Berichten Buitenlands nieuws australië Dragers van ‘niet-virulente HIV-variant’ nu toch ziek Eind jaren tachtig dachten Australische onderzoekers een nietvirulente HIV-variant te hebben opgespoord bij een kleine groep mensen die allemaal door dezelfde bloeddonor waren geïnfecteerd. Zij vertoonden geen symptomen van aids, ondanks het feit dat zij al jaren daarvoor besmet waren. De droom van iedere aidsonderzoeker leek hiermee in vervulling gegaan: een niet-virulente HIV-stam waarmee een veilig en effectief aidsvaccin kan worden ontwikkeld. Helaas heeft een deel van de geïnfecteerden nu, zo’n 17 jaar na de eerste besmettingen, toch met aids samenhangende klachten gekregen (The New York Times, 20 april 1999). De bron van de kreupele HIV-variant was een homoseksuele man, die alleen met zijn voornaam ‘John’ wordt aangeduid. Hij stond sinds 1977 26 keer bloed af. In het najaar van 1984 bleek hij HIV-positief geworden; later onderzoek toonde aan dat hij dit al sinds 1981 moest zijn geweest. Aanvankelijk leefde hij daarna van dag tot dag, maar toen hij maar steeds vrij bleef van klachten, analyseerde men eerst in Sydney en later in Melbourne de moleculaire structuur van zijn aidsvirus en van degenen die hij had geïnfecteerd. Uiteindelijk bleek het virus een van zijn 9 genen te missen, het nef-gen, dat noodzakelijk is voor de vermenigvuldiging. In 1992 publiceerde het Australische team voor het eerst over de nieuwe, spectaculaire cluster van niet-virulente aids. Zij hoopten op basis van deze stam een natuurlijk verzwakt vaccin te kunnen ontwikkelen. John, de bloeddonor die het kreupele aidsvirus verspreid had, droomde zelfs al dat de succesvolle ontwikkeling van een vaccin hem tot een medische held zou maken en tegelijk tot miljonair. Alle dromen zijn nu uiteengespat. Sinds 3 jaar is het aantal CD4-cellen in Johns bloed aan het dalen van rond 600 (u 106/l) naar 320 nu, terwijl 500 de normale waarde is. Zijn behandelende artsen wilden vorig jaar al dat hij met medicijnen tegen aids zou beginnen, maar dat weigerde hij. ‘Ik was ervan overtuigd dat ik me na meer dan 15 jaar niet meer bezorgd hoefde te maken over aids’, zei hij. Vorig jaar september raakte hij echter dodelijk vermoeid en verloor hij zijn eetlust. Aanvankelijk weet hij die klachten aan stress op zijn werk. Pas in februari ontdekte men wat er werkelijk aan de hand was: zijn centraal zenuwstelsel was ernstig aangetast door aids. Zijn gewicht was inmiddels gedaald van 235 naar 160 pond. De infectie is nu met redelijk succes bedwongen met de gebruikelijke cocktail van aidsmedicijnen. Inmiddels vertoont ook het afweersysteem van 2 andere dragers van het virus tekenen van aftakeling, al zijn deze mensen nog niet ziek; 3 anderen zijn nog helemaal gezond. (De resterende 3 van de cluster zijn aan niet met aids samenhangende oorzaken overleden.) Dr. John Mills, de leider van het Australische onderzoeksteam, blijft desondanks hoop koesteren dat de nef-loze HIV-variant bij zal dragen aan de ontwikkeling van een aidsvaccin, al denkt hij nu meer in de richting van een virus waaraan nog meer genen ontbreken. Medische experimenten tijdens de Tweede Wereldoorlog Het Australische leger heeft van 1943 tot 1946 medische experimenten uitgevoerd op meer dan 850 joodse vluchtelingen, gehandicapt geraakte Australische soldaten en krijgsgevangenen in Australische interneringskampen. De Australische krant The Sydney Morning Herald (20 april 1999) onthulde dit on1054 Ned Tijdschr Geneeskd 1999 15 mei;143(20) langs na een uitgebreid onderzoek. Het grootste deel van de experimenten werd uitgevoerd om de werkzaamheid van middelen tegen malaria te testen. Daarbij werden de proefpersonen eerst in contact gebracht met malariamuggen of geïnjecteerd met besmet bloed. Nadat de ziekte in alle hevigheid was uitgebarsten, kregen de ‘patiënten’ een antimalariamiddel toegediend. Bij de proeven in Queensland waren ook Britse en Amerikaanse geneesmiddelenfabrikanten betrokken. In 1940 werden joodse vluchtelingen door de Britten verscheept naar Australië. Zij kwamen daar terecht in werkkampen van het Australische leger, waar zij gerekruteerd werden voor deelname aan medische experimenten. In hoeverre de deelname vrijwillig was, wordt niet duidelijk uit de beschikbare bronnen. De proefpersonen kregen hoge doses malariaparasieten toegediend; in sommige gevallen kwam de dosis zelfs overeen met besmetting door 13.000 geïnfecteerde muggen. Een 77-jarige overlevende vertelt: ‘Voor zij een behandeling kregen, werden de zieken eerst een aantal dagen geobserveerd door artsen. De koorts was zo hevig dat het zweet door de matrassen heen op de grond drupte.’ De overlevenden zeggen blijvende gezondheidsschade opgelopen te hebben door de proeven. Aanvragen voor naoorlogse hulp bij het ministerie voor Defensie werden afgewezen, omdat de Australische overheid elk verband tussen de gezondheidsklachten en de experimenten ontkende. In officiële oorlogsverslagen zijn de experimenten slechts deels gerapporteerd. De joodse vluchtelingen, gehandicapte soldaten en buitenlandse geïnterneerden worden in geen van de documenten genoemd. De Israëlische directeur van het Simon Wiesenthal Centre, dr. Efraim Zuroff, noemt het misbruik van joodse vluchtelingen een schandaal: ‘Ironisch genoeg ontvingen zeker 100 medewerkers van Hitler na de oorlog een hartelijker onthaal. Zij werden verwelkomd als nieuwe immigranten.’ Zuroff hoopt dat de onthulling van dit schandaal de Australische overheid er eindelijk toe zal brengen om de oorlogsmisdadigers te denaturaliseren en het land uit te zetten. (Bijdrage J.J.Hoefnagel.) duitsland Melding van bijwerkingen Op een recent congres voor internisten in Wiesbaden stond het Duitse meldsysteem voor bijwerkingen van geneesmiddelen ter discussie. Iedereen was het erover eens dat het huidige – vrijwillige – meldsysteem niet goed functioneert. Over hoe het dan wel moet, konden de verschillende sprekers echter geen consensus bereiken (Süddeutsche Zeitung, 20 april 1999). De aan de Medizinische Hochschule Hannover verbonden farmacoloog Jürgen Frölich had berekend dat er in Duitsland jaarlijks 25.000 mensen aan ongewenste effecten van medicijnen overlijden en dat er vanwege bijwerkingen 500.000 patiënten in het ziekenhuis terechtkomen. Het aantal gemelde gevallen van geneesmiddelenbijwerkingen staat daarmee in schril contrast: jaarlijks slechts ongeveer 33.000 – en dan nog merendeels lichte – gevallen. Uit een analyse door het Bundesinstitut für Arzneimittel und Medizinprodukte blijkt dat 60% van alle bij deze organisatie gemelde bijwerkingen afkomstig is van de farmaceutische industrie. Slechts 40% van de artsen meldt de bijwerkingen direct bij dit instituut of bij de Geneesmiddelencommissie van de Deutsche Ärzteschaft. Blijkbaar geven artsen bijwerkingen van geneesmiddelen in eerste instantie bij voorkeur door aan de producent van het betreffende middel. Hoewel er dus bijzonder weinig bijwerkingen worden ge-