Opleiding Duurzaam Gebouw: Groendaken: van ontwerp tot onderhoud Leefmilieu Brussel Biodiversiteit: ecologisch potentieel van groendaken en andere voorzieningen die de ontwikkeling van de natuur bevorderen Maggy Hovertin Doelstellingen van de presentatie ● Een aanpak en middelen verstrekken om de natuur een plek te laten vinden in bouwprojecten. ● Het ontwikkelingspotentieel van de biodiversiteit in cijfers uitdrukken: de biotoop-oppervlaktefactor (BAF) 2 Plan van de uiteenzetting ● Biodiversiteit ● Aanpak ● Indicatoren ● Biotoop-oppervlaktefactor ● Doelstellingen ● Stedenbouwkundige en andere verordeningen ● Tools en referenties 3 Wat is biodiversiteit? “Biologische diversiteit: de variabiliteit onder levende organismen van allerlei herkomst, met inbegrip van, onder andere, terrestrische, mariene en andere aquatische ecosystemen en de ecologische complexen waarvan zij deel uitmaken; dit omvat mede de diversiteit binnen soorten, tussen soorten en van ecosystemen.” Bron: Artikel 2 van de “Conventie inzake Biologische Diversiteit" (CBD) die aangenomen werd in 1992 tijdens de Milieutop in Rio de Janeiro. 4 Wat is biodiversiteit? ● Diversiteit van de soorten 5 Wat is biodiversiteit? ● Genetische diversiteit: genetische variatie, bij een soort en tussen soorten. 6 Wat is biodiversiteit? ● Diversiteit van de ecosystemen: Ecosysteem: systeem gevormd door een omgeving (biotoop) en door alle soorten (biocenose) die er leven, zich er voeden en zich er voortplanten. (vertaling van definitie Larousse) 7 Wat is biodiversiteit? ● De natuur levert de mens tal van gratis diensten: ► Productie van zuurstof, voeding, geneesmiddelen, materialen,… ► De natuur zorgt voor de cyclus van het water, de koolstofcyclus, de productie van vruchtbare grond, de bestuiving, het klimaat, ruimten waar je tot rust kan komen, kan herbronnen en ontspannen, …. ► Het is een bron van inspiratie en kennis. Ecosysteemdiensten: voordelen die de mens haalt uit de werking van de ecosystemen. 8 Aanpak ● De bestaande toestand observeren en kennen ► Analyse van de context van het project: › Groen en blauw netwerk › Bestaande ecologische inventarissen, studies › Interactieve kaart van de biodiversiteit in Brussel: http://geoportal.ibgebim.be/webgis/biodiversiteit.phtml 9 Aanpak ● De bestaande toestand observeren en kennen ► ► Analyse van het perceel: inventaris van de aanwezige ecosystemen, de planten- en diersoorten. Voorbeelden: muurtje, poel, boom, struiken, nesten, teelaarde, … 10 Aanpak 1. Behoud van de elementen die belangrijk zijn voor de biodiversiteit 2. Beloning ► Milieus herstellen, bij voorkeur passend bij bestaande elementen die vernield zijn en bij de omgevende natuur. 3. Verbetering van de bestaande toestand ► Nieuwe milieus creëren waar de natuur zich kan ontwikkelen en waarbij men zich inspireert op de omgevende natuur. Bestaand Gepland [073] Crèche Plasky, arch. MDW 11 Aanpak Belonen en verbeteren van de bestaande toestand ► Nieuwe milieus creëren waar de natuur zich kan ontwikkelen en waarbij men zich inspireert op de omgevende natuur. Vochtig milieu http://www.genie-vegetal.eu Infiltratiegeul Heggen van inheemse soorten 12 Bloemenweide Beplant dak Aanpak Aanleg van beplante daken die de biodiversiteit bevorderen ► Zorgen voor diversiteit van soorten, lagen ► Zorgen voor diversiteit van substraten: type, dikte ► Creatie van verschillende milieus ► Integratie van schuilplaatsen voor fauna, nestkastjes, waterpartijen, … Nestkastjes voor verschillende vogelsoorten Nestkastjes voor vleermuizen Insectenhotel Creatie van vochtige zones aan de hand van een membraan in het substraat Variatie van hoogtes en types van habitats Aanplanting van struiken Selectie van aangepaste lokale soorten Structuren voorzien die specifieke diersoorten aantrekken: dood hout, stapels stenen, zanderige zones, … Gebruik van sedum als bodembedekker Substraatzones onbedekt laten zodat plantensoorten zich hier spontaan kunnen uitzaaien 13 Aanpak ● Voorkeur voor inheemse planten ► Aangepast aan het milieu en minder gevoelig voor ziekten ► Aangepast aan de lokale fauna ► Versterken het biologisch evenwicht ► Vermijden dat soorten die de plaatselijke biodiversiteit kunnen schaden, hier binnendringen Meidoorn Iris 14 Aanpak ● Voorkeur voor inheemse planten op groendaken Muurpeper Bieslook Slangenkruid Klaproos Bosaardbei Wilde marjolein http://www.lausanne.ch/ 15 Nachtsilene Aanpak ● Invasieve planten verbieden Invasieve planten verbieden ► Lijst van invasieve soorten: http://ias.biodiversity.be/ ► Alternatieven voor invasieve planten: http://www.alterias.be ► Opgelet voor de zaden, wortelstokken, … die in de grond zitten Reuzenberenklauw Japanse duizendknoop Vlakke dwergmispel Reuzenbalsemien 16 Aanpak ● Gedifferentieerd beheer ► De intensiteit van het onderhoud van de ruimten hangt af van het gebruik dat ervan wordt gemaakt ► Verbod op het gebruik van fytosanitaire producten ► Behoud van toevluchtzones ► Ze verschaffen voeding en spontane habitats aan de wilde fauna [011] Nos Pilifs, foto's: Yvan Glavier 17 Aanpak ● Bijdragen aan het groene en blauwe netwerk ► ● Oplossingen diversifiëren ► ● De fauna een veelheid van habitats en schuilplaatsen aanbieden. Aanleg van tuinen in volle grond, vochtige zones, groene gevels, groendaken, … om de fauna bijkomende habitats te geven. Tuinieren ► De ingrepen van de mens zijn niet noodzakelijk schadelijk voor de natuur. 18 Indicatoren ► Aantal en types van natuurlijke elementen die aanwezig zijn op het perceel (dier-, planten- en zwamsoorten, potentieel invasieve uitheemse diersoorten,…), op basis van een inventaris van de bestaande toestand ► Het percentage van de oppervlakte waarop potentieel invasieve dier- en plantensoorten aanwezig zijn op de betrokken site ► De verhouding tussen bebouwde en onbebouwde oppervlakte op het perceel. ► Het aantal en de verscheidenheid van de stapstenen rond het perceel in een straal van 100 meter. ► Het aantal groene ruimten in de wijk. ► De plaats en de rol van de site in het groene netwerk en het Brussels ecologisch netwerk 19 Indicatoren ► De ecologische waarde van de site (zie Ref_B, rubriek NAT) ► De ecologische waarde van de site (zie Ref_B, rubriek ► NAT) Provinciegrens Gemeentegrens Onderdelen van stedelijke leefcomplexen Brussel Agglomeratie Stadsgewest Voorstad Forensenwoonzone Onderdelen van Belgische stedelijke leefcomplexen (2001), bron: www.iweps.be 20 Indicatoren ► Het aantal en de verscheidenheid van de voorzieningen die worden ingezet op het perceel om de aanwezigheid van de fauna te bevorderen (nesten voor solitaire bijen, vochtige zone met zachte hellingen voor amfibieën, levende hagen, schuilplaatsen voor vleermuizen, …). [011] Nos Pilifs, foto: ceraa asbl Plein ULB, foto: Arnaud Tinlot 21 De biotoop-oppervlaktefactor ● BAF = Indicator ► Geeft een indicatie van de potentiële ecologische waarde op basis van de beschikbare grond op het perceel. ► Ratio tussen de ecologisch nuttige oppervlakte en de totale perceeloppervlakte Ecologisch nuttige oppervlakte BAF = Oppervlakte van het perceel Bestaand gebouw of renovatie Grondinneming Woningen Nieuw gebouw Aanbevolen BAF tot 0,37 0,60 0,60 van 0,38 tot 0,49 0,45 0,60 meer dan 0,50 0,30 0,60 Winkels, kantoren, besturen 0,30 0,30 Industrieën (of Gemengd) 0,30 0,30 Bron: Het stadscentrum van Berlijn 22 De biotoop-oppervlaktefactor ► De BAF van de verschillende voorzieningen hangt af van de ecologische waarde van deze voorzieningen. BAF Ondoorlatend oppervlak Ondoorlatende verharding voor zowel lucht als water, zonder plantengroei (bv. beton, asfalt, tegels met een onderlaag van mortel) 0 Gedeeltelijk ondoorlatend oppervlak Verharding die lucht en water doorlaat, normaal gezien geen plantengroei (bv. klinkers, mozaïektegels, tegels met een onderlaag van grind/zand) 0,3 Halfopen oppervlak Verharding die lucht en water doorlaat, infiltratie van regenwater, met plantengroei (bv. houten bevloering, grasbetonplaten) 0,5 Oppervlak met plantengroei op dun substraat Oppervlak met (extensieve) plantengroei op ondergrondse bouwwerken of platte daken met een substraat van minder dan 20 cm. 0,5 Oppervlak met plantengroei op dik substraat Oppervlak met (intensieve) plantengroei op ondergrondse bouwwerken of platte daken met een substraat van meer dan 20 cm. 0,7 Oppervlak met plantengroei in volle grond Plantengroei in volle grond (bv.: grasperk) voor de ontwikkeling van flora en fauna 0,8 Oppervlak met gedifferentieerde plantengroei in volle grond Plantengroei in volle grond met een grote biologische diversiteit (bv.: bomen, struiken, bloemenweiden, vijvers, enz.). Groene gevels en groene omheinings- en keermuren Intensieve plantengroei op of langs gevels, tuinmuren, enz. 1 0,5 23 Bron: Het stadscentrum van Berlijn De biotoop-oppervlaktefactor ► Om rekening te houden met de context van het perceel vermenigvuldigt het Referentieel-B de BAF met een correctiecoëfficiënt. Correctiecoëfficiënt In het stadscentrum* (DICHTBEBOUWDE stad) Andere (GROENE stad) 1,1 1 * www.geo-vlaanderen.agiv.be ► BAF van de geplande toestand > bestaande toestand ► Gebruiksvriendelijke tool, die echter beperkt is omdat hij geen rekening houdt met de fauna, de economische en culturele dimensie, … 24 De biotoop-oppervlaktefactor ● Voorbeeld Huidige situatie Ontwerp Ontwerp van hoekgebouw, voor woningen en handelszaken op de gelijkvloerse verdieping, arch.: KARBON’ PS = zonnepaneel TP = plat dak TV = groendak T = terras TI = hellend dak TIV = hellend groendak BAF-berekening Ontwerp BAF-berekening Correctiecoëfficiënt & bonus/malus-punten Ecologische waarde Huidige situatie Perceeloppervlakte: 79,20 m² Grondinneming gebouw: 79,20 m² Onbebouwde oppervlakte: 0 m² Grondinnemingscoëfficiënt = 1 Aanbevolen BAF (voor grondinneming > 0,50) = 0,30 BAF = 0 / 79,20 = 0 Oppervlakte groendaken: 58,45 m² x 0,5 = 29,22 m² Totaal: 29,22 m² BAF = 29,22 / 79,20 = 0,37 « 0,3 < BAF geplande toestand – BAF bestaande toestand » = +2 punten (3,7 + 2) x 1,1 = 6,26 op 10 Eindscore 3,8 op 6 >>> Grote verbetering van de ecologische waarde van het perceel <<< 25 De biotoop-oppervlaktefactor ● Oefening Kleine eengezinsrijwoning in een tuinwijk in Bosvoorde Voorgevel SMI = Ondoorlatende verhard oppervlak CB = Doorlatend oppervlak van houtspaanders Huidige situatie DG = Doorlatend oppervlak van gazontegels JPT = Tuin in volle grond FV = Groene gevel Ontwerp Huidige situatie Perceeloppervlakte: 184,60 m² Grondinneming gebouw: 46,30 m² Onbebouwde oppervlakte: 138,30 m² 26 De biotoop-oppervlaktefactor ● Oefening Grondinnemingscoëfficiënt = 0,25 Aanbevolen BAF (voor grondinneming tot 0,37) --> 0,60 Huidige situatie Berekening van de huidige BAF: - ondoorlatende verharde oppervlakte: - oppervlakte tuin in volle grond: 31,50 m² 99,90 m² totaal: x x 0 = 0 m² 0,8 = 79,92 m² 79,92 m² Huidige BAF: 79,92/184,60 = 0,43 Geplande situatie Berekening van de geplande BAF: - doorlatende oppervlakte in grastegels: 2,70 m² x - doorlatende oppervlakte in houtspaanders: 3,45 m² x - geveloppervlakte voor begroening: 20,70 m² x - ondoorlatende verharde oppervlakte: 22,50 m² x - oppervlakte tuin in volle grond: 99,90 m² x totaal: Geplande BAF: 90,73/184,60 = 0,49 >>>Score = 4,9 op 10 0,3 0,5 0,4 0 0,8 = 0,81 m² = 1,72 m² = 8,28 m² = 0 m² = 79,92 m² 90,73 m² Correctiecoëfficiënt & bonus/malus-punt - 0,1 ≤ BAF geplande situatie - BAF huidige situatie ≤ 0,1 = + 0 punt Gewogen score: (4,9+0) x 1 = 4,9 Eindscore: 2,9 op 6 Ecologische waarde Lichte verbetering van de ecologische waarde van het perceel, boven de aanbevolen BAF. Huidige situatie Ontwerp 27 Doelstellingen ● Reglementaire basis en goede praktijk ► ● Omgeving en afbakening van bebouwde zones: Naleving van de Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening (GSV), Titel 1, hfdst. IV. Aanbevolen minimum Voor de verschillende maatregelen van het ReferentieelB, thema “Ontwikkeling van het natuurlijke milieu”, moeten de volgende scores worden behaald: ► NAT 01-01 Valorisatie van de bestaande ecologische rijkdom: 4 ► NAT 01-02 Ontwikkeling van de biodiversiteit: 4 ► NAT 01-03 Beleving van de natuur: 3 28 Doelstellingen ● Optimum Voor de verschillende maatregelen van het Referentieel-B, thema “Ontwikkeling van het natuurlijke milieu”, moeten de volgende scores worden behaald: ► NAT 01-01 Valorisatie van de bestaande ecologische rijkdom: 8 ► NAT 01-02 Ontwikkeling van de biodiversiteit: 8 ► NAT 01-03 Beleving van de natuur: 10 ► NAT 02-01 Voorbereiding voor het duurzaam beheer van de groene ruimten: 10 29 Stedenbouwkundige en andere verordeningen ● Gewestelijke stedenbouwkundige verordening ► Titel I, hoofdstuk IV – Naaste omgeving › Art. 11: Achteruitbouwstrook › Art. 12: Gebied voor koeren en tuinen en zijdelingse inspringstroken › Art. 13: Doorlaatbaarheid van gebied voor koeren en tuinen + begroening van platte daken (>100 m²) ● Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening en BBP ► ● Strengere voorschriften dan GSV Ordonnantie betreffende het natuurbehoud ► Ordonnantie van 1 maart 2012 › Bijdragen aan het verzekeren van de instandhouding en het duurzame gebruik van de elementen die deel uitmaken van de biologische diversiteit 30 › Voorbeeld: het hakken van bomen is verboden in de broedperiode Interessante tools, internetsites, enz.: ● IBGE – BIM, Milieuzorg in ondernemingen – Beheer van nietbebouwde zones: grijze en groene ruimten, Brussel, 2003 ● IBGE – BIM, Guide des aménagements pour les chauves-souris (gids van voorzieningen voor vleermuizen) (versie op papier te bestellen). ● HERMY, M.; SCHAUVLIEGE, M.; TIJSKENS, G.; Groenbeheer, een verhaal met toekomst, Velt et afdeling Bos & Groen, Berchem, 2005 ● Directie Monumenten en Landschappen, Brussels Hoofdstedelijk Gewest, De boom in de stad, coll. Kunst in de straat – Onderhoudsboekje, Colophon, Brussel, 2007 ● Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de voedselketen en Leefmilieu, Colophon, Brussel, z.d. ● Leefmilieu Brussel - BIM, Fleur uw gevel op – Voor een aangenamer, gezonder en rijker stadsmilieu, Brussel, z.d. 31 Interessante tools, internetsites, enz.: ● www.leefmilieu.brussels Themen groene ruimte en biodiversiteit ● Interactive kaart van de biodiversiteit in Brussel: http://geoportal.ibgebim.be/webgis/biodiversite.phtml?langtype=2060 ● http://www.lausanne.ch/: internet website van Lausanne Stadt ● http://141.15.4.17/umwelt/landschaftsplanung/bff/index.shtml: publicatie “Het stadscentrum van Berlijn – BAF – Biotoopoppervlaktefactor” ● https://www.cbd.int : Conventie inzake Biologische Diversiteit (CBD) ● ● http://www.biodiv.be/ : Conventie inzake Biologische Diversiteit (België) 32 Referentie Gids Duurzame Gebouwen: 33 Referentie Gids Duurzame Gebouwen: Natuurontwikkeling: ● Fiche G_NAT00 Opwaarderen, beschermen en ontwikkelen van de natuurlijke omgeving in een duurzaam gebouw en op het perceel ● Fiche G_NAT01 Biodiversiteit in de stad maximaliseren ● Fiche G_NAT02 Een groendak realiseren ● Fiche G_NAT03 Een groene gevel realiseren http://gidsduurzamegebouwen.brussels of www.leefmilieubrussel.be Startpagina > Professionelen > Thema’s > Gebouwen > Focus> Gids Duurzame Gebouwen 34 Te onthouden uit de uiteenzetting ● De mens is deel van de biodiversiteit. Hij is drager van biodiversiteit, biodiversiteit is van levensbelang voor hem. ● Bouwprojecten hebben een zware impact op hun milieu. Maar ze houden ook mogelijkheden in om biodiversiteit te integreren in de stad. ● Het behoud van de aanwezige biotopen moet voorrang krijgen ● In het resultaat voor een “dichtbebouwde stad” moet de context van de BAF worden weergegeven naargelang van de toestand op het perceel en het grote gewicht van de tuin in volle grond of het intensief groendak ● Beperking van de BAF wat fauna en economisch en cultureel potentieel betreft 35 Contact MATRIciel s.a. Maggy HOVERTIN Bio-ingenieur Place de l’Université 25, Etg.2. 1348 Louvain-la-Neuve : 010 24 15 70 E-mail: [email protected] DANK U… 36