Iemand met bloedgroep 0 kan bloed geven aan mensen met de bloedgroepen A, B en AB. Kan hij ook bloed van deze bloedgroepen ontvangen? A. Aalleen van bloedgroep AB, want in het plasma van deze bloedgroep zitten geen antistoffen. B. Ja, want er zitten geen bloedfactoren op de rode bloedcellen van bloedgroep 0. C. Nee, want er zitten antistoffen tegen alle bloedfactoren in het plasma van bloedgroep 0. Juiste antwoord: C Monoklonaire antistof wordt gemaakt door celfusie van geïsoleerde lymfocyten uit de milt van een gevaccineerde muis en geïsoleerde tumorcellen. Als deze cellen succesvol versmelten ontstaat een hybride cel. Tot welk type lymfocyt behoren de lymfocyten die tot de kloon van hybridecellen leiden? A. Cytotoxische T-cel B. B-geheugencel C. Helper-T-cel D. Plasmacel Juiste antwoord: D Het influenza-virus muteert gemakkelijk. Hierdoor kan iemand die hersteld is van griep daarna weer griep krijgt. Want: A. door mutatie van deze virussen kunnen de enveloppen ervan zodanig veranderen dat het antigeen op enveloppen niet herkend wordt door het afweersysteem. B. door mutatie van het genetisch materiaal van die virussen kunnen de nucleotideketens van het virus-RNA zodanig veranderen dat deze niet herkend worden door het afweersysteem. Juiste antwoord: A Wat zijn de twee belangrijkste manieren waarop het immuunsysteem zijn werk doet? Welke uitspraak over de derde afweerlinie is onjuist? A. Fagocytose en het stimuleren van een ontstekingsreactie. B. Bescherming via fysieke barrières en via leukocyten. C. Bescherming via niet-specifieke en specifieke afweer D. Aanval door cytotoxische T-cellen en door antilichamen. A. De derde afweerlinie biedt geen langdurige bescherming B. De derde afweerlinie moet worden opgebouwd. C. De derde afweerlinie heeft een ‘geheugen’. D. Bij de derde afweerlinie wordt de ziekteverwekker vaak doodgemaakt door fagocytose. Juiste antwoord: D Juiste antwoord: A Mensen met hooikoorts (pollen allergie) hebben last van een verstopte neus, rode tranende ogen en een jeukend gevoel in hun slijmvliezen. Waardoor wordt dit veroorzaakt? A. Door ontstekingsreacties en een overdaad aan witte bloedcellen. B. Door ontstekingsreacties en een overdaad aan weefselvloeistof. C. Door ontstekingsreacties en een overdaad aan lymfe. Juiste antwoord: B Het aantal lymfocyten wordt normaal op peil gehouden doordat nieuwe lymfocyten worden aangemaakt. Waar vindt de ontwikkeling van nieuwe lymfocyten plaats? A. In het rode beenmerg B. In het bloed, lymfe en thymus C. In de lymfe en in lymfoïde organen D. In het rode beenmerg en in de thymus Juiste antwoord: D