Viering van het H. Doopsel Begroeting door de pastor. Inleiding. Lied: Jouw leven staat aan het begin Melodie eventueel: Vernieuw Gij mij Jouw leven staat aan het begin, het heeft nog geen herinnering, het is zo weerloos en zo klein, je weet nog niet hoe het zal zijn. Jij weet nog niet wat leven is, wat liefde is en wat gemis. Jij weet nog niet van nee en ja, van ondergang en gloria. Jij huilt nog van verwondering, maar jij hoort hier, in onze kring, het water wacht, die diepe zee, geeft jou een taal een teken mee. Naamgeving. Pastor: Elk mens is uniek. Daarom ontvangt ieder kind een eigen naam, met zorg door de ouders uitgekozen. Ouders, welke naam/namen hebben jullie aan jullie kind gegeven? Ouders: ……………..(doopnaam/namen van hun kind). Pastor: Moge deze naam/namen voorgoed geschreven staan in het boek van het leven en in de palm van Gods hand. 2 Dankgebed. Allen: God, onze Vader, U bent de oorsprong van ons leven. Wij danken U, dat U deze kinderen uit liefde geboren liet worden en hen aan ons hebt toevertrouwd. Wij danken U, dat U ons telkens weer zegent met nieuw leven en ons zo aanmoedigt op U te blijven vertrouwen. Amen. Doopbeloften. Pastor: Ouders: Wat vagen jullie voor je kind van de kerk van God? Het doopsel. Pastor: Ouders, jullie kind is jullie door God gegeven. Willen jullie het opvoeden in de Geest van Jezus Christus en beloven jullie het steeds te omringen met zorg en liefde, het kwaad en onrecht in jullie leven af te wijzen en het trouw te blijven en te steunen wat de toekomst ook brengen zal? Ouders: Ja, dat beloven wij. Pastor: Peetouders, jullie zijn door de ouders gevraagd om hen bij te staan in de taak die zij op zich genomen hebben. Willen jullie hen helpen bij de geloofsopvoeding en beloven jullie hen persoonlijke zorg en belangstelling voor jullie petekind? Peetouders: Ja, dat beloven wij. Kruisteken. Pastor: De gemeenschap van Jezus Christus neemt jullie met vreugde in haar midden op. Daarom geef ik jullie in de naam van de Kerk het kruisteken, het teken van onze Verlosser, het teken van Gods liefde en trouw. 3 Pastor: N.N. moge God met jou zijn. Ouders: N.N. moge God met jou zijn. Peetouders: N.N. moge God met jou zijn. Ruimte voor een gedicht, bezinning of een muziekstuk. Lied: Mensenkind, waar kom jij vandaan. melodie: Wonen overal nergens thuis. Mensenkind, waar kom jij vandaan, amper geboren, nog geen naam, totdat twee mensen, een man en een vrouw zeggen: “wat houden wij veel van jou.” N. N. is je naam. Mensenkind, kijk de mensen nou, zij willen, niet meer zonder jou, worden je vrienden en geven een hand, nemen je mee naar het mensenland; N. N. is je naam. Mensenkind, zie de wereld aan, daar zijn wegen, om langs te gaan, ieder zijn wegen en ieder zijn naam, waarin de mensen elkaar verstaan; N. N. is je naam. Mensenkind, kijk maar naar het licht, de hemel, als een vergezicht, daar is Gods hand die je leven bewaakt, want Hij heeft jou naar zijn beeld gemaakt; kinderen veel geluk. (of N. N. is je naam ) 4 Liturgie van het woord. Lezing uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Matteüs 18, 1-5 De leerlingen kwamen Jezus vragen: “Wie is de belangrijkste in het hemelse koninkrijk?” Hij riep een kind bij zich en zette het midden in de kring. “Ik verzeker jullie,” zei Hij, “het hemelse koninkrijk kom je alleen binnen als je van gezindheid verandert en wordt als kinderen. De belangrijkste in het hemelse koninkrijk is dus hij die zich zo onbelangrijk vindt als dit kind. En wie in Mijn naam zo’n kind gastvrij ontvangt, ontvangt Mij.” Zo spreekt de Heer. Allen: Wij danken God. of Lezing uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Matteüs 28, 16-20 De elf leerlingen gingen naar Galilea, naar de berg die Jezus hun genoemd had. Toen ze Jezus zagen, vielen ze voor hem op de knieën, maar sommigen twijfelden nog. Jezus kwam dichterbij en zei tegen hen: “God heeft mij alle macht gegeven in de hemel en op aarde. Trek eropuit en maak alle volken tot Mijn leerlingen en doop ze in de naam van de Vader en van de Zoon en van de heilige Geest. Leer hun alles onderhouden wat ik jullie heb opgedragen. En, wees er zeker van: Ik ben bij jullie, van dag tot dag, tot aan de voltooiing van de wereld.” Zo spreekt de Heer. Allen: Wij danken God. of 5 Lezing uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Marcus 1, 9-11 In die tijd kwam ook Jezus, uit Nazaret in Galilea, en hij liet zich door Johannes dopen in de Jordaan. Op het moment dat Hij uit het water opstond, zag Hij de hemel openscheuren en de Geest als een duif op zich neerdalen. En er klonk een stem uit de hemel: “Jij bent Mijn geliefde Zoon, de man naar mijn hart.” Zo spreekt de Heer. Allen: Wij danken God. of Lezing uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Marcus 10, 13-16 De mensen brachten kinderen bij Jezus; ze wilden dat Hij hen zou aanraken, maar de leerlingen zeiden de mensen dat ze dat moesten laten. Toen Jezus dat zag, was Hij diep verontwaardigd: “Laat die kinderen bij Me komen, hou ze niet tegen! Want het koninkrijk van God is voor wie zijn als zij. Ik zeg jullie: Wie het koninkrijk van God niet aanvaardt zoals een kind dat doet, zal er zeker niet binnengaan.” En Hij sloeg zijn armen om hen heen, legde hen de handen op en zegende hen. Zo spreekt de Heer. Allen: Wij danken God. Ruimte voor een gedicht, bezinning of een muziekstuk. 6 Voorbeden. Allen antwoorden op iedere voorbede: “Heer onze God, wij bidden U, verhoor ons.” Gebed om bescherming en hulp. Ouders, pastor en alle aanwezigen bidden samen om bescherming en hulp voor de kinderen. De ouders strekken daarbij een hand uit boven het hoofd van hun kind. Allen: Goede God, geef dat wij onze beschermende en helpende hand nooit terugtrekken; dat wij onze handen steeds gebruiken om goed te zijn voor deze kinderen; dat wij hen altijd de hand boven het hoofd houden en dat zij in onze liefde ervaren mogen dat Gij Uw beschermende hand nooit terugtrekt. Handoplegging door de pastor. De pastor legt ieder kind afzonderlijk de hand op en zegt daarbij: N. N. de kracht van Jezus Christus die je altijd lief heeft, moge je sterken. Hij die leeft en heerst in de eeuwen der eeuwen. Allen: Amen 7 Lied: Jij kindje schrik maar niet. Melodie: In Holland staat een huis. Jij kindje, schrik maar niet, pijn doet het water niet, het water is een helder bad, jij wordt een hele lieve schat, jij hoort er nu echt bij, dit water maakt jou blij. Jij kindje, let maar op, jij hebt een goede God, Hij draagt jou in Zijn armen mee, zo golft het water van de zee, jij hoort er nu ook bij, dit water maakt jou blij. Jij kindje, wees niet bang, God helpt jou levenslang, Hij noemt jou met een lieve naam, jij mag met ons steeds verder gaan, jij hoort er nu echt bij, dit water maakt jou blij. Ruimte voor een gedicht, bezinning of een muziekstuk. 8 Geloofsbelijdenis. Allen, voor zover mogelijk, gaan staan en belijden hun geloof. Pastor: Beste ouders en peetouders, Zullen jullie weerstand bieden aan al het kwaad, het werk van de Boze en zijn verleiding? Ouders/ Peetouders: Ik zal er weerstand aan bieden. Pastor: Geloven jullie in God, de almachtige Vader, Schepper van hemel en aarde? Ouders/ Peetouders: Ik geloof. Pastor: Geloven jullie in Jezus Christus, zijn eengeboren Zoon, onze Heer, die geboren is uit de Maagd Maria, die geleden heeft, gestorven en begraven is, die uit de dood is opgestaan en zit aan Gods rechterhand? Ouders/ Peetouders: Ik geloof. Pastor: Geloven jullie in de Heilige Geest, de heilige, katholieke Kerk, de gemeenschap van de heiligen, de vergeving van de zonden, de verrijzenis van het lichaam en het eeuwig leven? Ouders/ Peetouders: Ik geloof. Pastor: Dit is ons geloof. Dit is het geloof van de Kerk, dat wij met overtuiging belijden in Jezus Christus onze Heer. In dit geloof willen jullie, jullie kinderen voorgaan. In dit geloof willen wij deze kinderen nu dopen! 9 Uitnodiging om naar de doopvont te gaan. Zegening van het doopwater. Buiten de paastijd: God, bij het begin van de wereld joeg Uw Geest als een storm over het water en het water ontving van U zijn levenskracht. Gij hebt Uw volk Israël bevrijd uit Egypte en het door het water van de Rode Zee geleid naar het Beloofde Land. Wil dit water zegenen met Uw Geest zodat deze kinderen door het Doopsel met Christus zullen leven tot in eeuwigheid. In de paastijd: Moge dit water, dat in de paasnacht gezegend is, een bron van leven zijn voor deze dopelingen. Doopsel. N. N. ik doop je in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. 10 Zalving met Heilige Olie. De algoede God, die je nieuw leven heeft gegeven uit het water en de Heilige Geest, heeft je opgenomen in zijn volk. Hij zalft je nu met het heilzame chrisma. Zoals Christus is gezalfd tot priester, koning en profeet, zo mag jij als lidmaat van zijn lichaam voor altijd delen in het eeuwig leven. Amen. Oplegging van het doopkleed. N. N. je bent bekleed met Jezus Christus en een nieuw mens geworden. Je draagt dit witte kleed als een teken van wat je geworden bent: kind van God. Moge het jou gegeven zijn te leven met een goed hart, zuiver en wit als dit doopkleed. Wij wensen je toe, dat je hierin wordt geholpen door het woord en het voorbeeld van je ouders, peetouders, familie en bekenden. Overreiking van de doopkaars. Pastor: N. N. ontvang het licht van Christus. Wij hopen dat je straks licht en warmte zult brengen aan alle mensen met wie je te maken krijgt; dat je in navolging van Christus licht voor de wereld bent. Daarom houden wij nu dit licht, deze brandende kaars, hier bij je. Want God wil dat jij straks leeft. Als een licht in de wereld. Als een verwarmend vuur voor de mensen. Als een vonk van Zijn liefde. Beste ouders en peetouders, aan jullie de taak dit licht brandend te houden. 11 Effeta Onze Heer Jezus Christus gaf aan doven het gehoor terug, de blinden het zicht ten stommen liet Hij spreken; moge Hij je geven dat je spoedig zijn woord kunt verstaan (de pastor zegent de oren), steeds het mooie van Gods schepping mag zien (de pastor zegent de ogen) en je geloof kunt belijden tot eer van God onze Vader (de pastor zegent de mond). Amen. Lied: Dank U. Dank U, voor deze nieuwe vreugde, dank U voor deze blijde dag. Dank U, dat ik met al mijn zorgen bij U komen mag. Dank U, voor alle goede vrienden, dank U, o God, voor al wat leeft. Dank U, voor wat ik niet verdiende dat U mij vergeeft. Dank U, Uw liefde kent geen grenzen, dank U, dat ik nu weet daarvan. Dank U, o God, ik wil U danken dat ik danken kan. Het Onze Vader. Allen: Onze Vader die in de hemel zijt, uw Naam worde geheiligd, uw rijk kome, uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel. Geef ons heden ons dagelijks brood en vergeef ons onze schulden, zoals wij ook vergeven aan onze schuldenaren, en breng ons niet in beproeving, maar verlos ons van het kwade. Amen. 12 Toewijding aan Maria. Pastor: Maria, u weet wat het zeggen wil zich te verheugen over de geboorte van een kind. U kent de zorg en de verantwoordelijkheid die dit met zich meebrengt. U bent Jezus voorgegaan in de levenskunst van het liefhebben. Als moeder van Christus wilt u moeder zijn van allen die in Hem geloven en Zijn weg willen gaan. U, moeder met het grote hart, wees onze voorspreekster bij God; dat Zijn zegen deze kinderen altijd mag begeleiden. Allen: Wees gegroet, Maria, vol van genade; de Heer is met u. Gij zijt de gezegende onder de vrouwen en gezegend is Jezus de vrucht van uw schoot. Heilige Maria, moeder van God, bid voor ons zondaars, nu en in het uur van onze dood, Amen. Wegzending en zegening. Ouders, ga in vrede met jullie kinderen naar huis. Omring ze met liefde en wees gelukkig met elkaar. Moge de Geest van Jezus heersen in jullie huis en Zijn vreugde wonen in jullie gezin. En u allen hier aanwezig, ga heen in vrede. Moge de zegen van God u vergezellen: de Vader, de Zoon, en de Heilige Geest. Allen: Amen. Slotlied: Lang zullen ze leven. 13 Keuzeliederen: 1) Laat de kind’ren tot Mij komen Laat de kind’ren tot Mij komen, alle, alle kind’ren. Laat de kind’ren tot Mij komen, niemand mag ze hind’ren. Want de poorten van Mijn rijk staan voor kind’ren open, laat ze allen groot en klein bij Mij binnenlopen. Laat de mensen tot Mij komen, over alle wegen. Laat de mensen tot Mij komen, houdt ze toch niet tegen. Want de poorten van Mijn rijk gaan ook voor hen open, als ze aan een kind gelijk bij Mij binnenlopen. 2) Glorie, halleluia. Zie de nieuwe hemel voor de mensen opengaan, zie de aarde leven met een hele nieuwe naam. Zie de nieuwe hemel voor de mensen opengaan, want Ik maak alles nieuw. Refrein: Glorie, glorie halleluia, want Ik maak alles nieuw. Iedereen mag leven door het water van de doop, en voor alle mensen is er toekomst, nieuwe hoop. Iedereen mag leven door het water van de doop, want Ik maak alles nieuw. Refrein: Glorie, glorie halleluia, want Ik maak alles nieuw. 3) Geef mij je hand Geef mij je hand geef mij ze allebei en vertel me even dat je niet kunt leven zonder mij, zonder mij... 14 4) Wij zijn samen onderweg, alleluia Wij zijn samen onderweg, alleluia, samen met de Heer op weg, alleluia. Met de sterren in de lucht, alleluia, met de vogels op hun vlucht, alleluia. Met de zon, de maan, de zee, alleluia, heel de schepping wandelt mee, alleluia. In het duister van de nacht, alleluia, geeft de Heer ons licht en kracht alleluia. Hij geeft toekomst, nieuwe hoop, alleluia, door het water van de doop, alleluia. Heer wil altijd met ons zijn, alleluia, met Uw kind'ren groot en klein, alleluia. 5) Kijk eens om je heen Kijk eens om je heen, kijk eens om je heen Geef elkaar een hand wij zijn niet alleen, want wij moeten samen delen samen zingen samen spelen, ook al zijn wij nog maar klein, samen spelen is pas fijn. Kijk eens om je heen, kijk eens om je heen Wij zijn in de wereld niet alleen. God kent ieder kind bij name zeg maar ja en zeg maar amen. Ook al zijn we nog maar klein God wil onze Vader zijn. 15 Feest. Verbonden met vader en moeder natuurlijk het meest met die twee. Maar ook met andere mensen, vier jij hier dit feest met ons mee. Je bent al een tijdje bij mensen, je naam is bij ons al vertrouwd. En dus is het tijd om te vieren, dat God, die je kent, van je houdt. Je bent een begrip aan het worden; steeds meer mensen noemen je naam. Ook God begint jouw naam te roepen en dus zijn wij hier tezaam. Nu mag je gaan leven met mensen, verbonden in liefde en trouw. Omdat zij vandaag bij dit doopsel Gods Naam leggen naast die van jou. Je hebt al een naam, maar je kreeg er een bij op dit feest. Want je werd gedoopt in de naam van de Vader, de Zoon en de heilige Geest. 16