Pedagogisch Pedagogischcurriculum curriculum in in perspectief perspectief ‘Pedagogisch curriculum in perspectief’ Een perspectief voor de toekomst bij het verschijnen van het Pedagogisch curriculum voor het jonge kind in de kinderopvang In 2016 heeft Bureau Kwaliteit Kinderopvang in overleg met Het toekomstperspectief gaat in op de volgende dimensies: het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid het een academische onderzoeksagenda ten behoeve van een voortouw genomen in de ontwikkeling van een Pedago- evidence based curriculum, een visie op een curriculum voor gisch curriculum voor het jonge kind in de kinderopvang. alle professionals die werken met het jonge kind (en niet Eind mei 2017 verschijnt het Pedagogisch curriculum en primair voor de kinderopvang) en een leeftijdsperspectief wordt het aangeboden aan alle kinderopvangorganisaties. ten behoeve van een curriculum voor kinderen van nul tot vier en vier tot dertien jaar (gekozen is voor nul tot zeven Het bestuur van stichting BKK hecht eraan om het Pedago- jaar). Drie mensen doen in Pedagogisch curriculum in per- gisch curriculum een toekomstperspectief mee te geven. spectief hun aanbeveling op deze dimensies. Het bestuur Bij de ontwikkeling van het Pedagogisch curriculum is in van BKK vindt het van belang om de aanbevelingen op deze een aantal consultatierondes gepeild op welke manier een manier voor de toekomst te behouden: Pedagogisch curriculum voor de kinderopvang nuttig zou 1. Pauline Slot: ‘Maak van het curriculum een continuüm’ kunnen zijn. Uit de consultaties bleek een sterke voorkeur 2. Peter Notten: ‘Nu discussie starten met pedagogisch voor een ontwikkelingsgericht curriculum voor de jonge kind periode (nul tot zeven jaar) in de kinderopvang. medewerkers en ouders’ 3. Gijs van Roozendaal: ‘Hoe kunnen we sluipende verschoolsing tegengaan’ Bij het peilen van de meningen over de strategische en inhoudelijk dillema’s die samenhangen met de ontwikkeling van een Pedagogisch curriculum kwamen echter ook andere invalshoeken naar voren. In deze oplegger bij het Pedagogisch curriculum voor het jonge kind in de kinderopvang komen drie experts aan het woord die vanuit hun invalshoek het Pedagogisch curriculum van een toekomstperspectief voorzien. Pauline Slot researcher educatie en pedagogiek Maak van het curriculum een continuüm Voor Pauline Slot, onderzoeker educatie en pedagogiek aan het is een intrinsieke behoefte de omgeving te verkennen. Dat de Universiteit Utrecht, komt het Pedagogisch curriculum doen ze pas op het moment dat ze veilig zijn gehecht, zich eigenlijk wat te snel. Zij vindt het jammer dat publicatie van veilig voelen, en een goede band hebben opgebouwd met de het curriculum moest worden opgehangen aan de nieuwe pedagogisch medewerker. Er bestaat dus een verbinding tus- wet Innovatie Kwaliteit Kinderopvang, die in 2018 ingaat. sen gehechtheid, welbevinden en exploratiegedrag. Kinderen Bovendien is de invulling van het Pedagogisch curriculum nog met meer exploratiegedrag ontwikkelen zich ook sneller.’ gebaseerd op de oude wet Kinderopvang uit 2005 en de daarin genoemde vier pedagogische doelen van Riksen-Walraven, ‘Exploratiegedrag zorgt ervoor dat een kind een betere moto- waardoor je ‘per definitie in een bepaalde richting zit’. riek ontwikkelt. Beter gaat kruipen en allerlei zaken ontdekt die hij daarvoor nog niet kon. Zo komen er zaken naar boven Niet dat Slot deze richting verkeerd vindt, maar het curriculum die te maken hebben met ontluikende rekenvaardigheden. staat nu wel in het verlengde van wat we in 2004 wisten over Kinderen klimmen ergens op en verstoppen zich ergens onder. de ontwikkeling van kinderen. Volgens haar heeft de weten- Dit zijn de voorlopers van ruimtelijke oriëntatie en rekenvaar- schap juist in de afgelopen jaren enorme sprongen gemaakt in digheid. En als je weet dat exploratiegedrag een voorloper is het onderzoek naar de ontwikkeling van kinderen. Met name van rekenvaardigheden, kun je een mooie doorlopende leerlijn met hersenonderzoek, maar ook naar de effecten van kwali- voor kinderen tussen nul en dertien jaar maken.’ teit en internationale curricula. Graag had zij daarom meer tijd uitgetrokken voor een moderner curriculum. Pauline Slot ziet het nieuwe curriculum vooral als een eerste stap. ‘Een curriculum klinkt zwaar en schools, maar niets is Slot: ‘Dan hadden we eerst uitgebreid kunnen nadenken over minder waar. Internationaal dekt deze naam de lading goed ontwikkelingsfasen, leeftijdsgroepen, kinderopvang, onder- en we hebben het nodig om een kwaliteitsslag in de kinder- wijs en alle onderlinge verbanden daartussen. We weten dat opvang te maken. Het is dus belangrijk dat we een curriculum kinderen zich op holistische wijze ontwikkelen. Je kunt dus hebben voor het jonge kind. In een volgende stap moeten niet bijvoorbeeld taalontwikkeling apart zetten van andere we verbindingen tot stand brengen tussen de verschillende ontwikkelingen bij kinderen. Alles hangt samen, en een curri- ontwikkelingsdomeinen. We moeten er een continuüm van culum zou dat goed in beeld moeten brengen.’ maken.’ ‘Collega’s op onze universiteit hebben het exploratiegedrag van baby’s onderzocht. Exploreren doen baby’s uit zichzelf, Peter Notten bestuursvoorzitter Korein Groep Nu discussie starten met pedagogisch medewerkers en ouders De Nederlandse kinderopvang is tot op heden te weinig Persoonlijk had Peter Notten graag een pedagogisch curri- doelgericht bezig geweest met de ontwikkeling van kinderen. culum gezien voor kinderen van nul tot dertien jaar, liever Daarom is het goed dat er nu een pedagogisch curriculum nog tot achttien jaar zelfs. ‘Dit heeft te maken met mijn visie ligt voor kinderen van nul tot zeven jaar. Kinderopvang is op kindontwikkeling. Persoonsontwikkeling, kwalificatie en niet alleen leuk en veilig, het mag ook ergens toe leiden. Dat socialisatie stoppen niet bij zeven jaar. De wetenschap krijgt vindt Peter Notten, bestuursvoorzitter van Korein Groep in de ook steeds meer kennis over de ontwikkeling van het jonge regio’s Eindhoven (Brainport) en Arnhem/Veenendaal en voor- brein. We weten nu dat de ontwikkeling van de hersenen tot malig bestuurslid van BKK, Bureau Kwaliteit Kinderopvang. na het 20ste levensjaar doorgaat. Hoe geef je dat gestalte, als aanbieders van kinderopvang en onderwijs?’ Volgens Peter Notten kan de kinderopvang méér betekenen voor de ontwikkeling van jonge kinderen. Notten: ‘Kinderop- ‘Toch is dit curriculum van nul tot zeven jaar een enorme vang moet zeker niet verschoolsen, maar kan wel meer besef winst, want tot nu toe was er geen curriculum, zelfs niet voor krijgen hoe kinderen zich in de 21ste eeuw ontwikkelen. Dat kinderen van nul tot vier jaar. Dit curriculum kan organisaties is echt anders dan toen de Nederlandse kinderopvang enkele en beroepskrachten uitdagen om volgens inhoudelijke princi- tientallen jaren geleden serieus van de grond kwam. Kinderen pes te werken. Waarbij pedagogisch medewerkers leren om lopen niet meer, zoals ik vroeger, in de korenvelden. Ze lopen meer ontwikkelingsgericht aan de slag te gaan met kinderen. nu met een IPad.’ En daarvoor gefaciliteerd worden door hun werkgever.’ Notten vindt het Pedagogisch curriculum een mooi middel Meer ontwikkelingsgericht werken betekent niet dat er om een fundamentele discussie te starten over hoe kinderen opeens overal hoger geschoolde beroepskrachten in de spelen en leren en de variabele grenzen daartussen. ‘Allereerst kinderopvang hoeven rond te lopen, benadrukt Notten. met pedagogisch medewerkers en ouders’, zegt Notten. ‘De gemiddelde leeftijd van de ruim 2000 medewerkers bij ‘Waar willen we naartoe als het gaat om de ontwikkeling van Korein Groep is met 35+ jaar vrij hoog. Daar zit veel ervaring. het jonge kind? Hoe draag je daar als professional aan bij? Het idee dat we in een kwaliteitskader zouden eisen dat we Daarnaast kunnen voor grote zaken als zelfstandigheid, bur- zoveel mogelijk met hbo-beroepskrachten moeten werken, gerschap en een actieve, gezonde leefstijl professionals in de vind ik belachelijk. Echt totale onzin. Een diploma van hbo of kinderopvang een enorme toegevoegde waarde bieden waar universiteit zegt weinig over wat er kwalitatief nodig is op de kinderen in hun latere leven werkelijk iets aan hebben.’ werkvloer. Mbo’ers doen beter werk met kinderen dan ik, met mijn universitaire opleiding.’ Gijs van Rozendaal voorzitter Kindcentra 2020 Hoe kunnen we sluipende verschoolsing tegengaan Werken met een pedagogisch curriculum voor het jonge doorn in het oog dat het onderwijs nogal eenzijdig de nadruk kind is een goede zaak voor kinderopvang, basisscholen legt op taal- en rekenvaardigheden. ‘Door daar op te hameren, en integrale kindcentra. Gijs van Rozendaal, voorzitter van leren kinderen juist niet optimaal. In het onderwijs mag best Kindcentra 2020, staat positief tegenover de verschijning van wat pedagogische vernieuwing plaatsvinden. Het curriculum het eerste Nederlandse Pedagogisch curriculum voor kinderen kan daar een rol in spelen door de didactische en pedagogi- van nul tot zeven jaar. ‘Het curriculum kan de toenemende sche werelden van onderwijs en kinderopvang met elkaar te samenwerking tussen onderwijs en kinderopvang inhoudelijk verbinden. Dat kan ook weer leiden tot nieuwe pedagogische goed ondersteunen.Ik maak hooguit de kanttekening dat de inzichten in hoe kinderen zich ontwikkelen.’ naam curriculum snel doet vermoeden dat we universitaire en hogeschoolachtige constructies bedenken, waarmee we onze ‘Zo kan het Pedagogisch curriculum helpen de oude kleuter- kinderen al vanaf nul jaar klaarstomen voor allerlei academi- school terug te veroveren op het onderwijs, een ideaal van sche vaardigheden. Dat kan en mag niet de bedoeling zijn. Het Kindcentra 2020. Niet fysiek veroveren, wel willen we dat in Pedagogisch curriculum moet juist benoemen wat kinderen het onderwijs voor de vier- en vijf-jarigen het besef doordringt in verschillende leeftijdsjaren en ontwikkelingsfasen nodig dat ontwikkelingsgericht werken leidend moet zijn voor hebben om zich optimaal te kunnen ontwikkelen. Wat kan deze leeftijdsgroep. Het Pedagogisch curriculum kan dit goed een kind nu, en wat kan het in een volgende fase?’ zichtbaar maken.’ Van Rozendaal noemt het ‘een mythe’ dat we kinderen niet Tegelijk kan het curriculum volgens Van Rozendaal een slui- te jong moeten voorbereiden op school. ‘Het is heel goed pende verschoolsing van kinderopvang en peuterspeelzalen mogelijk een beschrijving te maken van het proces van sterk voorkomen én handvatten bieden voor verdere pedagogische ontwikkelingsgericht werken naar meer leergericht. Dat is een ontwikkeling. ‘Het curriculum dwingt de kinderopvang tot glijdende schaal. Bij jonge kinderen kun je gedoseerd “leermo- nadenken over hoe we kinderen een ideaal aanbod kunnen menten” inbrengen, die passen bij hun natuurlijke ontwikkel- bieden. En het dwingt tot nadenken over wat pedagogisch pad. Dit verloopt bij de meeste kinderen redelijk hetzelfde. medewerkers wel en niet moeten kunnen en doen. Zo kan Ze beginnen met rollen, dan kruipen en daarna lopen. Er zijn het Pedagogisch curriculum leven in de praktijk van alledag weinig kinderen die een fase overslaan.’ brengen. Tot slot kan het een standaard of een fundament worden voor kwaliteitsmetingen, die inzichtelijk maken wat Wel is het zoeken naar het juiste evenwicht tussen ontwik- kinderopvang- en onderwijsorganisaties op hun werkvloeren kelen, spelen en leren. Het is Van Rozendaal bijvoorbeeld een doen met kinderen tussen nul en zeven jaar.’ Pedagogisch curriculum – praktische informatie Internationaal maakt een pedagogisch curriculum onderdeel uit van een landelijk kwaliteitskader voor kinderopvangvoorzieningen. In steeds meer landen ontwikkelen overheden een professioneel kwaliteitskader voor het jonge kind (early childhood education and care). In Nederland ontbrak tot nu toe een dergelijk academisch document dat richtinggevend is voor aanbieders van kinderopvang. Het Pedagogisch curriculum voor het jonge kind in de kinderopvang biedt deze richting. » past in het nieuwe wetsvoorstel Innovatie en Kwaliteit Kinderopvang; » baseert zich op recente wetenschappelijke inzichten; » is geschreven door diverse auteurs met expertise op het betreffende gebied; » kwam tot stand met velen uit de sector van het jonge kind; » kwam tot stand met steun van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Het Pedagogisch curriculum is ingedeeld volgens de vier Het Pedagogisch curriculum voor het jonge kind in de pedagogische doelen uit de wet IKK en heeft als functie kinderopvang (ISBN 9789036818605, € 9,95) verschijnt de ‘hoe-vraag’ te beantwoorden; hoe de pedagogische eind mei en wordt verstuurd naar alle kinderopvang­ opdracht in de wet, op basis van wat we weten, op organisaties. Het komt ook binnenkort beschikbaar via de beste manier in praktijk gebracht kan worden. Per www.stichtingbkk.nl en is te koop via www.bsl.nl/shop. pedagogisch doel zijn de belangrijkste onderwerpen benoemd. Elk onderwerp wordt beschreven door een andere auteur met expertise op dit onderwerp; zij Colofon beschrijven de behoeften van het kind op het betreffende gebied, zeggen iets over de verschillende ontwikke- Interviews Aart Verschuur lings-/leeftijdsfasen, beschrijven tot welk aanbod dit Eindredactie Bureau Kwaliteit Kinderopvang moet leiden, wat kinderen daarvan merken en tot Vormgeving Jane Klein, OptimaForma welke ervaringen dit moet leiden voor nu en later. Drukwerk Drukkerij Weemen Hoogleraar Kinderopvang Ruben Fukkink verzorgde de eindredactie. Bureau Kwaliteit Kinderopvang Niasstraat 1, 3531 WR Utrecht Het Pedagogisch curriculum: [email protected] » richt zich op kinderen van nul tot zes/zeven jaar, www.stichtingbkk.nl dé periode waarin kinderen zich ontwikkelen; » is primair gericht op de kinderopvang, maar kan ook gebruikt worden in de samenwerking met partners in het jonge-kind-netwerk; Mei 2017