslagen. Die compensatie was bedoeld om de verlaging van de interventieprijs enigszins op te vangen. De compensatie was lang niet volledig, maar bij de huidige marktprijzen hebben ze weinig te klagen. Ze klagen dan ook niet. Is daaruit af te leiden dat het allemaal wel goed komt als het Europees landbouwbeleid verder ontmanteld wordt? Nee, zeker niet. Zonder de compensatie zou het nog steeds geen vetpot zijn. Belangrijker is dat zonder een regulerend landbouwbeleid er grote prijsbewegingen kunnen ontstaan. Grote prijsstijgingen en prijsdalingen zijn in het verleden reden geweest om markt- en prijsbeleid te gaan voeren. Die reden is nog steeds actueel, voor je het weet is het vangnet van 100 euro per ton weer hard nodig. Ondanks de mooie graanprijzen van nu, en ondanks het feit dat ook voor de komende jaren dit soort prijzen verwacht worden. Dirk Strijker is hoogleraar Plattelandsontwikkeling op de S.L. Mansholt leerstoel van de Rijksuniversiteit Groningen