Een tuinvijver is diervriendelijk De droom van veel tuinbezitters is een vijver, met Waterlelies en andere waterplanten, met Gele Lissen langs de oever, met vissen, kikkers en salamanders. Een vijver, zelfs een vijvertje, brengt leven in de brouwerij. Het glinsterende water geeft de tuin een bijzondere sfeer. Een watertje maakt de tuin extra aantrekkelijk voor dieren. Behalve de dieren die erin worden gebracht, zoals de vissen, komen ook allerlei andere dieren op het water af: insecten, kikkers, padden en salamanders, die er hun eieren in leggen, omdat hun larven in het water leven en vogels en zoogdieren, die er komen drinken. De eerste bewoners van een nieuwe vijver zijn waterinsecten. Het is verrassend hoe snel deze een nieuwe vijver vinden. Schaatsenrijders, Bootsmannetjes en Geelgerande Waterroofkevers zijn goede vliegers die door de lucht naar de vijver komen. Fonkelend groene en hemelsblauwe waterjuffertjes zweven als mini-helikopters door de tuin, steeds terugkerend naar het glinsterende water. Soms komen voor een paar dagen grote libellen met blauw, groen, geel en zwart gevlekte lijven op bezoek. Ze leggen hun eitjes in het water, waar de larven een paar jaar doorbrengen voordat zij volwassen zijn. Waterjuffers en grote libellen komen pas als er flink wat planten in en aan de vijver groeien. Vooral een goed beplante vijver kan in korte tijd ook wemelen van de duikerwantsen en van verschillende soorten kleine waterkevers. De larven van sommige vliegensoorten leven in ondiep water. Salamanders Je hebt geluk als zwervende salamanders uit zichzelf op een gegeven moment de vijver vinden. Erheen brengen mag niet, omdat salamanders onder de Natuurbeschermingswet vallen en niet gevangen of vervoerd mogen worden: Dat geldt voor alle amfibieën en reptielen en dus ook voor kikkers. Wie toch kikkers in de vijver wil hebben, mag wel kikkerdril overbrengen. Dat heeft bovendien het voordeel dat de uit de dikkopjes voortgekomen kikkers de vijver trouw blijven. Er tegen wil en dank in gebrachte kikkers ontvluchten na enige tijd de tuin. Vissen horen in een vijver. Ze zijn bovendien nodig om muggenplagen te voorkomen. Mug- gen leggen midden in de zomer eitjes op het water. Binnen een paar dagen wemelt het van de muggenlarven. Salamanders doen wel hun best zoveel mogelijk larven op te eten, maar dat zet nauwelijks zoden aan de dijk. Stekelbaarsjes beginnen al meteen de eitjes van de muggen op te ruimen en goudvissen en voorns eten grote hoeveelheden muggenlarven. Maar goudvissen, hoe geschikt ook voor kleine watertjes, worden gewoonlijk al gauw door katten weggevangen. Reigers vissen goudvissen haast nog sneller uit de vijver dan wij ze erin brengen. Stekelbaarsjes en voorns vallen minder op en worden daardoor minder snel gevangen. Vissen eten niet alleen veel muggenlarven, maar ook jonge kikkervisjes en de eitjes en larven van salamanders. In een dichtbegroeide vijver, tussen Hoornblad, Beekmos, Waterpest, Waterviolier en Blaasjeskruid, ontsnappen gelukkig genoeg salamander- en kikkerlarven, die kans zien groot te komen. Veel vissen in een vijver houden, gaat ook ten koste van de waterinsectenwereld. Want alleen van muggenlarven leeft geen enkele vis. En het zou jammer zijn, als je `s zomers niet kunt genieten van de slanke waterjuffers en de grote libellen, die boven de vijver zweven. Vooral de jonge larven worden door vissen opgegeten. Op hun beurt leven de larven van de grote libellen later vooral van kleine vissen. Vogels Een vijver trekt ook vogels aan. Zij drinken er niet alleen, maar badderen er ook, als er een ondiepe plek aan de oever is. Zo'n ondiepe plek is absoluut nodig om te voorkomen dat egels, die te water raken, in de vijver verdrinken. Ze kunnen wel goed zwemmen, maar een steile oever van maar tien centimeter, is al een onneembare hindernis voor ze om op de veilige kant te komen. mei 1997 IVN-artikel