1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend, voorgesteld en

advertisement
Op weg met chemie is de naam van de nieuwste boekenreeks voor het vak chemie
van uitgeverij Plantyn. Op weg met chemie stelt de gebruiksvriendelijkheid voor de
leerkracht en leerling voorop. Door alles te bundelen in 1 overzichtelijk, duidelijk
gestructureerd leerwerkboek in vierkleurendruk zorgt Op weg met chemie ervoor
dat de leerstof chemie makkelijker aan te leren en te leren is en dit via een kant-enklare, chronologische lesopbouw. Het leerwerkboek bevat alle theorie en oefeningen.
Daarnaast wordt een ruim aanbod interactieve oefeningen online aangeboden via
www.knooppunt.net.
OP WEG MET
CHEMIE
Leerwerkboek 1 uur scheikunde
ISBN 978-90-301-9551-1
2
A. Capon • J. Jansen • M. Meeus • E. Onkelinx • N. Rotty •
G. Speelmans • A. Surings • A. Vangerven
9 7 8 90 3 0 1 9 5 5 1 1
OWCH21W_cover.indd 1
14-01-2009 15:04:48
Inhoud
1
Hoe worden samengestelde
stoffen geordend,
voorgesteld en benoemd? 10
1.1
Anorganische en organische stoffen
1.1.1 Anorganische of minerale stoffen
1.1.2 Organische stoffen of
koolstofverbindingen
1.1.3
1.2
1.2.1
1.2.2
1.2.3
1.2.4
1.3
1.3.1
1.3.2
2
2.1
2.2
2.2.1
2.2.2
2.2.3
Intermezzo 1: oxidatiegetal
Intermezzo 2: het opstellen van een
brutoformule An Bm met behulp van
oxidatiegetallen
Stofklassen / Karakteristieke groep
Anorganische stofklassen
Oxiden
Hydroxiden
Zuren
Zouten
Oefenen en testen
Organische stofklassen
Waarom zijn er miljoenen
organische stoffen?
Alkanen
Oefenen en testen
Samenvatting
Leesstukje: Veilig doelgericht
stockeren van stoffen
11
12
13
2.2.4 Bereiding van ternaire zuren
2.2.5 Bereiding van zouten uit de
enkelvoudige stoffen
2.2.6 Bereiding van zouten uit de oxiden
2.2.7 Bereiding van een zout uit
een hydroxide en een zuur
Intermezzo: aantonen van een zuur of
een hydroxide
Labo
Oefenen en testen
Samenvatting
Leesstukje : Op zoek naar minerale
grondstoffen en edelstenen
3
16
16
16
17
17
19
20
22
22
24
25
26
28
Een chemische kijk op
anorganische stoffen
34
Samenhang tussen stofklassen
Omzettingen tussen stofklassen
Verbranding van metalen
Bereiding van hydroxiden
Bereiding van niet-metaaloxiden
34
35
35
35
36
3.1
3.1.1
3.1.2
3.1.3
3.2
4
Een chemische kijk op
organische stoffen
Alkanen
Voorkomen in de natuur
Eigenschappen
Toepassingen
Aardolie
Oefenen en testen
Samenvatting
Leesstukje: Van stoffen met
‘levenskracht’ tot ‘kunststoffen’
Water, een
uitzonderlijke stof!
Water, een stof met opvallende
eigenschappen
4.2
Polaire en apolaire stoffen
4.3
Dipoolmoleculen
4.4
Wat gebeurt er als je stoffen in
water brengt?
4.4.1 Elektrische geleiding: elektrolyten
en niet-elektrolyten
4.4.2 Het oplossen van ionverbindingen in
water (elektrolyten)
36
36
36
37
37
38
42
45
46
52
52
53
53
55
55
00
57
58
62
4.1
62
63
64
65
66
67
3
OWMC2_FM 01-08.indd 3
6/3/09 11:33:28 AM
4.4.3 Het oplossen van covalente
verbindingen in water
– Apolair covalente verbindingen
– Polair covalente verbindingen
(elektrolyten / niet-elektrolyten)
Oefenen en testen
Samenvatting
Leesstukje: Water, plat of
bruisend, hard of zacht?
5
Hoeveel opgeloste stof
bevat een waterige
oplossing?
5.1
5.1.1
5.1.2
5.2
Concentratie
Massaconcentratie
Molaire concentratie
Berekeningen met concentratie en
stofhoeveelheid
5.2.1 Berekenen van de concentratie van een
oplossing
5.2.2 Bereiden van oplossingen met
een bepaalde concentratie
Labo
Oefenen en testen
Samenvatting
Leesstukje: Elke stof kan giftig zijn!
68
68
69
70
72
74
80
81
82
82
83
83
84
85
87
89
90
6.3.1 Bereiden van slecht oplosbare
verbindingen
6.3.2 Kwalitatieve analyse van bepaalde
ionsoorten in een waterige oplossing
6.3.3 Bepaalde ionen afzonderen uit
een oplossing
Labo
Oefenen en testen
Samenvatting
Leesstukje: Chemie in het leven
van elke dag
7
6.1
6.1.1
6.1.2
6.2
6.2.1
6.2.2
6.3
Samenvoeging van
elektrolytoplossingen met
vorming van een neerslag
Intermezzo: Samenvoegen van
elektrolytoplossingen
Vorming van een neerslag
bij het samenvoegen van
elektrolytoplossingen
Voorbeeld
Werkwijze
Andere voorbeelden van
neerslagreacties
Het samenvoegen van een
koperdinitraatoplossing met een
kaliumhydroxide-oplossing
Het samenvoegen van een
magnesiumdijodideoplossing met een
trinatriumfosfaatoplossing
Toepassingen van neerslagreacties
104
105
106
110
111
116
Vorming van een gas bij het samenvoegen
van elektrolytoplossingen
117
7.1.1 Voorbeeld van een gasvormingsreactie
117
7.1.2 Voorbeeld 2: vorming van CO2
118
7.2
Toepassingen van gasvormingsreacties 119
Labo
120
Oefenen en testen
121
Samenvatting
122
Leesstukje: Eén atoom meer of minder,
wat maakt het uit?
123
98
8.1
98
8.2
99
99
101
103
7.1
8
6
Samenvoeging van
elektrolytoplossingen
met vorming van een gas
103
8.3
8.4
102
102
102
103
Samenvoeging van
elektrolytoplossingen
met vorming van water:
zuur-basereacties
Geleidbaarheidsonderzoek bij het
samenvoegen van een zuur- en een
hydroxideoplossing
Samenvoegen van een NaOH-oplossing
met een H2SO4-oplossing
De zuurgraad van een waterige
oplossing (pH-waarde)
Toepassingen van
neutralisatiereacties
Labo
Oefenen en testen
Samenvatting
Overzichtschema: Samenvoeging
van elektrolytoplossingen
Leesstukje: Van zouten, vitriool
en logen tot zuren en basen
132
133
135
135
137
137
139
141
00
143
4
OWMC2_FM 01-08.indd 4
6/3/09 11:33:28 AM
9
9.1
9.1.1
9.1.2
9.1.3
9.1.4
9.1.5
9.2
9.3
9.4
Verbrandingsreacties,
een vorm van oxidatie
en reductie
Wat is een verbranding?
Brandbare stof
Dizuurstof (O2)
Gevormde oxiden
Energie-aspect van een verbranding
Reactie-omstandigheden
Een verbranding, tevens een oxidatie
en een reductie
Een redoxreactie, ook mogelijk
zonder O2?
Het opstellen van
redoxreactievergelijkingen
150
150
151
151
153
155
155
156
9.4.1 Roosten van ZnS
9.4.2 Reactie tussen aluminium en
diijzertrioxide (thermietreactie)
Labo
Oefenen en testen
Samenvatting
Leesstukje: Branden, verbranden: van
lucifervlammetje tot verbrandingsoven
ADDENDA
Veilig werken in het schoollaboratorium
Register
Periodiek systeem van de elementen
160
160
161
163
166
168
174
00
179
158
159
5
OWMC2_FM 01-08.indd 5
6/3/09 11:33:29 AM
Chemie is overal
6
OWMC2_FM 01-08.indd 6
6/3/09 11:33:29 AM
Chemie in actie!
Zoals je reeds weet is chemie de wetenschap die bestudeert hoe atomen en moleculen zich ordenen
tot stoffen met een bepaald uitzicht en bepaalde eigenschappen. Vorig jaar heb je vooral geleerd hoe
uit stoffenmengsels zuivere stoffen kunnen verkregen worden door een juiste scheidingstechniek te
kiezen. Je hebt ook vastgesteld dat de zuivere stoffen worden ingedeeld in enkelvoudige en samengestelde stoffen, naargelang hun moleculen atomen van één of meerdere atoomsoorten bevatten.
Zeer belangrijk was het inzicht dat alle stoffen rondom jou zijn opgebouwd uit atomen. In het Periodiek
Systeem van de Chemische Elementen zijn alle tot nog toe gekende atoomsoorten geordend in groepen
en perioden in relatie tot hun elektronenstructuur. Je leerde hoe atomen zich door interactie tussen
hun elektronenmantels aan elkaar kunnen binden en zich zo verenigen tot grote roosters van atomen,
ionen of moleculen. Naargelang hun bindingstype (atoombindingen, ionbindingen of metaalbindingen)
zullen stoffen verschillende eigenschappen vertonen en zich ook onderling anders gedragen.
Je weet ook reeds dat een chemische reactie in feite niets anders is dan een herschikking van atomen
tot andere stabiele combinaties. Chemische reacties gaan ook steeds gepaard met een energieomzetting: hetzij een verbruik (endo-energetische reactie) of een productie (exo-energetische reactie) van
energie.
Bij chemische reacties is het vooral belangrijk te weten hoeveel van elke soort reagerende moleculen
met elkaar kunnen en moeten reageren om een bepaalde hoeveelheid reactieproduct te leveren. Dus
niet zozeer de massa’s of volumes van reagentia zijn erg belangrijk, maar wel het aantal deeltjes.
Chemici tellen deze aantallen in een aangepaste eenheid: de “mol”, waarbij 1 mol overeenstemt met
6,023.1023 deeltjes.
Dit leerjaar verneem je meer over enkele belangrijke soorten chemische reacties.
Daartoe moet je ook een idee verwerven over de ordening van de stoffen in stofklassen en hun typische
eigenschappen. Met belangrijke enkelvoudige stoffen heb je vorig jaar reeds kennisgemaakt. Nu verneem je meer over belangrijke anorganische en organische stofklassen. Je zult ook grondiger kennis
maken met de wonderlijke eigenschappen van de stof “water”.
Het is namelijk zo dat vele chemische reacties slechts kunnen plaatsgrijpen in aanwezigheid van water.
Daarbij ontstaan allerlei opgeloste stoffen, neerslagen van vaste kristallijne stoffen en gassen. Soms
worden er ook nieuwe watermoleculen gevormd. Ook de verbrandingsreactie wordt grondiger bestudeerd en in relatie gebracht met de meer universele begrippen van oxidatie en reductie.
Je zal merken dat talrijke ogenschijnlijk verschillende stofomzettingen in feite te verklaren zijn door
enkele eenvoudige chemische principes zoals ionverbindingsreacties en reacties met overdracht van
elektronen tussen de reagerende deeltjes.
Om dit beter begrijpbaar te maken en eenvoudig voor te stellen hebben de chemici daartoe een specifieke symbolentaal ontwikkeld. De basis daarvan heb je reeds vorig jaar geleerd. Dit leerjaar wordt die
symbolentaal verder ontwikkeld naargelang je nieuwe stofklassen en reactiesoorten leert kennen.
Een chemicus bestudeert de samenstelling, de eigenschappen en de omzettingen van stoffen.
Je leeft in een dagdagelijkse wereld van stoffen en chemische reacties!
7
OWMC2_FM 01-08.indd 7
6/3/09 11:34:27 AM
OWMC2_FM 01-08.indd 8
6/3/09 11:34:27 AM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
Hoe worden samengestelde stoffen
geordend, voorgesteld en benoemd?
Hoofdstuk 1
9
OWCH21W 9-32.indd 9
6/3/09 4:23:25 PM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
1 Hoe worden samengestelde stoffen
geordend, voorgesteld en benoemd?
Bekijk en bedenk
1 Methanol
5 Propaangas
2 Kwartsgesteente
6 Asprine
3 Kaars
4 Suiker
7 Soda (of bakpoeder)
8 Ontstopper
Welke stoffen herken je in één oogwenk?
Zouden alle afgebeelde stoffen tot eenzelfde grote categorie behoren?
Ken je typische stofeigenschappen van deze stoffen?
Weet je waar deze stoffen in de natuur of in het dagelijks leven voorkomen?
Weet je nog hoe we samengestelde stoffen onderscheiden van enkelvoudige?
10 | 1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend,
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 10
6/3/09 4:23:35 PM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
CH3OH
SiO2
CxH2x+2
Acetylsalicylzuur
C6H4(CO2CH3)COOH
C4H10
C12H22O12
NaHCO3
NaOH
Bekijk aandachtig de bijhorende formules. Enig idee welke twee grote onderverdelingen je kan maken
bij de samengestelde stoffen?
Leer de chemie
1.1 Anorganische en organische stoffen
Je kunt samengestelde stoffen indelen volgens
• het uitzicht bv. de aggregatietoestand, de kleur, de kristalstructuur, …
• typische eigenschappen bv. giftig, brandbaar, zuur, ...
• de toepassing en het gebruik bv. geneesmiddelen, kunststoffen, detergenten, kleurstoffen, ...
1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend, | 11
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 11
6/3/09 4:24:29 PM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
Mengsels
Zuivere stoffen
Enkelvoudige stoffen
Samengestelde stoffen
Brutoformule
Brutoformule
Ex
ExE’yE’’z
H2 O3 P4 S8
Mg K Fe Cu He
H2O CO2 CaO
NaCl, BaBr2
H2SO4
Zoals vorig jaar reeds besproken, delen chemici stoffen in op basis van hun chemische samenstelling.
Enkelvoudige stoffen zijn steeds anorganische stoffen.
Samengestelde stoffen kunnen onderverdeeld worden in:
– anorganische stoffen (minerale verbindingen):
– organische stoffen (koolstofverbindingen):
Vorig schooljaar heb je reeds de eigenschappen van enkele enkelvoudige stoffen bestudeerd. In dit hoofdstuk
worden alleen de samengestelde stoffen behandeld.
1.1.1 Anorganische stoffen of minerale stoffen
• Deze stoffen komen meestal (maar niet uitsluitend) voor in de dode natuur (bodem, water, lucht).
• Van deze stoffen vind je zowel ionverbindingen, covalente verbindingen of metalen.
• De moleculen van deze stoffen zijn meestal relatief klein en opgebouwd uit atomen van alle
elementen in het P.S.E.
Voorbeelden:
• Lucht bevat 78% stikstofgas (N2), 21% zuurstofgas (O2) en o.a. een hoeveelheid waterdamp (H2O)
en koolstofdioxide (CO2).
• Zeewater bevat zouten als bv. keukenzout (NaCl) en
calciumdichloride (CaCl2).
• In aardlagen en gesteenten komen vele soorten minerale verbindingen voor. Er zijn ongeveer 3000 verschillende mineralen bekend, maar het grootste
gedeelte van de aardkorst bestaat uit ongeveer 40
mineralen o.a. kwarts en calciet.
Vele mineralen hebben een eenvoudige samenstelling,
andere een meer complexe. Voorbeelden: kwarts (SiO2),
Mineralen
12 | 1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend,
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 12
6/3/09 5:30:59 PM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
zinkblende (ZnS), loodglans (PbS), cupriet (Cu2O), hematiet (Fe2O3), calciet (krijt, marmer, aragoniet:
alle CaCO3), bariet (BaSO4 ).
1.1.2 Organische verbindingen of koolstofverbindingen
• Deze stoffen komen voor in de levende natuur maar kunnen ook synthetisch bereid worden
(bv. geneesmiddelen, kunststoffen).
• De moleculen van deze stoffen zijn opgebouwd uit atomen van slechts een beperkt aantal elementen
waaronder altijd C en meestal H, vaak O, soms N, S, F, Cl, Br ...
• De grootte van de moleculen in de koolstofchemie gaat van klein (enkele atomen) tot zeer groot
(duizenden atomen). Je treft hier hoofdzakelijk covalente verbindingen aan.
Voorbeelden:
• Methaan (aardgas, mijngas of moerasgas, CH4), propaan (C3H8 of CH3 CH2 CH3)
• Alcohol: bv. ethanol (drankalcohol, C2H6O of CH3 CH2OH)
• Azijnzuur (in azijn, C2H4O2 of CH3 COOH)
• Vetten, plantaardige oliën: bv. oliezuur (9-octadeceenzuur, C18H34O2)
• Suikers: bv. glucose (druivensuiker, C6H12O6)
• Talrijke koolstofverbindingen kunnen ook synthetisch worden bereid, o.a.
– kunststoffen als polyvinylchloride (PVC, (CH2 CHCl)n )
– vitaminen: bv. vitamine C (ascorbinezuur, C6H8O6)
– geneesmiddelen, kleurstoffen, lijmen....
1 Brandend aardgas
2 Olie
3 Azijn
5 Tennisracket
6 Geneesmiddel
7 Lijm
4 Pintje bier
Merk op: Een bepaalde stof, zowel organisch als anrganisch die in een labo of industrieel is
bereid, is volledig identiek aan de stof die je eventueel aantreft in de levende of dode
natuur.
Bv. ethanol (alcohol), vervaardigd uit aardolie is precies dezelfde stof als de ethanol die je in bier of
wijn aantreft.
1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend, | 13
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 13
6/3/09 4:25:25 PM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
Intermezzo 1: oxidatiegetal
Om op een snelle wijze de brutoformule van een verbinding te kunnen opstellen, maak je gebruik van
het oxidatiegetal (soms ook wel oxidatietrap genoemd) van de betrokken atomen. Het oxidatiegetal
wordt voorgesteld door OG.
Het oxidatiegetal van een gebonden atoom is de lading die het draagt. Deze lading kan reëel zijn (ionen)
of denkbeeldig.
• Het oxidatiegetal wordt weergegeoen door een Romeins cijfer, voorafgegaan door een ⴙ of ⴚ teken.
• Bij een ionbinding komt het OG overeen met de lading van het ion.
bv.
natriumchloride, NaCl
Na1Cl1
OG(Na) I
OG(Cl) I
• Bij een covalente binding is het OG de lading die het atoom krijgt als het bindend doublet zou
verschoven zijn naar het atoom met de hoogste EN-waarde*. Concreet betekent dit dat het atoom
met de grootste EN-waarde een negatief OG zal krijgen, het atoom met de kleinste EN-waarde een
positief OG.
bv.
waterstofchloride, HCl
H-Cl
EN-waarde
H
2,1
Cl
3,0
OG(H) I
OG(Cl) I
Het oxidatiegetal van de meeste elementen varieert tussen welbepaalde extreme waarden.
Deze waarden hangen af van het aantal valentie-elektronen (het groepsnummer in het P.S.E. met
korte perioden).
• Het hoogste positieve oxidatiegetal is steeds gelijk aan het groepsnummer.
• Het laagste negatieve oxidatiegetal is steeds gelijk aan het groepsnummer min acht.
P.S.E. met lange perioden
1
2
13
14
15
16
17
Groepsnummer (P.S.E. met korte
perioden)
I
II
III
IV
V
VI
VII
I
II
III
IV
V
VI
VII
IV
III
II
I
Hoogste positieve OG
Laagste negatieve OG
bestaat niet
Intermezzo 2: het opstellen van een brutoformule AnBm met behulp van oxidatiegetallen
Methode:
• A en B stellen een atoom of een atoomgroep voor, n en m de indices.
• De indices (n en m) krijgen de volgende benamingen: 1 mono, 2 di, 3 tri, 4 tetra, 5 penta,
6 hexa, 7 hepta, 8 octa, 9 nona, 10 deca.
• Het atoom met de kleinste EN-waarde krijgt een positief OG. Dit atoom wordt meestal links geschreven in de brutoformule.
Het atoom met de grootste EN-waarde krijgt een negatief OG (meestal rechts geschreven in de
brutoformule).
14 | 1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend,
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 14
6/3/09 4:26:29 PM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
• Het totale oxidatiegetal van een atoomgroep (兺OG) is gelijk aan de som van de oxidatiegetallen van
de samenstellende atomen.
– In een molecule is 兺OG van de samenstellende atomen gelijk aan nul.
– In een polyatomisch ion (ion, samengesteld uit meerdere atomen, bv. NO31) is 兺OG van de
samenstellende atomen gelijk aan de lading van het polyatomisch ion. Je vindt de waarde van
het totale oxidatiegetal van een atoomgroep terug in onderstaande tabel.
• Belangrijkste elementen en atoomgroep met hun positieve oxidatiegetallen
Symbool
OG
Symbool
OG
Symbool
OG
Symbool
OG
H
I
Mg
II
Cu
I,II
C
II,IV
Li
I
Ca
II
Hg
I,II
P
III,V
Na
I
Ba
II
Fe
II,III
N
I,II,III,IV,V
K
I
Al
III
Pb
II,IV
S
IV,VI
NH4
I
Zn
II
Au
III
Cl
I,III,V,VII
Ag
I
• Belangrijkste elementen (en atoomgroepen) met hun negatief oxidatiegetal (zie verder bij de
stofklassen)
Element
OG
Atoomgroep
oOG
Atoomgroep
oOG
F
I
NO3
I
SO4
II
Cl
I
ClO3
I
CO3
II
Br
I
BrO3
I
PO4
III
I
I
IO3
I
O
II
OH
I
S
II
Voorbeelden:
Binaire verbindingen
Verbinding tussen
C
en
O
Mg
Ternaire verbindingen
en
S
Ca
en
SO4
Al
en
ClO3
EN-waarde
2.5
3.5
1.2
2.5
Teken van OG
Groepsnummer
IV
VI
II
VI
II
geen
III
geen
Waarde van OG
IV
II
II
II
II
II
III
I
1
2
1
1
1
1
1
3
Aantalverhouding
Brutoformule
*
CO2
MgS
CaSO4
Al(ClO3)3
In het P.S.E. vind je voor elk element de overeenstemmende EN-waarde (elektronegatieve
waarde). Dit getal (tussen 0,7 en 4,0 ) is een maat voor de aantrekkingskracht die een atoom
van dit element uitoefent op een vreemd elektron.
1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend, | 15
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 15
6/3/09 4:26:30 PM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
1.1.3 Stofklassen/Karakteristieke groep
Anorganische en organische samengestelde stoffen worden verder onderverdeeld in meerdere
stofklassen.
Een stofklasse bevat stoffen met analoge chemische (en vaak ook fysische) eigenschappen. Deze overeenkomst in eigenschappen wordt verklaard door een analoge chemische structuur: namelijk de
aanwezigheid van één of meer, op een welbepaalde wijze gebonden atomen in de moleculen van deze
stoffen.
Dit gemeenschappelijk onderdeel in de moleculen van deze stoffen wordt karakteristieke of functionele groep genoemd.
Zo onderscheiden we in de anorganische chemie oxiden, zuren, hydroxiden en zouten. In de organische
chemie zijn er meerdere stofklassen, maar hier beperken we ons tot de stofklasse van de alkanen.
In dit hoofdstuk bestudeer je de structuur en de naamgeving. De chemische eigenschappen en de
samenhang tussen de verschillende stofklassen vind je in de volgende hoofdstukken.
1.2 Anorganische stofklassen
1.2.1 Oxiden
Voorbeelden
CaO: calciumoxide
K2O: dikaliumoxide
SO2: zwaveldioxide
N2O5: distikstofpentaoxide
Oxiden zijn binaire verbindingen van een metaal of
een niet-metaal met zuurstof (O).
Karakteristieke groep: is zuurstof.
Algemene formule
MnOm metaaloxide
(nM)nOm
Rozijnen worden behandeld met zwaveldioxide
voor lange bewaring
Naamvorming
(n)-naam van het metaal (m)-oxide
niet-metaaloxide
(n)-naam van het niet-metaal (m)-oxide
Opstellen van brutoformules met behulp van oxidatiegetallen
Verbinding tussen
1
2
3
4
5
6
OG
Aantalverhouding
(indices)
Ca
II
1
O
II
1
Na
I
2
O
II
1
Al
III
2
O
II
3
N
V
2
O
II
5
Cl
VII
2
O
II
7
N
III
2
O
II
3
Brutoformule
Naam
CaO
calciumoxide
Na2O
dinatriumoxide
Al2O3
dialuminiumtrioxide
N2O5
distikstofpentaoxide
Cl2O7
dichloorheptaoxide
N2O3
distikstoftrioxide
16 | 1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend,
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 16
6/3/09 4:26:30 PM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
1.2.2 Hydroxiden
Voorbeelden
KOH: kaliumhydroxide
Al(OH)3: aluminiumtrihydroxide
Ba(OH)2: bariumdihydroxide
Pb(OH)4: loodtetrahydroxide
Hydroxiden zijn verbindingen van een metaal met een hydroxide-groep (OH).
Karakteristieke groep is de hydroxide-groep.
Algemene formule
Naamvorming
naam van het metaal (m)-hydroxide
M(OH)m : metaalhydroxide
Hydroxiden vertonen base-eigenschappen. Daarom worden hydroxiden ook basen
genoemd.
Opstellen van brutoformules met behulp van oxidatiegetallen
Het totale oxidatiegetal van de OH-groep is I (som van II (O) en I (H)). Het aantal OHgroepen in de brutoformule wordt dus bepaald door het oxidatiegetal van het metaal.
Verbinding tussen
OG
Aantalverhouding Brutoformule
(indices)
Na
I
1
OH
I
1
Ca
II
1
OH
I
2
Fe
III
1
OH
I
3
Fe
II
1
OH
I
2
1
2
3
4
Naam
NaOH
natriumhydroxide
Ca(OH)2
calciumdihydroxide
Fe(OH)3
ijzertrihydroxide
Fe(OH)2
ijzerdihydroxide
1.2.3 Zuren
Voorbeelden
HCl: waterstofchloride
H2S: diwaterstofsulfide
H2SO4: diwaterstofsulfaat
HNO3: waterstofnitraat
Zuren zijn verbindingen van waterstof (H) met een zuurrest (Z).
De karakteristieke groep is waterstof.
Algemene formule
HnZ
Naamvorming
(n) waterstof naam
van de zuurrestgroep
Een autobatterij bevat zwavelzuur
1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend, | 17
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 17
6/3/09 4:26:36 PM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
Chemici maken een onderscheid tussen binaire zuren en ternaire zuren.
Binaire zuren
Ternaire zuren (oxozuren)
De zuurrest (Z) is een niet-metaal.
Z is een atoomgroep bestaande uit een niet-metaal
(uitgezonderd O en F) en enkele zuurstofatomen.
Algemene formule
Algemene formule
Hn(nM)
Hn(nM)Op
Naamvorming
Naamvorming
(n) waterstof verkorte (verlatijnste)
naam van het niet-metaal IDE
(n) waterstof verkorte (verlatijnste) naam van het
niet-metaal AAT
Voorbeeld
Voorbeeld
HCl waterstofchloride
H2SO4 diwaterstofsulfaat
Opstellen van brutoformules met behulp van oxidatiegetallen
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Verbinding
tussen
OG
Aantalverhouding
(indices)
H
I
1
F
I
1
H
I
1
Cl
I
1
H
I
1
I
I
1
H
I
2
S
II
1
H
I
2
CO3
II
1
H
I
2
SO4
II
1
H
I
1
NO3
I
1
H
I
3
PO4
III
1
H
I
1
ClO3
I
1
Brutoformule
Naam
HF
waterstoffluoride
HCl
waterstofchloride
HI
waterstofjodide
H2S
diwaterstofsulfide
H2CO3
diwaterstofcarbonaat
H2SO4
diwaterstofsulfaat
HNO3
waterstofnitraat
H3PO4
triwaterstoffosfaat
HClO3
waterstofchloraat
* Opmerking: De uitgang –AAT wordt in de naam van ternaire zuren gebruikt als het oxidatiegetal van
het niet-metaal maximaal is (d.w.z. OG = groepsnummer). Ternaire zuren met Cl, Br en I vormen
hierop een uitzondering.
18 | 1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend,
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 18
6/3/09 4:26:41 PM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
1.2.4 Zouten
Voorbeelden
NaCl: natriumchloride
Al2(CO3)3: dialuminiumtricarbonaat
Pb(NO3)4: loodtetranitraat
Li2S: dilithiumsulfide
FeSO4 : ijzer(II) sulfaat
Zouten zijn verbindingen van een metaal met een zuurrest. Zouten hebben dus geen specifieke
karakteristieke groep.
Algemene formule
Naamvorming
(n) naam van het metaal (m) naam van de zuurrest
MnZm
Opstellen van brutoformules met behulp van oxidatiegetallen
Verbinding
tussen
1
2
3
4
5
6
7
OG
Aantalverhouding
(indices)
Ba
II
1
Cl
I
2
Al
III
2
S
II
3
Mg
II
3
PO4
III
2
Na
I
2
CO3
II
1
Fe
III
1
IO3
I
3
Zn
II
1
SO4
II
1
Ag
I
1
NO3
I
1
NaCl en CaCl2 zijn veelgebruikte strooizouten
Brutoformule
Naam
BaCl2
bariumdichloride
Al2S3
dialuminiumtrisulfide
Mg3(PO4)2
trimagnesiumdifosfaat
Na2CO3
dinatriumcarbonaat
Fe(IO3)3
ijzertrijodaat
ZnSO4
zinksulfaat
AgNO3
zilvernitraat
Antimosproducten bevatten meestal
ijzersulfaat ( FeSO4)
1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend, | 19
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 19
6/3/09 4:26:41 PM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
Oefenen en testen
1 Vervolledig de volgende brutoformules met behulp van de juiste indices. Eventueel moet je
haakjes toevoegen.
0
1
2
3
4
5
6
7
8
Ag2 O
Al O
C* O
Li O
Mg F
Na O
N# O
N* O
Pb* O
Al2 S3
Ca Br
Ca S
H IO3
Li NO3
Mg Br
Hg* S
Na S
Pb# S
AlPO4
Ba ClO3
CaCO3
HNO3
H PO4
Li CO3
Li BrO3
Na CO3
Na SO4
*: maximaal oxidatiegetal
#:
minimaal oxidatiegetal
2 Noteer de passende brutoformules.
0
dilithiumsulfide
1
Li2S
5
tribariumdifosfaat
dialuminiumtrioxide
6
calciumdibromaat
2
koolstofmono-oxide
7
dikwiksulfaat
3
dizilversulfaat
8
waterstofnitraat
4
magnesiumdihydroxide
9
triwaterstoffosfaat
3 Noteer de passende brutoformules. Maak gebruik van het OG!
0
K
1
Mg
2
Al
3
Na
1
nitraat
2
3
4
carbonaat hydroxide chloraat
5
fosfaat
6
oxide
KNO3
K2CO3
K3PO4
K2O
KOH
KClO3
4 Noteer de brutoformule van de volgende verbindingen. Maak waar nodig gebruik van het maximaal oxidatiegetal.
0
lithium
oxide
1
aluminium
2
zink
3
waterstof
4
ijzer
6 koper
7 kwik
8 aluminium 9 zilver
Li2O
5 natrium
hydroxide van
20 | 1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend,
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 20
6/3/09 4:26:42 PM
aluminiumtribariumdichlobromide
ride
A
Al
OG
III
B
Br
OG
I
waterstofnitraat dikaliumoxide
calciumcarbonaat
koperdifluoride
ijzerdijodide
trinatriumfosfaat
magnesiumdihydroxide
loodsulfaat
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
5 Noteer het chemisch symbool en oxidatiegetal van de atomen en/of atoomgroepen (A en B) in volgende verbindingen.
A
OG
B
OG
6 Noteer de juiste brutoformule en de juiste systematische naam van de volgende verbindingen.
Maak gebruik van het OG!
A
B
Brutoformule AnBm
Systematische naam
0
Ba
Cl
BaCl2
bariumdichloride
1
Al
CO3
2
Mg
NO3
3
Cu*
OH
4
Pb*
PO4
5
Li
SO4
6
Fe*
BrO3
*: maximaal oxidatiegetal
7 Vervolledig onderstaande tabel.
Nr.
A
OG(A)
B
OG(B)
Brutoformule AnBm
Systematische naam
0
Ba
II
ClO3
I
Ba(ClO3)2
bariumdichloraat
1
Li
IO3
2
H
SO4
3
Al
BrO3
4
Na
Br
5
Ag
IO3
6
Pb*
ClO3
7
Zn
I
8
Cu#
PO4
9
Cu*
IO3
10
Fe#
PO4
*: maximaal oxidatiegetal
#:
minimaal oxidatiegetal
1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend, | 21
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 21
6/3/09 4:26:44 PM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
1.3 Organische stofklassen
1.3.1 Waarom zijn er miljoenen organische stoffen?
Ondanks het geringe aantal verschillende atoomsoorten die voorkomen in organische verbindingen
bestaan er miljoenen organische stoffen.
Deze enorme verscheidenheid aan mogelijke koolstofverbindingen is toe te schrijven aan drie factoren.
• Het vermogen om ketens te vormen tussen C-atomen onderling. Deze ketens kunnen open of
gesloten (ringstructuren) zijn, vertakt of niet vertakt.
H
H
C
H
H
C
H
H
C
H
H
H
C
H
H
C
H
H
H
H
C
C
C
C
H
H
H
C
H
C
C
(pentaan)
C
C
H
HH H
H
(dimethylpropaan)
H
H
H
H
HH
H
H
C
H
C
H
H
H
(cyclohexaan)
• Het voorkomen van enkelvoudige, dubbele of drievoudige bindingen tussen de C-atomen onderling.
Zowel C C, C C, als C⬅C kunnen voorkomen.
H H
H
C
H
C
C
H
H
C
H
H
C
H
C
C
H
H H
(1-buteen)
C
H
H
(2-butyn)
• de verschillende bindingsmogelijkheden tussen het C-atoom en heteroatomen als O, N, S, P, F, Cl,
Br, I... (bv. C O H, C O C, C O ... ). Elke verschillende bindingswijze geeft aanleiding tot de vorming
van een andere verbindingsklassen (stofklassen).
H
H
H
C
C
H
H
H
O
(ethanol, alcohol)
H
H
C
H
H
H
O
C
H
(methoxymethaan)
H
H
C
O
C
H
H
(ethanal)
22 | 1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend,
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 22
6/3/09 4:26:44 PM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
Voorbeelden
Brutoformule
Naam en structuurformule
C5H12
n-pentaan
H
H
C
H
H
C
H
H
C
H
C
H
H
H
C
H
H
methylbutaan
H
H
H
C
H
H
C
H
C
H
C
H
HH
H
C6H12
H
C
cyclohexaan
H
H
H
H
C
C
C
H
H
H
C
C
H
H
C
H
H
H
1-hexeen
H
H
C
H
H
C
H
H
C
H
H
H
C
C
H
C
H
H
2-hexeen
H
H
H
C
H
C
H
H
C
H
C
H
C
C
H
C2H6O
H
H
methoxymethaan
H
C
H
H
O
H
C
H
H
ethanol
H
H
H
C
C
H
H
O
H
1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend, | 23
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 23
6/3/09 4:26:46 PM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
1.3.2 Alkanen
De eenvoudigste organische verbindingen zijn de koolwaterstoffen (KWS).
De moleculen van deze verbindingen bevatten alleen C- en H-atomen.
Een belangrijke deelgroep van de koolwaterstoffen zijn de alkanen. We beperken ons tot de niet-vertakte
alkanen.
Bij de alkanen:
• is elk C-atoom omringd door vier bindingspartners.
• komen alleen enkelvoudige C-C-bindingen voor.
Om deze reden noemt men de alkanen verzadigde koolwaterstoffen.
Aantal
Brutoformule
C-atomen
1
Structuurformule
CH4
H
H
C
Eenvoudige
structuurformule
Naam
CH4
methaan
CH3 CH3
ethaan
CH3 CH2 CH3
propaan
CH3 CH2 CH2 CH3
butaan
H
H
2
C2H6
H
H
C
H
H
3
C3H8
H
4
C4H10
H
H
H
H
C
C
C
H
H
H
H
H
H
H
C
C
C
C
H
H
H
H
H
H
5
C5H12
CH3 (CH2)3 CH3
pentaan
6
C6H14
CH3 (CH2)4 CH3
hexaan
7
C7H16
CH3 (CH2)5 CH3
heptaan
8
C8H18
CH3 (CH2)6 CH3
octaan
9
C9H20
CH3 (CH2)7 CH3
nonaan
10
C10H22
CH3 (CH2)8 CH3
decaan
24 | 1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend,
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 24
6/3/09 4:27:10 PM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
Aardolie, benzine en dieselolie : allemaal mengsels van alkanen
Algemene brutoformule
Naamvorming
CnH2n2
Grieks telwoord (vanaf vijf koolstoffen) AAN
Alkanen bevatten geen functionele groep.
Oefenen en testen
1 Noteer de vereenvoudigde structuurformules.
0
propaan
1
2
CH3CH2CH3
3
ethaan
methaan
4
pentaan
heptaan
5
hexaan
1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend, | 25
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 25
6/3/09 4:27:11 PM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
SAMENVATTING
Doel
Je leerde de indeling kennen van de samengestelde stoffen in:
• anorganische stoffen met als stofklassen
– oxiden
– hydroxiden
– zuren
– zouten
• organische stoffen (koolstofverbindingen) met een belangrijke stofklasse
– alkanen
Het belangrijkste onthouden!
Anorganische stoffen
Organische stoffen
• Komen voor in levenloze materie
(gesteenten, mineralen, zee en atmosfeer)
en kunnen ook synthetisch worden bereid
• Komen vooral voor in levende materie,
kunnen ook synthetisch worden bereid.
• Zijn zowel ionverbindingen, covalente
verbindingen als metaalverbindingen.
• Zijn hoofdzakelijk covalente verbindingen
• Hebben relatief kleine moleculen waarin
atomen van bijna alle elementen kunnen
voorkomen.
• Vormen kleine tot grote moleculen, opgebouwd uit atomen van een beperkt aantal
elementen : C, H en de heteroatomen O, S,
N, P, halogenen (F, Cl, Br, I)
• Worden onderverdeeld in meerdere
stofklassen, o.a. oxiden, hydroxiden, zuren
en zouten.
• De miljoenen koolstofverbindingen worden
onderverdeeld in meerdere stofklassen,
o.a. alkanen.
26 | 1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend,
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 26
6/3/09 4:27:49 PM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
Stofklassen van de anorganische stoffen
Naam
stofklasse
algemene Naamgeving
formule
Voorbeeld
AnBm
(n) ⴙ Naam van A ⴙ (m) naam van B
Metaaloxide
MnOm
(n) metaal
(m) oxide
Al2O3
dialuminiumtrioxide
Nietmetaaloxide
(nM)nOm
(n) niet-metaal (m) oxide
N2O5
distikstofpentaoxide
Hydroxide
M(OH)m
metaal
(m) hydroxide
Pb(OH)4
loodtetrahydroxide
Zuren
HnZ
(n) waterstof
(m) zuurrest
Binaire zuren HnMm(n)
(n) waterstof (m) niet-metaalIDE H2S
Ternaire zuren Hn(nMO)m (n) waterstof (m) niet-metaalAAT diwaterstofsulfide
H3PO4
triwaterstoffosfaat
Zouten
MZ
(n) metaal
(m) zuurrest
CaBr2
calciumdibromide
Na2CO3
dinatriumcarbonaat
Stofklasse van de organische stoffen
Naam stofklasse
algemene
brutoformule
naamvorming
voorbeeld
Alkanen
CnH2n2
Griekse telwoord – AAN
C5H12 pentaan
Belangrijke begrippen
alkanen
anorganische stoffen / minerale stoffen
binaire verbinding
hydroxiden
karakteristieke of functionele groep
koolstofverbindingen / organische stoffen
koolwaterstoffen (KWS)
oxidatiegetal (positief OG / negatief OG)
oxiden (metaaloxiden / niet-metaaloxiden)
stofklassen
ternaire verbinding
zouten
zuren (binaire / ternaire)
zuurrest
1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend, | 27
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 27
6/3/09 4:27:58 PM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
Leesstukje 1
Veilig en doelgericht stockeren
van stoffen
We leven in een wereld van stoffen
1
4
2
3
5
6
We halen grondstoffen uit de natuur, die in allerlei chemische processen in laboratoria en fabrieken kunnen omgezet worden in
nieuwe stoffen.
Stoffen worden vervoerd langs de weg, over water of in de lucht. Ze worden opgeslagen in grote industriële opslagtanks, in allerlei
kleinere vervoerbare verpakkingen en soms uiteindelijk in handige gebruiksvriendelijke en veilige behouders, doosjes of flesjes.
Op elk verwerkingsniveau worden stoffen geordend en volgens een bepaald systeem gestockeerd. Veiligheid speelt hierbij een zeer
belangrijke rol. Een goede etikettering informeert bondig over risico’s en gebruik van de stoffen. Gassen worden anders opgeslagen
dan vloeistoffen en vaste stoffen. Stoffen die met elkaar chemisch hevig kunnen reageren worden zo ver mogelijk van elkaar
gescheiden, zonodig in aparte opslagruimten. Vele stoffen moeten door hun verpakking afgeschermd worden van de buitenlucht, om
contact met luchtzuurstof of met andere stoffen in de omgeving te vermijden.
Naast veiligheid worden nog andere normen gebruikt om stoffen op een overzichtelijke wijze te bewaren. In een supermarkt
bijvoorbeeld vind je een allegaartje van producten: veiligheid, toepassingsgebied, reclame, en niet te vergeten, de gebruiksvriendelijkheid van de rangschikking, staan er centraal. Voedingswaren worden er gescheiden van drogisterijproducten zoals verven,
ontvlekkers, lijmen, verzorgingsproducten en van wasproducten, meststoffen en sproeimiddelen voor de tuin. Vleeswaren, vis en
verse zuivelproducten vergen bijzondere hygiënische zorg zoals een lage bewaartemperatuur uit voorzorg tegen voedselbederf.
28 | 1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend,
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 28
6/3/09 4:28:06 PM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
Een blik in de apotheek
Ook een apotheker beheert dagelijks een duizendtal producten. Nochtans, als men een
voorschrift voor geneesmiddelen afgeeft dan valt het op dat de apotheker van dienst
onmiddellijk het voorgeschreven geneesmiddel vindt tussen de honderden geneesmiddelen die zich in de kasten bevinden. Dit wijst er op dat geneesmiddelen niet zomaar
kris kras door elkaar bewaard worden maar dat daarbij bepaalde regels gehanteerd
worden die tot een goede en overzichtelijke ordening van de overvloed aan genees- en
verzorgingsmiddelen leiden.
Eerst en vooral zijn er wettelijke verplichtingen: bepaalde geneesmiddelen moeten achter
slot in een gifkast worden bewaard en andere niet. Er bestaan ook giflijsten. Deze
bevatten de namen van bepaalde grondstoffen voor farmaceutische bereidingen die zeer
voorzichtig moeten gebruikt kunnen worden om bepaalde zalven, poeders en crèmes op voorschrift van een geneesheer te bereiden.
Niet alle producten horen echter thuis in een gifkast. Die zal men bijvoorbeeld indelen in:
- vloeibare producten die via de mond moeten ingenomen worden ( bv. siropen)
- vloeibare producten die via een injectienaald in het lichaam moeten gebracht worden
- neus- en oordruppels
- vaste producten zoals tabletten
- zalven en oliën die via de huid in het lichaam dringen
- veterinaire producten voor huisdieren of voor veeteelt
Verdovende en stimulerende middelen moeten altijd gescheiden blijven van de overige geneesmiddelen.
Vele producten kunnen gewoon bewaard worden bij kamertemperatuur maar sommige vereisen toch een specifiek temperatuursgebied voor
bewaring bv. tussen 2 °C en 8 °C in een ijskast of zelfs bij heel lage temperatuur in een diepvries.
Binnen de wettelijke normen en de specifieke bewaarinstructies vanwege de geneesmiddelenproducenten kan elke apotheker een overzichtelijk
en gebruiksvriendelijk stockeersyteem uitwerken volgens zijn eigen inzichten. Sommigen verkiezen een alfabetische rangschikking op basis
van de handelsnamen. Anderen ordenen eerder volgens de aard van de actieve bestanddelen in de geneesmiddelen of volgens de wijze van
toediening aan patiënten.
Vroeger waren de apothekers ook verantwoordelijk voor de grondstoffen die ze gebruikten bij de bereiding van zalfjes, crèmes, siropen, ...
Er bestond een dienst die geregeld bij de apotheker langskwam om de zuiverheid en de kwaliteit van de gebruikte stoffen te controleren. De
identificatiereacties en zuiverheidscontroles gebeurden meestal door kleurtests, smeltpuntbepalingen en door reacties waarbij gassen met een
specifieke geur vrijkwamen. Tegenwoordig zijn de farmaceutische firma’s zelf verantwoordelijk voor de inhoud, de zuiverheid en de kwaliteit
van de geleverde producten. De apothekers voeren bijna geen chemische reacties meer uit. Bij de bereiding van zalven en crèmes vertrekt
men meestal van vetten en water. Na het toevoegen van een emulgator wordt het geheel apgewarmd tot ongeveer 60°C en vervolgens
verwerkt tot een zalf of crème.
Vele geneesmiddelen in tabletvorm hebben een specifieke kleur of vorm. Hiervoor zijn verschillende redenen. Eerst en vooral psychologische: slaaptabletten bijvoorbeeld hebben meestal een blauwe of witte kleur maar nooit rood. Op heel wat tabletten staan ook figuurtjes,
letters of soms cijfers. De reden hiervan is dat men de tabletten toxicologisch moet herkennen. Door de figuurtjes op de tabletten weet men
tot welke grote groep van geneesmiddelen ze behoren. Zo kan men de tabletten identificeren zonder te beschikken over de bijsluiter of het
doosje. In noodgevallen kan een vlugge identificatie zeer belangrijk zijn!
1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend, | 29
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 29
6/3/09 4:36:23 PM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
Bij het gebruik van azijnzuur, fosforzuur,
natriumhydroxide en bepaalde hormonale
preparaten gebruikt men handschoenen
omdat deze stoffen de huid kunnen
aantasten.
De indeling van de geneesmiddelen bij
een apotheker heeft tot doel het vlug
vinden van deze geneesmiddelen om de
patiënt vlugger te kunnen bedienen: zo
zal de apotheker bijvoorbeeld een indeling maken op basis van giftig of niet-giftig: hij
baseert zich vooral op veiligheid, toepassing en gebruik.
Een chemicus bekijkt de stoffen met een andere bril
Chemici zijn er op uit om gelijkenissen of verschillen te vinden in structuur en
eigenschappen van de moleculen waaruit de stoffen zijn opgebouwd. Zo wordt in de
chemie nog altijd de ruwe opdeling gedaan in anorganische (of minerale stoffen) en organische stoffen (of koolstofverbindingen).
Op basis van hun chemische samenstelling hebben chemici de gewoonte om de stoffen onder te verdelen in
– Anorganische stoffen of minerale stoffen: de moleculen zijn opgebouwd uit atomen van allerlei elementen uit het P.S.E.
– Organische stoffen of koolstofverbindingen: de moleculen zijn opgebouwd uit atomen van slechts een beperkt aantal elementen,
altijd C en bijna steeds H en verder vaak O, soms nog N, S, F, Cl, Br …
Deze beide groepen kunnen volgens hun structuur en eigenschappen verder onderverdeeld worden in stofklassen, bv. zuren,
hydroxiden, zouten, oxiden, koolwaterstoffen, alcoholen, vetten, suikers, eiwitten, …
Een chemicus is dus meer geïnteresseerd in de chemische samenstelling van de zuivere stoffen en minder in de toepassingen
ervan. Een bepaalde stof kan inderdaad heel veel toepassingen kennen. Denk maar aan de duizenden stoffen die uit aardolie kunnen
verkregen worden: brandstoffen, farmaceutica, meststoffen, kleurstoffen ... Alcoholen worden, weliswaar in aangepaste verpakking,
zowel verkocht als brandstof, oplosmiddel, voedingsmiddel en ontsmettingsmiddel en toch bevatten deze, chemisch gezien, allemaal
éénzelfde atomengroep ( C O H) waardoor een alcohol zich onderscheidt van andere stoffen.
De chemici hebben daarom steeds gezocht naar een rationele klassering van de zuivere stoffen, zoals biologen zoeken naar een
indeling van het planten- en dierenrijk, en geologen naar een classificatie voor gesteenten en mineralen.
Kijk ook, onder begeleiding van je leerkracht, eens rond in het chemicaliënmagazijn van het schoollabo. De chemicaliën zijn er
geordend volgens de chemische stofklassen. Sommige zitten wellicht ook in een afgesloten gifkast. Organische stoffen worden
gescheiden van de anorganische. Zuren en basen staan niet willekeurig door elkaar. Brandbare solventen worden bewaard in een
geventileerde kast, in flessen op een opvangbodem of in een zandbak. Gassen worden bewaard in metalen gascilinders, voorzien
van veiligheidsventielen. Sommige metalen, zoals lithium, natrium, kalium en calcium worden bewaard onder petroleum omdat ze
30 | 1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend,
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 30
6/3/09 4:44:13 PM
1. HOE WORDEN
SAMENGESTELDE
STOFFEN
GEORDEND, VOORGESTELD EN BENOEMD?
hevig kunnen reageren met zuurstof, stikstof
en water uit de omgevingslucht. Er zijn zelfs
stoffen, zoals fosfor, die absoluut niet in
contact mogen komen met de lucht omwille
van het gevaar van spontane ontbranding. In
het schoollabo zijn de criteria om chemicaliën
te stockeren vooral gericht op veiligheid en
herkenbaarheid van de chemische stofklassen
en/of de chemische elementen. Soms zal de
leerkracht stoffensets samenstellen in functie
van hun gebruik bij een bepaald experiment. Regelmatig moet gecontroleerd worden of alle verpakkingen en flessen nog voldoende veilig
zijn. Chemicaliën die, door reactie met de omgevingslucht, deels zijn omgezet in andere stoffen, moeten best verwijderd worden.
Dankzij het eeuwenlange speurwerk van chemici en allerlei ambachtslieden is langzaam een universele en rationele classificatie van stoffen
ontstaan uit de chaos van stoffen en producten die in het alledaagse leven en in de ambachtelijke wereld gebruikt worden. Het is wel spijtig
dat deze universele chemische naamgeving voor stoffen en stofklassen, nog niet algemeen bruikbaar is in de omgangstaal. Denk maar aan
woorden zoals ‘vitriool’ en ‘loog’ waarvan het soms moeilijk te achterhalen is wat er juist mee bedoeld wordt.
Ten onrechte worden soms aan stoffen die in de natuur voorkomen andere eigenschappen toegekend dan diezelfde stoffen die door synthese
in een laboratorium worden bereid. Dit is niet juist want zij zijn opgebouwd uit precies dezelfde moleculen. Deze stoffen vertonen dan
uiteraard ook dezelfde chemische en fysische eigenschappen. Het is wel mogelijk dat de stoffen die men uit de natuur haalt in feite nog
stoffenmengsels zijn en dus minder zuiver zijn dan de synthetische laboratoriumstoffen. Hierdoor vertonen zij andere, al of niet gunstige,
eigenschappen die bijvoorbeeld tot uiting kunnen komen in hun geneeskundige toepassing.
Denk hier eens over na of zoek het eens op
1.
Ook bij jou thuis zijn heel wat chemische producten te vinden!
Speur ze op en onderzoek eens hoe ze bewaard worden.
Zijn ze voldoende veilig opgeslagen?
Zijn ze voorzien van duidelijke en begrijpbare etiketten?
2. Zoek eens op wat de betekenis is van gevaarcodes en waarschuwingen die je aantreft op tankwagens en grote wegtransporten.
3. Bekijk eens, samen met je leerkracht , de ordening van chemicaliën in het schoollaboratorium.
4. Vraag eens in de apotheek of drogisterij in jouw buurt hoe men er de stoffen ordent en bewaart.
1 Hoe worden samengestelde stoffen geordend, | 31
voorgesteld en benoemd?
OWCH21W 9-32.indd 31
6/3/09 4:52:56 PM
OWCH21W 9-32.indd 32
6/3/09 5:01:48 PM
2. EEN CHEMISCHE KIJK
OP ANORGANISCHE
STOFFEN
Een chemische kijk
op anorganische
stoffen
Hoofdstuk 2
33
OWCH21W 33-50.indd 33
6/3/09 5:46:23 PM
2. EEN CHEMISCHE KIJK
OP ANORGANISCHE
STOFFEN
2 Een chemische kijk op anorganische stoffen
Bekijk en bedenk
3 Rennie
2 Gips
1 Vuurwerk
5 Roest
4 Kwartskristallen
7 Aantasting van beelden
6 pH-meter
8 Gekleurd glas
Welke processen herken je in bovenstaande situaties?
Welke stoffen zijn hierbij betrokken? Uit welke stofklasse?
Leer de chemie
2.1 Samenhang tussen stofklassen
Bij chemische reacties worden stoffen omgezet in andere stoffen.
Een stof uit een bepaalde stofklasse wordt omgezet in een stof uit een andere stofklasse. Dit wordt
voorgesteld in onderstaand schema. Voor de eenvoud zijn de indices niet vermeld.
5
M
5
MZ
nM
1
3
6
MO
6
MZ
(nM )O
2
4
M OH
Reeks A
7
MZ
7
HZ
Reeks B
34 | 2 Een chemische kijk op anorganische stoffen
OWCH21W 33-50.indd 34
6/3/09 5:46:45 PM
• Tussen de stoffen uit beide reeksen (A en B) reageren tegenoverliggende stoffen tot een zout (overgang 5, 6, 7). Zouten (MZ) kunnen dus op vele verschillende wijzen gevormd worden.
2. EEN CHEMISCHE KIJK
OP ANORGANISCHE
STOFFEN
• Binnen een reeks (A of B) kan een stof uit elke stofklasse omgezet worden in een stof uit elke
andere stofklasse. Dit zie je in reeksen A en B. In reeks A kan een metaaloxide MO omgezet worden in een metaal M, in een metaalhydroxide MOH en in een zout MZ. In reeks B kan een zuur HZ
omgezet worden in een zout MZ, in een niet-metaaloxide (nM)O en (voor binaire zuren) in een
niet-metaal (nM).
Opmerking: welke omzettingen in de praktijk ook effectief goed verlopen, hangt af van vele factoren,
bv. temperatuur en verdelingsgraad van de stoffen.
In dit hoofdstuk wordt niet gestreefd naar volledigheid en evenmin naar een volledige verklaring van
de weergegeven chemische reacties; er worden alleen representatieve voorbeelden gegeven.
2.2 Omzettingen tussen stofklassen
Hier worden de omzettingen uitgewerkt zoals ze vermeld staan in bovenstaand schema. Om de correcte
brutoformule van een stof te schrijven, maak je gebruik van het OG.
2.2.1 Verbranding van metalen
M ( O2) → MO
2 Mg O2 → 2 MgO (zie foto)
4 Al 3 O2 → 2 Al2O3
2 Fe O2 → 2 FeO
Brandend magnesium
Brandend ijzer
Door verbranding van metalen verkrijg je metaaloxiden.
Dergelijke reacties, waarbij metalen reageren met dizuurstof uit de lucht, zijn doorgaans niet gewenst.
Met allerlei middelen (galvaniseren, roestvrije legeringen) tracht men de aantasting van metalen zo
veel mogelijk tegen te werken.
2.2.2 Bereiding van hydroxiden
MO ( H2O) → MOH
+
CaO H2O → Ca(OH)2 (blussen van kalk)
Na2O H2O → 2 NaOH
CaO(v)
Oxiden van sterke metalen (groep Ia en IIa in het P.S.E.) reageren
met water en vormen hydroxiden (basen). Deze oxiden worden dan
ook basevormende oxiden genoemd.
(wit poeder)
H2O
Ca (OH)2
(gebluste kalk)
(witte pasta)
2 Een chemische kijk op anorganische stoffen | 35
OWCH21W 33-50.indd 35
6/3/09 5:49:08 PM
prop watten
(enkele druppels NaOH opl)
2. EEN CHEMISCHE KIJK
OP ANORGANISCHE
STOFFEN
2.2.3 Bereiding van niet-metaaloxiden
nM ( O2) → nMO
C O2 → CO2 (verbranding van houtskool)
S8 8 O2 → 8 SO2 (zie afbeelding)
TREKKAST
brandende
zwavel
N2 is erg stabiel (|N⬅N|). Denk hierbij aan distikstof als belangrijkste component in de lucht. Slechts bij zeer hoge temperaturen (bv. in een ontploffingsmotor of bij bliksem) reageert het met
dizuurstof tot NO en verder tot NO2.
2.2.4 Bereiding van ternaire zuren
(nM)O ( H2O) → HZ
SO3 H2O → H2SO4
P2O5 3 H2O → 2 H3PO4 (zie afbeelding)
Vele niet-metaaloxiden reageren met water en vormen een ternair
zuur. Deze oxiden noem je zuurvormende oxiden. Voorbeelden zijn
CO2, SO2, SO3, N2O5 en P2O5. Enkele van deze niet-metaaloxiden
+
P2O5 (v)
(SO2, CO2, N2O5 …) zijn oorzaak van de voor het milieu schadelijke
zure regen.
H2O
H3PO4
+1 druppel base (opl.)
+ FF - indicator
2.2.5 Bereiding van zouten uit de enkelvoudige stoffen
M (nM)→ MZ
2 Na Cl2 → 2 NaCl
8 Fe S8 → 8 FeS
Zn I2 → ZnI2
witte rook
(NaCl)
Na (v)
Bij de reactie van een metaal met een niet-metaal ontstaat een binair
zout.
Cl 2 (g)
2.2.6 Bereiding van zouten uit de oxiden
MO ((nM)O) → MZ
CaO CO2
→ CaCO3
Omdat meerdere metaaloxiden en niet-metaaloxiden reageren met water tot respectievelijk een
hydroxide en een ternair zuur, zal een neutralisatiereactie tussen een zuur en een hydroxide echter
vaker voorkomen in oplossing.
36 | 2 Een chemische kijk op anorganische stoffen
OWCH21W 33-50.indd 36
6/3/09 5:49:32 PM
2.2.7 Bereiding van een zout uit een hydroxide en een zuur
Zuren en basen neutraliseren elkaar en vormen water en een zout. Deze neutralisatiereactie is de
belangrijkste chemische eigenschap van de hydroxiden en de zuren.
H3PO4 3 NaOH → Na3PO4 3 H2O
H2SO4 2 NaOH → Na2SO4 2 H2O
Opmerking:
Er zijn, onder bepaalde omstandigheden, nog andere omzettingen
mogelijk dan die vermeld in het bovenstaande schema op p 34.
2. EEN CHEMISCHE KIJK
OP ANORGANISCHE
STOFFEN
MOH HZ → MZ H2O
H2
Enkele voorbeelden:
+
• de reactie van een metaal met een zuur
bv. Mg 2 HCl → MgCl2 H2
Een sterk metaal reageert met een zuur en vormt
een zout en diwaterstof.
HCI
(opl.)
Mg
hevige
gasontwikkeling
• de ontleding van een zout
bv. – elektrolyse van ZnI2
Zn ( v )
ZnI2 E (elektrisch) Zn I2
Dit is de omgekeerde reactie van 2.2.5 (omzetting
5 in het schema).
– thermolyse van CaCO3
CaCO3 T↑ CaO + CO2
CaCO3
Ca(OH)2
+H2O
T↑
CaO + CO2
+H2O
+
I2
Zn Ι2 (opl.)
H2CO3
Intermezzo: aantonen van een zuur of een hydroxide
Hoe kun je nu weten of er in water zuren of hydroxiden aanwezig
zijn? Dat is niet zo eenvoudig! Het opsporen van zuren of hydroxiden
in een waterige oplossing kan gebeuren door middel van:
Kalksteen
CaCO3
Calciumcarbonaat
+ CO2
- H2O
Ca(OH)2
Calciumhydroxide
• de smaak (bv. een zure smaak);
Δ Ti
+ H2O
CaO
Calciumoxide
• de tast (bv. een hydroxideoplossing voelt zeepachtig en zacht aan);
• de pH-waarde, meestal variërend tussen 0 en 14.
Vanzelfsprekend moet je hierbij met de grootste omzichtigheid te werk gaan. Proeven van onbekende
chemicaliën doe je sowieso nooit en ook het huidcontact met dergelijke oplossingen kan erg gevaarlijk
zijn.
De pH-waarde meet je met een elektrische of digitale pH-meter of met behulp van indicatoren.
Indicatoren zijn meestal organische kleurstoffen met een vrij complexe molecuulstructuur. Ze kunnen,
naargelang de zuurgraad, twee of meer verschillende kleuren aannemen. Een kleuromslag treedt op
2 Een chemische kijk op anorganische stoffen | 37
OWCH21W 33-50.indd 37
6/3/09 5:49:36 PM
2. EEN CHEMISCHE KIJK
OP ANORGANISCHE
STOFFEN
bij een bepaalde zuurgraad. Deze stoffen indiceren door hun typische kleur het zure of basische karakter van een waterige oplossing. (Zie p 38)
In de praktijk gebruik je meestal indicatoren in oplossing of geabsorbeerd op papierstrookjes.
Overzicht:
zuur
neutraal
basisch
<7
7
>7
zure kleur
neutrale kleur
basische kleur
pH-waarde
indicator
lakmoes LM
rood
methyloranje MO
rood
geel
geel
fenolftaleïne FF
kleurloos
kleurloos
paars
thymolblauw TB
rood
geel
blauw
universele indicator UI
rood
blauw
oranje
geel
groen
blauw
Opmerking: een universele indicator is een mengsel van verschillende indicatoren.
Labo
1 Reactie van zink met dijood
Opstelling
Benodigdheden
– dijood |
– zinkpoeder
– alcohol (ethanol)
Werkwijze
Doe in een reageerbuis een snuifje dijood en een iets grotere hoeveelheid zinkpoeder. Plaats de
reageerbuis in het rek.
Giet 3 tot 4 ml alcohol in een andere reageerbuis.
Pipetteer voorzichtig enkele druppels alcohol bij het zink-dijoodmengsel. Wot neem je waar?
Wanneer er niets meer verandert, voeg je nog enkele druppels alcohol toe.
Blijf toevoegen tot alle dijood verdwenen is. Voeg daarna de rest van de alcohol toe.
Stop de reageerbuis af en schud krachtig (houd de stop vast). De alcoholische oplossing moet praktisch kleurloos zijn en er blijft een weinig zink over!
Noteer de reactievergelijkingen van de optredende reacties. Benoem alle deelnemende stoffen en
stofklassen.
38 | 2 Een chemische kijk op anorganische stoffen
OWCH21W 33-50.indd 38
6/3/09 5:49:40 PM
2 Verhitten van koper en verdere reactie met zwavelzuur
Opstelling
2. EEN CHEMISCHE KIJK
OP ANORGANISCHE
STOFFEN
Benodigdheden
– koperpoeder
– verdunde zwavelzuuroplossing
1
Werkwijze
Verwarm in een pyrexreageerbuis een weinig koperpoeder met een krachtige vlam.
Wat neem je waar?
Breng een kleine hoeveelheid van de gevormde stof in een tweede reageerbuis. Voeg daaraan enkele
ml verdunde zwavelzuuroplossing toe.
Stop de reageerbuis af en schud krachtig.
Ontstop de reageerbuis en verwarm het mengsel kortstondig met een matige vlam.
Noteer de kleurverandering in de oplossing:
Noteer de reactievergelijkingen van de optredende reacties. Benoem alle deelnemende stoffen en
stofklassen.
3 Reacties van calcium en calciumverbindingen
Opstelling
Benodigdheden
– calcium (enkele korrels)
R15; S8, 24/25, 43
– fenolftaleïneoplossing
– marmer of calciumcarbonaatpoeder
– klein lepeltje
– rietje
2 Een chemische kijk op anorganische stoffen | 39
OWCH21W 33-50.indd 39
6/3/09 5:49:42 PM
2. EEN CHEMISCHE KIJK
OP ANORGANISCHE
STOFFEN
Werkwijze
Vul een reageerbuis met voor 1/3 met water en plaats die in een reageerbuisrek.
Voeg met een klein lepeltje enkele calciumkorrels toe. In geen geval mag je de calciumkorrels en het
verkregen reactiemengsel met je huid in aanraking laten komen!
Wat neem je waar?
Filtreer het reactiemengsel en verdeel het filtraat over drie reageerbuizen. Voer vervolgens volgende
reacties uit:
Basische reactie van Ca(OH)2:
Aan enkele druppels (max. 1 ml) van het filtraat voeg je een paar druppels fenolftaleïneoplossing
toe.
Waarneming:
Bereiding van CaCO3 en Ca(HCO3)2:
Blaas (veiligheidsbril!) met een lang rietje of pipet voorzichtig in het tweede deel van het filtraat.
Waarneming:
CO2 vormt met Ca(OH)2 het onoplos-brare CaCO3. Blijft door blasen.
Waarneming:
Verder blazen (toevoegen van CO2) zorgt voor vorming van het onlosbare Ca(HCO3)2: de oplossing
wordt helderder.
Op deze reactie steunt de verwering van kalkrotsen (mergel, krijt, marmer) en de vorming van
grotten.
Bereiding van CaCl2:
Druppel enkele ml van een verdunde waterstofchlorideoplossing bij een ander deel van het filtraat
waaraan enkele druppels fenolftaleïneoplossing zijn toegevoegd.
Waarneming:
Noteer de reactievergelijkingen van de optredende reacties. Benoem alle deelnemende stoffen en
stofklassen.
4 Reactie van CaCO3 met een zuur
Opstelling
Benodigdheden
– verdunde waterstofchlorideoplossing (c 0,1 mol/l)
– marmer, krijt of
calciumcarbonaatpoeder
– calciumdihydroxideoplossing
( kalkwater)
– wiek of houtspaander
40 | 2 Een chemische kijk op anorganische stoffen
OWCH21W 33-50.indd 40
6/3/09 5:49:43 PM
2. EEN CHEMISCHE KIJK
OP ANORGANISCHE
STOFFEN
Breng in een erlenmeyer een kleine hoeveelheid marmer, krijt of calciumcarbonaatpoeder.
Voeg hieraan enkele ml van een verdunde waterstofchlorideoplossing toe.
Waarneming:
Breng een brandende wiek in de erlenmeyer. Waarneming:
Verbind de erlenmeyer (zie opstelling) met een recipiënt dat kalkwater bevat.
Waarneming:
Noteer de reactievergelijkingen van de optredende reacties. Benoem alle deelnemende stoffen en
stofklassen.
Alle omzettingen vind je terug in het volgende schema:
CaO (v)
Ca
(v)
Ca(HCO3)2 (opl.)
CaCO3 2HCl
Ca(OH)2 (v en opl.)
CaCl2
(opl.)
CaCO3 (v)
CaCl2 H2O CO2
5 Geheimschrift
Opstelling
Benodigdheden
– fenolftaleïneoplossing
– een basische oplossing (bv. zeer verdunde
natriumhydroxideoplossing) in een kleine
sproeier
– glasstaaf
Werkwijze
Schrijf met een glasstaaf, gedrenkt in een fenolftaleïneoplossing een geheime boodschap op een blad
papier.
Ontcijfer die door het blad te besproeien met een basische oplossing (bv. natriumhydroxide).
2 Een chemische kijk op anorganische stoffen | 41
OWCH21W 33-50.indd 41
6/3/09 5:49:45 PM
2. EEN CHEMISCHE KIJK
OP ANORGANISCHE
STOFFEN
Oefenen en testen
1 Zoek de fout in onderstaande zinnen.
Noteer de verbetering
0 Bij de ternaire zuren is het oxidatiegetal van elk niet-metaalatoom steeds negatief.
correct: het zuurstof atoom
of correct: bij binaire zuren
1
Dialuminiumsulfaat is een anorganisch ternair zout.
2
In de formule van ternaire zuren en zouten komt steeds het element zuurstof en een metaal
voor.
3
De formule van een fosfaat bevat naast de PO34 groep nog water of een metaal.
4
Binaire zouten zijn verbindingen van waterstof met een niet-metaal.
2 Verbeter waar nodig en schrijf de algemene reactievergelijking voor de omzettingen tussen
stofklassen.
0 zuurstof gas ontsnapt bij de substitutiereacties van sommige metalen met zuuroplossingen.
correct: waterstofgas
1
Sommige metaaloxiden zijn zuurvormend bij contact met water.
2
Bij de thermische ontleding van ternaire zouten ontstaan metalen en niet-metaaloxiden.
3
In waterige oplossing reageert looddinitraat met HCl tot loodchloride en een ander zuur.
4
Sommige metalen reageren met oplossingen van zouten ter vorming van o.a. waterstofgas.
5
Zouten kunnen ontstaan wanneer metalen reageren met zuren, hydroxiden of andere zouten.
6
Ongebluste kalk, CaO, ontstaat naast koolstofdioxide in de thermische ontleding van marmer,
CaCO3.
42 | 2 Een chemische kijk op anorganische stoffen
OWCH21W 33-50.indd 42
6/3/09 5:49:58 PM
en
2
Een metaal kan worden omgezet in een zout door een reactie met een
een
of
3
Sterke metalen worden door zuren omgezet in een
4
Een metaaloxide kan met een
5
Een metaaloxide en een niet-metaaloxide verkrijg je door de thermische ontleding van
een
6
Waterstofgas ontsnapt bij de reactie van sommige metalen met
7
Een zout ontstaat door de synthese van een
met een
2. EEN CHEMISCHE KIJK
OP ANORGANISCHE
STOFFEN
3 Vervolledig de volgende zinnen.
Illustreer dit ook met een reactievergelijking.
1 Een hydroxide reageert met een zuur tot een
en
reageren tot een
met een
en water.
of een
of van een
2 Een chemische kijk op anorganische stoffen | 43
OWCH21W 33-50.indd 43
6/3/09 5:49:59 PM
2. EEN CHEMISCHE KIJK
OP ANORGANISCHE
STOFFEN
4 Wat hoort waar thuis?
Noteer de letter (A tot J) van je keuze achter het gegeven. Door een juiste selectie komt elk
ant woord slechts één maal aan bod.
Gegeven
0
2 Mg 1 O↑2
1
Antwoord
→
2 MgO
H
Keuzemogelijkheden
A
de vorming van een hydroxide
de ontleding van water
B
de vorming van waterstofgas en
een zout
2
de thermische ontleding van
calciumcarbonaat
C
de vorming van water en een zout
3
de fotochemische ontleding van
zilverchloride
D
de vorming van een M en een zout
4
de reactie tussen een metaal en
een niet-metaal
E
de vorming van een zout
5
de reactie tussen een metaal en
een zout
F
de vorming van een MO en een
nMO
6
de reactie tussen water en een
niet-metaaloxide
G
de vorming van een M en een nM
7
de reactie tussen een metaal en
een zuur
H
verbranding
8
de reactie tussen een metaaloxide
en water
I
elektrolyse
9
de reactie tussen een zuur en een
hydroxide
J
de vorming van een zuur
44 | 2 Een chemische kijk op anorganische stoffen
OWCH21W 33-50.indd 44
6/3/09 5:49:59 PM
SAMENVATTING
Je leerde de omzettingen tussen de verschillende anorganische stofklassen:
• de bereiding van metaal- en niet-metaaloxiden;
• de bereiding van hydroxiden en zuren;
• de bereiding van zouten.
2. EEN CHEMISCHE KIJK
OP ANORGANISCHE
STOFFEN
Doel
Het belangrijkste onthouden!
M
5
MZ
5
nM
1
3
MO
6
MZ
6
(nM)O
2
4
MOH 7
MZ
7
HZ
Reeks A
Reeks B
Bereiding van
metaaloxiden
M
niet-metaaloxiden
nM
hydroxiden
MO
zuren
nMO
M
MO
HZ
zouten
→
MO
→
nMO
→
MOH
→
HZ
nM
→
MZ
nMO
→
MZ
MOH
→
Belangrijke begrippen
basevormend oxide
hydroxiden
indicator
neutralisatiereactie
oxiden
O2
O2
H2O
H2O
MZ H2O
pH-waarde
zouten
zuren
zuurgraad (zuur, neutraal, basisch milieu)
zuurvormend oxide
2 Een chemische kijk op anorganische stoffen | 45
OWCH21W 33-50.indd 45
6/3/09 5:50:00 PM
2. EEN CHEMISCHE KIJK
OP ANORGANISCHE
STOFFEN
Leesstukje 2
Op zoek naar minerale
grondstoffen en edelstenen
aluminium 8%
ijzer 5%
calcium 4%
rest 8%
silicium 28%
zuurstof 47%
Somen stelling van de aard korst
Van erts tot metaal …
Talrijke stoffen kunnen via chemische processen worden omgezet in allerlei materialen en voorwerpen die je dagelijks gebruikt,
maar moeten eerst ontgonnen worden uit de zee, uit de lucht of uit de dunne aardkorst. De dikte van de aardkorst schommelt
tussen 30 en 65 km. Onderstel dat de aarde zo groot zou zijn als je hoofd, dan zou de aardkorst slechts de dikte hebben van
je huid.
Sommige chemische elementen komen veel meer voor dan andere, en niet alle gesteenten die een bepaald element bevatten, zijn
geschikt voor de ontginning en productie van dat element. Soms is dat gehalte zelfs zo laag dat ontginning economisch niet de
moeite loont.
Andere chemische elementen zijn zeer zeldzaam en komen slechts in een zeer laag gehalte in één bepaald mineraal voor. De
opsporing van mineralen is hoofdzakelijk het werk van geologen, terwijl de winning van mineralen uit gesteenten en van zuivere
stoffen uit mineralen het werkterrein is van de industriële chemie. De methoden om zuivere stoffen te bereiden uit mineralen
worden vooraf op kleine schaal in chemische laboratoria uitgetest.
46 | 2 Een chemische kijk op anorganische stoffen
OWCH21W 33-50.indd 46
6/3/09 5:53:54 PM
2. EEN CHEMISCHE KIJK
OP ANORGANISCHE
STOFFEN
De grondstoffen voor het verkrijgen van zuivere anorganische stoffen bevinden zich vooral in de gesteenten in de aardkorst. Grondstoffen
voor organische stoffen daarentegen bevinden zich in planten en dieren of in de min of meer vergane restanten ervan, zoals aardolie,
aardgas, bruinkool, turf en steenkool.
Gesteenten waarin zich interessante grondstoffen bevinden voor de aanmaak van anorganische stoffen, noem je ook ertsen. Ertsen zijn
gesteenten waarin zich interessante mineralen bevinden, die na vrijmaking uit het erts via allerlei fysicochemische methoden omgezet kunnen
worden in nuttige enkelvoudige of samengestelde stoffen.
Vooral mineralen waarin zich metaalatomen bevinden, zijn interessante grondstoffen. Een rijk erts is een erts met een hoog gehalte aan een
bepaald mineraal. Een rijk kopererts bevat dus een hoog gehalte aan koperhoudende mineralen.
Kopermetaal bv. wordt verkregen uit de ontginning in de kopermijnen van die ertsen, die rijk zijn aan koperhoudende mineralen, zoals
malachiet (Cu2(OH)2CO3 ), azuriet (Cu3(OH)CO3 )2 , chalcopyriet (CuFeS2 ) of borniet (Cu5FeS4 ).
Een eerste opdracht is ertsgesteenten te vinden die voldoende
mineralen bevatten met een hoog kopergehalte. Meestal bevinden
zich in die ertslagen ook nog mineralen van andere metalen.
De tweede opdracht bestaat uit het afzonderen van het koperhoudende mineraal uit de ertsgesteenten en vervolgens moet het
kopermetaal uit de koperhoudende mineralen gehaald worden. Dat
is zeker geen eenvoudige zaak! Eeuwenlang hebben volkeren zich
op ambachtelijke wijze beziggehouden met de winning van metalen
uit ertsen. Allerlei technieken werden daartoe getest, met vallen en
opstaan.
Een elementair chemisch proces dat daarbij een grote rol speelt, is
de verhitting van mineralen (zouten en oxiden) in aanwezigheid
van koolstof (bv. in houtskool, in restas uit kampvuren of uit
haardas). Hogere verhittingstemperaturen, waardoor onder meer zouten gemakkelijker ontbinden in oxiden, werden bereikt door vernuftige
systemen van blaasbalgen en gecontroleerde luchttoevoer in de ovens. In moderne chemische taal kunnen we dit vereenvoudigd als volgt
voorstellen:
CuCO3 → CuO → CO2
CuO ⫹ C → Cu ⫹ CO
Het eerste handboek, waarin op een min of meer systematische wijze de
ertsontginning beschreven werd, verscheen in 1556, met als titel ‘De Re
Metallica’. Het was het levenswerk van de Saksisch-Duitse natuurkundige
Georg Bauer (verlatijnst tot Georg Agricola) (1494-1555), waaraan hij
ongeveer 25 jaar had gewerkt en dat gepubliceerd werd één jaar na zijn
overlijden.
FPO
FPO
2 Een chemische kijk op anorganische stoffen | 47
OWCH21W 33-50.indd 47
6/3/09 7:05:27 PM
2. EEN CHEMISCHE KIJK
OP ANORGANISCHE
STOFFEN
Het geschitter van goud
Nadat in Californië goud was gevonden, ontstond er in 1848 een ware ‘goldrush’
(stormloop op zoek naar goud) naar deze streek. Overal werd in gebergten en in
rivieren naar goudklompjes (‘nuggets’) of goudstof gezocht. In dat Eldorado dolven
ze voor meer dan 200 miljoen dollar goud op. Het leven van deze tienduizenden
pioniers was hard en vol ontberingen. In de meeste gevallen stond de goudvondst
amper in verhouding tot de stroom euforische geruchten, zodat weinigen rijk zijn
geworden. Naast het harde leven was er ook nog het niet te onderschatten gevaar
van een maatschappij waarin meestal alleen de wet van de sterkste gold.
Nadien zijn er nog meerdere van deze ‘goldrushes’ geweest. Telkens wanneer er een
goudader werd aangetroffen, ontstond er een stormloop van avonturiers op deze streken (bv. in Australië en Zuid-Afrika en
tegenwoordig nog in Centraal-Afrika).
Goud is en blijft een duur metaal en de zoektocht naar goud blijft zeker nog een groot aantal mensen aanspreken. Het is dan ook
spectaculair om goud zomaar in je zeef te zien blinken. En dan te weten dat voor metalen zoals ijzer of zink ingewikkelde procedures met hoogovens nodig zijn!
Niet alle goud vind je evenwel zomaar in rivierslib. Goudmijnen, die tot de diepste mijnen ter wereld behoren en soms 3 à 4 km
diep zijn, leveren de grootste opbrengst.
Waarom vinden we wel goudklompjes, maar geen zuiver ijzer?
Chemici en geologen hebben een eenvoudig antwoord op de vraag waarom je in de vrije natuur goudklompjes vindt en geen
ijzerblokjes: goud, zilver en platina zijn edele metalen, maar koper, ijzer en zink niet.
Maar wat betekent ‘edel’ in dit verband?
Daarvoor moeten we teruggaan naar de edelgassen. Het heliumatoom bv. bezit twee elektronen die de eerste elektronenschil
volledig opvullen en daardoor een zeer stabiele toestand van het atoom veroorzaken. Alle andere edelgassen hebben acht elektronen
op de buitenste elektronenschil. Atomen met een zogenaamde edelgasconfiguratie zijn zeer stabiel. Ze vormen praktisch nooit
moleculen met andere atomen.
Edele metalen hebben ook een stabiele elektronenconfiguratie, al is die wel iets ingewikkelder dan bij de edelgassen. Het gevolg
daarvan is dat edele metalen moeilijk worden aangetast door andere stoffen. De meeste andere atoomsoorten hebben geen stabiele
elektronenconfiguratie.
Niet-edele metalen trachten een stabielere toestand te bereiken door hun valentie-elektronen af te geven aan niet-metaal atomen.
Door die overdracht worden chemische bindingen gevormd. Zo krijgen ze een stabielere structuur. Daarbij komt energie vrij in de
vorm van warmte of straling. We kunnen dan ook begrijpen dat er energie nodig is om die bindingen opnieuw te breken. Om de
bindingen in bv. ijzererts te verbreken gebruikt men zeer hoge temperaturen in hoogovens. Op die manier wordt het ijzermetaal, d.
w.z. de enkelvoudige stof ijzer, vrijgezet.
48 | 2 Een chemische kijk op anorganische stoffen
OWCH21W 33-50.indd 48
6/3/09 6:19:58 PM
2. EEN CHEMISCHE KIJK
OP ANORGANISCHE
STOFFEN
Het neusje van de zalm: diamanten en edelstenen
Zuid-Afrika is niet enkel beroemd om zijn goudmijnen maar nog meer om zijn
diamantontginning. Diamanten bezitten een typische kristalstructuur, waardoor
ze lichtstralen sterk kunnen breken. Zuivere diamanten schitteren dan ook in het
licht. Daardoor en omwille van hun zeldzaamheid zijn ze ook zeer kostbaar.
Maar ook minder zeldzame stoffen kunnen mooie kristallen vormen (bv. kwarts
en keukenzout). Vele stoffen vormen zelfs zodanig kleine kristalletjes dat je ze zonder technische hulpmiddelen niet eens kunt merken of
aantonen. Zelfs het doodgewoon ijzermetaal is opgebouwd uit minuscule kristallen. Het Atomium in Brussel is daar een reuzegrote
voorstelling van.
Edelstenen hebben de mensen steeds geboeid. Reeds duizenden jaren wordt ernaar gezocht, ervoor gevochten en gestolen en zijn ze gegeerd.
De meeste edelstenen zijn mineralen. Wat ze onderscheidt van andere mineralen is dat ze een mooie kleur hebben en vaak ook zeldzaam
zijn. Het basismineraal waaruit ze zijn opgebouwd kan wel zeer veel voorkomen. Zo bestaan opalen voornamelijk uit siliciumdioxide,
hetzelfde mineraal als in zand. Maar in een edelsteen als opaal is dit basismineraal nog vermengd met kleine hoeveelheden van andere
stoffen, die er een extra mooie kleur aan geven.
De meeste edelstenen zijn gevormd uit gesmolten gesteenten en dit bij extreem hoge temperaturen en onder zeer hoge druk, d.w.z. in de
diepere aardlagen. Tijdens de afkoeling van het gesmolten gesteente kristalliseerden de edelstenen. Soms ontstonden kleine kristalletjes,
maar soms ook zeer grote. Hoe groter, hoe kostbaarder de edelsteen.
Edelstenen hebben een duidelijke kristalvorm, d.w.z. dat de atomen erin op een welbepaalde wijze gerangschikt zijn. De oppervlakken van de
edelsteenkristallen reflecteren het invallende licht, waardoor de edelstenen gaan glinsteren. Geslepen kristallen werken ook als een soort
prisma dat invallend wit licht doet opsplitsen in kleuren, waardoor sommige juweeledelstenen nog in waarde stijgen.
Wanneer een edelsteen wordt opgegraven, is hij doorgaans ruw van vorm en oppervlak en vuil. Ervaren bewerkers van edelstenen kunnen
de kleurenpracht en schittering van edelstenen verhogen door de ruwe kristallen vakkundig te snijden en te slijpen, zodat de natuurlijke
kristalvormen tevoorschijn komen.
De prachtige schittering in licht en de zeldzaamheid van zuivere diamanten verhogen hun waarde aanzienlijk.
Denk hier eens over na of zoek het eens op:
1.
:
Welke soorten chemische bindingen kenmerken de stoffen waaruit edelstenen zijn opgebouwd?
2. Bepaalde edelstenen hebben dezelfde kristalvorm en toch verschillende kleurschakeringen. Hoe komt dat?
3. Kunnen mineralen ook gebruikt worden voor de productie van niet-metalen?
4. De aardkorst bevat meer aluminium dan ijzer en toch is ijzer goedkoper. Hoe leg je dat uit?
2 Een chemische kijk op anorganische stoffen | 49
OWCH21W 33-50.indd 49
6/3/09 6:34:46 PM
6. SAMENVOEGING
VAN ELEKTROLYTOPLOSSINGEN MET
VORMING VAN EEN
NEERSLAG
Samenvoeging van
elektrolytoplossingen
met vorming van een
neerslag
Hoofdstuk 6
97
OWCH21W 097-114.indd 97
6/3/09 2:25:24 PM
6 Samenvoeging van elektrolytoplossingen
met vorming van een neerslag
Intermezzo: Samenvoegen van elektrolytoplossingen
In een elektrolytoplossing komt de opgeloste stof voor als vrij gehydrateerde ionen. Als twee
elektrolytoplossingen worden samengevoegd, worden meerdere ionen bij elkaar gebracht.
Voorbeelden
Ba(NO3)-oplossing
Na2SO4-oplossing
Er wordt een wit neerslag gevormd.
neerslagvorming
Na2S-oplossing
HCl-oplossing
Er wordt een gas gevormd.
gasontwikkeling
HCl-oplossing
NaOH-oplossing
Er is geen waarneembare reactie.
Bij toevoeging van een HCl-oplossing aan de door fenolftaleïne
paars gekleurde NaOH-oplossing verdwijnt de kleur.
neutralisatiereactie
Waarom deze reactie zo genoemd wordt, leer je in hoofdstuk 8.
Na2SO4-oplossing
KCl-oplossing
Er is geen waarneembare reactie.
Elk van deze mogelijkheden wordt verder uitgewerkt in de volgende hoofdstukken. In dit hoofdstuk
komt de vorming van een neerslag aan bod.
6. SAMENVOEGING
VAN ELEKTROLYTOPLOSSINGEN MET
VORMING VAN EEN
NEERSLAG
Bekijk en bedenk
1 Neerslag
2 Neerslag in een lichaamsader 3 Neerslag op een
waterkraan
5 Neerslag bij kaasbereiding 6 Neerslag bij een gekookt eitje
4 Neerslag als contrastmiddel bij
darmonderzoek
7 Neerslag in de oceaan 8 Neerslag in de
zwart-wit fotografie
98 | 6 Samenvoeging van elektrolytoplossingen met vorming
van een neerslag
OWCH21W 097-114.indd 98
6/3/09 2:25:45 PM
Is het begrip ‘neerslag’ een synoniem voor regen?
In welke foto’s vind je een neerslag terug?
In welke aggregatietoestand komt een neerslag voor?
De neerslagen in de foto’s zijn niet altijd ontstaan vanuit elektrolytoplossingen in water.
Hoe een neerslag wordt gevormd door samenvoeging van elektrolytoplossingen, vind je hieronder.
Leer de chemie
6.1 Vorming van een neerslag bij het samenvoegen van
elektrolytoplossingen
6.1.1 Voorbeeld
Reeks 1
Na2SO4-oplossing
H2SO4-oplossing
Al2(SO4)3-oplossing
BaCl2
wit neerslag
wit neerslag
wit neerslag
Ba(NO3)2
wit neerslag
wit neerslag
wit neerslag
BaBr2
wit neerslag
wit neerslag
wit neerslag
Reeks 2
6. SAMENVOEGING
VAN ELEKTROLYTOPLOSSINGEN MET
VORMING VAN EEN
NEERSLAG
Voeg telkens twee van de onderstaande reeksen elektrolytoplossingen samen. Wat neem je waar?
Je stelt vast dat er telkens een witte neerslag ontstaat. Hoe kun je dat verklaren?
De vorming van een neerslag is het gevolg van een combinatie tussen positieve en negatieve ionen in
waterig midden.
Om deze nieuwe combinatie bij het samenvoegen van twee elektrolytoplossingen te achterhalen schrijf
je altijd de splitsingsreactie (ionisatie of dissociatie) van de betrokken elektrolyten.
Bv. voor het eerste elektrolyt van elke reeks:
Na2SO4→ 2 Na1 SO24
BaCl2 →
Ba2 2 Cl1-
6 Samenvoeging van elektrolytoplossingen met vorming | 99
van een neerslag
OWCH21W 097-114.indd 99
6/3/09 2:26:33 PM
Voor een aantal van de bovenstaande experimenten werden de volgende ionen samengevoegd:
Na2SO4 BaCl2
→ 2 Na1 SO2 Ba2 2 Cl1→ wit neerslag
4
1
22
1→ 2 H SO4 Ba 2 NO3
→ wit neerslag
H2SO4 Ba(NO3)2
2 6 Br1Al2(SO4)3 3 BaBr2 → 2 Al3 3 SO2
3
Ba
→
wit neerslag
4
Bij alle elektrolytmengsels werd een oplossing die sulfaationen (SO2) bevat toegevoegd aan een
4
2
oplossing die bariumionen (Ba ) bevat. Het is dus logisch dat de combinatie deze twee ionsoorten
leidt tot de vorming van een neerslag van BaSO4 vormen. De stof bariumsulfaat is immers moeilijk
oplosbaar in water.
macroscopisch
+
Na2SO4 (opl.)
BaCI2 (opl.)
neerslag van BaSO4
modelvoorstelling
+
+ +
+ --- +
-- +
+ + --
+
-+
+
+
+
--
- - - ++ - ++
++ - ++
- ++
Ba2+ + 2 CI1++
2 Na1+ + SO42-
+
- + - - +
+
- + -+ - +
+
+
+
--
--
++ -- ++ -- ++
++
++
--
BaSO4 + 2 Na1+ + 2 Cl1+
++
--
+
6. SAMENVOEGING
VAN ELEKTROLYTOPLOSSINGEN MET
VORMING VAN EEN
NEERSLAG
De chemische interactie van deze ionencombinatie kan voor elk van de experimenten
geschreven worden door de volgende essentiële ionenreactievergelijking:
Ba2 SO42- → BaSO4↓
(↓ betekent dat er een neerslag wordt gevormd)
Deze reactievergelijking wordt gelezen als:
• bariumionen (Ba2) en sulfaationen (SO2) combineren tot een neerslag van BaSO4;
4
2
• of een Ba -oplossing reageert met een SO2-oplossing en vormt een neerslag van BaSO4.
4
Opmerking
Tussen de overige positieve en negatieve ionsoorten in de respectieve lijke mengsels zijn blijkbaar te
kleine aantrekkingskrachten werkzaam, zodat er geen combinatie tussen bv. de Na1-ionen en de
Cl1--ionen optreedt. Deze ionen fungeren dus enkel als toeschouwer bij het eigenlijke reactieproces.
Ze blijven onveranderd in de oplossing aanwezig en komen daarom niet voor in de essentiële ionenreactievergelijking.
We kunnen deze ionen wel inbrengen in de stoffenreactievergelijking. Dan wordt de nadruk gelegd op
de reagentia en de verkregen reactieproducten. Voor het eerste experiment wordt dat:
Na2SO4 (opl) BaCl2 (opl) → BaSO4↓ 2 NaCl (opl)
Om te weten welke ionsoorten niet combineren tot een neerslag kun je gebruikmaken van een
oplosbaarheidstabel. De ionen van makkelijk oplosbare elektrolyten blijven naast elkaar bestaan.
Bij het samenvoegen van ionen van moeilijk oplosbare elektrolyten wordt meestal een neerslag
gevormd.
100 | 6 Samenvoeging van elektrolytoplossingen met vorming
van een neerslag
OWCH21W 097-114.indd 100
6/3/09 2:26:38 PM
Oplosbaarheidstabel van ionverbindingen
goed oplosbaar
slecht oplosbaar
natriumzouten (Na1)
kaliumzouten (K1)
alle
alle
nitraten (NO1)
3
1chloriden (Cl )
alle
alle, behalve
bromiden (Br1-)
alle, behalve
Ag1, Hg1, Pb2
jodiden (I1-)
alle, behalve
Ag1, Hg1, Hg2 en Pb2
sulfaten (SO2)
4
alle, behalve
Ba2 (, Pb2 en Ca2:
matig oplosbaar)
sulfiden (S2-)
Na1, K1, NH1
, Mg2,
4
2
2
Ba , Ca
alle andere
fosfaten (PO3)
4
Na1, K1, NH1
4
alle andere
)
carbonaten (CO23
Na1, K1, NH1
4
alle andere
hydroxiden (OH1-)
Na1, K1
(Mg2, Ba2, Ca2: matig)
alle andere
Ag1 (, Hg1, Pb2:
matig oplosbaar)
6.1.2 Werkwijze
Om een reactie bij het samenvoegen van twee elektrolytoplossingen te ontrafelen moet je dus drie
stappen uitwerken:
de splitsingsreactie (ionisatie of dissociatie) van beide elektrolyten schrijven;
2
de combinatie van deze twee reacties schrijven, er rekening mee houden dat de som van het
aantal positieve ionladingen en het aantal negatieve ionladingen gelijk moet zijn aan nul en
op basis van de oplosbaarheidstabel uitzoeken welke ionen combineren;
3
de essentiële ionenreactievergelijking schrijven en eventueel de stoffenreactievergelijking
opstellen.
6. SAMENVOEGING
VAN ELEKTROLYTOPLOSSINGEN MET
VORMING VAN EEN
NEERSLAG
1
Voorbeeld: het samenvoegen van een Al2(SO4)3-oplossing met een BaBr2-oplossing
1
Al2(SO4)3 → 2 Al3 3 SO24
BaBr2 → Ba2 2 Br1-
2
2
3
Al3
3
SO24
?
BaSO4 is niet oplosbaar.
2
3 Ba 6 Br1- → 3 BaSO4↓ 2 Al3 6 Br1
?
essentiële ionenreactievergelijking: Ba2 SO2→ BaSO4↓
4
stoffenreactievergelijking:
Al2(SO4)3 (opl) 3 BaBr2 (opl) → BaSO4↓ 2 AlBr3 (opl)
6 Samenvoeging van elektrolytoplossingen met vorming | 101
van een neerslag
OWCH21W 097-114.indd 101
6/3/09 2:26:39 PM
6.2 Andere voorbeelden van neerslagreacties
6.2.1 Het samenvoegen van een
koperdinitraatoplossing met een
kaliumhydroxide-oplossing
Bij het samenvoegen van een Cu(NO3)2-oplossing
met een KOH-oplossing ontstaat een
blauw neerslag.
Uitwerking volgens de bovenstaande
werkwijze geeft:
1 Cu(NO3)2 → Cu2 2 NO13
KOH
→ K1 OH12
Cu(NO3)2 (opl)
KOH(opl)
Cu(OH)2-neerslag
?
Alle oplossingen
met kaliumionen en
nitraten zijn oplosbaar.
Cu2 2 NO31- 2 K1 2 OH1- → Cu(OH)2↓ 2 NO1 2 K1
3
?
Cu2 en OH1- moeten verantwoordelijk zijn voor het blauw neerslag.
3 essentiële ionenreactievergelijking: Cu2
stoffenreactievergelijking:
2 OH1-
→ Cu(OH)2↓
Cu(NO3)2 (opl) 2 KOH (opl) → Cu(OH)2↓ 2 KNO3 (opl)
6. SAMENVOEGING
VAN ELEKTROLYTOPLOSSINGEN MET
VORMING VAN EEN
NEERSLAG
6.2.2 Het samenvoegen van een magnesiumdijodideoplossing met een trinatriumfosfaat-oplossing
Bij het samenvoegen van een MgI2-oplossing met een
Na3PO4-oplossing ontstaat een wit neerslag.
Uitwerking volgens de bovenstaande werkwijze geeft:
1 MgI2
→ Mg2 2 I1Na3PO4 → 3 Na1 PO34
2
MgI2 (opl)
?
Alle oplossingen met natriumionen
zijn oplosbaar.
2
11
3 Mg 6 I 6 Na 2 PO3→ Mg3(PO4)2↓ 6 I1- 6 Na1
4
Mg2
en
PO34
Na3PO4 (opl)
Mg3(PO4)2-neerslag
?
moeten verantwoordelijk zijn voor het wit neerslag.
3 essentiële ionenreactievergelijking: 3 Mg2 2 PO34
stoffenreactievergelijking:
→ Mg3(PO4)2↓
3 MgI2 (opl) 2 Na3PO4 (opl) → Mg3(PO4)2↓ 6 NaI (opl)
Neerslagreacties treden op bij het samenvoegen van welbepaalde elektrolytoplossingen AB en
CD. Bepaalde ionsoorten combineren en vormen een vaste stof die zeer moeilijk oplost in water.
Deze stof bezinkt na enige tijd en vormt dan een neerslag.
A(opl) D- (opl) → AD↓
Of algemeen: m An n Dm- → AmDn↓
Welke soorten positieve en negatieve ionen met elkaar een neerslag vormen, kun je afleiden uit
de oplosbaarheidstabel.
102 | 6 Samenvoeging van elektrolytoplossingen met vorming
van een neerslag
OWCH21W 097-114.indd 102
6/3/09 2:26:40 PM
6.3 Toepassingen van neerslagreacties
6.3.1 Bereiding van moeilijk oplosbare verbindingen
Om een moeilijk oplosbare verbinding AD te bereiden vertrek je met twee oplossingen van goed
oplosbare elektrolyten. Het eerste elektrolyt levert A-ionen, het tweede elektrolyt D--ionen.
geschikte stoffen kun je opzoeken aan de hand van de oplosbaarheidstabel.
Bij het samenvoegen van de twee elektrolytoplossingen slaat de gewenste stof AD neer. De overige
ionen van beide elektrolytoplossingen moeten wel vrij in de oplossing blijven.
samenvoegen van de elektrolytoplossing en AB en CD:
A B- C D- → AD↓ C BVoorbeeld: bereiding van AgBr (lichtgevoelige stof in de fotografie)
benodigde ionen: Ag1 oplosbaar elektrolyt: AgNO3
Br1alle bromiden zijn oplosbaar, bv. KBr
neerslag: AgBr
resterende ionen: K1 en NO1Deze ionen blijven vrij in oplossing.
3
+
1 AgNO3 → Ag1 NO13
KBr → K1 Br12
Deze ionen blijven vrije ionen.
1 Br1- → AgBr↓ NO1- K1
Ag1 NO1
K
3
3
AgNO3
( opl.)
KBr
( opl. )
gelige
neerslag
van AgBr
neerslag
6.3.2 Kwalitatieve analyse van bepaalde ionsoorten in een waterige oplossing
Bepaalde ionen in waterige oplossing kunnen aangetoond worden door een neerslag te vormen met
het desbetreffende ion. In de oplosbaarheidstabel ga je na welk ion een neerslag vormt met dit op te
sporen ion.
6. SAMENVOEGING
VAN ELEKTROLYTOPLOSSINGEN MET
VORMING VAN EEN
NEERSLAG
3 essentiële ionenreactievergelijking: Ag1
Br1→ AgBr↓
stoffenreactievergelijking:
AgNO3 (opl) KBr (opl) → AgBr↓ KNO3 (opl)
Door filtratie kan AgBr worden afgescheiden en de K1 en NO1-ionen blijven in oplossing.
3
Voorbeeld 1: zijn er SO2-ionen aanwezig in de oplossing?
4
In de oplosbaarheidstabel vind je dat positieve Ba2-ionen een wit neerslag vormen met negatieve
SO2-ionen.
4
Ba2 SO2→ BaSO4↓
4
De vorming van een wit neerslag bij toevoeging van een Ba (NO3)2 oplossing kan dus wijzen op de
aanwezigheid van sulfaationen in de oplossing. Ba2 -ionen vormt en echter ook met andere ionen een
neerslag, nl. met carbonaat-, fosfaat- en hydroxide-ionen. Om de aanwezigheid van sulfaationen
eenduidig aan te tonen zijn er dus nog andere onderzoeksmethoden nodig.
6 Samenvoeging van elektrolytoplossingen met vorming | 103
van een neerslag
OWCH21W 097-114.indd 103
6/3/09 2:26:40 PM
Voorbeeld 2: een oplossing bevat Ba(NO3)2 of Pb(NO3)2.
Welk van beide stoffen is aanwezig in de elektrolytoplossing?
De opgeloste ionen zijn:
mogelijkheid 1: Ba2 en NO13
mogelijkheid 2: Pb2 en NO13
In de oplosbaarheidstabel vind je dat Pb2-ionen een neerslag vormen met Br1--ionen.
Met Ba2 vormt Br1- geen neerslag.
Mogelijkheid 1
Mogelijkheid 2
De oplossing bevat Ba2-ionen.
De oplossing bevat Pb2-ionen.
toevoeging van een KBr-oplossing
toevoeging van een KBr-oplossing
Ba2 2 NO1 2 K1 2 Br13
Pb2 2 NO1 2 K1 2 Br1- →
3
PbBr2↓ 2 K1 2 NO13-
Alle ionen blijven naast elkaar bestaan:
er is geen neerslagvorming.
vorming van een neerslag van PbBr2
6.3.3 Bepaalde ionsoorten afzonderen uit een oplossing
Een gegeven oplossing bevat drie verschillende metaalionen.
Deze moeten aangetoond worden door ze van elkaar te scheiden.
Algemene werkwijze:
6. SAMENVOEGING
VAN ELEKTROLYTOPLOSSINGEN MET
VORMING VAN EEN
NEERSLAG
• Voeg één elektrolytoplossing toe met een negatieve ionsoort die met
slechts één van de drie metaalionen een neerslag vormt.
Ba2+
1+
Ag
proefoplossing
Cu2+
• Na filtratie voeg je aan het filtraat een tweede elektrolytoplossing toe
die slechts met een van de twee resterende metaalionen een neerslag
vormt.
+ NaCl
AgCl
• Na nieuwe filtratie blijven alleen ionen van het derde metaal aanwezig
in het filtraat.
Ba2+
Cu2+
Voorbeeld: een oplossing bevat Ba2-, Ag1- en Cu2-ionen.
Om deze ionen van elkaar te scheiden voeg je aan de elektrolytoplossing
een NaCl-oplossing toe.
Ag1 Cl1- → AgCl ↓
De chloride-ionen vormen geen neerslag met Ba2 en Cu2.
Je filtreert het mengsel. Het filtraat bevat nog Ba2- en Cu2-ionen.
Aan het filtraat voeg je een Na2SO4-oplossing toe.
Ba2 SO2→ BaSO4 ↓
4
Sulfaationen vormen geen neerslag met Cu2.
Je filtreert het mengsel. Het filtraat bevat nog Cu2-ionen. Deze kun je
eventueel nog verwijderen door de toevoeging van een NaOH-oplossing.
Cu2 2 OH1- → Cu(OH)2 ↓
+ Na2SO4
BaSO4
Cu2+
+ NaOH
Cu(OH)2
104 | 6 Samenvoeging van elektrolytoplossingen met vorming
van een neerslag
OWCH21W 097-114.indd 104
6/3/09 2:26:42 PM
Labo
Vorming van een neerslag: algemene werkwijze
Een aantal elektrolytoplossingen wordt gegeven.
Tenzij anders is aangegeven, breng je van elke oplossing hoogstens 2 cm in een reageerbuis.
Bij het samenvoegen neem je deerste reageerbuis bovenaan vast en breng je ze op ooghoogte.
Voeg van de tweede oplossing eerst een minimale hoeveelheid toe, eventueel met een plasticpipet.
Je kunt de reageerbuis afstoppen en ermee schudden, maar daardoor kun je de vorming van een
neerslag en het bezinken ervan minder goed waarnemen.
Zet de reageerbuis in het rek en observeer af en toe het bezinken.
Noteer de kleur van de eventuele neerslag.
Deze neerslag kan je afzonderen door filtrate.
1 Vorming van neerslagen door het samenvoegen van oplossingen
Opstelling
Benodigdheden
– zinkdinitraatoplossing (Zn(NO3)2)
– dinatriumcarbonaatoplossing (Na2CO3)
bariumdichloride-oplossing (BaCl2)
diwaterstofsulfaatoplossing (c 0,1 mol/l) (H2SO4)
ijzertribromide-oplossing (FeBr3)
dikaliumsulfide-oplossing (K2S)
Werkwijze
Voegenkele ml van de volgende oplossingen samen:
6. SAMENVOEGING
VAN ELEKTROLYTOPLOSSINGEN MET
VORMING VAN EEN
NEERSLAG
–
–
–
–
• zinkdinitraatoplossing en dinatriumcarbonaatoplossing;
• bariumdichloride-oplossing en diwaterstofsulfaatoplossing;
• ijzertribromide-oplossing en dikaliumsulfide-oplossing.
Noteer in jouw verslag je waarneming en schrijf de opeenvolgende stappen uit voor de optredende
reacties.
6 Samenvoeging van elektrolytoplossingen met vorming | 105
van een neerslag
OWCH21W 097-114.indd 105
6/3/09 2:26:43 PM
2 Vorming van een neerslag op twee verschillende wijzen
Opstelling
Benodigdheden
– oplossingen met de gevraagde ionen
Vorm op twee verschillende wijzen de volgende neerslagen:
• een neerslag van Cu(OH)2;
• een neerslag van CaCO3.
Werkwijze
Zoek zelfstandig de gevraagde gegevens op.
Gebruik de algemene werkwijze.
Noteer je waarneming en schrijf de opeenvolgende stappen uit voor de optredende reacties.
3 Bewijs de aanwezigheid van bepaalde stoffen in oplossing
Werk een methode uit om het volgende aan te tonen:
a Leidingwater bevat Cl1--ionen.
6. SAMENVOEGING
VAN ELEKTROLYTOPLOSSINGEN MET
VORMING VAN EEN
NEERSLAG
b Zeezout bevat I- -ionen.
c Het etiket van mineraalwater bevat veel informatie over aanwezige ionen. Van welke
opgeloste mineralen kunnen die ionen afkomstig zijn?
d De blauwe kleur van Cu2-oplossingen is te wijten aan de aanwezigheid van gehydrateerde
Cu2-ionen. Dat kun je aantonen door deze ionen neer te slaan en de kleur van de overblijvende
oplossing te observeren.
Oefenen en testen
1 Welke elektrolyten zijn goed () en welke zijn slecht (-) oplosbaar?
0
H2SO4
1
5
Ag3PO4
Ba(NO3)2
6
Fe(OH)2
2
CaBr2
7
K2CO3
3
Al2(SO4)3
8
K2S
4
Mg(OH)2
9
HgI2
106 | 6 Samenvoeging van elektrolytoplossingen met vorming
van een neerslag
OWCH21W 097-114.indd 106
6/3/09 2:26:44 PM
2 Welke reactie geeft correct (J) de splitsingsreactie (ionisatie of dissociatie) weer van het elektrolyt
bij oplossing in water? Welke zijn fout (F)? Verbeter daarna de reactievergelijking.
0
MgCl2 → Mg2 Cl-2
1
Ba(NO3)2 → Ba2 2 NO-3
2
Ag2SO4 → 2 Ag2 4 SO-
3
Cu(CO3)2 → Cu2 2CO13
4
HgSO4 → Hg1 SO-4
5
K3PO4 → 3 K 4 PO3-
6
Ca(OH)2 → Ca2 2 OH-
7
Zn3(PO4)2 → 3 Zn2 2 PO34
8
Al2S3 → 2 Al3- 3 S2
9
Na2CO3 → 2 Na CO23
F
MgCl2 → Mg2 2 Cl1-
3 Twee elektrolytoplossingen worden samengevoegd. Gebruik de gegeven werkwijze (drie stappen)
om te achterhalen of er een neerslag wordt gevormd.
Voorbeeld zie pagina 102
dialuminiumtrisulfaat- en
bariumdinitraatoplossing
1.
1.
2.
2.
3.
3.
calciumdichloride- en
trinatriumfosfaatoplossing
bariumdijodide- en
dizilversulfaatoplossing
1.
1.
2.
2.
3.
3.
6. SAMENVOEGING
VAN ELEKTROLYTOPLOSSINGEN MET
VORMING VAN EEN
NEERSLAG
zilvernitraat- en
kaliumbromide-oplossing
6 Samenvoeging van elektrolytoplossingen met vorming | 107
van een neerslag
OWCH21W 097-114.indd 107
6/3/09 2:26:45 PM
4 Noteer telkens twee elektrolytoplossingen die je kunt samenvoegen om de onderstaande neerslag
te verkrijgen. Schrijf daarna de stoffenreactievergelijking.
0
PbI2
1
BaSO4
2
AgCl
3
CaCO3
4
Mg3(PO4)2
5
Al2S3
6
Ni3(PO4)2
Pb(NO3)2 en KI
Pb(NO3)2 (opl) 2 KI (opl) → PbI2 ↓ 2 KNO3 (opl)
6. SAMENVOEGING
VAN ELEKTROLYTOPLOSSINGEN MET
VORMING VAN EEN
NEERSLAG
5 Welke van de gegeven elektrolytoplossingen is bruikbaar om de volgende stoffen (of ionen), opgelost
in water, via een neerslagreactie aan te tonen?
0
Cu2
AlCl3
MgSO4
K2CO3
NaOH
Ag2SO4
Pb(NO3)2
1
Ca2
AlCl3
MgSO4
K2CO3
NaOH
Ag2SO4
Pb(NO3)2
2
Cl1-
AlCl3
MgSO4
K2CO3
NaOH
Ag2SO4
Pb(NO3)2
3
Ag1
AlCl3
MgSO4
K2CO3
NaOH
Ag2SO4
Pb(NO3)2
4
Mg2
AlCl3
MgSO4
K2CO3
NaOH
Ag2SO4
Pb(NO3)2
5
OH1-
AlCl3
MgSO4
K2CO3
NaOH
Ag2SO4
Pb(NO3)2
6
Pb2
AlCl3
MgSO4
K2CO3
NaOH
Ag2SO4
Pb(NO3)2
NaBr
AlCl3
MgSO4
K2CO3
NaOH
Ag2SO4
Pb(NO3)2
NaNO3
AlCl3
MgSO4
K2CO3
NaOH
Ag2SO4
Pb(NO3)2
K3PO4
AlCl3
MgSO4
K2CO3
NaOH
Ag2SO4
Pb(NO3)2
7
8
9
108 | 6 Samenvoeging van elektrolytoplossingen met vorming
van een neerslag
OWCH21W 097-114.indd 108
6/3/09 2:26:45 PM
6 Je moet aantonen welk van beide ionen in een gegeven oplossing voorkomt. Dat doe je door er een
elektrolytoplossing aan toe te voegen die met slechts één van de ionen een neerslag vormt. Geef
aan welk elektrolyt daarvoor in aanmerking komt. Indien geen van de mogelijke keuzes voldoet,
noteer dan zelf een elektrolyt.
Aan te tonen stof
0
Cu2 of Ca2
Keuzemogelijkheden
MgCl2
Zn(NO3)2
MgSO4
K3PO4
Ag2SO4
Pb(NO3)2
1
Cl1- of OH1-
MgCl2
MgSO4
K3PO4
Zn(NO3)2
Ag2SO4
Pb(NO3)2
2
Mg2of Ca2
MgCl2
MgSO4
K3PO4
Zn(NO3)2
Ag2SO4
Pb(NO3)2
3
Pb2 of Al3
MgCl2
MgSO4
K3PO4
Zn(NO3)2
Ag2SO4
Pb(NO3)2
4
SO2of Cl14
MgCl2
MgSO4
K3PO4
Zn(NO3)2
Ag2SO4
Pb(NO3)2
Je eigen keuze
7 Een gegeven oplossing bevat twee of meer ionsoorten. Probeer deze ionsoorten aan te tonen en
van elkaar te scheiden via neerslagvorming. Geef het werkschema.
Ag en Ba2
we voegen een NaBr-oplossing toe.
Ag Br- → AgBr↓
De bromide-ionen vormen geen neerslag met Ba2. Het mengsel filtreren: Het filtraat
bevat nog Ba2-ionen. Deze kun je verwijderen door toevoeging van een SO24
oplossing
1
Pb2 en Al3
2
chloride, hydroxide en sulfaationen
3
Cu2, Ca2, Mg2 en Ag1
6. SAMENVOEGING
VAN ELEKTROLYTOPLOSSINGEN MET
VORMING VAN EEN
NEERSLAG
0
6 Samenvoeging van elektrolytoplossingen met vorming | 109
van een neerslag
OWCH21W 097-114.indd 109
6/3/09 2:26:45 PM
SAMENVATTING
Doel
Je leerde
• dat bij de samenvoeging van twee elektrolytoplossingen een neerslag kan worden gevormd;
• dat deze neerslagvorming kan worden aangewend om bepaalde stoffen te bereiden, om ionsoorten
te scheiden of om het voorkomen van ionsoorten in een oplossing aan te tonen.
Het belangrijkste onthouden!
Bij het samenvoegen van twee elektrolytoplossingen (AB (opl) en CD (opl)) kan een combinatie tussen
positieve en negatieve ionen plaatsgrijpen waarbij een neerslag wordt gevormd. Dat is een vaste
stof die zeer moeilijk oplost in water.
A(opl) D- (opl) → AD↓
Of algemeen: m An n Dm-
→ AmDn↓
6. SAMENVOEGING
VAN ELEKTROLYTOPLOSSINGEN MET
VORMING VAN EEN
NEERSLAG
Welke soorten positieve en negatieve ionen met elkaar een neerslag vormen, kun je afleiden uit de
oplosbaarheidstabel.
Om de optredende reactie te kennen gebruik je steeds de volgende stappen:
Algemeen
Voorbeeld
het samenvoegen van een Al2(SO4)3oplossing met een BaBr2-oplossing
1
de splitsingsreactie (ionisatie of dissociatie)
van beide elektrolyten schrijven;
Al2(SO4)3 → 2 Al3 3 SO24
BaBr2 → Ba2 2 Br1-
2
de combinatie van deze twee reacties schrijven, BaSO4 is niet oplosbaar.
er rekening mee houden dat de som van het
?
3
2aantal positieve ionladingen en het aantal
2 Al 3 SO4 3 Ba2 6 Br1- → ..
negatieve ionladingen gelijk moet zijn aan nul
?
en op basis van de oplosbaarheidstabel
... 3 BaSO4↓ 2 Al3 6 Br1uitzoeken welke ionen combineren;
3
de essentiële ionenreactievergelijking schrijven
en eventueel de
stoffenreactievergelijking opstellen.
Ba2 SO2→ BaSO4↓
4
Al2(SO4)3 (opl) 3 BaBr2 (opl) →
3 BaSO4↓ 2 AlBr3 (opl)
Toepassingen:
• een moeilijk oplosbare stof bereiden;
• de aanwezigheid van een bepaalde ionsoort in een waterige oplossing aantonen;
• bepaalde ionsoorten in een oplossing aantonen en verwijderen.
Belangrijke begrippen
elektrolytoplossing
essentiële ionenreactievergelijking
neerslag
neerslagvorming
oplosbaarheidstabel
splitsingsreactie (ionisatie/dissociatie)
stoffenreactievergelijking
110 | 6 Samenvoeging van elektrolytoplossingen met vorming
van een neerslag
OWCH21W 097-114.indd 110
6/3/09 2:26:46 PM
Leesstukje 6
Chemie in het leven van
elke dag
Is je keuken thuis ook een laboratorium?
6. SAMENVOEGING
VAN ELEKTROLYTOPLOSSINGEN MET
VORMING VAN EEN
NEERSLAG
Is koken en eten meer dan een louter
culinaire aangelegenheid? Zeker. Kijk maar
even mee in de provisiekast, de afwasbak en
onder de deksels van potten en pannen. Dan
merk je meteen dat een chef-kok en een
chemicus meer met elkaar gemeen hebben
dan alleen maar de noodzaak om na hun
werk de afwas te doen. Maar ook een
huisvrouw of -man en een landbouwer zijn
vaker met chemie bezig dan ze wel denken.
Achter het fornuis
Iedere kok die over de gezondheid van zijn gasten waakt, schotelt hen enkel vers of goed bewaard voedsel voor. Bedorven of rotte voedingswaren
houden immers veel risico’s in: je wordt onwel of krijgt er zelfs een voedselvergiftiging van. Voedselbewaring is dan ook een delicaat punt
waarbij additieven soms onontbeerlijk zijn.
Een goede keukenpiet zal in zijn keuken vaak onbewust chemie bedrijven.
Ook de boer en de tuinier, leveranciers van lekkere ingrediënten, weten wat chemie is. Omdat zij regelmatig dezelfde gewassen telen op hun
percelen, kan de grond uitgeput raken. Is de bodem te zuur, dan pakken ze de kwaal aan met kalk: het is dan net of er een laagje sneeuw op
6 Samenvoeging van elektrolytoplossingen met vorming | 111
van een neerslag
OWCH21W 097-114.indd 111
6/3/09 2:26:50 PM
Leesstukje 1
de velden ligt. Als ze pesticiden gebruiken, krijgen ze vaak kritiek van milieugroeperingen, want is al dat chemisch spul wel gezond
voor de mens? Er wordt inderdaad soms te kwistig omgesprongen met bepaalde producten.
Nuttiger wordt de chemie dan weer bij biotechnologische toepassingen. Denk maar aan de bereiding van yoghurt, kaas en hoeveboter.
Een indigestie?
Ook al weet een goede kok met verse ingrediënten een culinair festijn voor te schotelen, toch kunnen zijn gerechten je zwaar op de
maag liggen. Je neemt je toevlucht tot maagzout of bepaalde bronwaters, zoals Vichy, Perrier of Apollinaris, die bekend staan om
hun hoge gehalte aan bicarbonaten. Zij steken de spijsvertering een handje toe. In het slechtste geval houd je er een indigestie aan
over. Of als je te diep in het glas gekeken hebt, neem je met plezier een
bruistabletje om die vervelende hoofdpijn weg te werken.
Hardnekkige problemen, eenvoudige oplossingen
6. SAMENVOEGING
VAN ELEKTROLYTOPLOSSINGEN MET
VORMING VAN EEN
NEERSLAG
Veel ‘plongeurs’ (want zo heten bordenwassers in restaurants) ergeren zich
dagelijks aan hard water: dat veroorzaakt kalkaanslag die vieze plekken
achterlaat op bestek, glas- en eetservies. Een ervaren ‘plongeur’ weet dat het
eenvoudig en goedkoop is om dat hardnekkige probleem aan te pakken met een
oud huismiddeltje: kalkaanslag kan makkelijk ‘weggewerkt’ of opgelost worden
met azijn.
Wil je een afvoer ontstoppen? Neem dan soda (dinatriumcarbonaat: Na2CO3 ). En wist je dat natriumwaterstofcarbonaat
(NaHCO3) het prima doet als wasverzachter of als badzout? Zeker milieubewuste mensen zoeken hun toevlucht tot dergelijke
‘ouderwetse’ technieken en beseffen dan vaak niet dat ze op dat ogenblik chemie beoefenen.
Chemisch reinigen?
En de vlijtige huisvrouw of huisman?
Ook zij worden in hun dagelijkse bezigheden geconfronteerd met chemie, vaak onbewust. Neem nu poetsmiddelen om alles
schitterend schoon en fris te houden. De industrie produceert een heel gamma aan onderhoudsproducten en samen met hun
marketingafdelingen proberen zij zo veel mogelijk gebruikers voor hun product te winnen. Met een dergelijk uitgebreid pakket van
concurrerende merken is het voor de consument niet altijd zo eenvoudig om door de bomen het bos nog te zien.
Wat meer kennis van chemie vereenvoudigt heel wat verschijnselen!
Wat hebben een mooie foto, kalkaanslag, een vuile rand in een kopje koffie of thee, een gekookt ei met een groenige schijn en
water- en bodemanalyse nu met elkaar gemeen?
Chemie kan je wat meer inzicht bieden in deze en andere verschijnselen in jouw leefomgeving.
Je hebt al verschillende soorten anorganische stofklassen leren kennen, nl. oxiden, zuren, hydroxiden en zouten, evenals het
onderscheid tussen elektrolyten en niet-elektrolyten. Vele verschijnselen in jouw leefwereld zijn in feite chemische reacties tussen
elektrolyten.
Ook het begrip ‘zuurtegraad’ speelt vaak een belangrijke rol.
112 | 6 Samenvoeging van elektrolytoplossingen met vorming
van een neerslag
OWCH21W 097-114.indd 112
6/3/09 2:32:50 PM
Voorbeelden van reacties die gepaard gaan met de vorming van een onoplosbare vaste stof
(neerslag):- zie hoofdstuk 6
–
–
–
–
–
–
–
een gekookt ei met een groene verkleuring;
een bruine rand in een vuil koffie- of theekopje;
kalkaanslag in een koffiezetapparaat of kookpan of in een wasmachine;
zeepaanslag (kalkzeep) na een bad met kalkrijk water;
stalagmieten. stalactieten en grotvorming;
neerslagvorming van zilverzouten in de klassieke fotografie;
water- en bodemanalyse.
Voorbeelden van reacties die gepaard gaan met het ontsnappen van een gas:- zie hoofdstuk 7
–
–
–
–
–
het oplossen van een bruistablet;
het gebruik van gist of bakpoeder bij het bakken van een brood of taart;
een betere spijsvertering met mineraalwater dat koolzuurgas bevat of ontwikkelt in de maag;bederf en verrotting van vlees en vis: de afbraak van eiwitten tot onwelriekende stoffen zoals
ammoniak en diwaterstofsulfide;
gistings- en verzuringsreacties bij de omzetting van voedingsbestanddelen met vrijzetting van
koolstofdioxide.
6. SAMENVOEGING
VAN ELEKTROLYTOPLOSSINGEN MET
VORMING VAN EEN
NEERSLAG
Voorbeelden van reacties die verband houden met veranderingen van de
zuuregraad:- zie hoofdstuk 8
– het gebruik van maagzout (NaHCO3) bij zure oprispingen;– het kalken van zure grond;
– de kleurverandering bij toevoeging van azijn tijdens de bereiding van rode
kool - (rodekoolsap is een zuur/base-indicator);
– de ontkalking van een koffiezetapparaat met azijn;
6 Samenvoeging van elektrolytoplossingen met vorming | 113
van een neerslag
OWCH21W 097-114.indd 113
6/3/09 2:46:57 PM
Leesstukje 1
– de controle van de zuurgraad van een aquarium;
– de regulatie van de zuurgraad van ons bloed;
– de bereiding van zuurvrije tafelolie door het ontzuren met loog (base-oplossing);
– de bepaling van het vitamine C-gehalte in fruitsap;
– de - bepaling van het gehalte aan koolzuurgas dat door een - bruistablet kan
worden vrijgezet;
– de bepaling van het gehalte aan vetzuren in oliën en vetten;
– de verwijdering van resten van cement en kalk met zoutzuur; (HCl)
– de verwijdering van roest met zoutzuur.
Denk hier eens over na of zoek het eens op:
6. SAMENVOEGING
VAN ELEKTROLYTOPLOSSINGEN MET
VORMING VAN EEN
NEERSLAG
1.
Een nieuwe modetrend in de restaurantwereld is het moleculaire koken. Wat bedoelt men daarmee? Is dat werkelijk zo nieuw
of zet men iets in de kijker wat in feite reeds lang gekend is bij voedingsdeskundigen en koks?
2. Welk ontkalkingsmiddel wordt bij jou thuis gebruikt om kranen of het koffiezetapparaat te ontkalken?
3. Waarom moet rijzend taartdeeg of brooddeeg voorzichtig behandeld worden?
114 | 6 Samenvoeging van elektrolytoplossingen met vorming
van een neerslag
OWCH21W 097-114.indd 114
6/3/09 3:01:33 PM
Download