Borstaugmentatie of borstvergroting Dr B De Frene Dr B Casaer Plastische Heelkunde Sint-Augustinuskliniek Veurne Jan Yperman Ziekenhuis, Ieper Consulent Plastisch Heelkunde AZ St Jan Brugge Een borstvergroting kan een aanzienlijk gunstig effect hebben op het welbehagen van de vrouw. Vaak gehoorde klachten handelen over onzekerheid, het gevoel ‘onvoldoende vrouw’ te zijn, het ontbreken van geschikte kledij, etc. Deze ingreep kan helpen om die onvrede weg te werken, maar ze biedt natuurlijk geen oplossing voor dieperliggende persoonlijke problemen, noch een sleutel tot groter geluk. Een borstvergroting is de ideale oplossing indien bijna geen borstweefsel aanwezig is, maar ook als u als uw borsten graag één of twee cupmaten groter wenst dan thans het geval is. Wetenschappelijk onderzoek heeft intussen ruim voldoende uitgewezen dat de actueel gebruikte materialen geen nadelige gevolgen hebben voor de algemene gezondheid van de vrouw. Tijdens voorafgaande gesprekken wordt uitgemaakt welke uw precieze verwachtingen zijn en hoe die door de ingreep gerealiseerd kunnen worden. De ingreep gebeurt onder algemene verdoving in het ziekenhuis en vergt hooguit één overnachting. Eén week later kan u uw normale activiteiten hervatten. Welke prothesen gebruikt de chirurg? Er bestaan verschillende types van borstprothesen. In overleg met uw chirurg maakt u zelf de keuze, mede bepaald door uw individuele lichaamsbouw, uw wensen en de technische kennis en ervaring van uw chirurg. Alle borstprothesen hebben een omhulsel van silicone, ook de prothesen die met water gevuld zijn. Silicone is het meest neutrale materiaal om een soepele prothese te maken. Het omhulsel kan een glad oppervlak hebben of een ruw. Het ruwe oppervlak dient om kapselcontractuur te helpen voorkomen. Het kan gegoten zijn in de silicone van het omhulsel, maar het kan ook bestaan uit polyurethaan, wat een nog betere bescherming zou bieden tegen kapselcontractuur. De ideale vulling van de prothese is neutraal, elastisch, duurzaam en stabiel in de tijd. Het materiaal dat totnogtoe het best aan die vereisten beantwoordt, is siliconegel. prothesen die met siliconegel gevuld zijn, voelen het meest natuurlijk aan en geven zeer weinig problemen. Nog neutraler, althans in theorie, zijn prothesen die gevuld zijn met fysiologisch serum (een zout-wateroplossing). Maar aangezien water niet elastisch is, kan men ze bijna altijd voelen zitten. Soms ook kun je aan de buitenkant van dergelijke 1 prothesen lichte plooien gewaarworden of zelfs zien. In vijf procent van de gevallen raken ze lek en lopen ze dus leeg. De meeste borstprothesen hebben een ronde vorm. Door de zwaartekracht echter en door de druk van de weefsels erboven, nemen ze spontaan een natuurlijke vorm aan. Niettemin zal de chirurg in sommige gevallen een anatomische borstprothese verkiezen. Die zijn gemaakt in druppelvorm, dat wil zeggen dat ze onderaan voller zijn en bovenaan vlakker. Uw chirurg kan u deze prothesen aanbevelen wanneer bijvoorbeeld haast geen borstweefsel aanwezig is of als de afstand tussen de onderrand van de tepelhof en de plooi onder de borst zeer klein is. Om een natuurlijk uitzicht te bekomen is het dan nodig om de onderpool van de borst wat uit te zetten. Is silicone gevaarlijk? In de media is een tijdlang twijfel gezaaid omtrent de veiligheid van met siliconegel gevulde prothesen. Intussen echter hebben tientallen onafhankelijke wetenschappelijke studies aangetoond dat er geen verband bestaat tussen de aanwezigheid van dergelijke prothesen en algemene vermoeidheidsklachten of gewrichts- en bindweefselziekten. Men weet ook al lang dat een borstprothese geen verhoogde kans geeft op borstkanker. Waar plaatst men de prothese? In de meeste gevallen wordt de prothese onder de borstspier geplaatst (de spier die de arm naar binnen doet bewegen). Vooral als u mager bent, verlaagt die bijkomende bedekking de kans dat u de rand van de prothese gewaarwordt. De techniek vermindert ook de kans op kapselcontractuur. Soms echter, bijvoorbeeld wanneer de borst verslapt is, zal de chirurg de prothese bovenop de spier en onder de borstklier inbrengen. In dergelijk geval opteert men dan meestal voor een met een polyurethaan bedekte prothese, omdat die het minst aanleiding geeft tot kapselcontractuur. Waar bevindt zich het litteken? In theorie zijn voor het plaatsen van een borstprothese drie toegangswegen mogelijk: Bij de eerste mogelijkheid, een insnede in de plooi onder de borst heeft de chirurg langs die weg de meest directe toegang tot de holte die gemaakt moet worden, het verleent hem ook een zeer goede controle over de positie van de prothese. Het litteken is in dit geval nooit langer dan 4 à 5 cm en ontkleurt het tot een onopvallend fijn lijntje in de natuurlijke plooi onder de borst. Brengen we de prothese in langs de rand van de tepelhof, dan levert dit in principe het meest onopvallende litteken op. Soms blijft het litteken enigszins zichtbaar als een bleke lijn die contrasteert met de donkere kleur van de tepelhof. 2 De prothese inbrengen via de oksel wordt minder vaak toegepast. Een borstprothese heeft namelijk de neiging om door de borstspier omhoog geduwd te worden, en die kans vergroot als een holte wordt gemaakt van bovenuit. Bovendien is het in dit geval moeilijker om de borstspier voldoende los te maken voor de prothese, tenzij de chirurg gebruikmaakt van een endoscoop. Ten slotte is de kans dat een litteken in de oksel ooit opgemerkt wordt veel groter dan een litteken in de borstplooi. Wat zijn de mogelijke verwikkelingen? In principe kunnen zich alle verwikkelingen van een heelkundige ingreep voordoen: nabloeding, infectie, slechte genezing van de wonde. Maar in de praktijk gebeurt dat slechts zeer zelden. Er bestaat een kleine kans dat tijdens het maken van de holte enkele zenuwtjes beschadigd raken die specifiek voor de gevoeligheid van de tepel zorgen. Dat kan dan leiden tot een - meestal tijdelijke, soms ook blijvende - verzwakking van de gevoeligheid van de tepel. Een en ander heeft echter GEEN nadelige invloed op de mogelijkheid tot borstvoeding. Er bestaat een kans van 2 tot 5 procent dat na een borstvergroting een kapselcontractuur ontstaat. Het lichaam maakt altijd een soort vlies (of kapsel) rond een vreemd voorwerp, om het even of het nu om een pacemaker gaat, een catheter of een borstprothese. Indien de celletjes in dit vlies samentrekken, verkleint het kapsel en gaat de borst hard aanvoelen. Het euvel kan gelukkig verholpen worden door een kleine ingreep waarbij het kapsel wordt ingesneden en de borst opnieuw soepel wordt. Jammer genoeg kan men echter niet voorspellen bij wie deze verwikkeling zich kan voordoen, en ook niet wanneer. Het kan na een half jaar gebeuren, maar net zo goed na vijf jaar. Wat gebeurt vóór de ingreep? Gedurende twee weken voor en twee weken na de operatie neemt u beter geen pijnstillers als Aspirine, Aspro of Sedergine en raden we ook vitamine E en het eten van look af, aangezien die stoffen het bloed wat kunnen verdunnen en bijgevolg nabloeding in de hand kunnen werken. Als u ouder bent dan 30 jaar moet eerst een mammografie gebeuren (een radiologisch onderzoek van het borstklierweefsel), teneinde de aanwezigheid van mogelijke gezwellen uit te sluiten. Bent u jonger dan 30 of hebt u recentelijk een mammografie laten uitvoeren, dan is dit onderzoek niet nodig. Wel wordt in elk geval een beperkt bloedonderzoek afgesproken, dat u naar keuze kan laten uitvoeren bij uw huisarts of in het laboratorium van de kliniek. Als de ingreep onder algemene verdoving gebeurt, mag u vanaf middernacht voor de operatie niet meer eten en drinken, tenzij bij de inname van eventuele medicatie. 3 Wanneer de ingreep geschiedt onder algemene verdoving, moet u nuchter blijven vanaf middernacht voor de ingreep. Dit betekent: niet meer eten noch drinken vanaf middernacht, behalve voor het innemen van eventuele medicatie. In het ziekenhuis biedt u zich aan bij de opnamedienst. Na de nodige administratie wordt u naar de kamer gebracht die op voorhand voor u gereserveerd werd. Even voor de ingreep brengt men u naar de voorbereidingszaal. Daar zal de chirurg met een stift ter hoogte van uw borst enkele aantekeningen aanbrengen die hem straks perfect de weg zullen wijzen bij het snijden. Hebt u nog vragen, dan is dat nu het moment. In de voorbereidingskamer krijgt u ook bezoek van de anesthesist, de arts die u in slaap zal brengen. Signaleer hem of haar indien bij eventuele vorige ingrepen iets abnormaals voorgevallen zou zijn. Vlak voor de operatie krijgt u een middel toegediend om rustig te worden. Kort nadien wordt u naar de operatiezaal gerold en in slaap gebracht. Tijdens de ingreep Zoals de chirurg voordien met u heeft afgesproken en u ook heeft uitgelegd, wordt de borstprothese nu ofwel onder borstspier geplaatst, in het vlak tussen de spier en het ribrooster, ofwel bovenop de borstspier, in het vlak tussen de spier en het borstklierweefsel. Onmiddellijk nadat de prothesen ingebracht zijn, laat de chirurg de operatietafel nog tijdens de ingreep in rechtop geknikte houding plaatsen, om te controleren of de prothesen in de juiste positie zitten. Vervolgens worden de wondjes zorgvuldig in drie lagen gesloten. Na de operatie wordt een elastisch verband aangebracht. Enkele minuten later ontwaakt u uit de verdoving en wordt u naar de ontwaakkamer gebracht. Na de ingreep In de regel blijft u omtrent even lang in de ontwaakkamer als de operatie heeft geduurd. Pas als de anesthesist zijn of haar toestemming geeft, keert u terug naar uw gewone kamer. In de eerste dagen zal u vrij veel pijn van de ingreep ondervinden, vooral wanneer de prothese onder de borstspier werd geplaatst. Het kan best zijn dat u het ziekenhuis dezelfde dag nog mag verlaten, maar in de meeste gevallen bevelen we toch een nachtje extra aan. Want u wordt er met alles geholpen, u kan er met al uw vragen terecht en u krijgt er voldoende sterke pijnstillers om die eerste nacht comfortabel door te brengen. De volgende ochtend kunt u dan naar huis. Tijdens de eerste week na de operatie mag u alles doen wat niet tot overmatige pijn leidt. Anders gezegd: bepaalde houdingen en bewegingen zullen zichzelf verbieden. Omwille van het elastisch verband rond beide borsten, is het in die week ook niet mogelijk om te baden of te douchen. Slapen mag in om het even welke houding die geen pijn veroorzaakt. Op de buik slapen zit er dus niet in en raden we ook niet aan. Hebt u pijnstillers nodig, dan gaat onze voorkeur uit naar Dafalgan bruis. Heeft u 4 almaar meer pijn, voelt u zich onwel, ontwikkelt u koorts of voelt u zich om eender welke reden ongerust, neem dan contact op met uw arts. Na die eerste week verwachten we u terug om het verband en de eerste hechtingen te verwijderen. Als u het resultaat dan in de spiegel bekijkt, zal u merken dat de borsten - vooral bovenaan - nog wat gezwollen staan en zeer vast aanvoelen. Dat is volstrekt normaal. In de volgende weken zullen die effecten stilaan verdwijnen. In de loop van de eerste drie weken neemt ook de last, die vergeleken kan worden met een spierverrekking, geleidelijk af. De eerste 6 weken na de ingreep mogen enkel BH’s zonder beuhels worden gedragen. Meestal raden wij een sportBH aan, met een brede elastische onderboord. Enkele weken na de operatie mag u geen pijn meer voelen en mag u zelfs niet voelen dat er een borstprothese aanwezig is. Zes maanden na de operatie kan men het resultaat ervan definitief noemen. Net als voordien blijft het mogelijk de borsten manueel op eventuele knobbeltjes te onderzoeken of een mammografie uit te voeren. In dat laatste geval signaleert u beter aan de radioloog dat u een borstvergroting heeft ondergaan, zodat hij een extra opname kan maken om het borstklierweefsel grondig te kunnen onderzoeken. Nog twijfels of vragen? Aarzel dan niet om uw plastisch chirurg te contacteren. 5