. Procesboek Uitstroom Maatschappelijk Opvang in Amsterdam (23 jaar en ouder) GGD, DWI, WZS Juni 2011, Coby van Middelkoop Draaiboek Uitstroom Maatschappelijke Opvang 1 Uitstroomproject 3 2 Doelgroep 3 3 Regiobinding Amsterdam 3 4 Deelnemers uitstroomtafel 3 5 Uitstroomcriteria 4 6 Procedure UMO 4 6.1 Uitstroomvoorstel 4 6.2 Leefgebieden 4 6.3 Schulden 5 6.4 UMO-contract 5 6.5 Woning 5 6.6 Bijzondere bijstand 5 6.7 Monitoring 5 6.8 Evaluatie ‘Begeleid Wonen kort’ 6 6.9 Weigeren woning of woonbegeleiding 6 7 Toepassen escalatiemodel 6 8 Overdracht maatschappelijke steunsystemen 7 Bijlagen: 1 Deelnemende voorzieningen UMO 8 2 Procedure aanvraag bijzondere bijstand 9 3 Procedure schuldregeling 12 4 Medische indicatie voor een laaggelegen woning 16 5 Langdurig verblijf ‘Blijfvrouwen/B9 vrouwen’ in de MO 17 6 Aanmeld- en Diagnoseformulier (ADF) 18 7 UMO contract 35 8 Uitstroomformulier 37 9 Evaluatieformulier ‘Begeleid Wonen kort’ 39 2 1 Uitstroomproject Het UMO-project (Uitstroom Maatschappelijke Opvang) is gestart om cliënten die zes maanden of langer in de Maatschappelijke Opvang (MO) verblijven via de uitstroomtafel te laten uitstromen naar een zelfstandige woning. Het project biedt zelfstandige huurwoningen met een huurcontract op eigen naam of op naam van de begeleidende instelling, geleverd door woningcorporaties via de dienst Wonen, Zorg en Samenleven. Uitstroom uit het Amsterdamse opvangcircuit van dak- en thuislozen kan echter stagneren als de criteria voor instroom niet aansluiten bij de criteria voor uitstroom. 2 Doelgroep Het gaat om cliënten die door de veldtafel (instroomtafel) zijn geplaatst in de MO vanwege: Dakloosheid in combinatie met OGGZ-problematiek OGGZ-problematiek houdt in: 1. aanwezigheid van een psychische handicap, waaronder verslavingsproblemen of ernstige psychosociale problemen 2. tegelijkertijd aanwezigheid van meerdere problemen op andere leefgebieden; 3. leidend tot het niet voldoende in staat zijn om in eigen bestaansvoorwaarden te voorzien (huisvesting, sociale contacten en zelfverzorging); 4. gebrek aan mogelijkheden om zelf problemen op te lossen en niet in staat zijn om een adequate hulpvraag te stellen. 3 Regiobinding Amsterdam Cliënt heeft regiobinding. De definitie hiervan is: Cliënt heeft gedurende de drie jaar voorafgaand aan het moment van aanmelding, of voorafgaand aan verblijf in (psychiatrische) kliniek of in penitentiaire inrichting, minimaal twee jaar aantoonbaar zijn hoofdverblijf gehad in Amsterdam of in één van de regiogemeenten (Diemen, Amstelveen, Ouderamstel, Uithoorn, Aalsmeer). Om vast te kunnen stellen of een persoon regiobinding heeft wordt het GBA geraadpleegd. Indien het GBA geen uitkomst biedt moet de cliënt aantonen dat hij in de afgelopen drie jaar twee jaar in Amsterdam verbleef (bijvoorbeeld middels brieven van officiële instanties, bankafschriften, justitieel verleden, contacten met hulpverleners). Een cliënt uit één van de regiogemeenten kan echter niet uitstromen naar een woning in Amsterdam, maar alleen naar een woning in de gemeente van herkomst. 4 Deelnemers uitstroomtafel GGD DWI/FIBU WZS HVO-Querido Leger des Heils Volksbond Arkin 3 5 Uitstroomcriteria 1. Cliënt is door de veldtafel (instroomtafel) geplaatst in de MO vanwege dakloosheid in combinatie met OGGZ-problematiek; 2. Minimum leeftijd cliënt is 23 jaar (met of zonder kinderen); 3. Cliënt heeft regiobinding met Amsterdam. Dit houdt in: Cliënt heeft gedurende de drie jaar voorafgaand aan het moment van aanmelding, minimaal twee jaar aantoonbaar zijn hoofdverblijf gehad in Amsterdam; 4. De minimale verblijfsduur in de MO is 6 maanden voorafgaand aan aanmelding uitstroomtafel; 5. Cliënt staat in de Gemeentelijke Basisadministratie geregistreerd op het juiste woonadres, met de juiste gegevens en met een geldige verblijfstitel; 6. Huisvesting in het eigen netwerk is niet mogelijk; 7. Cliënt is ingeschreven bij WoningNet; 8. Inkomen, schuldregeling, inkomensbeheer, dagbesteding, begeleiding en zorg zijn geregeld; 9. Cliënt is stabiel op de 4 leefdomeinen: woonvaardigheden, financiën, dagbesteding en zorg; 10. Belastbaar jaarinkomen van het huishouden is niet hoger dan € 33.614,-. 6 Procedure UMO Onderstaande uitvoeringsprocedure geldt voor: Begeleid Wonen ‘kort’ Huurcontract van de woning tijdelijk op naam van de begeleidende instelling Zelfstandig Wonen Huurcontract van de woning direct op eigen naam (bijvoorbeeld bij uitstroom uit een satellietwoning) 6.1 Uitstroomvoorstel De trajecthouder stuurt het uitstroomvoorstel met trajectplan naar de voorzitter van de uitstroomtafel: [email protected] Het dossier moet bevatten: 1. Aanmeld- en Diagnoseformulier: het zogenaamde ADF-formulier (bijlage 6) 2. Actuele persoonsbeschrijving 3. Overzicht actuele financiële positie (inkomen en schuldregeling/inkomensbeheer) 6.2 Leefgebieden Het uitstroomvoorstel wordt besproken aan de uitstroomtafel a.d.h.v. de 4 leefgebieden: woonvaardigheden financiën dagbesteding zorg Zaken die aan de orde kunnen komen zijn: aantal uren woonbegeleiding, loonstrookjes, overzicht en specificatie van de schulden, kredietovereenkomst Gemeentelijke Kredietbank Amsterdam (GKA), vonnis WSNP, vonnis echtscheiding, vonnis + dagvaarding ontruiming, inschrijving kinderen bij ouder, inschrijvingsbewijs op adres etc. 4 6.3. Schulden Heeft de cliënt schulden dan gelden de volgende voorwaarden bij uitstroom naar een woning: 1. Er kan uitsluitend sprake zijn van ‘Begeleid Wonen Kort’. 2. Inkomensbeheer is geregeld en ondergebracht bij de FIBU. Indien dit niet het geval is dan volgt een screening door de FIBU, gevolgd door een bindend advies. 3. Schuldregeling is gestart. Wordt de cliënt tot geen enkele schuldregeling (meer) toegelaten, dan kan op individueel niveau een oplossing worden gezocht door de uitstroomtafel. Overige voorwaarden voor schuldregeling: zie bijlage 3 6.4 UMO-contract Als het uitstroomvoorstel op basis van alle criteria is goedgekeurd door de uitstroomtafel dan vult de trajecthouder samen met de cliënt het UMO-contract in (bijlage 7) Let op: 1. Het gaat om een eenmalig aanbod van een woning; 2. Regiovoorkeur is niet mogelijk. Zijn er toch gegronde redenen waarom de cliënt niet in een bepaald stadsdeel gehuisvest kan worden, dan kan dit vermeld worden in het UMO-contract. Uitsluiting van een stadsdeel is echter alleen mogelijk wanneer sprake is van een levensbedreigende of levensontwrichtende situatie; 3. De woning is uitsluitend bestemd voor de cliënt; 4. Tijdens de periode 'Begeleid Wonen kort' is het niet toegestaan om de woning te verhuren aan derden, mensen in huis te nemen of op het adres te laten inschrijven. De instelling ziet hierop toe en onderneemt stappen als de situatie zich toch voordoet. Het UMO-contract wordt besproken aan de uitstroomtafel. Gaat de uitstroomtafel akkoord met het contract dan stuurt de voorzitter een bevestiging naar WZS. 6.5 Woning Heeft de cliënt medische problemen met traplopen en een benedenwoning nodig of woning met lift, dan overlegt de trajecthouder met WZS over de te volgen procedure (zie bijlage 4) WZS controleert of het UMO-contract aan alle voorwaarden voldoet en vult het uitstroomformulier in (bijlage 8). WZS deelt de cliënt in bij een woningcorporatie en stuurt het uitstroomformulier naar de betreffende corporatie. De corporatie probeert om binnen 12-16 weken een passende woning te leveren. 6.6 Bijzondere bijstand De bijzondere bijstand t.b.v. de inrichtingskosten wordt altijd op rekening van de FIBU of van de MO gestort en nooit op rekening van de cliënt. De woonbegeleider beheert de uitgaven en begeleidt de cliënt bij aankopen voor het inrichten van de woning. Overige voorwaarden voor aanvraag bijzondere bijstand: zie bijlage 2 5 6.7 Monitoring Cliënten in de Maatschappelijke Opvang worden elke 4 maanden gemonitoord. Dit houdt in dat de GGD elke 4 maanden de trajecthouder van de cliënt bevraagt op de 4 leefdomeinen: woonvaardigheden, financiën, dagbesteding en zorg. Ook gedurende het UMO-traject en aansluitend de periode 'Begeleid Wonen Kort’ vindt deze monitoring plaats. De GGD zorgt ervoor dat hetgeen besproken is aan de uitstroomtafel wordt toegevoegd aan het dossier in het cliëntvolgsysteem van de GGD. Hierdoor is Vangnet & Advies, die gerelateerd is aan de Meldpunten Zorg & Overlast, op de hoogte. 6.8 Evaluatie ‘Begeleid Wonen kort’ De eerste evaluatie door de uitstroomtafel bij ‘Begeleid Wonen kort’ vindt plaats na één jaar, daarna elk halfjaar of jaar, afhankelijk van de problematiek. De GGD zorgt ervoor dat de cliënt tijdig geagendeerd wordt voor de evaluatie De instelling zorgt ervoor dat de woonbegeleider het evaluatieformulier uiterlijk op de maandag voorafgaand aan het uitstroomtafeloverleg stuurt naar de GGD: [email protected] De dienst WZS zorgt ervoor dat de informatie van de woningcorporatie aanwezig is DWI en FIBU zorgen voor informatie over inkomen, schuldregeling en dagbesteding Tijdens de evaluatie worden de 4 leefgebieden huisvesting, financiën, dagbesteding en zorg besproken. Zaken die hierbij aan bod komen zijn: aanpassen uren woonbegeleiding; verlenging begeleiding met een (half) jaar; overzetten huurcontract op eigen naam. Zijn er problemen tijdens de periode ‘Begeleid Wonen kort’ dan meldt de woonbegeleider dit direct bij de uitstroomtafel, zodat er passende maatregelen genomen kunnen worden. Dus niet wachten tot de evaluatie. Blijkt tijdens de evaluatie dat een cliënt niet geschikt is voor zelfstandig wonen, dan dient de instelling het huurcontract op te zeggen zodat WZS kan zorgen voor teruggave van de woning aan de woningcorporatie. De uitstroomtafel bepaalt na evaluatie of en wanneer het huurcontract overgezet wordt op naam van de cliënt. Afhankelijk van de beslissing van de uitstroomtafel onderneemt WZS actie m.b.t. het huurcontract. 6.9 Weigeren woning of woonbegeleiding (ter bespreking) Uitgangspunt van de UMO is dat de cliënt eenmalig een woning krijgt aangeboden. Wat te doen als cliënt de aangeboden woning toch weigert: 1. cliënt moet de 24-uurs voorziening binnen een week verlaten; 2. cliënt kan achtereenvolgens maximaal 1 maand gebruik maken van de nachtopvang; 3. na deze periode kan cliënt op de reguliere wijze gebruik maken van de nachtopvang. Deze sanctie geldt ook voor andere vormen van weigeren van medewerking (bijvoorbeeld van woonbegeleiding of treffen schuldregeling) De sancties bij 6.9 worden in de praktijk niet uitgevoerd en kunnen volgens de instellingen ook soms niet uitgevoerd worden bijv. als cliënten een ZZP-indicatie voor verblijf hebben. Maar hoe voorkomen we weigeren dan wel? Onderstaande tekst is weer te vrijblijvend. Weigert de cliënt de woning dan kan hij pas na een jaar weer aangemeld worden voor uitstroom 6 7 Toepassen escalatiemodel Uitstroom naar een woning wordt door de uitstroomtafel voorbereid volgens de afgesproken procedures. In uitzonderlijke gevallen kan de uitstroomtafel afwijken van de procedures. Dit kan echter alleen als alle deelnemende partijen tot overeenstemming komen. Komen de partijen niet tot overeenstemming dan legt de veldregisseur de casus voor aan de betrokken proceshouders. De beslissing van de proceshouders wordt via veldregisseur teruggemeld aan de uitstroomtafel. Bereiken de proceshouders geen overeenstemming dan wordt de casus voorgelegd aan het directeurenoverleg. 8 Overdracht Maatschappelijke Steunsystemen Informatie hierover wordt toegevoegd op het moment dat de MSS van start gaan. Nu is het zo dat de sociaal psychiatrisch verpleegkundigen van Vangnet & Advies op de hoogte zijn van hetgeen besproken is aan de uitstroomtafel middels het cliëntvolgsysteem van de GGD. 7 Bijlage 1: Deelnemende Voorzieningen UMO Deelnemende voorzieningen UMO op 1 juni 2011 zijn: HVO-Querido: De Aak, Akerwateringstraat 243 BWA, Begeleid Wonen Amsterdam (indien geplaatst door de veldtafel instroom) De Rijswijk, Poeldijkstraat 16 Discus, Discusstraat 15 Elsrijkdreef, Elsrijkdreef 1000 Fleerde, Florijn 24 Martien Schaeperhuis, Pedro de Medinalaan 12 Noordzijde, Noordzijde 155 (indien geplaatst door de veldtafel instroom) Opvanghotel Ruysdael, Ruysdaelkade 225 Roggeveen, Roggeveenstraat 8 Straetenburg, Vechtstraat 92 Vaart pension + aanleunwoningen, Oostenburgervoorstraat 2 Varikstraat + aanleunwoningen, Varikstraat 1 Veste + aanleunwoningen, Poeldijkstraat 16 WOB, Jacob van Wassenaar Obdamstraat 15 Leger des Heils: De Haven Doorstroomintensief, Hekelveld 8 Domus 1, Echtenstein 196-197 Domus 2, Kikkensteinstraat 3 Domus 3, Generatorstraat 4 Domus IBW, Echtenstein 120-124 Gastenburgh, Oudezijds Voorburgwal 87-89 Jannahuis, Middenweg 132 MVA (Middelen Vrije Afdeling), Plantage Doklaan 14-16 Noorderburgh, Heggerankweg 53-55 Rosaburgh + Rosaburgh 2e fase, Hagedoornplein 4 Steunende Huisvesting NO, Rode Kruisstraat 24-B (indien geplaatst door de veldtafel instroom) Steunende Huisvesting ZO, Kikkensteinstraat 5 (indien geplaatst door de veldtafel instroom) Westburgh RIBW + 2e fase, Generatorstraat 2 Zuiderburgh + 2e fase, J.M. Coenenstraat 2 De Volksbond: Fokke Simonszhuis, Fokke Simonszstraat 61 Jan Rebelstraat, Jan Rebelstraat 20 Arkin WTC De Domselaer, Domselaerstraat 126 De volgende voorzieningen vallen niet onder de UMO, behalve bewoners die ‘gescreend’ zijn, ‘in traject’ zitten en die wachten op een plaats in één van de 24-uurs voorzieningen. Passantenverblijf Nachtopvang (HVO), Poeldijkstraat 16 De Veste Nachtopvang (HVO), Poeldijkstraat 16 24-Uursvoorziening ZO Nachtopvang (HVO), Flierbosdreef 19 De Haven Nachtopvang (Leger de Heils), Hekelveld 8 8 Bijlage 2: Procedure aanvraag bijzondere bijstand De procedures t.b.v. aanvraag bijzondere bijstand voor DWI klanten en niet DWI klanten wijken van elkaar af. Beide procedures worden hier afzonderlijk besproken. Bijzondere bijstand voor DWI klanten Garantverklaring Vaak heeft de klant onvoldoende middelen om in de 1ste kosten te kunnen voorzien, bestaande uit 1e kosten huur en inrichtingskosten. De DWI kan voor deze kosten garant staan d.m.v. de 'Garantverklaring'. De klant kan een aanvraag indienen bij de klantmanager of via de woonbegeleider. Hiervoor dient hij een aanvraagformulier en benodigde gegevens in te leveren. Nog beter is dat de klant (of woonbegeleider) een afspraak met de klantmanager maakt. De DWI heeft nodig: 1. gegevens van de woonbegeleider, waarbij duidelijk wordt aangegeven dat het om 'UMO' gaat; 2. gegevens van huidige middelen van de klant (bijv. laatste afschrift rekening, saldo spaarrekening indien aanwezig); 3. aanbiedingsbrief met adres van de woning, met het bedrag dat moet worden betaald en het giro- / bankrekeningnummer van de woningbouwvereniging; 4. geldige legitimatie. Als alles klopt kan de garantstelling worden gegeven. Over het algemeen faxt de klantmanager van DWI de garantverklaring naar de woningbouwvereniging. Eventueel kan deze ook worden meegegeven aan de klant. De klant kan vervolgens het huurcontract tekenen. Hierna dient een kopie van het huurcontract zo spoedig mogelijk bij DWI ingeleverd te worden. Voorliggende voorziening Voor alle aanvragen gelden de reguliere voorwaarden van DWI. Indien de klant over voldoende middelen beschikt zal er geen bijstand worden verstrekt. Zodoende is een lening via de Gemeentelijke Kredietbank Amsterdam (GKA) een zogeheten voorliggende voorziening. Als iemand geen of onvoldoende reservering heeft gedaan, en gespreide betaling is niet mogelijk, dan kan de klant terecht bij Gemeentelijke Kredietbank. De kredietbank verstrekt leningen tegen een lage rente (5,5%). Dat kan door een subsidie van DWI. Indien er geen vorderingen/ beslagen zijn zal DWI de klant verwijzen naar de GKA. Hierbij krijgt de klant een zogeheten opgave schuldpositie DWI mee. Ten aanzien van de aanvraag inrichtingskosten is er een aparte regeling voor dak- en thuislozen, de zogenaamde daklozenregeling. Zij kunnen (leen)bijstand krijgen voor woninginrichting en hoeven hiervoor niet eerst langs de GKA. Let op: dit geldt alleen voor klanten met een WWB uitkering van DWI. Dak- en thuislozen Deze doelgroep komt in aanmerking voor de regeling woninginrichting als de klant voldoet aan de volgende criteria 1. de dakloze heeft minimaal 6 maanden geen vaste woon- of verblijfplaats gehad 2. de thuisloze verblijft minimaal 3 maanden in een sociaal pension of instelling voor maatschappelijke opvang 3. de thuisloze is gehuisvest op een project voor begeleid zelfstandig wonen, en heeft een begeleidingscontract of een huurcontract op eigen naam gekregen. 9 Je verwijst niet naar de Gemeentelijke Kredietbank: 1. als de aanvrager een jongerennorm heeft 2. als de aanvrager verhuist naar een andere gemeente 3. als er beslag is gelegd op het inkomen van de aanvrager 4. als er al gebruik gemaakt wordt van de maximale aflossingscapaciteit 5. als de klant na bemiddeling in een schuldsaneringtraject zit, of in een traject zit van de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP); 6. als de toepasselijke norm plus toeslag, langdurig is verlaagd vanwege afstemming van de bijstand. Het enkele gegeven dat iemand niet terecht kan bij de Kredietbank betekent niet dat dan zonder meer bijstand moet worden verstrekt. Dat kan alleen als er sprake is van zeer dringende redenen en niet uitstelbare noodzakelijke uitgaven. Inrichtingskosten en 1ste kosten huur Voor het aanvragen van bijzondere bijstand t.b.v. de 1e kosten huur en inrichtingskosten (maximale richtbedrag inrichtingskosten voor een alleenstaande van >23jaar = € 3.063,-) dient de klant een aanvraagformulier van de DWI in te vullen (zogeheten BK/WKT formulier) of daar schriftelijk (via woonbegeleider) een verzoek voor te doen. Wat heeft DWI nodig van de klant: 1. geldige legitimatie 2. afschriften bank en/ of giro van de laatste maand (denk bijvoorbeeld ook aan gegevens FIBU) 3. eventueel laatste afschrift spaarrekening 4. het ondertekende huurcontract 5. afwijzing GKA (indien van toepassing) Boeking van de Bijzondere bijstand Bij een toekenning wordt de bijzondere bijstand voor de 1ste kosten huur als gift en voor de inrichtingskosten als lening verstrekt. Klant dient een AKTE VAN SCHULDBEKENTENIS te ondertekenen. De 1ste huur wordt aan de woningbouwvereniging of instelling overgemaakt. Het bedrag t.b.v. de inrichtingskosten wordt altijd aan de instelling overgemaakt. Dit bedrag wordt als lening verstrekt, behalve als de klant in de WSNP zit of de aanvraag saneringskrediet al ingediend is bij de GKA en in behandeling is genomen. Kwijtschelding Het restant van de lening wordt na 12 maanden automatisch kwijtgescholden als; 1. klant geen huurachterstand heeft 2. nog op het adres woont 3. geen achterstand bij het aflossen van de lening heeft De kwijtschelding geldt ook indien klant een lening via de GKA heeft verkregen. De klant kan zich daarvoor na 12 maanden melden bij het kantoor waar hij of zij de uitkering ontvangt. Klant kan daar bijzondere bijstand voor de aflossing van het restant van de GKA lening aanvragen. 10 Bijzondere bijstand voor niet DWI klanten Garantverklaring Vaak heeft de klant onvoldoende middelen om in de 1ste kosten te kunnen voorzien. De DWI kan voor deze kosten garant staan d.m.v. de 'Garantverklaring'. Klant kan een aanvraag indienen bij de klantmanager of via de woonbegeleider. Hiervoor dient hij een aanvraagformulier en benodigde gegevens in te leveren. De DWI heeft nodig: 1. gegevens van de woonbegeleider, waarbij duidelijk wordt aangegeven dat het om de ‘UMO’ gaat 2. gegevens van huidige middelen van de klant (loon-/ uitkeringsspecificatie en laatste afschrift) 3. eventueel laatste afschrift spaarrekening 4. aanbiedingsbrief met adres van de woning, met het bedrag dat moet worden betaald en het giro- / bankrekeningnummer van de woningbouwvereniging 5. legitimatie Als alles klopt kan de garantstelling worden gegeven. Over het algemeen faxt de klantmanager van DWI de garantverklaring aan de woningbouwvereniging. Eventueel kan deze ook worden meegegeven aan de klant. De klant kan vervolgens het huurcontract tekenen. Hierna dient het huurcontract zo spoedig mogelijk geleverd te worden. Klanten, die geen uitkering DWI hebben (bijv. loon, WW, ziektewet, Wajong etc.) kunnen ook bijzondere bijstand krijgen. Echter, deze groep heeft meestal draagkracht, die berekend moet worden. Voor deze klanten geldt verder dat zij vooraf altijd een beroep dienen te doen op een lening via het GKA (voorlopige voorziening). Een afwijzing zal bij de aanvraag overlegd moeten worden. Voor het aanvragen van bijzondere bijstand dient de klant een aanvraagformulier van de DWI in te vullen (zogeheten BK/ N-K formulier) of daar schriftelijk (via woonbegeleider) een verzoek voor te doen. Wat heeft DWI nodig van de niet DWI-klant: 1. legitimatie 2. afschriften bank en/ of giro van de laatste maand (eventueel van de derdenrekening) 3. loon-/ uitkeringsspecificaties over de laatste 3 maanden 4. eventueel laatste afschrift spaarrekening 5. het ondertekende huurcontract 6. afwijzing GKA Voor het overige gelden dezelfde regels als voor klanten met een DWI uitkering. 11 Bijlage 3: Procedure schuldregeling De voorwaarden zijn opgesteld door WZS in samenwerking DWI/FIBU en GGD Om voor een UMO-woning in aanmerking te komen moeten de schulden geregeld zijn: Dit houdt in: 1. Alle schulden moeten binnen 36 maanden volledig afbetaald kunnen worden. 2. Als niet aan punt 1 voldaan kan worden, dan wordt de GKA ingeschakeld voor een aanvraag regeling schulden (saneringskrediet). Alleen bij acceptatie aanvraag en als de kredietovereenkomst binnen de gestelde termijnen, door de klant getekend, retour is gestuurd naar de GKA kan een UMO-contract opgesteld worden. 3. Wordt de aanvraag GKA afgewezen dan moet een verzoekschrift WSNP worden ingediend. Pas na ontvangst van de oproep door de rechtbank om ter zitting te verschijnen kan een UMO-contract opgesteld worden. 4. Als een klant niet (meer) wordt toegelaten tot de WSNP dan kan op individueel niveau door de uitstroomtafel een oplossing worden gezocht. Schuldhulpverlening in Amsterdam valt onder verantwoordelijkheid van de Dienst Werk en Inkomen en de Stadsdelen. Elk stadsdeel heeft zijn eigen schuldhulpbureau. Iedereen, dus ook klanten die geen bijstandsuitkering hebben, kunnen zich hier aanmelden. Wachtlijsten behoren tot het verleden en cliënten kunnen aangemeld worden door de instelling bij een schuldhulpbureau in de buurt. Klanten met een DWI uitkering via Bijzondere Doelgroepen kunnen met voorrang worden aangemeld bij Westerbeek of Plangroep. Minnelijk traject of Wettelijk traject Het schuldhulptraject start altijd met een minnelijk traject. Pas als het minnelijk traject mislukt volgt een wettelijk traject. Minnelijk traject Bij een minnelijk traject wordt gestreefd naar een aflossing binnen 36 maanden. Er is een overeenkomst met de schuldeisers over de aflossing, al dan niet tegen finale kwijting van het restant dat overblijft na 36 maanden. Gouden regel is dat alle schuldeisers akkoord moeten zijn. Het Minnelijke traject kan ook met tussenkomst van de GKA. De kredietbank verstrekt de schuldenaar een bepaald bedrag, berekend op basis van de aflossing voor de schuldenaar in 36 maanden. Van dit bedrag wordt een aanbod gedaan richting de schuldeisers. Voordeel voor de schuldeiser is dat zij (een deel van) hun vordering in een keer uitbetaald krijgen en de klant lost de lening af aan de Kredietbank, zijn dan nog enige schuldeiser. Wettelijk traject Indien in het minnelijk traject geen overeenstemming wordt bereikt met de schuldeisers, kan de klant besluiten om een wettelijke schuldsanering aan te vragen (eventueel in combinatie met een verzoek aan de rechtbank het aangeboden akkoord dwingend op te leggen aan de schuldeisers; het zogenaamde dwangakkoord, iets wat steeds vaker toegepast wordt. De klant dient daartoe dan een verzoek in bij de rechtbank Amsterdam. Een dergelijke aanvraag moet vergezeld gaan van een verklaring van de gemeente dat een buitenrechtelijke (een minnelijke) schuldsanering niet mogelijk is, evenals van een overzicht van de financiële situatie van de schuldenaar. Bij Westerbeek en Plangroep/Conclusion wordt een zogenaamd WSNP gesprek met de klant gevoerd omdat klanten echt gemotiveerd moeten zijn en moet weten wat hem te wachten staat, omdat dit traject als een zwarte tijd wordt ervaren. De rechter stelt hoge eisen aan de klant maar wel met inachtneming van de psychische, sociale en lichamelijke mogelijkheden van de klant. 12 Westerbeek en Plangroep/Conclusion bereiden samen de stap naar de WSNP voor en er moet een verzoekschrift WSNP naar de rechtbank worden gestuurd. Als het verzoekschrift compleet is en geaccepteerd is door de rechtbank, zal de klant een oproep ontvangen om ter zitting te verschijnen. Als de rechter positief vonnist betekent dit dat de klant is toegelaten tot de WSNP en wordt aan de klant een bewindvoerder toegewezen. Alle eventueel bestaande afbetalingsregelingen met schuldeisers worden gestopt. Alle gelden boven de beslagvrije voet van de klant worden door de bewindvoerder gereserveerd door middel van de zogenaamde boedelbijdrage die de klant stort op de boedelrekening. Van deze boedelrekening betaalt de bewindvoerder eerst zijn eigen salaris. Aan het einde van de looptijd van de sanering stelt de bewindvoerder ten behoeve van de rechtbank een eindverslag op over de wijze waarop het schuldsaneringstraject is verlopen. Heeft de klant zich aan alle verplichtingen gehouden die de WSNP aan hem stelt, dan verstrekt de rechtbank een zogenoemde schone lei. Dit houdt in dat de (resterende) schulden worden omgezet in een natuurlijke verbintenis. De rechtbank publiceert ook de beëindiging van de schuldsanering. Deze publicatie is terug te vinden in het Centraal Insolventieregister. De meest belangrijke voorwaarde voor doorverwijzing naar Westerbeek of Plangroep/Conclusion is de motivatie van de klant. Als klant eigenlijk niets wil doen aan zijn schulden dan heeft een aanmelding voor dit traject geen kans van slagen. Het inkomen en de leefsituatie van de klant moeten daarnaast stabiel zijn. Er moet bijvoorbeeld niet een verhuizing, een huwelijk, een kind op komst zijn. Deze veranderingen hebben namelijk invloed op het inkomsten/uitgaven patroon en dus op de afloscapaciteit. Dan is het verstandiger om deze veranderingen eerst af te wachten en pas als deze nieuwe situatie stabiel is, de aanmelding te doen. Het inkomen van de klant moet maximaal het bedrag zijn waar hij recht op heeft en er moeten geen niet-regelbare CJIB boetes zijn. Kortom: de motivatie van klant is allesbepalend! Faillissement Het faillissementsrecht geeft regels met betrekking tot de situatie waarin iemand verkeert die, blijkens rechtelijk onderzoek, niet langer in staat is aan zijn financiële verplichtingen te voldoen. Het door de rechtbank uitgesproken faillissement legt beslag op nagenoeg het gehele vermogen van de schuldenaar. De Fw regelt voorts de verdeling van het vermogen van de schuldenaar ten behoeve van de gezamenlijke schuldeisers. In geval van een faillissement wordt naast de RC een curator benoemd. Een door de rechtbank uitgesproken surseance van betaling is gericht op voortzetting van de onderneming en schort – teneinde dit mogelijk te maken – de betalingsverplichting van de schuldenaar voor een bepaalde periode op. In geval van surseance van betaling wordt naast de RC een bewindvoerder benoemd. Het einde van een faillissement houdt niet altijd in dat de schuldenaar verder schuldenvrij is. Alleen wanneer het faillissement beëindigd is na de goedkeuring van een akkoord door de rechtbank, is de schuldenaar van zijn schulden af. Bij een akkoord is een grote meerderheid van de schuldeisers akkoord gegaan met een gedeeltelijke betaling. De rest van de schulden wordt dan kwijtgescholden. In alle andere gevallen waarin schuldeisers niet volledig zijn betaald, blijven de schulden na het einde van het faillissement bestaan. Dit betekent dat schuldeisers ook na een faillissement de schuldenaar tot in lengte van jaren kunnen blijven achtervolgen met vorderingen tot betaling. Procedure schuldhulpbureau 1. Aanmelden – kan telefonisch 2. Budgetspreekuur – ongeveer twee weken na aanmelding globaal in kaart brengen van de financiële situatie beoordelen of cliënt inkomensreparatie moet aanvragen (zorg- en huurtoeslag) vaststellen of cliënt zijn probleem zelf kan oplossen vaststellen of er een intake schuldsanering moet worden gedaan procedure en voorwaarden voor schuldsanering uitleggen 13 3. Intakegesprek (binnen 4 weken na aanmelding behalve ingeval van inkomensreparatie) inventarisatie van alle schulden inventarisatie van alle inkomensbronnen (ook van volwassen kinderen) hulpverleningsplan opstellen de cliënt ondertekent het ‘contract schuldhulpverlening’ budgetbeheer wordt afgesproken Beschermingsbewind (of vrijwillig bewind) Soms is inkomensbeheer niet voldoende als een klant onverantwoord om blijft gaan met zijn geld en steeds weer schulden maakt. Als iemand tegen zichzelf en tegen anderen beschermd moet worden kan beschermingsbewind worden aangevraagd bij de rechtbank. Verschillende mensen kunnen de kantonrechter vragen om bewind in te stellen: - de betrokkene zelf; - zijn echtgenoot, geregistreerde partner of andere levensgezel; - andere familieleden; - zijn voogd, curator of mentor. De procedure van onderbewindstelling begint met het indienen van een verzoekschrift bij de rechtbank. Als de kantonrechter iemands bezittingen (dus ook geld) onder beschermingsbewind heeft gesteld, dan kan die persoon niet meer zelfstandig beslissen wat hij met zijn bezittingen doet. Hij mag bijvoorbeeld niet iets verkopen zonder toestemming van de bewindvoerder. De bewindvoerder gaat ook over het beheer van de goederen. De bewindvoerder kan een belastingaangifte doen en (bijzondere) bijstand of huurtoeslag aanvragen. De bewindvoerder moet, zolang dat gaat, beslissingen nemen samen met de betrokkene. De Rechtbank zal een zitting houden, waar de rechthebbende (degene die onder bewind zou moeten worden gesteld, de verzoeker en eventueel getuigen kunnen worden gehoord. De bewindvoerder krijgt 5% van de vruchten van de onder bewind gestelde goederen. Als de onder bewind gesteld leeft van een uitkering, kan dat natuurlijk niet. In dat geval stelt de rechter de vergoeding van de bewindvoerder vast. Als het inkomen van de onder bewind gestelde te laag is, kan hiervoor bijzondere bijstand worden aangevraagd. FIBU (Financiële Dienstverlening en Budgetbeheer) FIBU beheert het inkomen van klanten die vallen onder de RVE Bijzondere Doelgroepen van DWI, evenals van niet-DWI klanten met OGGZ problematiek. Na aanmelding FIBU ontvangt de klant (en zijn hulpverlener) een uitnodiging voor een intake gesprek met de vaste contactpersoon. De klant dient zoveel mogelijk relevante financiële informatie mee te nemen, als ook zijn legitimatiebewijs, beschikkingen van de belastingdienst etc. Van de MO wordt verwacht dat vooraf bij de aanmeldpapieren achtergrond informatie over de klant wordt aangeleverd. Tijdens het intakegesprek wordt een budgetplan in samenspraak met de klant (en hulpverlener) opgesteld en zal een voorlopige inventarisatie van de schulden gemaakt worden. Uit de intake vloeien meestal acties voor zowel de klant als FIBU voort. Ook kan bij schuldeisers om informatie worden gevraagd. Indien nodig worden betalingsregelingen getroffen met bijvoorbeeld CJIB omdat boetes een belemmering vormen voor een regeling van de schulden. Na plm. 8 weken volgt een tweede gesprek, het zogeheten vervolggesprek. Dan kan bepaald worden of een klant aangemeld kan worden bij Westerbeek of Plangroep/Conclusion voor schuldhulpverlening als de schuldstabilisatie fase bij FIBU succesvol is afgerond of dat er een andere oplossing voor de schuldenproblematiek mogelijk is. Naast het budgetbeheer en schuldstabilisatie zal FIBU onderzoeken of de klant al zijn toeslagen, premies, aanvullingen etc. aangevraagd en/of ontvangen heeft. Dit heet inkomensreparatie. Naast het doen van betalingen namens de klant zijn er een aantal vastgestelde reserveringen: minimale reservering onvoorzien en een (voorlopige) minimale reservering schulden indien er wel schulden zijn maar er nog geen regeling of beslaglegging is. De spaargeld reservering is voor de klant vrij opneembaar. 14 Schuldstabilisatie Schuldstabilisatie is een onderdeel van de dienstverlening die FIBU naast budgetbeheer te bieden heeft. Schuldstabilisatie houdt onder meer in: Betaling huidige vaste lasten veilig stellen d.m.v. een doordacht budgetplan. Recente schulden niet laten verergeren d.m.v. proactief optreden van de budgetconsulent bijvoorbeeld om alvast een reservering schulden aan te leggen. Urgente schulden regelen d.m.v. gebruikmaking van het netwerk van vaste contactpersonen bij instanties en op de klant toegesneden brieven met afbetalingsregeling. Plan van aanpak in de richting van een schuldregeling of aanvraag schuldsanering bij de GKA De budgetconsulent bepaalt welke schuldstabilisatie- en/of schuldregelingsroute zinvol is en maakt een kosten/baten analyse. Hierbij wordt naar het belang van de klant gekeken alsmede naar het maatschappelijk belang. De budgetconsulent kan de volgende afweging maken: Is de klant gemotiveerd? De klant zegt vaak wel te willen, maar werkt vervolgens niet mee en levert de benodigde stukken niet aan (wel woorden maar geen daden). Heeft de klant al eens eerder een saneringskrediet ontvangen en is hij nalatig geweest in de terugbetaling hiervan of is een eerder wettelijk traject als eens mislukt (uit de WSNP gezet bijvoorbeeld). Heeft de klant niet-regelbare boetes bij het CJIB en/of maakt hij nog veel nieuwe boetes dan kan er geen saneringskrediet worden aangevraagd. Als de klant verslaafd is zonder dat hij hiervoor in behandeling is, dan is een aanvraag saneringskrediet vaak gedoemd te mislukken. Heeft de klant een instabiel inkomen, dan moet de klant met behulp van de FIBU eerst voor stabiliteit zorgen, omdat het vrij te laten bedrag (VTLB) anders nooit berekend kan worden. Dus een regelmatige opschorting dan wel beëindiging van de uitkering, veelvuldige detentie, niet nagekomen verplichtingen, missen van afspraken zijn allemaal belemmerende factoren voor het slagen van schuldregeling. Weet de klant nu al dat zijn inkomsten/uitgaven drastisch gaan wijzigen wegens bijvoorbeeld een aanstaande verhuizing, kind op komst, samenwonen of een baan dan moet deze nieuwe situatie eerst afgewacht worden 15 Bijlage 4: Medische indicatie voor een laag gelegen woning. WZS verstrekt geen officiële indicatie voor een laag gelegen woning aan cliënten die uitstromen via het UMO-project. Met zo’n indicatie kunnen cliënten namelijk snel (zelf) een woning bemachtigen via WoningNet. Dat is niet de bedoeling, omdat de meeste kandidaten alleen met begeleiding zelfstandig kunnen wonen. Daarom is het volgende afgesproken: 1. Heeft de cliënt een medisch dossier bij WZS, dan kan uit dit dossier worden opgemaakt of iemand wel of niet op een laag gelegen woning moet wonen. 2. Heeft de cliënt geen medisch dossier bij WZS, maar is er wel medische informatie waaruit blijkt dat hij absoluut op een laag gelegen woning moet wonen, dan is dit ook voldoende. 3. Is de informatie onvoldoende en kan de huisarts ook geen duidelijkheid verschaffen, dan wordt de cliënt opgeroepen door WZS. De (bij WZS gedetacheerde) artsen van de GGD keuren de UMO-cliënt en brengen een advies uit over de noodzaak om laag te wonen. Hiervoor geldt de volgende procedure: De woonbegeleider maakt telefonisch een afspraak met de administratie van de afdeling Indicaties van WZS. Vermelden dat het een UMO-cliënt is. De cliënt krijgt persoonlijk een uitnodiging voor de keuring. De cliënt moet zelf op de afspraak komen. De GGD-arts zet zijn bevindingen kort op papier met een advies. Het advies wordt door WZS teruggekoppeld naar de uitstroomtafel. Administratie van de afdeling Indicaties van WZS: Petra Glazer, telefoon 552 7414 Marian Priem, telefoon 552 7415 Bij problemen bellen met Marjan ter Pelle, telefoon 552 7426. 16 Bijlage 5: Langdurig verblijf ‘Blijfvrouwen/B9-vrouwen’ in de MO In de Roggeveen (HVO-Querido) en het Jannahuis (Leger des Heils) worden vrouwen opgenomen die gevlucht zijn voor huiselijk geweld. Zij worden vervolgens voorgedragen voor urgentie voor een zelfstandige woning bij WZS volgens de zogenaamde Blijfregeling. Het komt voor dat Blijf-vrouwen na jaren wonen in de MO alsnog worden voorgedragen voor urgentie op grond van de Blijfregeling. Er is dan echter geen sprake meer van een Blijfsituatie, maar van reguliere uitstroom uit de MO. Daarnaast fungeert de Roggeveen als centrum voor B-9 vrouwen. Dit zijn slachtoffers van mensenhandel. Deze vrouwen worden op grond van hun B-9 status voorgedragen voor urgentie voor een zelfstandige woning bij WZS. Ook deze vrouwen worden soms na jaren wonen in de MO alsnog worden voorgedragen voor urgentie op grond van de B9-regeling, terwijl er ook hier sprake is van regulier uitstroom uit de MO. Heldere afspraken zijn wenselijk. Wanneer komt een vrouw voor de Blijfregeling in aanmerking en wanneer gaat de aanvraag via de UMO? Dit geldt ook voor de B-9 vrouwen. Afspraken 1. Blijf-vrouwen die langer dan één jaar in de opvang verblijven gaan via de UMO. (één jaar is gelijk aan de verblijf periode in de andere Blijfhuizen) 2. B-9 vrouwen in de opvang gaan ook via de UMO (Tegen de tijd dat er een geldige verblijfsstatus wordt afgegeven wonen deze vrouwen namelijk langer dan een jaar in de opvang). 3. B-9 vrouwen buiten de opvang krijgen, na voordracht van de begeleiding, een intake bij WZS. Beoordeling door de afdeling Indicaties van WZS. 17 Bijlage 6: Aanmeld- en Diagnoseformulier (ADF) DEEL 1: AANVRAAG VELDTAFEL AMSTERDAM In te vullen door veldregisseur Datum ontvangst Registratienummer I. Cliëntgegevens In te vullen door cliënt(e) en/of verwijzer 1. Uw persoonlijke gegevens Achternaam (= meisjesnaam of geboortenaam) Tussenvoegsel: Achternaam (=naam na huwelijk) Voorletters Geboortedatum Voornaam Dag Geslacht Maand Man Vrouw Jaar Geboorteland Geboorteland vader Geboorteland moeder Nationaliteit Controle aan de hand van paspoort/rijbewijs? Ja Nee Burgerlijk servicenummer Burgerlijke staat Ongehuwd Weduwe/weduwnaar Gescheiden (Geregistreerd) Partnerschap Gehuwd Hoogst genoten opleiding Geen MBO (MTS, MEAO, MVBO) Speciaal onderwijs (LOM, ZMOK, BLO, MLK, ZMLK) Lager onderwijs LBO / VMBO (LTS, LEAO, Huishoud-, nijverheidsschool) HAVO, MMS HBO (HTS, HEAO, Sociale academie. Hoge School) VWO (HBS, Atheneum, Gymnasium) WO (universiteit) Heeft u de opleiding afgesloten met een diploma? MAVO, MULO, IVO Ja Verblijfsstatus Nee Niet van toepassing Afhankelijke verblijfsvergunning Verblijfsvergunning onbepaalde tijd Verblijfsvergunning afgewezen Verblijfsvergunning bepaalde tijd Illegaal 18 In welke gemeente (n) stond u de afgelopen anderhalf jaar ingeschreven? Gemeente Amsterdam Anders namelijk In welke gemeente(n) maakte u de afgelopen anderhalf jaar gebruik van hulpverlening en voorzieningen? Gemeente Amsterdam Anders namelijk 2. Uw woon- of verblijfadres (indien u geen vaste verblijfplaats heeft ga door naar vraag 3) Adres Straat: Huisnummer: Postcode: Telefoonnummer Plaats: Mobiele telefoon: E-mail 3. Uw postadres en contactpersoon Naar welk adres kan de post gestuurd worden? Mijn woon- of verblijfadres (zie bovenstaande gegevens) Een ander adres (dit adres hieronder invullen): Naam instelling (indien van toepassing) Straat: Huisnummer: Adres Postcode: Eventuele contactpersoon Plaats: Achternaam: Tussenvoegsel: Voorletters : Relatie tot u: Telefoonnummer Mobiele telefoon: 4. Gegevens van uw behandelaar / verwijzer Functie en discipline Achternaam behandelaar / verwijzer Tussenvoegsel: Voorletters Man Vrouw Instelling Adres Straat: Postcode: Telefoonnummer Huisnummer: Plaats: Mobiele telefoon: E-mail 5. Uw huisarts Heeft u een huisarts? nee, vul onderstaand de gegevens van uw laatste huisarts in (indien bekend) 19 ja, vul onderstaand de gegevens in van uw huisarts Achternaam Tussenvoegsel: Geslacht Man Adres Vrouw Straat: Huisnummer: Postcode: Plaats: Telefoon 6. Uw zorgverzekeraar Staat u ingeschreven bij een zorgverzekeraar? nee, ga naar vraag 7 ja, vul onderstaande gegevens in Naam verzekeraar Polisnummer 7. Bijzondere juridische status 7.1 Heeft u een bijzondere juridische status? Nee, ga door naar vraag 8 Ja, graag aankruisen Rechtelijke machtiging (RM) Onder curatele stelling Beschikkingsdatum Einddatum (dd/mm/jj) In bewaringstelling (IBS) (dd/mm/jj) Ingangsdatum Voorlopig / voortgezette machtiging (dd/mm/jj) Einddatum Machtiging op eigen verzoek Zaakwaarneming Machtiging met voorw. ontslag Toezicht reclassering Observatiemachtiging Bewindvoering (dd/mm/jj) Startdatum (dd/mm/jj) Einddatum (dd/mm/jj) Sanctie (dd/mm/jj) Juridisch Mentorschap TBS ISD maatregel Beschikkingsdatum Einddatum (dd/mm/jj) Startdatum (dd/mm/jj) Einddatum (dd/mm/jj) (dd/mm/jj) Anders, namelijk 8. Wettelijke vertegenwoordiger 8.1 Heeft u een wettelijke vertegenwoordiger? Nee, ga door naar uw situatie en probleeminventarisatie vraag1 Ja, vul onderstaande gegevens in Instelling (indien van toepassing) Achternaam Tussenvoegsel: Voorletters Geslacht Relatie tot vrager: Man Vrouw 20 Adres Straat: Huisnummer: Postcode: Plaats: Telefoon Mobiele telefoon: E-mail B. Uw situatie en probleeminventarisatie 1. Huisvesting 1.1 Wat is uw huidige woonsituatie? In een instelling VGZ Eengezinswoning Appartement / flatwoning (gelijkvloers met lift tussen etages) Appartement / flatwoning (gelijkvloers zonder lift tussen etages) Woonwagen / woonboot Geen vast onderdak: tijdelijk inwonend bij familie, vrienden etc (Semi) permanente woonvoorziening voor daklozen Geen vast onderdak: op straat en/of nachtopvang Permanent inwonend bij familie/vrienden Anders, namelijk In een instelling GGZ In een instelling verslavingszorg De vragen 1.2 tot en met 1.5 alleen invullen indien u op dit moment dakloos bent of als u ooit een periode van tenminste 30 dagen dakloos 1 bent geweest 1.2 In welk jaar was u voor het eerst dakloos? (jaartal) 1.3 In welk jaar was u voor het laatst dakloos?(jaartal) 1.4 Hoelang bent u naar schatting in totaal dakloos geweest gedurende uw leven? 1.5 Heeft u in de laatste 30 dagen te maken gehad met: dagen weken maanden jaar ontslag uit detentie huisuitzetting Indien corporatiewoning, vul naam corporatie in: ontslag uit zorginstelling een andere aanleiding voor dakloosheid, nl 1.6 Bent u ingeschreven bij Woningnet als woningzoekende? nee, ga door naar vraag 1.3 ja, namelijk vanaf 1 Met dakloos bedoelen we dat u op de volgende plekken heeft geslapen: buiten in de open lucht of in overdekte ruimtes zoals portieken, stations, winkelcentra enz. binnen in de nachtopvang of passantenverblijven, binnen bij vrienden, kennissen of familie zonder vooruitzicht op een slaapplek voor de daarop volgende nacht. 21 1.7 Wat is uw leefsituatie? Zonder partner met kinderen Alleenstaand (ga door naar vraag 2) Met anderen (ga door naar vraag 2) Met partner zonder kinderen Met partner met kinderen 1.8 Wordt uw partner mede aangemeld? nee, ga door naar vraag 1.5 ja, vul onderstaande gegevens in Achternaam partner Tussenvoegsel: Voorletters partner Geboortedatum partner Geslacht Dag Man Maand Vrouw Jaar ! Uw partner dient zelf een aanvraagformulier in te vullen samen met een verwijzer 1.9 Wordt een kind2 of worden kinderen mede aangemeld? nee, ga naar vraag 1.6 ja, vul onderstaande gegevens in Naam en geboortedatum kinderen (indien mede aangemeld) Kind1 Kind 2 zoon dochter zoon dochter zoon dochter zoon dochter Kind 3 Kind 4 1.10 Heeft u hulp / ondersteuning nodig op het gebied van huisvesting? nee, ga naar vraag 2 ja, u wenst begeleiding in verband met voorkomen huurachterstand verminderen overlastproblemen voorkomen dreigende huisuitzetting verminderen woningvervuiling 2. Relaties en sociale vaardigheden 2.1 Heeft u sociale contacten? nee ja namelijk 2.2 Heeft u hulp / ondersteuning nodig in de omgang met anderen? nee ja, u wenst ondersteuning bij 2 22 opbouwen en vasthouden van een sociaal netwerk omgaan met conflicten anders, namelijk omgaan met instanties opvoeding van kind(eren) 23 3. Dagelijkse activiteiten en functioneren 3.1 Heeft u zinvolle dagbesteding? nee, ga naar vraag 3.2 ja, kruis aan en geef aantal uren per week aan dat u hieraan besteedt3 Reguliere betaalde baan uur per week Gesubsidieerde arbeid uur per week Arbeidsintegratie-traject Werkervaringsplaats Vrijwilligerswerk Opleiding / studie 3.2 Welke vorm van dagbesteding vindt u bij u passen? uur per week uur per week uur per week uur per week Gesubsidieerde arbeid uur per week Arbeidsintegratie-traject Vrijwilligerswerk Opleiding / studie uur p/w Externe dagbesteding (niet gekoppeld aan verblijf) uur per week uur per week Reguliere betaalde baan Werkervaringsplaats Dagactiviteitencentrum uur per week uur per week uur per week uur per week Interne dagbesteding (gekoppeld aan verblijf) uur per week Zorg voor anderen (zoals kinderen) Anders, namelijk Dagactiviteitencentrum uur per week uur p/w Externe dagbesteding (niet gekoppeld aan verblijf) uur per week Interne dagbesteding (gekoppeld aan verblijf) uur per week Zorg voor anderen (zoals kinderen) Anders, namelijk uur per week 3.3 Heeft u ondersteuning / hulp op het gebied van dagbesteding? nee, ga naar 3.3 ja, u wenst hulp / ondersteuning bij het vinden van zinvolle dagbesteding Anders, namelijk het vasthouden van zinvolle dagbesteding 3 Dagbesteding intern: In eigen woonvoorziening. Invulling divers. Redelijke mate van vrijblijvendheid. Dagbesteding extern: Buiten de eigen woonvoorziening. Drempel is dus hoger want men moet de deur uit. Dagbesteding is wel (min of meer) vrijblijvend van aard. Doel is vooral het hebben van een dagbesteding en niet perse doorstroom naar de arbeidsmarkt. Aanbod bijv: dagactiviteitencentrum, ontmoetingsruimte/inloop. De daadwerkelijke activiteit kan variëren van een ontmoetingsactiviteit tot deelname aan een georganiseerde activiteit of cursusje. Beschermd en beschut werk: Werken in beschermde werkomgeving. Volgens vaste afspraken over aantal dagen/dagdelen dus is niet vrijblijvend. Werk wordt al dan niet betaald. Aanbod bijv: dagloon, (leer)werkproject, …. Scholing: Deelname aan een scholingsaanbod om kennis/vaardigheden te vergroten gericht op vergroting kansen op duurzame dagbesteding/werk. Niet vrijblijvend van aard, gebeurt bijv in kader van een traject of er zijn afspraken gemaakt over doel, financiering, etc. Gesubsidieerd werk: Salaris wordt (deels) betaald vanuit een loonkostensubsidie. Regulier werk: Reguliere baan, zonder loonkostensubsidie. 24 3.4 Heeft u ondersteuning / hulp nodig op het gebied van alledaagse taken? nee, ga naar vraag 4 ja, u wenst hulp / ondersteuning op het gebied van huishoudelijke taken en koken beheersing van de Nederlandse taal administratie (b.v. invullen van formulieren) anders, namelijk lezen en schrijven 4. Uw financiële situatie 4.1 Inkomensbron (bijvoorbeeld soort uitkering) Loon, wit werk (loondienst, uitzendbureau) Werkvoorziening voor dak- en thuislozen Uitkering ziekte, arbeidsongeschiktheid, werkloosheid, pensionering Overige inkomsten (alimentatie, geld van ouders/ partner, studiefinanciering, kinderbijslag) Andere inkomsten, namelijk Bijstandsuitkering / daklozenuitkering 4.2 Wat is de hoogte van uw netto inkomen? € 4.3 Heeft u schulden? per maand nee, ga door naar vraag 4.7 Ja, vul onderstaande gegevens in 4.4 Waar heeft u schulden? Belastingsdienst Ziektekosten verzekering Bank Verzekeringsmaatschappij Kredietbank CJIB Woningcorporatie of verhuurder Overige schuldeisers namelijk Postorderbedrijf Sociale dienst 4.5 Hoogte totale schuld 4.6 Heeft u betalingsregelingen getroffen? Onbekend € Nee, ga naar vraag 4.7 Ja, kruis aan Belastingsdienst Ziektekosten verzekering Bank Verzekeringsmaatschappij Kredietbank CJIB Woningcorporatie of verhuurder Overige schuldeisers namelijk Postorderbedrijf Sociale dienst 4.7 Heeft u hulp / ondersteuning nodig op het gebied van financiën? nee, ga naar vraag 5 ja, u wenst ondersteuning bij aanvragen van een inkomen schuldbemiddeling budgetteren anders, namelijk inkomensbeheer 5. Lichamelijk functioneren 25 5.1 Heeft u gezondheidsklachten ? nee, ga door naar 6 ja, kruis aan gezondheidsklachten lichamelijke handicap chronische ziekte, kruis aan: HIV / AIDS Hepatitis C COPD Diabetes Kanker / leukemie Anders nl: Geef toelichting 5.2 Bent u onder behandeling van een arts of specialist? nee ja, namelijk 5.3 Gebruikt u medicatie in verband met uw lichamelijke klachten? nee, ga naar 5.4 ja, namelijk 5.4 Heeft u aanpassingen, extra zorg of toezicht nodig vanwege lichamelijke klachten? nee, ga naar vraag 6 ja, u heeft nodig verpleging anders, namelijk hulp bij gebruik medicatie aanpassingen in verband met rolstoelgebruik 6. Psychisch functioneren 6.1 Heeft u psychische klachten? nee, ga naar vraag 7 ja, kruis aan psycho-sociale klachten psychiatrische klachten Indien sprake is van psychiatrische klachten, zijn deze: vastgesteld gebaseerd op een vermoeden acuut chronisch onder controle Geef toelichting 26 6.2 Gebruikt u medicatie vanwege psychische klachten? nee, ga naar vraag 6.3 ja, namelijk Soort medicatie Beheer medicatie: zelfbeheer Therapietrouw: depot onder begeleiding anders namelijk 6.3 Heeft u hulp of zorg nodig in verband met psychische klachten? nee, ga naar vraag 7 ja, kruis aan wat u nodig heeft algemene ondersteunende gesprekken intramurale behandeling GGZ ambulante behandeling GGZ beheer medicatie anders, namelijk Geef toelichting 7. Contact met politie / justitie 7.1 Bent u de afgelopen 5 jaar veroordeeld voor strafbare feiten? Nee, ga door naar vraag 7.6 Ja, vul onderstaande gegevens in 7.2 Reden(en) of aanleiding(en) 7.3 Lopende zaken die van invloed kunnen zijn op het zorgaanbod (bv. Openstaande straffen) 7.4 Indien u gedetineerd bent, datum in vrijheidstelling (VI-datum) 7.5 Is er een risico op huiselijk/relationeel geweld? Datum invrijheidstelling: nee ja, uw veiligheid wordt bedreigd door slachtoffer van stalking bedreiging met geweld chantage risico op plegen van huiselijk geweld anders namelijk 27 Geef toelichting 7.6 Zijn er extra aanpassingen nodig in verband met uw veiligheid of de veiligheid van anderen? nee, ga naar vraag 8 ja, het volgende is nodig geheim adres behandeling (bv agressieregulatie, delictpreventie) toezicht anders, namelijk 8. Verslaving 8.1 Gebruikt u middelen zoals alcohol of drugs? Nee, ga door naar vraag 8.4 Ja, vul onderstaande gegevens in 8.2 Welke middelen heeft u in de afgelopen 30 dagen gebruikt? (m.u.v. periode in detentie of zorginstelling) alcohol heroïne hash, weed methadon xtc slaap- en kalmeringsmiddelen speed anders, namelijk cocaïne 8.3 Hoeveel dagen heeft u deze middelen gebruikt in de afgelopen 30 dagen? alcohol dagen hash, weed xtc dagen speed 8.4 Op welke leeftijd bent u begonnen deze middelen te gebruiken? dagen dagen cocaïne dagen alcohol jaar hash, weed xtc speed jaar jaar 8.5. Indien u cocaïne of heroïne gebruikt, hoe dient u deze middelen toe? (meerdere antwoorden mogelijk) dagen methadon dagen slaap- en kalmeringsmiddelen dagen anders, namelijk dagen dagen heroine jaar methadon jaar slaap- en kalmeringsmiddelen jaar cocaïne heroine jaar jaar anders, namelijk jaar snuiven spuiten inhaleren anders, namelijk 8.6. Indien u alcohol gebruikt, hoeveel glazen drinkt u per dag? glazen per dag 8.7. Gebruikt u regelmatig (meer dan 3 dagen per week) hash of weed? Zo ja, hoeveel dagen per week gebruikt u dit? nee, ga door naar vraag 8.8 8.8 Gokt u? nee, ga door naar vraag 8.10 ja, dagen per week ja 8.9 Is er sprake van een gokverslaving? nee, ga door naar vraag 8.10 ja 28 8.10 Heeft u zorg / hulp nodig van de verslavingszorg? nee, ga naar hulp- en zorgvraag ja de cliënt(e) volgt ambulante behandeling detox klinische vervolgbehandeling Naam behandelafdeling III. Hulp en / of zorgvraag 1. Uw vraag 1.1 Wat is uw vraag? Welke hulp, zorg- of woonvoorzieningen heeft u nodig? 1.2 Indien van toepassing: voor hoeveel uur per week? 1.3 Heeft u een AWBZ- indicatie voor zorg? Nee, ga door naar vraag 1.6 Ja, namelijk 1.4 Tot hoelang is de indicatie nog geldig? 1.5 Heeft u nu hulp of zorg?4 Tot : Nee, ga door naar vraag 1.6 Ja, kruis aan en vul in welke zorg u nodig heeft AMW: DWI/dagbesteding: MADI: DWI/FIBU: HVO-Querido: Dag-/ nachtopvang: Leger des Heils: MEE: Jellinek: GGZ: instelling Volksbond: Bureau Jeugdzorg: GGD: Thuiszorg: Reclassering: Anders, namelijk: De Waag: 1.6 Specificeer welke functies en klasse nodig zijn. Indien u al AWBZ-zorg heeft, vult u in welke functies en klassen nu gegeven worden en hoeveel additionele zorg gevraagd wordt. Gewenste functie(s) Huishoudelijke verzorging (HV) 4 Klasse Additioneel* Startdatum Verwachte einddatum - - - - Dit kan zijn: zorg van uw familie of kennissen, particuliere hulp, maar ook van een officiële instelling voor bijv. thuiszorg 29 Persoonlijke verzorging (PV) - - - - Verpleging (VP) - - - - Ondersteunende begeleiding algemeen(OB alg) - - - - Ondersteunende begeleiding dagactiviteit (OB dag) - - - - Activerende begeleiding algemeen (AB alg) - - - - Activerende begeleiding dagactiviteit (AB dag) - - - - Behandeling (BH) - - - - Verblijf tijdelijk (VB tijdelijk) - - - - Verblijf langdurig (VB langdurig) - - - - 1.7 Heeft u een voorkeur voor een bepaald soort voorziening / zorg? nee, ga door naar vraag 1.9 ja, kruis aan Woonvoorziening of verblijfvoorziening (zorg en hulp gekoppeld aan wonen of verblijf in een voorziening) Ambulante zorg (u beschikt over zelfstandige huisvesting en krijgt ambulante hulp of zorg vanuit een instelling) Toelichting 1.8 Heeft u een voorkeur voor een bepaalde instelling? Informatie over verschillende instellingen vindt u op: www.GGZwegwijzer.nl of in onze sociale kaart nee, dit was de laatste vraag, laat uw verwijzer het laatste deel invullen en onderteken het formulier. ja, kruis aan Instelling 1e voorkeur Leger des Heils GGZ Mentrum GGZ Buitenamstel Jellinek GGZ De Meren Anders, nl HVO-Querido GGD Instelling 2e voorkeur Leger des Heils GGZ Mentrum 1.9 Heeft u een voorkeur voor een bepaalde locatie ? St Volksbond St Volksbond GGZ Buitenamstel Jellinek GGZ De Meren Anders, nl HVO-Querido GGD nee 30 ja namelijk Geef een toelichting IV. Aanvullende informatie van verwijzer / behandelaar 5 1. Visie verwijzer / behandelaar 1.1 Is er volgens u sprake van een psychiatrisch-, een verslavings- een cognitief, een somatisch probleem of ernstige psychosociale problemen ? nee ja, kruis aan en vul tevens het onderzoeksformulier in ! Psychiatrisch probleem Verslavingsprobleem Cognitief probleem, verstandelijke beperking Ernstig psychosociaal probleem Somatisch probleem Psychogeriatrisch probleem nee, ga door naar vraag 19.3 1.2 Is er een psychiatrische diagnose gesteld door een behandelaar? ja, vul onderstaande gegevens in Aard psychische stoornis (Geef een actuele diagnose en maak gebruik van de termen uit DSM IV ) Datum diagnose : As I / code en beschrijving As II / code en beschrijving As III / code en beschrijving As IV / code en beschrijving As V / code en beschrijving 1.3 Is er een andere dan psychiatrische diagnose gesteld door een behandelaar 1.4 Is sprake van zorgmijding of zorgweigering? Diagnose Toelichting door behandelaar (behandelaar kan. Desgewenst op en aparte bijlage, relevant geachte informatie vermelden) Nee, ga door naar vraag 1.4 Ja, geef een toelichting 1.5 Verwachte ontwikkeling t.a.v. de ziekte of aandoening? niet van toepassing (a) uitzicht op volledig herstel binnen een (c) de gezondheidstoestand blijft hetzelfde jaar (d) er wordt een verslechtering verwacht binnen een jaar (b) uitzicht op gedeeltelijk herstel /verbetering binnen jaar (e) onbekend: prognose niet beschikbaar of niet mogelijk 1.6 Welke hulp / zorg heeft de cliënt volgens u nodig? 5 Psychiater, psycholoog, sociaal psychiatrisch verpleegkundige verbonden aan een behandelinstelling 31 1.7 Heeft u een voorkeur voor een bepaalde instelling? Informatie over verschillende instellingen vindt u op: www.GGZwegwijzer.nl Nee, ga door naar de volgende vraag Ja, Instelling 1e voorkeur of in Leger des Heils GGZ Mentrum onze sociale kaart St Volksbond GGZ Buitenamstel Jellinek GGZ De Meren GGD HVO-Querido Anders, nl Instelling 2e voorkeur Leger des Heils GGZ Mentrum St Volksbond GGZ Buitenamstel Jellinek GGZ De Meren GGD HVO-Querido Anders, nl Geef een toelichting Heeft u een voorkeur voor een bepaalde locatie ? Nee, ga door naar vraag 2 Ja, namelijk Geef een toelichting 2. Achtergrond informatie Voeg een aparte bijlage toe over de geschiedenis van de cliënt (e). Maak zoveel mogelijk gebruik van onderstaande onderwerpen voor zover deze van toepassing zijn. het gezin van herkomst en/of de opvoedingsituatie, werkverleden, relaties, huwelijken en/of kinderen, gebruik van middelen of gokken, contact politie / justitie, hulpverleningsgeschiedenis (opvang, maatschappelijk werk, psychiatrie, verslavingszorg……) beloop van hulpverlening / behandeling Het gaat hierbij vooral om omstandigheden en gebeurtenissen die in positieve of minder positieve zin van invloed zijn geweest op het huidige functioneren van de cliënt(e). Hierbij verklaren ondergetekenden het formulier naar waarheid te hebben ingevuld Ondertekening door cliënt(e) Handtekening: Indien van toepassing: ondertekening door wettelijk Handtekening vertegenwoordiger: Relatie tot cliënt(e): 32 vertegenwoordiger Naam vertegenwoordiger in blokletters: Is deze aanvraag met cliënt(e) besproken? Ja Nee, geef reden aan Tel. nr. 33 TOESTEMMINGSFORMULIER Doel van de Veldtafel Amsterdam is het vaststellen welke zorg en hulp u nodig heeft om uw situatie te verbeteren en u toe te leiden naar passende zorg vanuit instellingen in Amsterdam. Om dit mogelijk te maken zijn de gegevens die worden opgevraagd in dit formulier noodzakelijk. Deze gegevens kunnen worden verstrekt door uzelf, maar ook worden verkregen via andere instanties. U heeft het recht om wijziging van de gegevens te vragen. IN HET KADER VAN DE GEVRAAGDE INDICATIE VERKLAAR IK HIERMEE TOESTEMMING TE GEVEN AAN DE BCT VOOR: Het verstrekken van informatie ten behoeve van de aanmelding bij een woon- of verblijfvoorziening of ambulante zorg in Amsterdam. Het bespreken en uitwisselen van mijn gegevens in het screeningsoverleg van het Stedelijk Aanmeldpunt Amsterdam Het doorgeven van gegevens aan het CIZ ten behoeve van de indicatiestelling Het regelen van een plaatsingstraject na indicatie Het doorgeven van mijn gegevens aan de instelling die de aanmelding in behandeling neemt Het opslaan van mijn gegevens in een databank Het opvragen van medische gegevens- waaronder diagnostische gegevens, testresultaten ed. bij een huisarts of behandelaar Het gebruik maken van gegevens door personen en/of instellingen die mij hulp / zorg verlenen Het doorgeven van mijn gegevens aan de instelling die (geïndiceerde) zorg gaat verstrekken Het aandoorgeven van gegevens aan het CIZ ten behoeve van de indicatiestelling Het opvragen van gegevens door het CIZ bij derden Het opvragen van mijn inkomen in verband met een eigen bijdrage Het opvragen van inkomensgegevens bij Dienst Werk en Inkomen Datum : Plaats : Naam cliënt (e) : Handtekening : Indien de cliënt(e) deze toestemmingsverklaring niet wenst te ondertekenen of niet in de gelegenheid is te ondertekenen, dan graag de reden hieronder vermelden. Reden : Dit formulier ingevuld en ondertekend opsturen naar GGD Amsterdam t.b.v. veldregie 34 Bijlage 7: UMO contract Geachte mevrouw/ heer …………………………, U gaat binnenkort de instelling waar u nu verblijft verlaten om, al dan niet met begeleiding, zelfstandig te gaan wonen. Eenmalig aanbod woning U krijgt eenmalig een woning aangeboden. U kunt hiervoor geen regiovoorkeur opgeven. Zijn er toch gegronde redenen waarom u niet in een bepaald stadsdeel gehuisvest kan worden, dan kunt u dat hieronder vermelden. Let wel! Uitsluiting van een stadsdeel is alleen mogelijk als er sprake is van een levensbedreigende/levensontwrichtende situatie. Kan niet gehuisvest worden in stadsdeel:………………………………………… Reden: ………………………………………………………………………………. Weigeren van de woning Uw begeleider gaat samen met u de aangeboden woning bekijken. U mag deze woning niet weigeren. Weigert u toch dan moet u de huidige opvang verlaten. Woning De woning komt op naam van de instelling waar u nu verblijft. U krijgt woonbegeleiding. Houdt u zich aan de afspraken en gaat het zelfstandig wonen goed, dan krijgt u op termijn de woning op eigen naam. De woning is alleen bestemd voor u. U mag geen andere mensen in huis nemen of de woning verhuren aan derden. De woning komt op uw naam. U sluit zelf een huurcontract met de corporatie. Inrichtingskosten U kunt een aanvraag bij DWI indienen voor vergoeding van de inrichtingskosten en voor de eerste kostennota van de huur. Of u hiervoor in aanmerking komt hangt af van uw inkomen. Het bedrag wordt gestort op rekening van de instelling en uw woonbegeleider beheert uw uitgaven en begeleidt u bij uw aankopen en inrichten van uw woning. Inkomen U heeft inkomen uit: Arbeid (inkomstengegevens bijvoegen) DWI UWV Inkomensbeheer en inhouding vaste lasten Komt het huurcontract op naam van de instelling en krijgt u begeleiding op de woning, dan is er altijd sprake van inhouding vaste woonlasten. Ook kan de uitstroomtafel inkomensbeheer adviseren. In geval van schulden is er altijd sprake van inkomensbeheer. Komt het huurcontract op uw naam, dan kan inhouding vaste woonlasten een voorwaarde zijn. Afspraken hierover worden bevestigd in de beschikking van DWI, UWV of door de cliënt zelf. Bij een DWI uitkering kunt u niet zonder overleg de inhoudingen beëindigen. DWI kan op basis van artikel 57 WWB de inhouding van de vaste lasten zonder uw instemming regelen. Schulden U hebt aantoonbaar geen schulden (u overlegt een BKR en print DWI vorderingen) In geval van schulden is de schuldeninventarisatie compleet Alle schulden zijn in een betaalafspraak met de schuldeiser geregeld en binnen 36 maanden afgelost. U bent daarna schuldenvrij. (u overlegt een schuldenoverzicht) 35 Alle schulden zijn via een saneringskrediet door de GKA afbetaald en u lost nu af op de lening van de GKA (u overlegt een kopie van de kredietovereenkomst) U bent toegelaten tot de WSNP of u heeft een oproep ontvangen op de WSNP-zitting te verschijnen (u overlegt inschrijving WSNP register of kopie oproep zitting) Begeleiding U krijgt … uur woonbegeleiding per week op de woning Invulling/hulpvragen: …………………………………………… …………………………………………… …………………………………… Informatie over cliënt bestemd voor de corporatie. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Ondergetekende verklaart de inhoud van bovenstaande met zijn/haar begeleider te hebben besproken, te hebben begrepen en akkoord te gaan met de afspraken en voorwaarden. Het niet nakomen van de hierboven genoemde afspraken heeft consequenties voor de mogelijkheid om zelfstandig te wonen. Amsterdam: .. - .. - …. Naam cliënt: ………………………… Naam begeleider: .………………………… Handtekening: ………………………… Handtekening: …………………………. Aanbieden van de woning Bij aanbieding contact opnemen met: HVO Naam begeleider: Instelling: Adres: Telefoonnummer: E-mail ………………………… ………………………… ………………………… ………………………… ……………………….. Leger des Heils [email protected] telefoon: 5211905 Volksbond: Naam begeleider: Instelling: Adres: Telefoonnummer: E-mail: ………………………… ………………………… ………………………… ………………………… ……………………….. Arkin: Naam begeleider: Instelling: Adres: Telefoonnummer: E-mail: ………………………… ………………………… ………………………… ………………………… ……………………….. 36 Bijlage 8: Uitstroomformulier Dit formulier wordt door WZS gebruikt t.b.v. de corporaties. Dossiernummer WZS:……………………… Reg. Nr. Woningnet:……………………….. 1. Persoonlijke gegevens (volgens de Dienst Persoonsgegevens) voorletter(s) en naam: geboortedatum: O man O vrouw Nederlandse nationaliteit geldige verblijfstitel: O ja O nee BSN: Woont in Amsterdam sinds: verblijft in een instelling van: O HVO-Querido O Volksbond locatie: sinds: O Leger des Heils O Arkin 2. Persoonsbeschrijving: ………………………………………………………………………………………………………. ………………………………………………………………………………………………………. ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………….. ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… 3. Huisgenoten O geen O wel namelijk: 4. Inkomen (bewijs bijvoegen) 5. Schulden (regeling bijvoegen) O uitkering DWI O anders, ………………….. netto per maand €……………… O nee O ja Schuldsanering: O aangevraagd O regeling loopt O afgewezen, wel afbetaling voor oude huur- en energieschulden geregeld 6. Inhouding vaste lasten: 7. Inkomensbeheer (regeling bijvoegen) O geregeld (altijd van toepassing) O geregeld O blijvend (indien schuldsanering is afgewezen) 37 8. Dagbesteding: O geregeld namelijk: O moet nog worden opgestart 9. Woning O Begeleid Wonen kort (huurcontract tijdelijk op naam van de begeleidende instelling) O Zelfstandig wonen (huurcontract direct op eigen naam) 10. Woonbegeleiding O AWBZ (woon)begeleiding uur per week O MO (woon)begeleiding uur per week hoe ingevuld? 11. Specifieke wooneisen O geen O 1-hoog / woning lift O uitsluitend benedenwoning O beneden / 1-hoog / woning lift 12. Woonoppervlakte O 1 persoon max. 50 m2 O 2 personen max. 59 m2 O 3 of 4 personen max. 79 m2 O 5+ personen geen maximum 13. Woonbegeleider naam…………………………………………………………………………….. adres……………………………………………………………………………… telefoon ………………… e-mail ……………………………………….. Contactpersoon WZS: Marjan ter Pelle, 020-5527426, [email protected] Contactpersoon bij overlast: John Bombeeck(GGD), 020-5555462, [email protected] 38 Bijlage 9: Evaluatieformulier Begeleid Wonen kort Naam cliënt: Geboortedatum: Cliëntnummer: Instelling HVO Leger des Heils Volksbond Arkin Inkomensbeheer: FIBU CAV geen Elders: Aangemeld voor het UMO op: Woont met een huurcontract op naam van de begeleidende instelling sinds: Op het adres: Naam woonbegeleider: _______________________________________________________________________ Wonen 1. Is cliënt tevreden met de woning? 2. Waar bestaat de woonbegeleiding uit? 3. Voor hoeveel uur begeleiding is cliënt geïndiceerd? Is dit voldoende? Is er meer/minder begeleiding gegeven en waarom? 4. Kan cliënt zelfstandig huishoudelijk werk verrichten? Waar heeft cliënt moeite mee? 5. Ziet de woning (ook tuin en/of balkon en opgang) er verzorgd uit? 6. Is er progressie m.b.t. het zelfstandig functioneren van cliënt? 7. Ondervindt cliënt overlast? 8. Veroorzaakt cliënt overlast? 9. Gebruikt cliënt alcohol en/of drugs? Hoeveel? Gokt cliënt? Is dit van invloed op het zelfstandig wonen van cliënt? Begeleiding en Zorg 10. Voor welk begeleidingspakket is cliënt geïndiceerd? 39 11. Is er naast de woonbegeleiding ook nog sprake van andere zorg en/of begeleiding. Zo ja, welke en is dit voldoende? Dagbesteding en sociaal netwerk 12. Heeft cliënt dagbesteding? Zo ja, wat doet hij? Hoeveel uur per dag? 13. Is cliënt hiermee tevreden? Is de begeleider tevreden met deze dagbesteding? 14. Heeft cliënt sociale contacten en een sociaal netwerk? 15. Neemt cliënt zelf initiatieven om zaken te regelen of een netwerk op te bouwen? 16. Hoe gaat het met de kinderen (indien van toepassing)? Beschrijf relatie ouder-kind Financiën 17. Heeft cliënt bijzondere bijstand ontvangen voor inrichtingskosten. Zo nee, waarom niet? 18. Houdt cliënt zich aan de afspraken inzake de schuldsanering en/of inkomensbeheer? 19. Heeft cliënt nieuwe schulden gemaakt? 20. Kan cliënt met zijn geld omgaan? 21. Wat is de actuele schuldpositie van cliënt? (voeg recent schuldenoverzicht toe) Uitstroom Maatschappelijke Opvang 22. Is cliënt tevreden met het traject zoals dit heeft plaatsgevonden? Wat is wel/niet goed aan de procedure. Heeft hij aanbevelingen hoe het beter kan of anders moet? 23. Wat is het oordeel van de woonbegeleider? Aanbevelingen Woonbegeleider: 24. Wat acht de woonbegeleider verstandig? ‘Begeleid Wonen kort’ met een half jaar verlengen ‘Begeleid Wonen kort’ met een jaar verlengen Cliënt kan het huurcontract op eigen naam krijgen. Motiveer het antwoord. 25. Wat vindt de cliënt zelf? Bevindingen Corporatie: ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………………………………….. 40 Beslissing uitstroomtafel: Huurcontract en woonvergunning op eigen naam Begeleid Wonen kort met een half jaar verlengen Begeleid Wonen kort met één jaar verlengen Cliënt kan niet zelfstandig wonen Motivatie: ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………………………………….. Evaluatiedatum: .. - .. - …. Akkoord GGD: 41