les 2 : planten determineren

advertisement
Cursus natuurgids
LES 2 : PLANTEN
DETERMINEREN
2. Planten determineren, hoe doe je dat?
2.1. Vegetatieve kenmerken
2.2. Voortplantingskenmerken
2.3. APG-indeling en praktische benadering
2.4. Tot slot
2.1. Vegetatieve kenmerken
Afbeeldingenreeks 1
- Wortelstelsel
- Stengels (takken)
- Bladeren
2.1. Vegetatieve kenmerken
Wortelstelsel
- Wortelknol
- Stengelknol
- Bol
- Wortelstok
2.1. Vegetatieve kenmerken
Stengels (takken)
- Stekels, borstels : aanhangsels.
- Bladdoorns : vervormde bladeren.
- Takdoorns : vervormde twijgen.
2.1. Vegetatieve kenmerken
Bladeren
- Enkelvoudig
- Samengesteld uit (deel)blaadjes
2.1. Vegetatieve kenmerken
Bladeren
- Drietallig en handvormig samengesteld
- Veervormig samengesteld of geveerd
2.1. Vegetatieve kenmerken
Bladeren
- Meervoudig samengesteld
- Dubbel drietallig, 2-3 x geveerd
2.1. Vegetatieve kenmerken
Bladeren
- Insnijdingen van de bladrand (≤ 15 %)
- Insnijdingen van de bladschijf (> 15%)
2.1. Vegetatieve kenmerken
Bladeren
- Insnijdingen van de bladschijf
2.2. Voortplantingskenmerken
Afbeeldingenreeks 2
- Huishouding en geslacht
- Meeldraden
- Stamper(s)
- Bloemstructuur
- Bestuiving
- Kegelbloem
- Vruchten
2.2. Voortplantingskenmerken
Huishouding en geslacht
- Eenhuizig of tweehuizig.
- Eenslachtig of tweeslachtig.
Plant
Bloem
2.2. Voortplantingskenmerken
Meeldraden
- Helmdraad
- Helmknop
- Helmbinding
- Stuifmeelzakje
2.2. Voortplantingskenmerken
Stamper(s)
- Vruchtbeginsel met zaadknoppen
- Stijl
- Stempel
1
meer
2.2. Voortplantingskenmerken
Kegelbloem
- Naaktzadigen : GEEN stamper!
- Zaadknoppen op de vliezige schubben van een kegel, die na
bevruchting houtig wordt (de meeste naaldbomen) of vlezig
(Jeneverbes).
- Soms is de kegel gereduceerd tot 1 zaadknop en in dit geval
wordt een vlezige zaadrok gevormd die ontstaat uit de top
van de zaadstreng of zaadsteel (Taxus, Ginkgo).
Fijnspar : kegelbloem
Grove den : houtig geworden kegelbloem
Gewone jeneverbes : kegelbes
Taxus : zaad met
open zaadrok
Ginkgo : zaad met
gesloten zaadrok
2.2. Voortplantingskenmerken
Bloemstructuur
- Bovenstandig vruchtbeginsel
- Onderstandig vruchtbeginsel
Tulp : bovenstandig vruchtbeginsel
Sneeuwklokje : onderstandig vruchtbeginsel
2.2. Voortplantingskenmerken
Bestuiving
- Wie?
- Zelfbestuiving
- Kruisbestuiving
- Hoe?
- Windbestuiving
- Insectenbestuiving
2.3. APG-indeling en praktische benadering
Indeling of classificatie
- Rangschikking in groepen van planten op basis van
gemeenschappelijke kenmerken.
- Niveau = taxon (meervoud : taxa).
2.3. APG-indeling en praktische benadering
Indeling of classificatie
- Rijk
- Afdeling
- Klasse
- Orde
- Familie
- Geslacht
- Soort
2.3. APG-indeling en praktische benadering
APG ?
- Angiosperm Phylogenetic Group.
- Groep voor de genetische studie van Bedektzadigen.
- Classificatie van Bedektzadigen via DNA-onderzoek.
- APG 1 : 1999.
- APG 2 : 2004 (Heukels).
- APG 3 : 2009 (determinatiesleutel NP CVN).
2.3. APG-indeling en praktische benadering
APG 3
- Is er veel veranderd in de classificatie?
- Helemaal niet : Carl Linnaeus en in zijn kielzog talrijke
botanici zaten er voor 95% pal op via vormkenmerken.
- Convergentie : op verschillende tijdstippen tijdens de
evolutie zijn zeer gelijkende tot identieke vormen ontstaan.
2.3. APG-indeling en praktische benadering
APG 3
- Traditionele indeling versus APG 3.
Primitieve tweezaadlobbigen : op een ander
tijdstip ontstaan tijdens de evolutie.
2.3. APG-indeling en praktische benadering
APG 3
- Primitieve tweezaadlobbigen in Europa.
- Waterleliefamilie (Waterlelie, Gele plomp).
- Pijpbloemfamilie (Pijpbloem, Mansoor).
- Laurierfamilie (Laurier).
- Magnoliafamilie (Magnolia, Tulpenboom).
Witte waterlelie
Gele plomp
Gewone pijpbloem
Mansoor
Laurier
Gewone magnolia
Amerikaane tulpenboom
2.3. APG-indeling en praktische benadering
Praktische groepen
- Bevatten families, geslachten, of planten met minstens 1
opvallend gemeenschappelijk kenmerk.
- Hebben geen taxonomische betekenis.
- Waarom praktische groepen gebruiken ?
- Omdat de afbakening van taxa bij planten gebeurt via een
geheel kenmerken dat alleen door ervaren botanici in zijn
totaliteit begrepen kan worden.
2.3. APG-indeling en praktische benadering
Praktische groepen : voorbeeld
Determineren : welke plantenfamilie ?
Determineren : welke plantenfamilie ?
Determineren : welke plantenfamilie ?
Determineren : welke plantenfamilie ?
Determineren : welke plantenfamilie ?
2.4. Tot slot
2.4.1. Zijn er vragen?
2.4.2. Wat vind je van de les?
2.4.3. Praktische afspraken
Download