Register op Bijbelplaatsen

advertisement
versie: maart 2011
REGISTER OP BIJBELPLAATSEN
van liederen uit de bundels:
code
uitgever
ALLES WORDT NIEUW
DIENSTBOEK … (deel 1 ‘geel’) Liturgische Gezangen
EEN PLAATS ONTZEGD..
FILIPPUS LIEDERENBOEK
LITURGISCHE GEZANGEN I en II
PETRUS EN PAULUS BUNDEL (de psalmen)
TUSSENTIJDS
WOORD OP WIEKEN
ZINGEND GELOVEN deel 1
ZINGEND GELOVEN deel 2 *
ZINGEND GELOVEN deel 3
ZINGEND GELOVEN deel 4
ZINGEND GELOVEN deel 5
ZINGEND GELOVEN deel 6
ZINGEND GELOVEN deel 7
ZINGEND GELOVEN deel 8
LIEDEREN EN GEBEDEN UIT TAIZÉ (Gooi & Sticht 1994)
ZINGENDE GEZEGEND (A.F. Troost)
ZINGT GOD TER ERE
AWN
Die
EPO
FIL
LG & LGII
P&P
TT
WOW
ZG1
ZG2
ZG3
ZG4
ZG5
ZG6
ZG7
ZG8
Tai
Tro
ZGTE
Callenbach
Boekencentrum
Bosch & Keuning
Traktaakgenootschap Filippus
Gooi & Sticht
Gooi & Sticht
Boekencentrum & Kok
Cantoraat Oude Kerk, A'dam
Boekencentrum
Boekencentrum
Boekencentrum
Boekencentrum
Boekencentrum
Boekencentrum
Boekencentrum
Boekencentrum
Gooi & Sticht
Boekencentrum
Centrum voor de Kerkzang
* volgens de nieuwe nummering; achter de titel is de oude nummering aangegeven [oud: ..] van de
losbladige uitgaven uit 1983
Vet bij de aanduiding op bijbelplaats wil zeggen dat de het lied op meerdere hoofdstukken betrekking
heeft.
De indeling (en - eerste - naam) van de bijbelboeken is volgens de NBV
(de Deutero-canonieke boeken staan achter het Oude Testament)
OUDE TESTAMENT
GENESIS
GEN.
Gen.
Gen. 1
Gen. 1
Gen. 1
Gen. 1
Gen. 1
Gen. 1
Gen. 1
Gen. 1
Gen. 1
Gen. 1
Gen. 1
Gen. 1
Gen. 1
Gen. 1
Gen. 1, 2
Gen. 1, 2
Gen. 1: 1-2:3
Gen. 1: 2b
ZG2 104
LGII-54
TT 100
TT 165
TT 183
TT 184
TT 20
TT 21
TT 56
ZG3 19
ZG4 51
ZG5 74
ZG6 44
ZG6 52
ZG7 34
AWN 1, 1
AWN 1, 2
ZG3 84
WOW 24
zie ook de bundel: LIEDEREN VAN HET BEGIN (Boekencentrum)
Gij die de wereld hebt gemaakt [oud: ZG 167]
Ten dage dat Hij maakte
O God, die uit het water
Licht, ontloken aan het donker
Zij zit als een vogel
Wij danken U God voor het lieve licht
Die chaos schiep tot mensenland
In het begin lag de aarde verloren
Heel de schepping, prijs de Heer
Zeg het aan ieder dat Hij leeft
Bron van het zijnde
Op de dag, toen de wereld nog woestijn was
Ons lied put uit de bronnen
Op het woeste water zweeft de Geest van God
De oorsprong van leven en licht
Het lied van het begin
Scheppingslied
Een twee drie [=ZG7 35]
Lied van de vogel Gods (vs. 2)
-2-
Gen. 1: 3-5
Gen. 1: 3-5
Gen. 1: 3-5
Gen. 1: 29
Gen. 2
Gen. 2
Gen. 2
Gen. 2
Gen. 2
Gen. 2
Gen. 2
Gen. 2
Gen. 2: 8-17
Gen. 2: 8-25
Gen. 3
Gen. 4
Gen. 4: 3-15
Gen. 4: 9
Gen. 4: 10
Gen. 4: 10
Gen. 4: 23-24
Gen. 6, 7, 8
Gen. 6: 9 e.v.
Gen. 6-9
Gen. 7
Gen. 7, 8
Gen. 7-9
Gen. 8
Gen. 8
Gen. 8
Gen. 8: 8-12
Gen. 8:22
Gen. 8-9
Gen. 9
Gen. 9
Gen. 9: 8-17
Gen. 9: 12-17
Gen. 11: 1-9
Gen. 11: 1-9
Gen. 11: 7
Gen. 12
Gen. 12
Gen. 12: 1
Gen. 12: 1-4
Gen. 12: 1-9
Gen. 12:1
Gen. 15
Gen. 15: 1-6
Gen. 15: 5
Gen. 17:15-16
Gen. 18:1-15
Gen. 21:12
Gen. 22
Gen. 22: 8
Gen. 23
Gen. 23
Gen. 24
TT 118
TT 185
ZG2 145
Tro 1
AWN 1, 1
AWN 1, 2
TT 195
TT 21
ZG2 74
ZG3 45
ZG5 74
ZG8 45
TT 77
ZG2 113
Tro 109
ZG8 46
EPO 8
TT 101
TT 134
ZG2 99
ZG7 36
Tro 206
ZG3 85
LGII-49
ZG785
Tro 138
AWN 1, 3
TT 100
ZG7 21
ZG7 22
WOW 24
TT 164
AWN 2, 2
AWN 2, 2
ZG6 44
Tro 2
ZG4 52
AWN 1, 4
Tro 119
ZG2 95
TT 22
ZG8 47
Tro 191
ZG6 39
AWN 2, 3
TT 208
ZG8 47
ZG6 39
Tro 108
TT 23
TT 23
TT 23
ZG8 47
ZG8 75
TT 23
ZG3 55
AWN 3, 1
Licht dat ons aanstoot in de morgen
Licht om te leven de duisternis voorbij
Licht om te leven [oud: ZG 255]
Zingende gezegend
Het lied van het begin
Scheppingslied
Hoog in de hemelen heeft God gesproken
In het begin lag de aarde verloren
Hoog in de hemelen [oud: ZG 117]
Als enkeling noem ik de namen
Op de dag, toen de wereld nog woestijn was
Niet zonder de aarde
Ik ben in mijn hof gekomen
De mens, gemaakt uit aarde [oud: ZG 184]
De wereld is opnieuw begonnen
De stad van Kaïn
Zij offerden tezaam tot God
Stem als een zee van mensen
Scheur toch de wolken weg en kom
Scheur toch de wolken weg en kom (vs 2) [oud: ZG 162]
Ken je wel het lied van Lamech
O God, de aarde vergaat
Zeshonderd jaar is Noach oud [=ZG7 37]
Om wat misdaan wordt
Wanneer het water ons te na komt
Een vogel komt gevlogen
Noach
O God, die uit het water
Kom vogel, we laten je vrij
Ik weet van een vogel
Lied van de vogel Gods (vs. 3)
In U zijn wij begrepen
Het lied van de goede regen
Het lied van de goede regen
Ons lied put uit de bronnen
In zeven kleuren rijst omhoog
Een boog van licht en leven
De toren van Babel
Hoog aan de hemel straalt
O Babylon, o Babylon [oud: ZG 158]
Abraham, Abraham
Nu klinkt een danklied
Geld maakt geen mens ooit rijk
U die mij ooit de sterren wees
Abraham
Door de wereld gaat een woord
Nu klinkt een danklied
U die mij ooit de sterren wees
De toekomst staat geschreven
Zij is een vrouw van naam in Israël
Zij is een vrouw van naam in Israël
Zij is een vrouw van naam in Israël
Nu klinkt een danklied
Als ik in deze stille tijd
Zij is een vrouw van naam in Israël
Toen onze moeder Sara was gestorven
Rebeka wordt de bruid
-3-
Gen. 27: 1-40
Gen. 28
Gen. 28
Gen. 28
Gen. 28
Gen. 28: 10-15
Gen. 28: 10-19
Gen. 28: 10-22
Gen. 28: 10-22
Gen. 28: 10-22
Gen. 28: 10-22
Gen. 28:10-19
Gen. 28:22
Gen. 32
Gen. 32: 22-32
Gen. 32: 29
Gen. 34
Gen. 34 e.v.
Gen. 35: 9-15
Gen. 37: 1-11
Gen. 37: 1-45
Gen. 37-50
Gen. 37-50
Gen. 40
Gen. 49: 18
AWN 4, 1
Fil 52
ZG5 1
ZG6 53
ZG7 22
AWN 2, 4
Tro 250
AWN 1, 5
Tro 143
Tro 3
ZG5 5
TT 54
TT 1
ZG5 6
AWN 3, 2
ZG5 7
TT 210
ZG2 94
ZG6 53
ZG3 57
AWN 1, 6
ZG6 54
ZG7 38
Tro 209
Tro 4
Jakob krijgt de zegen mee
Jakob is gekomen
De vreugde voert ons naar dit huis
Wie eenmaal werd gezegend
Ik weet van een vogel
Jakob droomt
De avond valt – nu is een eind gekomen
Jakob in het huis van God
Geworteld in de aarde
Wat moet ik moederziel alleen
Het eerste licht raakt Jacob aan
Zo dor en doods
De vreugde voert ons naar dit huis
De man die uit den vreemde kwam
Jakob
Spelbreker
Samen op de aarde
Samen op de aarde [oud: ZG 157]
Wie eenmaal werd gezegend
"Ik droomde een droom" [=ZG7 39]
De dromen
Jozef gaat de vreemde wegen
Hij wandelt in zijn koningsjas
Zwart heet wit en goed heet slecht
Uw heil verwacht ik, Here
EXODUS
Ex.
Ex.
Ex.
Ex. 1: 15-22
Ex. 2
Ex. 2
Ex. 2: 1-5
Ex. 3, 4: 1-17
Ex. 3, 4: 1-18
Ex. 3: 6,14
Ex. 3: 12-14
Ex. 4: 29-31
Ex. 6: 19
Ex. 12
Ex. 12
Ex. 12
Ex. 12
Ex. 12
Ex. 12: 29-42
Ex. 12: 31-39
Ex. 13, 14, 15
Ex. 13: 17-22
Ex. 13: 17-22
Ex. 13: 17-22
Ex. 13: 21-22
Ex. 13: 21-22
Ex. 14
Ex. 14
Ex. 14
ZG5 8
ZG7 45
ZG8 48
ZG7 40
AWN 2, 5
Tro 191
ZG7 41
ZG6 55
ZG7 42
TT 140
TT 202
TT 167
ZG7 41
TT 160
ZG1 35
ZG1 36
ZG4 16
ZG5 46
TT 24
AWN 1, 7
Tro 5
TT 24
TT 25
TT 78
TT 113
TT 122
AWN 1, 8
TT 100
TT 167
Een kind wordt gered (Ballade van Mirjam)
Wij gaan met heel Gods volk
Wat geschreven staat
Jakobs zonen
Mozes’ moeder zingt
Geld maakt geen mens ooit rijk
Jij bent niet meer van mij
Jou heb ik lief
De engel zei tot Mozes
Vanwaar zijt Gij gekomen
Kom, God, en schrijf uw eigen Naam
De toekomst is al gaande
Jij bent niet meer van mij
Op de avond toen de uittocht
Vannacht zal het wonder gebeuren
Hoort, mensenbroeders
Op de avond, toen de uittocht [=ZG7 16]
Vanavond zullen wij weten
Wij gaan met heel Gods volk
De uittocht
Wij gaan met heel Gods volk
Wij gaan met heel Gods volk
Met Mozes zijn wij meegegaan
Roept God een mens tot leven
Hij die gesproken heeft een woord dat gáát
Die ons schiep
De doortocht
O God, die uit het water
De toekomst is al gaande
-4-
Ex. 14
Ex. 14
Ex. 14
Ex. 14
Ex. 14
Ex. 14
Ex. 14: 19-22
Ex. 15
Ex. 15
Ex. 15
Ex. 15: 1-18
Ex. 15: 1-21
Ex. 16
Ex. 16
Ex. 16
Ex. 16
Ex. 16: 4-20
Ex. 16: 31
Ex. 16-17
Ex. 17
Ex. 17
Ex. 17: 1-16
Ex. 17: 5-6
Ex. 17: 8-16
Ex. 17: 8-16
Ex. 19: 4
Ex. 20
Ex. 20: 1
Ex. 20: 1
Ex. 20: 1-17
Ex. 20: 1-17
Ex. 20: 1-18
Ex. 20: 2-17
Ex. 20: 2-17
Ex. 20: 2-17
Ex. 20: 2-17
Ex. 20: 2-17
Ex. 20: 2-17
Ex. 20: 2-17
Ex. 20: 2-17
Ex. 20: 2-17
Ex. 20: 4,5
Ex. 20: 18-21
Ex. 20: 34
Ex. 23: 16
Ex. 24 – 32:21
Ex. 24: 10
Ex. 31: 18
Ex. 31: 18
Ex. 32
Ex. 32
Ex. 32
Ex. 34: 28
Ex. 34: 28
TT 24
Wij gaan met heel Gods volk
TT 25
Met Mozes zijn wij meegegaan
TT 78
Roept God een mens tot leven
ZG1 58
Met Mozes zijn wij mee gegaan
ZG6 57
Wij trekken door de zee [=ZG7 44]
ZG6 58
Uit het slavenhuis getogen [=ZG7 43]
TT 149
Op de berg van het verbond
LG 71
Ik zing voor de Heer en prijs zijn gezag
TT 24
Wij gaan met heel Gods volk
ZG6 57
Wij trekken door de zee [=ZG7 44]
AWN 1, 9
Het lied van Mozes en Mirjam
ZG1 59
De koning van Egypteland
Tro 5
Wij gaan met heel Gods volk
TT 24
Wij gaan met heel Gods volk
TT 27
Zomaar te gaan met een stok in je hand
ZG6 58
Uit het slavenhuis getogen [=ZG7 43]
ZG2 79
Eens aten de vaderen in de woestijn [oud: ZG 131]
TT 66
Het brood, het goede brood
AWN 2, 6
Zomaar te gaan
AWN 2, 6
Zomaar te gaan
TT 27
Zomaar te gaan met een stok in je hand
TT 24
Wij gaan met heel Gods volk
TT 167
De toekomst is al gaande
Tro 5
Wij gaan met heel Gods volk
Tro 7
Houdt hoog uw staf tot God geheven
ZG3 58
Langs de luchten snelt een spoor
Tro 5
Wij gaan met heel Gods volk
TT 147
Het waren tien geboden
TT 167
De toekomst is al gaande
TT 24
Wij gaan met heel Gods volk
TT 26
Wij kiezen voor de vrijheid
ZG7 46
De woorden alle tien
Die 28 t/m 34 [gezongen keervers bij gesproken tekst]
Die 30
Zie naar ons om
Die 31
Geprezen zijt Gij
Die 35
Wij geloven met hart en ziel
Die 36
[gezongen keervers bij gesproken tekst]
Die 37
Met uw woord in ons hart
Die 38
Dit is mijn woord
Die 39
Tien levensregels gaf de Heer
Die 40
Wij kiezen voor de vrijheid
ZG6 66
Hé, jij, god met oren [=ZG7 58]
TT 149
Op de berg van het verbond
TT 157
Gedenken wij dankbaar de daden des Heren
ZG2 151
God is in zijn gaven goed [oud: ZG 262]
ZG4 55
Mozes
[=ZG7 47]
ZG6 63
Wie weet van uw geschonken land
TT 147
Het waren tien geboden
ZG1 13
Het waren tien geboden [=ZG7 12]
Tro 5
Wij gaan met heel Gods volk
TT 24
Wij gaan met heel Gods volk
ZG1 12
Veertig dagen, veertig nachten
TT 147
Het waren tien geboden
ZG1 13
Het waren tien geboden [=ZG7 12]
-5-
LEVITICUS
Lev.
Lev.
Lev.
Lev. 13
Lev. 16
Lev. 23: 33-34
Lev. 25: 8,9
ZG3 59
ZG3 60
ZG4 56
ZG8 59
TT 152
TT 120
ZG4 57
De aangewezen weg
De aangewezen weg
Wanneer Hij roept
God heeft een kring getrokken
Wie zal voor God verschijnen
Zo vriendelijk en veilig als het licht
Mozes is gestorven [=ZG7 48]
NUMERI
Num.
Num. 5
Num. 6: 24-27
Num. 6: 24-27
Num. 6: 24-27
Num. 6: 25
Num. 6: 25
Num. 9
Num. 9
Num. 10
Num. 11: 4-35
Num. 13
Num. 13, 14
Num. 20
Num. 20: 1-13
Num. 20: 2- 5
Num. 20: 2-13
Num. 21: 4-9
Num. 21: 4-9
Num. 21: 4-9
Num. 22 - 24
Num. 24: 17
Num. 32: 13
Num. 32: 13
ZG5 8
ZG8 59
TT 116
TT 122
TT 211
TT 180
ZG6 16
TT 110
ZG3 20
ZG3 20
WOW 46
ZG6 49
Tro 8
TT 49
Tro 5
TT 167
TT 24
Tro 147
Tro 5
TT 24
ZG5 9
TT 141
TT 147
ZG1 13
Een kind wordt gered (Ballade van Mirjam)
God heeft een kring getrokken
De Levende zegene en behoede u
Die ons schiep
God, schenk ons de kracht
Heilige Geest, Gij zijt als de wind
Heilige Geest, Gij zijt als de wind
Reizend naar het land van ons verlangen
't Zal Pasen zijn in de woestijn
't Zal Pasen zijn in de woestijn
Lied van de kwakkels
Ongeziene vreemde verten
Mijn kind, ga niet terug
De steppe zal bloeien
Wij gaan met heel Gods volk
De toekomst is al gaande
Wij gaan met heel Gods volk
Ontferm U Heer – het einde van ons leven
Wij gaan met heel Gods volk
Wij gaan met heel Gods volk
De mens met een geopend oog
Als een ster in lichte luister
Het waren tien geboden
Het waren tien geboden [=ZG7 12]
TT 167
ZG6 66
TT 101
TT 26
Tro 9
TT 62
TT 28
TT 53
ZG3 25
TT 214
ZG2 98
LG 248
TT 92
TT 113
WOW 28
ZG3 58
ZG6 28
ZG5 10
TT 147
zie ook de bundel: DE WOORDEN GEZONGEN (Boekencentrum)
De toekomst is al gaande
Hé, jij, god met oren [=ZG7 58]
Stem als een zee van mensen
Wij kiezen voor de vrijheid
Hoor Israël, de Here
Wie oren om te horen heeft
Hoor. Maar ik kan niet horen
Zoals een moeder zorgt
Zwoegend volk van zwervelingen
Voor hen die ons regeren
Ach Heer, geef vrede aan het land [oud: ZG 161]
Het Woord dat ik jou geef (canon)
Het woord dat ik jou geef
Hij die gesproken heeft een woord dat gáát
Een lied tot God de arend
Langs de luchten snelt een spoor
Ik zoek U in den blinde (Een lied tot God de arend)
Veel hoger dan Abraham klom
Het waren tien geboden
DEUTERONOMIUM
DEUT.
Deut. 1: 31
Deut. 4: 15-19, 28
Deut. 4: 30-40
Deut. 5: 6-21
Deut. 6: 4- 9
Deut. 6: 4-10
Deut. 6: 4-25
Deut. 10: 12
Deut. 11: 8-32
Deut. 17: 8-20
Deut. 20: 1-20
Deut. 30
Deut. 30: 11,14
Deut. 31: 1-8
Deut. 32: 11
Deut. 32: 11
Deut. 32: 11
Deut. 32: 48 e.v.
Deut. 34
-6-
Deut. 34
Deut. 34
Deut. 34: 1- 7
Deut. 34: 1-12
ZG1 13
ZG1 23
AWN 4, 2
TT 91
Het waren tien geboden [=ZG7 12]
Dit is het land dat de Heer belooft
Mozes
Gij hebt met groot geduld
JOZUA
Joz.
Joz. 1:8
Joz. 1-6
Joz. 3
Joz. 3
Joz. 4
Joz. 4
Joz. 4
Joz. 4: 19
Joz. 5, 6
Joz. 5, 6
Joz. 5, 6
Joz. 5: 10
Joz. 6
Joz. 6
Joz. 6
Joz. 7
Joz. 23
Joz. 24
Joz. 24
Joz. 24
ZG6 58
TT 20
ZG4 57
Tro 295
TT 24
AWN 4, 3
Tro 5
TT 24
ZG4 57
AWN 1, 10
Tro 185
Tro 5
ZG4 57
Tro 186
TT 24
ZG4 57
Tro 61
ZG4 58
TT 212
ZG4 57
ZG5 81
Uit het slavenhuis getogen [=ZG7 43]
Die chaos schiep tot mensenland
Mozes is gestorven [=ZG7 48]
Jozua, zie ons hier staan
Wij gaan met heel Gods volk
Waarom staan die stenen daar
Wij gaan met heel Gods volk
Wij gaan met heel Gods volk
Mozes is gestorven [=ZG7 48]
Jericho
O Geest van God, die wind en vuur
Wij gaan met heel Gods volk
Mozes is gestorven [=ZG7 48]
Zing met ons mee uit alle macht
Wij gaan met heel Gods volk
Mozes is gestorven [=ZG7 48]
Als Jozua gekomen
Wij reizen rusteloos
Te doen gerechtigheid
Mozes is gestorven [=ZG7 48]
Te doen gerechtigheid
RECHTERS [RICHTEREN]
Ri. 7
Ri. 9: 7-20
Ri. 9: 8-15
Ri. 9: 8-15
Ri. 13-16
Ri. 13-17
AWN 3, 3
AWN 4, 4
ZG3 87
ZG7 49
AWN 2, 7
ZG4 59
Dit is het lied van Gideon
De fabel van Jotham
De bomen
Wij zijn de bomen
Simson
Zegevierend komt hij schijnen
RUTH
Ruth
Ruth
Ruth 1
Ruth 1: 16,17
Ruth 1: 16,17
Ruth 2
AWN 4, 5
ZG4 60
Tro 191
ZG6 59
ZG6 60
Tro 10
Ruth
De boeren werden nieuw geboren
Geld maakt geen mens ooit rijk
Jouw vreemde land wordt mijn land (mel. Planinga)
Jouw vreemde land wordt mijn land (mel. De Vries)
Kom bedroefde vrouw
1 SAMUËL
1 Sam.
1 Sam. 2: 1-10
1 Sam. 2: 1-10
1 Sam. 3: 1-10
1 Sam. 9 vv
ZG7 50
TT 68
ZG4 61
AWN 2, 8
AWN 4, 6
Samuel
Mijn ziel maakt groot de Heer
Mijn hart is vrolijk om jou
Samuël
Koning Saul
-7-
1 Sam. 16
1 Sam. 16
1 Sam. 16
1 Sam. 16: 1-13
1 Sam. 16: 1-13
1 Sam. 16: 14-23
1 Sam. 16: 14-23
1 Sam. 17
1 Sam. 17
1 Sam. 17
1 Sam. 17: 20-52
1 Sam. 18
1 Sam. 20
1 Sam. 22, 23
1 Sam. 24, 26
Tro 11
ZG4 40
ZG7 51
AWN 3, 4
Tro 107
Tro 107
ZG4 23
Tro 107
Tro 11
ZG6 61
AWN 1, 11
AWN 4, 7
Tro 11
Tro 11
Tro 11
Ik zing u van een herderszoon
Lieve God, kom toch ter sprake
Zeg herdertje
David
Christuskind van Bethlehem
Christuskind van Bethlehem
Gods adem waait zijn woorden uit de hoge
Christuskind van Bethlehem
Ik zing u van een herderszoon
Geen nood als de reus zich driest vertoont [=ZG7 52]
Reus Goliath
David, speel nog eens voor mij
Ik zing u van een herderszoon
Ik zing u van een herderszoon
Ik zing u van een herderszoon
2 SAMUËL
2 Sam. 1 : 19vv
2 Sam. 23: 2-4
2 Sam. 6
2 Sam. 6
2 Sam. 6, 9, 11
ZG4 62
TT 5
ZG6 62
ZG7 54
Tro 11
Mijn God, uw volk, gevallen is het nu
In de veelheid van geluiden
Kom mee, zei David, allemaal [=ZG7 53]
Zie al die mensen
Ik zing u van een herderszoon
1 KONINGEN
1 Kon. 3: 6-15
1 Kon. 9: 3
1 Kon. 10: 1-13
1 Kon. 16: 29–17:6
1 Kon. 17, 18, 19
1 Kon. 17: 8-16
1 Kon. 18: 20-46
1 Kon. 19
1 Kon. 19: 1-8
1 Kon. 19: 8
1 Kon. 19: 8
ZG7 55
ZG5 4
AWN 4, 8
ZG6 63
ZG5 11
ZG6 39
AWN 2, 9
Tro 13
Tro 12
TT 147
ZG1 13
De koning heeft gebeden
Dat uw ogen dag en nacht
De koningin van Scheba
Wie weet van uw geschonken land
De vogels brengen brood (Ballade van Elia)
U die mij ooit de sterren wees
Elia
Heer, houd mij vast
Neemt en gedenkt
Het waren tien geboden
Het waren tien geboden [=ZG7 12]
2 KONINGEN
2 Kon. 2
2 Kon. 5
2 Kon. 5
2 Kon. 6: 8-23
2 Kon. 7: 9
Tro 191
Tro 14
TT 100
Tro 15
Tro 16
Geld maakt geen mens ooit rijk
Generaal Naäman, helemaal melaats
O God, die uit het water
Opent de vensters van uw ogen
Dit is een dag van goede bootschap
1 KRONIEKEN
1 Kron. 29: 10-20
Tro 17
Gelooft zijt Gij, God onze Heer
EZRA
Ezra 8: 22
Tro 18
Ik schaam mij om te vragen
-8-
NEHEMIA
Neh.
Neh. 2: 20
ZG3 61
Tro 19
Groot en geducht is Hij
Het zal ons waarlijk wel gelukken
ESTER [ESTHER]
Est.
AWN 4, 9
Esther wordt de koningin
JOB
Job
Job
Job 6
Job 7
Job 14: 1-12
Job 14: 18-22
Job 19: 25-27
Job 35: 36
Job 35: 36
Job 38: 4, 5
Job 42: 3-5
Job 42: 5
AWN 4, 10
ZG4 63
TT 205
TT 205
ZG2 117
ZG2 117
LG 224
WOW 30
ZG6 24
ZG8 52
ZG8 52
ZG4 63
Job
Van horen zeggen weten wij
Ik sta voor U in leegte en gemis
Ik sta voor U in leegte en gemis
De mens, geboren uit de vrouw [oud: ZG 193]
De mens, geboren uit de vrouw [oud: ZG 193]
Ik geloof dat mijn bevrijder leeft
Een lied over de haan (‘Wie gaf de haan besef’)
Wie gaf de haan besef
Geen taal bij machte
Geen taal bij machte
Van horen zeggen weten wij
PSALMEN
Ps. 1
Ps. 2: 12
Ps. 4
Ps. 4
Ps. 6
Ps. 8
Ps. 8
Ps. 8
Ps. 8
Ps. 8
Ps. 8
Ps. 8
Ps. 8
Ps. 8
Ps. 8
Ps. 8-I
Ps. 8-II
Ps. 10: 12
Ps. 13
Ps. 14
Ps. 16
Ps. 18: 29
Ps. 18: 29
Ps. 18: 29
Ps. 19
Ps. 19-I
Ps. 19-II
Ps. 22
Ps. 22-I
Ps. 22-II
Ps. 23
Ps. 23
ZG8 53
ZG4 69
P&P 97
TT 121
ZG1 53
AWN 2, 1
TT 119
TT 29
TT 30
TT 98
ZG4 64
ZG5 12
ZG5 75
ZG5 77
ZG8 45
LG 32
LG 99
TT 16
LG 168
LG 172
LG 223
Tai 19
Tai 19
Tai 19
LG 227
LG 104
LG 40
LGII-33
LG 112
LG 148
AWN 4, 11
EPO 10
Leven als de bomen
Hij die de hoge bomen
Als ik U aanroep
De dag gaat nu bij ons vandaan
Straf mij in uw gramschap niet
Wanneer ik naar Uw hemel kijk
Zoals een bloem zijn kelk heft naar de zon
Heer, onze Heer, hoe machtig is uw Naam
Heer, onze Heer, hoe heerlijk is
In de schoot van mijn moeder geweven
Hoe heerlijk, Heer, breidt overal
Heer, onze Heer, hoe heerlijk is uw naam
Zoals een bloem zijn kelk heft naar de zon
In de schoot van mijn moeder geweven
Niet zonder de aarde
Heer onze Heer, hoe machtig is uw naam [=P&P 98]
Heer onze Heer, hoe machtig [=P&P 99]
Laat ons bidden uit gemis
Dan nog (canon)
Niksers, leeghoofden - lied naar ps. 14
God bewaar mij [=P&P 100]
C’est toi ma lampe, Seigneur
Jo bin myn lampe o Hear
Mijn lamp ontsteekt U
De hemel ontvouwt [=P&P 101]
De hemel ontvouwt
Het woord des Heren is volmaakt [=P&P 102
Liefde, wanhoop
Gij zijt mijn God
God mijn God [=P&P 103]
Een lied van David
Mijn herder is de Heer in wien
-9-
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
Ps.
23
23
23
23
23
23-I
23-II
24
24
25
25
25: 15
25-I
25-II
25-III
27
27
27
27
27: 1
27: 4-10
27: 7-9
27: 14
30
31
31
31: 1-6,15-19
31: 3-4
33
33: 21-21
33: 21-21
34
42
42
42
42
42
42
43
44
45
46
46
46
47
48
51
51
57: 2
61
62: 2
62: 2
63
63
63: 1-6,8-9
63: 1-8
65
P&P 104
TT 31
ZG3 63
ZG6 64
ZG8 31
LG 31
LG 30
LG 115
LGII-6
P&P 108
TT 32
TT 150
LG 18
LG 19
LG 20
Die 152
P&P 112
TT 204
TT 53
TT 120
TT 32
ZG6 88
Tai 17
LG 118
P&P 114
ZG4 65
TT 199
ZG5 44
P&P 115
Tai 8
Tai 8
P&P 116
LG 100
LGII-11
TT 129
TT 150
TT 55
TT 9
TT 55
ZG1 6
P&P 119
LG 105
TT 200
TT 215
P&P 120
TT 38
P&P 121
TT 14
TT 2
TT 122
Tai 21
Tai 21
P&P 122
TT 35
TT 33
TT 123
ZG6 41
Mijn herder is de Heer
Want mijn Herder is de Heer
Ontferming heeft God toegezegd
Was ik een schaap [=ZG7 56]
Het leven verliest zijn glans
Mijn Herder is de Heer
Mijn Herder is de Heer [=P&P 105]
Van God is de aarde [=P&P 106]
Van God is de aarde [=P&P 107]
Naar de levende
Houd mij in leven, wees Gij mijn redding
Mijn ogen zijn gevestigd
Naar U gaat mijn verlangen [=P&P 109]
Naar U gaat mijn verlangen [= P&P 110]
Houd mij in leven [= P&P 11]
Bij God ben ik geborgen
De Heer is mijn licht
Gij hemelhoog verheven
Zoals een moeder zorgt
Zo vriendelijk en veilig als het licht
Houd mij in leven, wees Gij mijn redding
Hoor mijn stem Heer
Wait for the Lord
Van U wil ik spreken
Wees mij, Heer
Een zwaluw opde vlucht voor winterstormen
Mijn leven is een splinter aan de tijd
Wees voor mij een beschuttende rots
Uw genade Heer
Mijn ziel verlangt naar de Heer
Notre âme attend le Seigneur
Ervaart het
Zoals een hert [=P&P 117]
Zoals een hert [=P&P 118]
Als tussen licht en donker
Mijn ogen zijn gevestigd
Looft de Heer, al wat gemaakt is
Wij zoeken hier uw aangezicht
Looft de Heer, al wat gemaakt is
Waak op, verlaat ons niet, o Heer
Boven mensen uit
God onze toevlucht
Zoals rivieren van de bergen stromen
Waar zou de stad van de vrede zijn
God voer omhoog
Alle einden der aarde aanschouwen het heil
Spreek tot mij
God van genade, wees ons genadig
Heer onze Heer, hoe zijt Gij aanwezig
Die ons schiep
Mijn ziel verstilt
Mon âme se repose
God, mijn God, naar U blijf ik zoeken
Nu mag uw land onder uw glimlach liggen
God, mijn God, naar U blijf ik zoeken
O vrolijk levenslicht
Aan U, Heer, brengen wij dank
- 10 -
Ps. 65: 10-14
Ps. 66
Ps. 66: 1
Ps. 66: 1
Ps. 67
Ps. 67
Ps. 67
Ps. 67
Ps. 69
Ps. 71: 5-8,20
Ps. 72
Ps. 72
Ps. 72: 1-7
Ps. 72: 12-19
Ps. 72-I
Ps. 72-II
Ps. 78: 24-25
Ps. 80
Ps. 80
Ps. 80
Ps. 80: 2
Ps. 80: 4,8,20
Ps. 84
Ps. 85
Ps. 85
Ps. 85
Ps. 85: 8
Ps. 89: 2
Ps. 89: 2
Ps. 89: 14-19
Ps. 90
Ps. 90
Ps. 90
Ps. 90: 1-2
Ps. 91
Ps. 91
Ps. 91
Ps. 91
Ps. 91
Ps. 91
Ps. 91: 2-3
Ps. 91: 11-12
Ps. 93
Ps. 93
Ps. 95
Ps. 95: 1-2
Ps. 96
Ps. 96
Ps. 96
Ps. 97
Ps. 98
Ps. 98
Ps. 98: 1
Ps. 98: 1-4
Ps. 100: 1
Ps. 103
Ps. 103
TT 184
Fil 37
Tai 22
TT 174
Die 127
P&P 124
TT 184
TT 34
P&P 125
TT 196
LGII-25
TT 5
TT 193
TT 34
LG 149
LG 209
ZG2 79
LG 114
TT 91
ZG6 89
ZG3 37
TT 13
TT 112
LG 150
TT 35
ZG8 42
Tai 35
Tai 25
Tai 25
TT 151
LG 151
P&P 130
TT 199
TT 205
LG 98
P&P 131
TT 122
TT 36
ZG2 121
ZG6 65
TT 117
TT 111
LG 125
LG 33
P&P 133
TT 174
P&P 134
TT 37
ZG2 146
LGII-9
Fil 76
P&P 137
TT 6
TT 38
Tai 39
LGII-22
P&P 138
Wij danken U God voor het lieve licht
Heel de aarde jubelt en juicht [=P&P 123]
Jubilate Deo
Zingt jubilate voor de Heer
Wij roemen in ’t kruis (Intredezang: - )
God wees ons barmhartig
Wij danken U God voor het lieve licht
Heel de aarde jubelt en juicht voor de Heer
Keer U niet af
In de ongerepte morgen
Voor kleine mensen [=P&P 127]
In de veelheid van geluiden
Zal er ooit een dag van vrede
Heel de aarde jubelt en juicht voor de Heer
Voor kleine mensen
Voor kleine mensen [=P&P 128]
Eens aten de vaderen in de woestijn [oud: ZG 131]
Wees hier aanwezig
Gij hebt met groot geduld
Die ons geroepen hebt
Hoor, herder, hoor (canon)
Wees hier aanwezig woord ons gegeven
Geef ons genadig, Here God
Genade en trouw [=P&P 129]
Nu mag uw land onder uw glimlach liggen
Horen en zien wil ik
Ostende nobis (canon)
Misericordias Domini
Uw barmhartigheid
Weest blijde nu in 't midden van het lijden
Gij zijt voor ons
Gij doet [mensen tot stof vergaan]
Mijn leven is een splinter aan de tijd
Ik sta voor U in leegte en gemis
Wie woont onder de hoede [mel. Huijbers]
Wie woont onder de hoede [mel. Pirenne]
Die ons schiep
Wie in de schaduw Gods mag wonen
Wie in de schaduw Gods mag wonen [oud: ZG 197]
Wie in Gods schaduw wonen wil
De dag gaat open voor het Woord des Heren
Kom uit de hemel tot ons neer
Koning is onze God (Pirenne) [=P&P 132]
Koning is onze God
Heden, als gij zijn stem hoort
Zingt jubilate voor de Heer
Zingt een nieuw lied
Zingt een nieuw lied, alle landen
Regen en zon, aarde en hemel [oud: ZG 256] [=ZG7 26]
God is Hij alleen [=P&P 135]
O laten wij zingen
Alle einde der aarde
Van ver, van oudsher aangereikt
Alle einden der aarde aanschouwen het heil
Jubilate, sevite (canon)
Duren zal de liefde van God
Hij roept mijn leven
- 11 -
Ps. 103
Ps. 103
Ps. 103: 1
Ps. 103: 1
Ps. 103: 5
Ps. 103: 19-22
Ps. 103-I
Ps. 103-II
Ps. 103-III
Ps. 104
Ps. 104
Ps. 104
Ps. 104
Ps. 104: 1-2
Ps. 104: 14-15
Ps. 104: 30
Ps. 104-I
Ps. 104-II
Ps. 104-III
Ps. 106
Ps. 110
Ps. 110
Ps. 111: 1-5
Ps. 114
Ps. 114: 1
Ps. 114: 8
Ps. 115
Ps. 115: 4-7
Ps. 116
Ps. 117
Ps. 117
Ps. 117
Ps. 117
Ps. 117
Ps. 117
Ps. 118
Ps. 118
Ps. 118
Ps. 118
Ps. 118:
Ps. 118: 1
Ps. 118: 8-9
Ps. 118: 19-29
Ps. 118: 24
Ps. 118: 26
Ps. 119
Ps. 119
Ps. 119
Ps. 119: 19
Ps. 119: 89-112
Ps. 119: 105
Ps. 119: 49-53
Ps. 119: 64-66
Ps. 119: 89-112
Ps. 121
Ps. 121
Ps. 121
TT 18
TT 39
Tai 18
Tai 18
ZG3 58
TT 17
LG 21
LG 22
LG 23
P&P 142
TT 119
TT 18
ZG8 53
TT 120
TT 184
TT 13
LG 27
LG 142
LG 143
TT 24
TT 86
ZG3 4
TT 3
LG 39
ZG6 56
TT 49
LG 26
ZG6 66
P&P 144
Tai 16
Tai 16
Tai 37
Tai 37
Tai 37
TT 40
LG 113
LG 24
TT 153
TT 41
Die 151
Tai 30
Tai 40
TT 61
TT 170
Tai 33
LG 84
P&P 147
ZG6 53
ZG6 56
ZG5 13
ZG2 142
TT 120
TT 120
TT 42
LG 38
TT 150
TT 5
Komt, laat ons vrolijk zingen
Barmhartige Heer, genadige God
Bles the Lord
Prijs de Heer
Langs de luchten snelt een spoor
Alle eer en alle glorie
Onze hulp is de naam van de Heer [=P&P 139]
Barmhartige Heer [=P&P 140]
Hoe is uw naam [=P&P 141]
Zegen ons [met het licht van uw ogen]
Zoals een bloem zijn kelk heft naar de zon
Komt, laat ons vrolijk zingen
Leven als de bomen
Zo vriendelijk en veilig als het licht
Wij danken U God voor het lieve licht
Wees hier aanwezig woord ons gegeven
U wil ik noemen, God, bij uw naam
Alles wacht op u vol hoop
Gij geeft de aarde een nieuw gezicht
Wij gaan met heel Gods volk
Die rechtens God gelijk
Heden zult gij zijn glorie aanschouwen
Hier is de plaats waar God ons wil ontmoeten
Toen Israël uit Egypte trok
Wij zijn hier vreemdelingen
De steppe zal bloeien
Niet aan ons komt de eer toe [=P&P 143]
Hé, jij, god met oren [=ZG7 58]
Thans wandel ik vrij
Laudate Dominum
Loof, zing en prijs de Heer
Bring huld’ oan God
Laudate omnes gentes
Verblijdt u alle volken
Laudate omnes gentes
De Heer is mij tot hulp en sterkte
Mijn God zijt Gij [=P&P 145]
Dit is een dag van zingen
Mijn God zijt Gij, U wil ik danken
Confitemini Domino
Confitemini Domino
Bonum est confidere
Klim in de hoogste bomen
Dit is de dag die de Heer heeft gemaakt
Benedictus (canon)
Een smekeling zo kom ik [=P&P 146]
Een lamp voor mijn voet
Wie eenmaal werd gezegend
Wij zijn hier vreemdelingen
Uw woord omvat mijn leven
De nacht komt nest'len in de bomen [oud: ZG 237]
Zo vriendelijk en veilig als het licht
Zo vriendelijk en veilig als het licht
Uw woord omvat mijn leven
Ik sla mijn ogen op [=P&P 148]
Mijn ogen zijn gevestigd
In de veelheid van geluiden
- 12 -
Ps. 121
Ps. 121: 4
Ps. 122
Ps. 122
Ps. 122: 5
Ps. 123: 2
Ps. 123: 2
Ps. 124
Ps. 124: 6
Ps. 125
Ps. 126
Ps. 126
Ps. 126
Ps. 126
Ps. 126
Ps. 126
Ps. 126
Ps. 126
Ps. 126
Ps. 127
Ps. 128
Ps. 130
Ps. 130
Ps. 130
Ps. 130: 1-4,7-8
Ps. 131
Ps. 133
Ps. 135: 15-17
Ps. 136
Ps. 136
Ps. 137
Ps. 137
Ps. 137
Ps. 137: 1-4
Ps. 138
Ps. 138
Ps. 139
Ps. 139
Ps. 139
Ps. 139
Ps. 139: 1-16
Ps. 139: 12
Ps. 139: 12
Ps. 139: 12
Ps. 139-I
Ps. 139-II
Ps. 143: 8
Ps. 145
Ps. 145
Ps. 145: 1-13
Ps. 146
Ps. 147
Ps. 148
Ps. 148
Ps. 148: 1-6
Ps. 150
Ps. 150
TT 9
TT 137
LG 218
TT 126
TT 192
Tai 28
Tai 28
LG 206
TT 217
ZG6 8
LG 101
LGII-59
TT 43
TT 49
ZG4 66
ZG6 35
ZG6 40
ZG6 56
ZGTE 1
LG 102
LG 103
P&P 151
TT 15
TT 150
TT 44
LG 187
TT 5
ZG6 66
TT 184
TT 56
AWN 3, 5
ZG5 14
ZG7 59
ZG6 56
P&P 152
TT 94
LGII-74
TT 183
TT 2
ZG5 77
TT 98
Tai 14
Tai 14
TT 45
LG 25
LG 111
TT 117
Die 153
P&P 156
TT 29
P&P 157
TT 56
TT 185
TT 56
TT 17
Die 139
P&P 158
Wij zoeken hier uw aangezicht
Uit het duister hier gekomen
Stad van mijn hart
Een stad van vrede zoeken wij
Van grond en vuur zult Gij ons maken
Oculi nostri
Rjochtsje dyn eagen
Terecht
Wij die met eigen ogen
Zie wij gaan op naar Jeruzalem
Als God ons thuisbrengt [=P&P 149]
De steppe zal bloeien
Als God ons thuisbrengt uit onze ballingschap
De steppe zal bloeien
De steppe zal bloeien
Breng ons weer thuis uit de ballingschap
Zoals de regen
Wij zijn hier vreemdelingen
Toen God het lot van Sion keerde
Als de Heer het huis niet bouwt
Gelukkig is de man [=P&P 150]
De Heer is steeds barmhartig
God, wij roepen uit de diepte
Mijn ogen zijn gevestigd
De Heer is steeds barmhartig
God ik ben niet hooghartig
In de veelheid van geluiden
Hé, jij, god met oren [=ZG7 58]
Wij danken U God voor het lieve licht
Heel de schepping, prijs de Heer
Lied van de hoop
Vol tranen zien wij hoe de tijd
Toen wij zaten langs het water
Wij zijn hier vreemdelingen
Loven wil ik U
O God onze Vader
Gij, Gij peilt mijn hart [=P&P 155]
Zij zit als een vogel
Heer onze Heer, hoe zijt Gij aanwezig
In de schoot van mijn moeder geweven
In de schoot van mijn moeder geweven
Heel het duister is vol van luister
La ténèbre
Heel het duister is vol van luister
Mijn God Gij peilt mijn hart [=P&P 153]
Zegen ons met het licht van uw ogen [=P&P 154]
De dag gaat open voor het Woord des Heren
Ik zal verhogen U, mijn Koning
De Heer is voor wie Hem aanroept nabij
Heer, onze Heer, hoe machtig is uw Naam
Een loflied voor de Heer
Heel de schepping, prijs de Heer
Licht om te leven de duisternis voorbij
Heel de schepping, prijs de Heer
Alle eer en alle glorie
Halleluja (Looft God in zijn heiligdom)
Alles wat adem heeft
- 13 -
Ps. 150
Ps. 150
Ps. 150
Tro 300
TT 40
TT 46
Looft de Heer met vreugde
Laudate omnes gentes
Alles wat adem heeft, love de Heer
SPREUKEN
Spr. 8: 1-13,30
Spr. 14: 21
Spr. 20: 7
Spr. 30: 19
TT 90
TT 16
TT 189
ZG3 58
Dat woord, waarin ons richting werd gegeven
Laat ons bidden uit gemis
Voor de toegewijden
Langs de luchten snelt een spoor
PREDIKER
Pr.
Pr.
Pr.
Pr. 1
Pr. 3: 1-15
Pr. 11: 1-6
ZG5 15
ZG8 54
ZG8 55
LG 156
TT 47
ZG4 67
Wat brengt een mens het zwoegen op?
Alleen te leven om te zwoegen
Wijze, leer mij leven
Het ene geslacht gaat
Tijd van vloek en tijd van zegen
Strooi uw brood op het water
HOOGLIED
Hoogl.
Hoogl.
Hoogl.
Hoogl.
Hoogl.
LG 91
TT 48
TT 77
ZG4 68
ZG5 85
In diepe nacht ben ik gegaan
Liefde, eenmaal uitgesproken
Ik ben in mijn hof gekomen
Wij zijn geroepen tot het feest
Liefde eenmaal uitgesproken
JESAJA
Jes.
Jes. (advent)
Jes. 1: 12-18
Jes. 2: 1-5
Jes. 2: 1-5
Jes. 2: 1-5
Jes. 2: 1-5
Jes. 2: 1-5
Jes. 2: 2-4
Jes. 2: 4
Jes. 2: 4
Jes. 4: 1 - 6
Jes. 5: 1-7
Jes. 5: 1-7
Jes. 6: 1-7
Jes. 6: 1-7
Jes. 7: 10-14
Jes. 7: 10-14
Jes. 7: 14
Jes. 8: 23
Jes. 8: 23
Jes. 8: 23
Jes. 9: 1
Jes. 9: 1-12
Jes. 9: 1-6
Jes. 9: 1-6
ZG3 4
ZG5 86
Tro 20
Tro 205
Tro 21
TT 128
ZG2 108
ZG5 36
TT 193
Tro 176
Tro 193
ZG1 60
ZG1 60
ZG3 64
TT 89
ZG8 66
TT 128
ZG5 36
TT 133
TT 192
TT 70
TT 71
TT 133
TT 137
AWN 2, 10
TT 126
Heden zult gij zijn glorie aanschouwen
God heeft gesproken in de tijd
Waarom toch komt gij voor mijn aangezicht
Kom. laat ons opgaan
Hoger dan men ooit bergen zag
Het zal geschieden in de laatste dagen
Hoger dan men ooit bergen zag [oud: ZG 171]
Het zal geschieden in de laatst dagen (vs.1)
Zal er ooit een dag van vrede
Laat ons van Pasen zingen
Heer, Gij hebt dit lieve leven
Ik zing van de wijngaard [zie -]
Ik zing van de wijngaard van Die ik bemin
Mijn lief plantte een wijngaard aan
Ere wie ere toekomt
Ere wie ere toekomt [TT 89]
Het zal geschieden in de laatste dagen
Het zal geschieden in de laatst dagen (vs.4)
De nacht loopt ten einde
Van grond en vuur zult Gij ons maken
Een schoot van ontferming is onze God
Nu is het Woord gezegd
De nacht loopt ten einde
Uit het duister hier gekomen
De mensen die gaan in het duister
Een stad van vrede zoeken wij
- 14 -
Jes. 9: 1-6
Jes. 9: 1-6
Jes. 9: 1-6
Jes. 9: 1-6
Jes. 9: 1-6
Jes. 9: 1-6
Jes. 11 & 65
Jes. 11: 1-10
Jes. 11: 1-10
Jes. 11: 1-10
Jes. 11: 1-10
Jes. 11: 5
Jes. 11: 5
Jes. 11: 6
Jes. 11: 6
Jes. 11: 6, 7
Jes. 11: 10
Jes. 12
Jes. 12: 2
Jes. 12: 2
Jes. 12: 2
Jes. 24: 7-13
Jes. 25: 6
Jes. 25: 6
Jes. 26: 7-9
Jes. 26: 19
Jes. 26: 19-20
Jes. 26: 19-20
Jes. 32: 1-8
Jes. 32: 1-8
Jes. 35
Jes. 35
Jes. 35
Jes. 35: 1-10
Jes. 35: 1-10
Jes. 35: 1-2
Jes. 35: 5-7
Jes. 38: 18, 19
Jes. 40
Jes. 40: 1-11
Jes. 40: 1-11
Jes. 40: 1-11
Jes. 40: 5
Jes. 40: 9-11
Jes. 40: 11
Jes. 40: 12-24
Jes. 40: 31
Jes. 40: 31
Jes. 41: 8-13
Jes. 41: 8-20
Jes. 42
Jes. 42: 1-7
Jes. 42: 1-7
Jes. 42: 1-7
Jes. 42: 1-7
Jes. 42: 5-7
Jes. 43: 1
TT 126
TT 135
TT 192
TT 70
TT 71
ZG5 34
AWN 4, 12
TT 128
ZG2 96
ZG5 36
ZGTE 2
TT 217
ZG2 100
TT 191
TT 80
Tro 104
ZG4 69
Tro 22
Tai 9
Tai 9
Tai 9
TT 217
TT 16
ZG4 16
ZGTE 3
ZG6 16
TT 163
TT 180
TT 190
TT 214
Tro 23
TT 128
TT 49
ZG4 5
ZG5 36
TT 151
LGII-38
ZG2 122
TT 37
TT 39
ZG3 65
ZGTE 4
ZG8 9
TT 109
Tro 227
TT 20
Tro 24
ZG3 58
Tro 25
TT 204
ZG5 17
Tro 105
TT 142
TT 50
ZG5 16
TT 137
Tro 232
Een stad van vrede zoeken wij
De mensen die gaan in het duister
Van grond en vuur zult Gij ons maken
Een schoot van ontferming is onze God
Nu is het Woord gezegd
In de duisternis verwachten wij het licht
Eens zal er vrede zijn
Het zal geschieden in de laatste dagen
De wortel bloeit, de stam loopt uit [oud: ZG 159]
Het zal geschieden in de laatst dagen (vs.2)
De wortel bloeit, de stam loopt uit
Wij die met eigen ogen
Wij die met eigen ogen [oud: ZG 163]
Nu nog met halve woorden hier en daar
Niemand leeft voor zichzelf
Dromen in het donker
Hij die de hoge bomen
Heer, ik zal U loven
In de Heer vind ik heel mijn sterkte
Al myn hope en al myn freugde
El Senyor és la meva força
Wij die met eigen ogen
Laat ons bidden uit gemis
Op de avond, toen de uittocht [=ZG7 16]
Het pad van de rechtvaardige is effen
Heilige Geest, Gij zijt als de wind
Als alles duister is
Heilige Geest, Gij zijt als de wind
Dag der dagen, als de tijden
Voor hen die ons regeren
Het dorre land zal juichen
Het zal geschieden in de laatste dagen
De steppe zal bloeien
Het feest gaat nu beginnen (vs. 3)
Het zal geschieden in de laatst dagen (vs.3)
Weest blijde nu in 't midden van het lijden
Dat blinde ogen
Here Jezus, na dit leven [oud: ZG 198]
Zingt een nieuw lied, alle landen
Barmhartige Heer, genadige God
Troost, troost mijn volk
Troost, troost mijn volk
De glorie van de Eeuwige
Zoals Ik ben, kom Ik nabij
Geloof, mijn kind
Die chaos schiep tot mensenland
Laat ons de loopbaan lopen
Langs de luchten snelt een spoor
Vrees niet en zie niet angstig rond
Gij hemelhoog verheven
Mijn dienstknecht, mijn geliefde
O volk, verdwaald, verloren
Heer, hoe zijt Gij gekomen
Ik breng een rechter aan het licht
Ik breng een rechter aan het licht
Uit het duister hier gekomen
Kind van God gegeven
- 15 -
Jes. 43: 1
Jes. 43: 1, 2
Jes. 43: 1-9
Jes. 43: 18-19
Jes. 44: 6-20
Jes. 45: 8
Jes. 45: 18
Jes. 48: 16
Jes. 48: 16-19
Jes. 49: 16
Jes. 49: 16
Jes. 50: 4
Jes. 50: 4-11
Jes. 50: 10
Jes. 52: 7
Jes. 53
Jes. 53: 1-4
Jes. 53: 3
Jes. 54: 1
Jes. 54: 1-8
Jes. 54: 6-10
Jes. 55: 1-7
Jes. 55: 6-13
Jes. 55: 10-12
Jes. 56: 10-12
Jes. 57: 1-2
Jes. 58: 1-10
Jes. 59
Jes. 60
Jes. 60: 1
Jes. 61
Jes. 61: 1-3
Jes. 61: 1-3
Jes. 61: 1 - 2
Jes. 62: 1 - 5
Jes. 62: 6
Jes. 64: 1
Jes. 64: 1
Jes. 65 (& 11)
Jes. 66: 10-11
Jes. 66: 13
Jes. 66: 22
Jes. 66: 25
ZG8 19
Tro 26
TT 200
TT 51
ZG3 66
TT 134
ZG6 52
TT 138
TT 200
Tro 232
ZG8 19
ZG2 130
TT 52
TT 100
TT 216
ZG1 51
TT 156
ZG6 32
TT 151
Tro 27
LGII-52
Tro 28
TT 13
ZG6 67
ZG4 70
ZG4 70
TT 146
LG 147
LG 147
TT 180
ZG2 85
TT 106
TT 72
ZG5 18
LG 34
ZG4 50
TT 134
ZG2 99
AWN 4, 12
TT 151
TT 53
TT 81
Tro 187
Onze namen staan geschreven
Mijn kind, zo spreekt de Here
Zoals rivieren van de bergen stromen
Blijf niet staren
Zo zegt de Here u, der goden God
Scheur toch de wolken weg en kom
Op het woeste water zweeft de Geest van God
Uit uw verborgenheid, hebt Gij ons
Zoals rivieren van de bergen stromen
Kind van God gegeven
Onze namen staan geschreven
Hij wekt mij elke morgen [oud: ZG 214]
Het heeft de Heilige behaagd
O God, die uit het water
Komen ooit voeten gevleugeld
Zingenderwijze wilt uw Heiland prijzen
U komt mij, lieve God
U komt mij, lieve God
Weest blijde nu in 't midden van het lijden
Zing welgemoed, mijn volk
Gij die gezegd hebt
Alwie dorst heeft, kom tot Mij
Wees hier aanwezig woord ons gegeven
De regen daalt neer
De wakers zijn stomme honden
De wakers zijn stomme honden
Zo spreekt de Heer die ons geschapen heeft
Ontwaakt gij die slaapt
Ontwaakt gij die slaapt
Heilige Geest, Gij zijt als de wind
Hij nam de schrift [oud: ZG 137]
Hij nam de Schrift, Hij las en zei
De Geest des Heren is op hem
De Geest des Heren is op hem
Zoals een man zich verheugt
Dat wij wachters op de muren zijn
Scheur toch de wolken weg en kom
Scheur toch de wolken weg en kom [oud: ZG 162]
Eens zal er vrede zijn
Weest blijde nu in 't midden van het lijden
Zoals een moeder zorgt
Geef, o Heer, dat onze namen
Dat eens de Heer zal komen
JEREMIA
Jer.
Jer. 10: 1-16
Jer. 12: 1-5
Jer. 15: 16
Jer. 19
Jer. 20: 7-9
Jer. 23: 5
Jer. 33: 14-16
Jer. 33: 15
ZG6 68
ZG6 66
ZG4 71
TT 8
AWN 2, 11
ZG4 72
ZG4 69
TT 126
ZG4 69
Zie de aarde woest en leeg
Hé, jij, god met oren [=ZG7 58]
Het recht is aan uw zijde
Wij komen als geroepen
Jeremia
O God, o God is mij de baas geworden
Hij die de hoge bomen
Een stad van vrede zoeken wij
Hij die de hoge bomen
- 16 -
KLAAGLIEDEREN
Klaagl. 3: 22, 23
Klaagl. 5: 20
Tro 241
TT 188
Het is uw goedheid, Heer der heren
Vergeet niet hoe wij heten
EZECHIËL
Ez.
Ez. 2, 3
Ez. 2: 1 - 3: 4
Ez. 34
Ez. 34
Ez. 34
Ez. 34
Ez. 34: 1-16
Ez. 36: 22-28
Ez. 37
Ez. 37
Ez. 37: 1-14
LGII-39
ZG7 60
Tro 29
Tro 123
Tro 30
ZG3 63
ZG6 69
ZG5 20
Tro 31
ZG5 21
ZG6 11
TT 54
Toen ik daar zat (Lied van Ezekiel)
Waar haal jij het lef vandaan
Sta, mensenkind, recht op uw voeten
Komt herders, laat uw schapen
Ik sta op de oever
Ontferming heeft God toegezegd
Over de heuvels
Voortaan zal Ik zelf omzien naar mijn schapen
Hoor, huis van Israël
Zo dor en doods
Wie gezaaid wordt in de aarde
Zo dor en doods
DANIËL
Dan. 3
Dan. 3
Dan. 3
Dan. 3
Dan. 3
Dan. 3: 18
Dan. 3: 25 vv
Dan. 3: 52-90
Dan. 3: 52-90
Dan. 5
Dan. 6
Dan. 6
Dan. 6: 1-29
Dan. 14
Tai 23
Tai 23
ZG1 57
ZG3 15
ZG4 73
ZG6 66
ZG8 56
TT 55
TT 56
Tro 32
Tro 209
Tro 33
AWN 1, 13
ZG6 66
Loof de Heer onze God
Bénissez le Seigneur
Heel de schepping, prijst de Heer!
Wij loven u met man en macht
Gij werken des Heren
Hé, jij, god met oren [=ZG7 58]
God onzer vaad'ren
Looft de Heer, al wat gemaakt is
Heel de schepping, prijs de Heer
Een teken aan de wand
Zwart heet wit en goed heet slecht
Ik roep u aan, Heer, hoor naar mijn gebed
Daniël
Hé, jij, god met oren [=ZG7 58]
HOSEA
Hos. 14: 6
Hos. 14: 6
TT 180
ZG6 16
Heilige Geest, Gij zijt als de wind
Heilige Geest, Gij zijt als de wind
JOËL
Joël 2
Joël 2: 23-24
Joël 2: 28-32
Joël 3
ZG8 57
TT 184
Tro 34
ZG6 18
Sta, dag, na duizend jaren
Wij danken U God voor het lieve licht
In het laatst van alle dagen
Geschenk uit de hemel
AMOS
Amos
Am. 5: 21-24; 8: 4-8
Am. 8: 4-8
LGII-51
AWN 3, 6
AWN 3, 6
Klaagzang en klacht (Lied van Amos)
Amos
Amos
- 17 -
JONA
Jona
Jona
Jona
Jona 1
Jona 2
Jona 2: 2-6
AWN 1, 12
ZG3 67
ZG4 74
TT 100
AWN 2, 12
Tro 35
Jona uit de grote vis
Wie wil uit zijn hokje komen [=ZG7 61]
Jona wilde vluchten
O God, die uit het water
Toen Jona in de walvis zat
Als een duif, hoog opgevlogen
MICHA
Mi. 4:
Mi. 4:
Mi. 4:
Mi. 4:
Mi. 4:
Mi. 4:
Mi. 4:
Mi. 5
Mi. 5:
Mi. 6
Mi. 7:
Tro 205
Tro 21
TT 193
Tro 176
Tro 193
TT 217
ZG2 100
EPO 11
TT 126
ZG5 80
Tro 36
Kom, laat ons opgaan
Hoger dan men ooit bergen zag
Zal er ooit een dag van vrede
Laat ons van Pasen zingen
Heer, Gij hebt dit lieve leven
Wij die met eigen ogen
Wij die met eigen ogen [oud: ZG 163]
Wat, Bethlehem
Een stad van vrede zoeken wij
Wat vraagt de Heer nog meer
Al zit ik in het duister
HABAKUK
Hab. 3: 16-19
Tro 37
Als rechter zult Gij reddend komen
SEFANJA
Sef. 3: 14-18
TT 126
Een stad van vrede zoeken wij
ZACHARIA
Zach. 3: 8
Zach. 6: 12
Zach. 8: 1-13
Zach. 8: 1-8
Zach. 8: 1-8
Zach. 8: 3-8
Zach. 8: 3-8
Zach. 8: 11-12
Zach. 8: 14-19
Zach. 9: 9-10
ZG4 69
ZG4 69
ZG4 5
TT 126
TT 43
Tro 38
ZG2 107
TT 184
TT 146
TT 61
Hij die de hoge bomen
Hij die de hoge bomen
Het feest gaat nu beginnen (vs. 4)
Een stad van vrede zoeken wij
Als God ons thuisbrengt uit onze ballingschap
Jeruzalem, zo zegt de Heer
Jeruzalem, zo zegt de Heer [oud: ZG 170]
Wij danken U God voor het lieve licht
Zo spreekt de Heer die ons geschapen heeft
Klim in de hoogste bomen
MALEACHI
Mal. 4: 1
Mal. 4: 1,2
Tro 306
Tro 39
O God, de goede aarde
De Heer openbaarde
1-5
1-5
1-5
3
3
4
4
1-4
8
- 18 -
DEUTERO-CANONIEKE BOEKEN
TOBIT [TOBIAS]
Tobit
Tobit 5, 6
Tobit 13
ZG5 22
ZG4 30
ZG5 23
Een volk eet weer het bitterbrood
Zoals Tobias met een engel mee
Het is Gods eigen hand
WIJSHEID
Wijsh. 6: 12
ZG8 64
Vrede voor dit huis
BARUCH
Bar. 5:1-9
TT 126
Een stad van vrede zoeken wij
- 19 -
NIEUWE TESTAMENT
MATTEÜS [MATTHEÜS]
Mat. 1: 18-24
Mat. 1: 18-25
Mat. 1: 23
Mat. 2
Mat. 2
Mat. 2: 1-11
Mat. 2: 1-12
Mat. 2: 1-12
Mat. 2: 1-12
Mat. 2: 1-12
Mat. 2: 1-12
Mat. 2: 1-16
Mat. 2: 1-16
Mat. 2: 13-15
Mat. 3
Mat. 3: 1-12
Mat. 3: 2
Mat. 3: 9
Mat. 3: 13-17
Mat. 3: 13-17
Mat. 3: 13-17
Mat. 3: 13-17
Mat. 4: 1-11
Mat. 4: 1-11
Mat. 4: 1-11
Mat. 4: 1-11
Mat. 4: 1-11
Mat. 4: 1-11
Mat. 4: 1-11
Mat. 4: 1-11
Mat. 4: 16
Mat. 4: 23-25
Mat. 5: 3-12
Mat. 5: 13
Mat. 5: 14-16
Mat. 5: 44-48
Mat. 6
Mat. 6: 9-13
Mat. 6: 9-13
Mat. 6: 9-13
Mat. 6: 9-13
Mat. 6: 9-13
Mat. 6: 10
Mat. 6: 11
Mat. 6: 14
Mat. 6: 17
Mat. 6: 25-34
Mat. 6: 25-34
Mat. 6: 26
Mat. 7: 7-12
Mat. 7: 7vv
Mat. 7: 9
ZG5 36
TT 128
TT 133
AWN 1, 16
AWN 4, 14
ZG1 28
AWN 1, 17
Tro 108
Tro 119
Tro 126
Tro 132
ZG6 5
ZG7 8
ZG7 11
AWN 2, 14
TT 128
TT 64
ZG1 11
Tro 138
TT 100
TT 63
ZGTE 5
Tro 221
TT 111
TT 147
TT 58
TT 63
ZG1 13
ZG1 15
ZG6 70
TT 141
TT 57
TT 59
TT 64
TT 88
TT 146
WOW 8
Die 115
Die 116
Die 117
Die 118
Die 143
TT 13
TT 107
TT 146
Tro 141
AWN 4, 17
Tro 40
Tro 212
TT 33
LG 36
TT 64
Het zal geschieden in de laatst dagen (vs.4)
Het zal geschieden in de laatste dagen
De nacht loopt ten einde
Herders, heb je ’t wel verstaan
Als Bethlehem geen plaats meer heeft
Klim in de hoogste bomen
De wijzen
De toekomst staat geschreven
Hoog aan de hemel straalt
O ster die alle sterren
Vrolijk zingen wij ons lied
Zij lazen de loop van de sterren
Koning naaste
‘Jozef’, - zei de engel
Een stem in de woestijn
Het zal geschieden in de laatste dagen
Dit lied gaat over Jezus
Wij gaan de veertig dagen in
Een vogel komt gevlogen
O God, die uit het water
Toen Jezus was gekomen
Johannes zag dat Jezus kwam
Kom uit de hemel tot ons neer
Kom uit de hemel tot ons neer
Het waren tien geboden
Jezus, diep in de woestijn
Toen Jezus was gekomen
Het waren tien geboden [=ZG7 12]
Jezus, diep in de woestijn
Wij leven niet van brood alleen
Als een ster in lichte luister
Daar komt een man uit Nazareth
Gelukkig de mens
Dit lied gaat over Jezus
Glorie zij gegeven aan de Heer voortaan
Zo spreekt de Heer die ons geschapen heeft
Lied van de vogels [ej]
Onze Vader
Onze Vader
Onze Vader
Onze Vader
Onze Vader
Wees hier aanwezig woord ons gegeven
Het brood in de aarde gevonden
Zo spreekt de Heer die ons geschapen heeft
De Geest zalft onze hoofden
Kijk eens naar de vogels
God dank! Er is een koning
De hemel zoekt een woning
God, mijn God, naar U blijf ik zoeken
Weest niet bezorgd
Dit lied gaat over Jezus
- 20 -
Mat. 7: 21
Mat. 7: 24-27
Mat. 7: 24-27
Mat. 8: 5-10
Mat. 8: 5-13
Mat. 8: 5-13
Mat. 8: 8
Mat. 8: 8
Mat. 8: 14-16
Mat. 8: 20
Mat. 8: 23 e.v.
Mat. 9: 10-11
Mat. 9: 1-8
Mat. 9: 18-26
Mat. 9: 18-26
Mat. 10: 1-15
Mat. 10: 24-25
Mat. 10: 28
Mat. 10: 29
Mat. 10: 34
Mat. 11: 2-11
Mat. 11: 2-11
Mat. 11: 2-6
Mat. 11: 7-11
Mat. 11: 19
Mat. 11: 25-27
Mat. 11: 28-30
Mat. 12: 22
Mat. 13
Mat. 13: 1-9
Mat. 13: 13-17
Mat. 13: 16
Mat. 13: 16-17
Mat. 13: 18-23
Mat. 13: 25
Mat. 13: 31-32
Mat. 13: 31-33
Mat. 13: 43
Mat. 13: 44-52
Mat. 13: 47-48
Mat. 13: 53-58
Mat. 14: 1-12
Mat. 14: 13-21
Mat. 14: 13-22
Mat. 14: 15-21
Mat. 14: 22 e.v.
Mat. 14: 22-33
Mat. 14: 22-33
Mat. 15: 29-31
Mat. 15: 29-31
Mat. 15: 32-39
Mat. 16: 5-12
Mat. 16: 13-20
Mat. 16: 23
Mat. 16: 24-27
Mat. 17: 1-13
Mat. 17: 1-9
Tro 135
Tro 215
Tro 270
TT 76
Tro 41
TT 209
TT 106
ZG2 85
TT 76
Tro 42
ZG2 155
TT 64
TT 76
Tro 53
ZG3 68
TT 73
TT 158
Tro 299
Tro 174
ZG2 92
TT 128
ZG5 36
TT 76
ZG3 70
TT 64
TT 64
ZG1 45
TT 76
AWN 4, 18
AWN 4, 19
TT 57
WOW 24
TT 64
TT 195
TT 195
TT 74
ZG8 53
TT 5
ZG6 71
Tro 43
TT 64
Tro 209
Tro 44
ZG7 65
TT 65
ZG2 155
Tro 45
TT 205
TT 57
TT 76
TT 66
TT 65
ZG1 14
Tro 214
Tro 223
Tro 46
TT 147
Wij gaan met haast naar Bethlehem
Gezegend zijt Gij, Heer der kerk
De Heer beschut wie bij hem schuilen
Hij die de blinden weer liet zien
Heer, nu Gij hoort
In Christus is noch west noch oost
Hij nam de Schrift, Hij las en zei
Hij nam de schrift [oud: ZG 137]
Hij die de blinden weer liet zien
De vossen hebben holen
Wij, varend op de oceaan [oud: ZG 273]
Dit lied gaat over Jezus
Hij die de blinden weer liet zien
Ze was een kind, ze was twaalf jaar
Meisje, sta op [=ZG7 62]
Zoals Ik zelf gezonden ben
Toen Jezus wist: nu is gekomen
Lieve God, Gij hebt de tijd
Zingt met de vogels mee een lied
God laat ons volop leven [oud: ZG 155]
Het zal geschieden in de laatste dagen
Het zal geschieden in de laatst dagen (vs.3)
Hij die de blinden weer liet zien
Wat zijt gij uitgegaan
Dit lied gaat over Jezus
Dit lied gaat over Jezus
Daar is een koning opgestaan
Hij die de blinden weer liet zien
Waar lijkt het op?
De zaaier
Daar komt een man uit Nazareth
Lied van de vogel Gods (vs. 5)
Dit lied gaat over Jezus
Hoog in de hemelen heeft God gesproken
Hoog in de hemelen heeft God gesproken
Wil je wel geloven dat het groeien gaat
Leven als de bomen
In de veelheid van geluiden
Verborgen in de akker
Er is geen vis die hem ontkwam
Dit lied gaat over Jezus
Zwart heet wit en goed heet slecht
Gods liefde is te groot
Over het meer vaart Jezus
Aan de oever van het meer
Wij, varend op de oceaan [oud: ZG 273]
Mensen, allemaal aan boord
Ik sta voor U in leegte en gemis
Daar komt een man uit Nazareth
Hij die de blinden weer liet zien
Het brood, het goede brood
Aan de oever van het meer
Wie zeggen de mensen, dat Jezus is [=ZG7 66]
Er was een Lam dat kwam en riep
De tijding aller tijden
Heer, het is goed
Het waren tien geboden
- 21 -
Mat. 17: 1-9
Mat. 17: 1-9
Mat. 17: 1-9
Mat. 17: 1-9
Mat. 17: 1-9
Mat. 17: 1-9
Mat. 17: 1-9
Mat. 17: 2
Mat. 17: 2
Mat. 18: 3
Mat. 18: 3
Mat. 18: 10
Mat. 18: 21-22
Mat. 18: 23-25
Mat. 19: 12, 21
Mat. 19: 13-15
Mat. 19: 13-15
Mat. 19: 16-22
Mat. 19: 21
Mat. 20: 1-16
Mat. 20: 1-16
Mat. 20: 1-16
Mat. 20: 1-16
Mat. 20: 18
Mat. 20: 26-28
Mat. 20: 29-34
Mat. 20: 29-34
Mat. 21: 1-11
Mat. 21: 1-11
Mat. 21: 1-11
Mat. 21: 1-11
Mat. 21: 1-11
Mat. 21: 1-11
Mat. 21: 1-11
Mat. 21: 1-11
Mat. 21: 1-11
Mat. 21: 1-11
Mat. 21: 1-11
Mat. 21: 1-11
Mat. 21: 9
Mat. 21: 15-16
Mat. 21: 28-32
Mat. 21: 33-42
Mat. 22: 1-14
Mat. 22: 1-14
Mat. 22: 2-10
Mat. 22: 15-22
Mat. 22: 33
Mat. 22: 34-40
Mat. 23: 9-12
Mat. 23: 37-39
Mat. 23: 37-39
Mat. 24: 27
Mat. 24: 27
Mat. 24: 29-33
Mat. 24: 29-33
Mat. 24: 37-39
TT 148
TT 149
ZG1 13
ZG1 17
ZG1 18
ZG4 14
ZG6 72
ZG2 134
ZG6 13
TT 60
ZG2 67
TT 16
ZG7 36
EPO 12
TT 206
TT 67
ZG7 14
ZG8 37
TT 186
ZG1 4
ZG1 5
ZG7 67
ZGTE 6
TT 145
TT 63
Tro 55
TT 76
AWN 1, 25
AWN 3, 21
Tro 224
TT 128
TT 153
TT 154
TT 61
ZG1 28
ZG1 29
ZG6 7
ZG7 14
Tai 33
TT 213
AWN 4, 22
AWN 4, 23
AWN 1, 22
ZG5 78
ZG4 5
AWN 4, 24
TT 188
TT 62
TT 207
TT 57
ZG1 31
TT 194
ZG4 76
TT 133
TT 193
Tro 47
Gij zijt in glans verschenen
Op de berg van het verbond
Het waren tien geboden [=ZG7 12]
Op de berg van het verbond
Die in de hoogte woont
Christus staat in majesteit
Staat op en weest niet bang
Des ochtends als het licht ontstaat [oud: ZG 225]
De lichtvorst
Het koninkrijk is voor een kind
Het koninkrijk is voor een kind [oud: ZG 110]
Laat ons bidden uit gemis
Ken je wel het lied van Lamech
Het koninkrijk der hemelen
Alleen wie het gegeven is
Laat de kind 'ren tot mij komen
Stap voor stap
Wat te kiezen
Het jaar neigt zich tot stille groet
Al wie in de renbaan loopt
Die vroeg zijn aangeworven
Wij wonen in de tuin van God
Al wie in de renbaan loopt
Alles wat over ons geschreven is
Toen Jezus was gekomen
Ik ben een blinde bedelaar
Hij die de blinden weer liet zien
zie: Palmpasen
Palmpasen
Ballade van een ezel
Wij komen voor uw aangezicht
Het zal geschieden in de laatste dagen
Dit is een dag van zingen
Driewerf een gloria voor wie in hoge staat
Klim in de hoogste bomen
Klim in de hoogste bomen
O mensen, hoort wat is geschied
Een ezelrijder
Stap voor stap
Benedictus (canon)
Groot is de wereld (canon)
Een vader vroeg zijn oudste zoon
Als een wijngaard
Het grote feest
Hebt Gij ons niet gedacht
Het feest gaat nu beginnen (vs. 1)
Geef aan de keizer, waarom hij vraagt
Vergeet niet hoe wij heten
Wie oren om te horen heeft
De wijze woorden en het groot vertoon
Daar komt een man uit Nazareth
Een droeve stem, met druk en pijn
Zoals het witte bliksemlicht
Zoals het witte bliksemlicht
De nacht loopt ten einde
Zal er ooit een dag van vrede
Weer is het als ten dage
- 22 -
Mat. 24: 37-44
Mat. 24: 37-44
Mat. 25: 1-13
Mat. 25: 1-13
Mat. 25: 1-13
Mat. 25: 1-13
Mat. 25: 1-13
Mat. 25: 1-13
Mat. 25: 1-13
Mat. 25: 31-40
Mat. 25: 34-40
Mat. 25: 35 vv
Mat. 26: 14-16
Mat. 26: 17
Mat. 26: 17
Mat. 26: 26-28
Mat. 26: 26-29
Mat. 26: 26-29
Mat. 26: 26-29
Mat. 26: 26-29
Mat. 26: 26-29
Mat. 26: 29
Mat. 26: 29
Mat. 26: 30-35
Mat. 26: 30-46
Mat. 26: 30-46
Mat. 26: 36-46
Mat. 26: 36-46
Mat. 26: 36-46
Mat. 26: 36-46
Mat. 26: 38
Mat. 26: 38
Mat. 26: 39
Mat. 26: 47-54
Mat. 26: 69-75
Mat. 27: 11-26
Mat. 27: 33-44
Mat. 28: 1-10
Mat. 28: 1-10
Mat. 28: 1-10
Mat. 28: 1-10
Mat. 28: 1-10
Mat. 28: 1-10
Mat. 28: 1-10
Mat. 28: 16-20
Mat. 28: 16-20
Mat. 28: 16-20
Mat. 28: 18-20
TT 128
ZG5 36
AWN 1, 23
Tro 240
Tro 48
Tro 49
TT 131
TT 132
ZG7 68
TT 130
Tro 50
ZG4 42
AWN 3, 22
TT 160
ZG4 16
ZG2 79
TT 106
TT 108
TT 144
TT 160
TT 161
ZG4 16
ZG8 75
TT 56
ZG1 41
ZGTE 7
Tro 142
TT 156
TT 159
ZG4 17
Tai 12
Tai 12
ZG6 32
ZG1 43
Tro 214
Tro 146
ZG1 46
AWN 1, 26
AWN 1, 27
Tro 155
TT 166
TT 169
TT 171
TT 172
Tro 170
TT 113
TT 73
Tro 51
Het zal geschieden in de laatste dagen
Het zal geschieden in de laatst dagen (vs.1)
Meisje dwaas, meisje wijs
Gaat heen in vrede
O Jezus Christus, bruidegom
Met lampen voor het feest gereed
Wij wachten op de koning
Wachters van de tijd
Tien meisjes
Verheft uw hart, weest welgemoed
Gij zult gezegend zijn
Slechts het water dat wij te drinken
Judas
Op de avond toen de uittocht
Op de avond, toen de uittocht [=ZG7 16]
Eens aten de vaderen in de woestijn [oud: ZG 131]
Hij nam de Schrift, Hij las en zei
Neemt en eet met elkaar
Hij ging van stad tot stad Hij sprak
Op de avond toen de uittocht
Neemt Gods woord met hart en mond
Op de avond, toen de uittocht [=ZG7 16]
Als ik in deze stille tijd
Heel de schepping, prijs de Heer
Nadat zij zongen, God ten lof
Nadat zij zongen, God ten lof
Blijft hier en waakt met Mij
U komt mij, lieve God
In stille nacht
Door wat voor grote eenzaamheden
Bleibet hier und wachet mit mir
Blijf bij Mij
U komt mij, lieve God
O Christus, onze koning
Er was een Lam dat kwam en riep
O Lam dat lijdt en duldt en draagt
Neem ter harte 't kruis des Heren
Paaslied
De Heer is waarlijk opgestaan
God dank! Laat iedereen het horen
Tussen waken, tussen dromen
De Heer is waarlijk opgestaan
Het pure witte licht
U zij de glorie, opgestane Heer
Wie zegt ons dat de dood heeft afgedaan
Hij die gesproken heeft een woord dat gáát
Zoals Ik zelf gezonden ben
Hoort ! Een woord van eeuwig leven
MARCUS
Mar.
Mar.
Mar. 1: 2-5
Mar. 1: 9
Mar. 1: 9-11
Mar. 1: 9-11
ZG6 8
ZG6 35
TT 128
ZG2 73
Tro 138
TT 100
Zie wij gaan op naar Jeruzalem
Breng ons weer thuis uit de ballingschap
Het zal geschieden in de laatste dagen
Johannes doopte bij de Jordaan [oud: ZG 116] [=ZG7 69]
Een vogel komt gevlogen
O God, die uit het water
- 23 -
Mar. 1: 9-11
Mar. 1: 9-13
Mar. 1: 12-13
Mar. 1: 12-13
Mar. 1: 12-13
Mar. 1: 15
Mar. 1: 21-28
Mar. 1: 29-34
Mar. 2: 1-12
Mar. 2: 1-12
Mar. 2: 1-12
Mar. 2: 15-16
Mar. 3: 13-15
Mar. 4: 13-20
Mar. 4: 30-32
Mar. 4: 31,32
Mar. 4: 35-41
Mar. 5: 21-43
Mar. 5: 21-43
Mar. 6: 1-6
Mar. 6: 7-11
Mar. 6: 35-44
Mar. 6: 35-44
Mar. 6: 35-44
Mar. 6: 45-52
Mar. 6: 45-52
Mar. 6: 45-52
Mar. 6: 45-56
Mar. 6: 53-56
Mar. 7: 31-37
Mar. 7: 37
Mar. 8: 1-9
Mar. 8: 1-9
Mar. 8: 14-21
Mar. 8: 22-26
Mar. 8: 33
Mar. 8: 34-38
Mar. 8: 35-37
Mar. 9: 2- 9
Mar. 9: 2-10
Mar. 9: 2-13
Mar. 9: 2-13
Mar. 9: 2-13
Mar. 9: 33-37
Mar. 9: 50
Mar. 10: 13-16
Mar. 10: 13-16
Mar. 10: 13-16
Mar. 10: 15
Mar. 10: 17-22
Mar. 10: 17-27
Mar. 10: 21
Mar. 10: 21
Mar. 10: 33
Mar. 10: 35-45
Mar. 10: 43-45
Mar. 10: 46-52
TT 57
TT 63
Tro 255
TT 147
TT 58
TT 64
Tro 260
TT 76
AWN 4, 16
Tro 52
TT 76
TT 64
TT 73
TT 195
TT 74
ZG7 64
ZG8 58
Tro 53
ZG3 69
TT 64
TT 73
AWN 1, 19
Tro 54
TT 65
TT 205
ZG4 75
ZG6 73
Tro 45
TT 144
TT 76
TT 144
TT 66
ZG2 81
TT 65
TT 76
Tro 214
Tro 223
ZG2 87
ZG4 14
TT 148
TT 147
TT 149
TT 207
TT 64
AWN 1, 20
TT 67
ZG7 14
TT 60
ZG8 37
AWN 4, 21
TT 186
TT 206
TT 145
TT 78
TT 63
Tro 55
Daar komt een man uit Nazareth
Toen Jezus was gekomen
De dagen onzer jaren
Het waren tien geboden
Jezus, diep in de woestijn
Dit lied gaat over Jezus
Alom verheffen zich de stemmen
Hij die de blinden weer liet zien
Vier mannen en een zieke vriend
Hier lig ik, Heiland, zonder kracht
Hij die de blinden weer liet zien
Dit lied gaat over Jezus
Zoals Ik zelf gezonden ben
Hoog in de hemelen heeft God gesproken
Wil je wel geloven dat het groeien gaat
Een heel klein zaadje
Als golven stormen eeuwen aan
Ze was een kind, ze was twaalf jaar
Talitha koem [=ZG7 63]
Dit lied gaat over Jezus
Zoals Ik zelf gezonden ben
Samen delen
Twee vissen en vijf broden
Aan de oever van het meer
Ik sta voor U in leegte en gemis
Gij ziet ons vechten met de macht
Een onverhoedse valwind
Mensen, allemaal aan boord
Hij ging van stad tot stad Hij sprak
Hij die de blinden weer liet zien
Hij ging van stad tot stad Hij sprak
Het brood, het goede brood
Het brood, het goede brood [oud: ZG 133]
Aan de oever van het meer
Hij die de blinden weer liet zien
Er was een Lam dat kwam en riep
De tijding aller tijden
Wie zijn leven niet wil geven [oud: ZG 139]
Christus staat in majesteit
Gij zijt in glans verschenen
zie: Mat. 17: 1-9
Het waren tien geboden
Op de berg van het verbond
De wijze woorden en het groot vertoon
Dit lied gaat over Jezus
Laat de kind’ren tot mij komen
Laat de kind 'ren tot mij komen
Stap voor stap
Het koninkrijk is voor een kind
Wat te kiezen
De rijke jongen
Het jaar neigt zich tot stille groet
Alleen wie het gegeven is
Alles wat over ons geschreven is
Roept God een mens tot leven
Toen Jezus was gekomen
Ik ben een blinde bedelaar
- 24 -
Mar. 10: 46-52
Mar. 11: 1-10
Mar. 11: 1-10
Mar. 11: 1-10
Mar. 11: 1-10
Mar. 11: 25
Mar. 12: 28-31
Mar. 13: 24-29
Mar. 13: 24-29
Mar. 13: 33
Mar. 14: 12
Mar. 14: 22-25
Mar. 14: 22-25
Mar. 14: 22-25
Mar. 14: 22-25
Mar. 14: 26-31
Mar. 14: 32-42
Mar. 14: 32-42
Mar. 14: 32-42
Mar. 14: 32-43
Mar. 14: 65
Mar. 15: 22-32
Mar. 16: 1-8
Mar. 16: 1-8
Mar. 16: 1-8
Mar. 16: 1-8
Mar. 16: 14-20
Mar. 16: 14-20
TT 76
TT 153
TT 154
TT 61
ZG6 7
TT 146
TT 62
TT 133
TT 193
TT 130
TT 160
TT 108
TT 144
TT 160
TT 161
TT 57
Tro 142
TT 156
TT 159
ZG1 41
ZG6 13
ZG1 46
TT 166
TT 169
TT 171
TT 172
TT 113
TT 73
Hij die de blinden weer liet zien
Dit is een dag van zingen
Driewerf een gloria voor wie in hoge staat
Klim in de hoogste bomen
Een ezelrijder
Zo spreekt de Heer die ons geschapen heeft
Wie oren om te horen heeft
De nacht loopt ten einde
Zal er ooit een dag van vrede
Verheft uw hart, weest welgemoed
Op de avond toen de uittocht
Neemt en eet met elkaar
Hij ging van stad tot stad Hij sprak
Op de avond toen de uittocht
Neemt Gods woord met hart en mond
Daar komt een man uit Nazareth
Blijft hier en waakt met Mij
U komt mij, lieve God
In stille nacht
Nadat zij zongen, God ten lof
De lichtvorst
Neem ter harte 't kruis des Heren
Tussen waken, tussen dromen
De Heer is waarlijk opgestaan
Het pure witte licht
U zij de glorie, opgestane Heer
Hij die gesproken heeft een woord dat gáát
Zoals Ik zelf gezonden ben
LUCAS
Luc. 1
Luc. 1
Luc. 1
Luc. 1: 26-38
Luc. 1: 26-56
Luc. 1: 35
Luc. 1: 46
Luc. 1: 46
Luc. 1: 46
Luc. 1: 46
Luc. 1: 46-55
Luc. 1: 46-55
Luc. 1: 46-56
Luc. 1: 46-56
Luc. 1: 66
Luc. 1: 68-79
Luc. 1: 68-79
Luc. 1: 68-79
Luc. 1: 68-79
Luc. 1: 68-79
Luc. 1: 78-79
Luc. 2
Luc. 2
Luc. 2
Luc. 2
Luc. 2
LG 87
TT 131
ZG6 2
ZG5 24
TT 143
WOW 24
Tai 36
Tai 36
Tai 38
Tai 38
Die 142
TT 68
ZG5 26
ZG6 79
TT 99
Die 141
TT 132
TT 135
TT 69
ZG6 80
TT 70
AWN 1, 16
AWN 2, 13
AWN 4, 14
Tro 115
Tro 128
Ik zing van ganser harte
Wij wachten op de koning
Als kleine mensen offers brengen [=ZG7 2]
Ze boog het hoofd (Het lied "Maria")
Wat heeft Maria ons bewaard
Lied van de vogel Gods (vs. 4)
Magnificat (canon)
Met hart en ziel (canon)
Magnificat anima mea Dominum
Mijn hart prijst hoof de Heer
Christus, onze Heiland
Mijn ziel maakt groot de Heer
Looft God! Mijn ziel en zinnen
Met hart en ziel maak ik Hem groot
Jouw leven staat aan het begin
Geloofd zij de Heer
Wachters van de tijd
De mensen die gaan in het duister
Gezegend de Heer, gezegend Isrels God
Gezegend de Heer
Een schoot van ontferming is onze God
Herders, heb je ’t wel verstaan
Gloria in excelsis
Als Bethlehem geen plaats meer heeft
Halleluja! Laat het horen
O Zoon van God, o zuiver lam
- 25 -
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
Luc.
2: 1-14
2: 1-20
2: 6-14
2: 7
2: 8-20
2: 8-20
2: 14
2: 14
2: 14
2: 26-38
2: 29-32
2: 29-32
2: 29-32
2: 29-32
2: 40-52
2: 40-52
2: 41-52
3: 3-9
3: 21-22
3: 21-22
3: 21-22
3: 21-22
4: 1-13
4: 1-13
4: 1-13
4: 1-13
4: 1-13
4: 1-13
4: 14-30
4: 14-30
4: 18-19
4: 18-21
4: 38-41
5: 1-11
5: 1-11
5: 17-26
5: 30
6: 17-19
6: 27-35
6: 47-49
6: 47-49
7: 1-9
7: 11-17
7: 11-17
7: 18-27
7: 18-28
7: 19-23
7: 31-32
7: 34
8: 1
8: 4-15
8: 4-15
8: 5, 12 en 15
8: 11-18
8: 22-25
8: 26-39
8: 40-56
TT 128
AWN 1, 15
ZG4 5
Tro 116
AWN 1, 14
TT 143
Tai 29
Tai 29
ZG7 87
ZG6 1
TT 71
ZG2 152
ZG8 10
ZG8 9
AWN 4, 15
TT 143
Fil 83
TT 128
Tro 138
TT 100
TT 57
TT 62
AWN 3, 7
Tro 255
TT 147
TT 58
TT 63
ZG1 15
TT 72
ZG5 18
ZG2 85
TT 106
TT 76
ZG5 27
ZG6 74
TT 76
TT 64
TT 57
TT 146
Tro 215
Tro 270
TT 76
Tro 56
TT 64
AWN 3, 8
TT 128
TT 76
AWN 2, 15
TT 64
TT 144
ZG1 6
ZG7 71
ZG6 1
TT 195
AWN 2, 17
Tro 57
AWN 2, 18
Het zal geschieden in de laatste dagen
Kerstlied
Het feest gaat nu beginnen (vs. 2)
Heden gaat heel de hemel open
Kerstlied
Wat heeft Maria ons bewaard
Ere zij God (canon)
Gloria (canon)
Eer zij de God van de hemel
Eeuwenoude woorden [=ZG7 1]
Nu is het Woord gezegd
Laat, Heer, uw knecht in vrede gaan [oud: ZG 270]
Nu laat Gij, Heer, mij gaan
De glorie van de Eeuwige
De twaalfjarige Jezus in de tempel
Wat heeft Maria ons bewaard
Toen Jezus nog een jongen was
Het zal geschieden in de laatste dagen
Een vogel komt gevlogen
O God, die uit het water
Daar komt een man uit Nazareth
Wie oren om te horen heeft
Jezus, diep in de woestijn
De dagen onzer jaren
Het waren tien geboden
Jezus, diep in de woestijn
Toen Jezus was gekomenv
Jezus, diep in de woestijn
De Geest des Heren is op hem
De Geest des Heren is op hem
Hij nam de schrift [oud: ZG 137]
Hij nam de Schrift, Hij las en zei
Hij die de blinden weer liet zien
De vissen scholen samen
De visser ging uit vissen
[=ZG7 70]
Hij die de blinden weer liet zien
Dit lied gaat over Jezus
Daar komt een man uit Nazareth
Zo spreekt de Heer die ons geschapen heeft
Gezegend zijt Gij, Heer der kerk
De Heer beschut wie bij Hem schuilen
Hij die de blinden weer liet zien
Door de poort van Naïn gaat
Dit lied gaat over Jezus
Johannes weet het ook niet meer
Het zal geschieden in de laatste dagen
Hij die de blinden weer liet zien
Wij hebben op de fluit gespeeld
Dit lied gaat over Jezus
Hij ging van stad tot stad Hij sprak
Waak op, verlaat ons niet, o Heer
Een zaaier zaaide zaad
Eeuwenoude woorden [=ZG7 1]
Hoog in de hemelen heeft God gesproken
Storm op zee
Gaat heen, gaat heen, hebt Gij gezegd
Kleine dochter van Jaïrus
- 26 -
Luc. 8: 40-56
Luc. 8: 54
Luc. 9: 12-17
Luc. 9: 1-6 7
Luc. 9: 10-17
Luc. 9: 10-17
Luc. 9: 23-27
Luc. 9: 28-36
Luc. 9: 28-36
Luc. 9: 28-36
Luc. 9: 28-36
Luc. 9: 28-36
Luc. 9: 62
Luc. 10: 1-11
Luc. 10: 1-12
Luc. 10: 21-24
Luc. 10: 25 e.v.
Luc. 10: 25 vv
Luc. 10: 25-28
Luc. 10: 25-37
Luc. 10: 25-37
Luc. 10: 25-37
Luc. 10: 30-37
Luc. 10: 38-42
Luc. 11: 2
Luc. 11: 2-4
Luc. 11: 2-4
Luc. 11: 2-4
Luc. 11: 2-4
Luc. 11: 2-4
Luc. 11: 9-13
Luc. 11: 14-28
Luc. 12
Luc. 12: 6
Luc. 12: 6-8
Luc. 12: 13-21
Luc. 12: 24
Luc. 12: 35-36
Luc. 12: 35-40
Luc. 13: 6-9
Luc. 13: 6-9
Luc. 13: 18-19
Luc. 13: 18-19
Luc. 13: 31-35
Luc. 14: 7-11
Luc. 14: 34-35
Luc. 15: 1-7
Luc. 15: 11-32
Luc. 15: 11-32
Luc. 15: 11-32
Luc. 16: 19-31
Luc. 17: 11-19
Luc. 17: 11-19
Luc. 17: 24
Luc. 18: 15-16
Luc. 18: 17
Luc. 18: 18-23
Tro 53
Tro 58
TT 65
TT 3
Tro 54
ZG2 89
Tro 223
TT 147
TT 148
TT 149
ZG4 14
ZG1 56
TT 73
AWN 3, 20
TT 64
ZG7 72
ZG3 71
TT 62
Tro 213
Tro 59
ZGTE 8
AWN 2, 21
Tro 60
TT 13
Die 115
Die 116
Die 117
Die 118
Die 143
TT 33
ZG1 20
ZG3 80
WOW 50
AWN 4, 25
AWN 3, 14
Tro 212
TT 132
TT 131
AWN 3, 15
Tro 257
AWN 3, 9
TT 74
TT 57
AWN 3, 16
TT 64
AWN 1, 21
AWN 2, 20
TT 44
ZG6 75
AWN 3, 17
AWN 3, 18
ZG8 59
TT 194
TT 67
TT 60
ZG8 37
Ze was een kind, ze was twaalf jaar
Heer, aan uw voeten kniel ik neer
Aan de oever van het meer
Hier is de plaats waar God ons wil ontmoeten
Twee vissen en vijf broden
Onuitputtelijke korven [oud: ZG 141]
De tijding aller dingen
zie: Mat. 17: 1-9
Het waren tien geboden
Gij zijt in glans verschenen
Op de berg van het verbond
Christus staat in majesteit
O God die boven wolken troont
Zoals Ik zelf gezonden ben
Het eerste woord zal vrede zijn
Dit lied gaat over Jezus
Een man alleen op reis gegaan
Een man, alleen op reis
Wie oren om te horen heeft
Dit huis, een herberg onderweg
Er is niet ver van Jericho
Een man ging van Jeruzalem
Barmhartige Samaritaan
Martha, Jezus heeft je lief
Wees hier aanwezig woord ons gegeven
Onze Vader
Onze Vader
Onze Vader
Onze Vader
Onze Vader
God, mijn God, naar U blijf ik zoeken
De leugenaar van den beginne
Wij wensen onszelf vele jaren
Lied van de musjes
Kijk naar de mussen
Er was er eens een rijke man
De hemel zoekt een woning
Wachters van de tijd
Wij wachten op de koning
Iemand had een vijgeboom
Nu weer een jaar is heengegaan
Wil je wel geloven
Wil je wel geloven dat het groeien gaat
Daar komt een man uit Nazareth
God keert de rollen om
Dit lied gaat over Jezus
De herder
Een vader had twee zonen
De Heer is steeds barmhartig
Een vader had twee zonen [=ZG7 73]
Lazarus
Tien melaatsen
God heeft een kring getrokken
Zoals het witte bliksemlicht
Laat de kind 'ren tot mij komen
Het koninkrijk is voor een kind
Wat te kiezen
- 27 -
Luc. 18: 22
Luc. 18: 22
Luc. 18: 31
Luc. 18: 31
Luc. 18: 31-43
Luc. 18: 31a
Luc. 18: 35-43
Luc. 18: 35-43
Luc. 18: 35-43
Luc. 18: 35-43
Luc. 19: 1-10
Luc. 19: 1-10
Luc. 19: 1-10
Luc. 19: 10
Luc. 19: 28-40
Luc. 19: 28-40
Luc. 19: 28-40
Luc. 19: 28-44
Luc. 19: 29-40
Luc. 19: 41-44
Luc. 20: 27-40
Luc. 21: 5-38
Luc. 21: 25-31
Luc. 21: 34-36
Luc. 22: 7
Luc. 22: 14-20
Luc. 22: 14-20
Luc. 22: 14-20
Luc. 22: 14-20
Luc. 22: 19
Luc. 22: 19-20
Luc. 22: 24-30
Luc. 22: 26-28
Luc. 22: 39-46
Luc. 22: 39-46
Luc. 22: 39-46
Luc. 22: 39-46
Luc. 22: 39-46
Luc. 22: 54-62
Luc. 22: 54-62
Luc. 23: 33-43
Luc. 24: 1-12
Luc. 24: 1-12
Luc. 24: 1-12
Luc. 24: 1-12
Luc. 24: 1-12
Luc. 24: 13-35
Luc. 24: 13-35
Luc. 24: 13-35
Luc. 24: 13-35
Luc. 24: 13-35
Luc. 24: 21-23
Luc. 24: 29
Luc. 24: 29
Luc. 24: 32
Luc. 24: 32
Luc. 24: 32-35
TT 186
TT 206
TT 145
ZG1 9
ZG1 8
ZG3 83b
AWN 2, 22
Tro 55
TT 76
ZGTE 9
AWN 1, 24
Tro 61
Tro 62
TT 75
TT 153
TT 154
TT 61
Tro 224
ZG6 7
ZG1 31
ZG2 119
TT 133
TT 193
TT 130
TT 160
TT 108
TT 160
TT 161
ZG4 15
TT 144
ZG2 85
TT 158
TT 63
Tro 142
TT 156
TT 159
ZG1 41
ZG6 76
AWN 4, 27
Tro 214
ZG1 46
AWN 2, 23
TT 166
TT 169
TT 171
TT 172
AWN 3, 24
Tro 170
TT 168
ZG5 28
ZG8 23
TT 73
Tai 27
Tai 27
TT 147
ZG1 13
Tro 168
Het jaar neigt zich tot stille groet
Alleen wie het gegeven is
Alles wat over ons geschreven is
Alles wat over ons geschreven is
Toen Jezus kwam bij de Jordaan [=ZG7 74]
Zie, wij gaan op naar Jeruzalem
Bartimeüs
Ik ben een blinde bedelaar
Hij die de blinden weer liet zien
Blinde man, ga voort gij
Zacheüs
Als Jozua gekomen
Here Jezus, heel mijn leven
Wat vrolijk over U geschreven staat
Dit is een dag van zingen
Driewerf een gloria voor wie in hoge staat
Klim in de hoogste bomen
Wij komen voor uw aangezicht
Een ezelrijder
Een droeve stem, met druk en pijn
Hier leggen wij ... (vs. 3) [oud: ZG 195]
De nacht loopt ten einde
Zal er ooit een dag van vrede
Verheft uw hart, weest welgemoed
Op de avond toen de uittocht
Neemt en eet met elkaar
Op de avond toen de uittocht
Neemt Gods woord met hart en mond
Wij houden maaltijd
Hij ging van stad tot stad Hij sprak
Hij nam de schrift (vs. 3,4) [oud: ZG 137]
Toen Jezus wist: nu is gekomen
Toen Jezus was gekomen
Blijft hier en waakt met Mij
U komt mij, lieve God
In stille nacht
Nadat zij zongen, God ten lof
In stille nacht
Petrus
Er was een Lam dat kwam en riep
Neem ter harte 't kruis des Heren
Het lied van het ledige graf
Tussen waken, tussen dromen
De Heer is waarlijk opgestaan
Het pure witte licht
U zij de glorie, opgestane Heer
Op weg naar Emmaüs
Wie zegt ons dat de dood heeft afgedaan
Voor mensen die naamloos
Hij kwam ons tegemoet
Heer, wees mijn toevlucht
Zoals Ik zelf gezonden ben
Bleib mit deiner Gnade
Blijf met uw genade bij ons
Het waren tien geboden
Het waren tien geboden [=ZG7 12]
Traag waren onze harten
- 28 -
Luc. 24: 44-46
Luc. 24: 50-53
TT 145
TT 116
Alles wat over ons geschreven is
De Levende zegene en behoede u
JOHANNES
Joh. (avondmaal)
Joh. 1
Joh. 1
Joh. 1
Joh. 1
Joh. 1
Joh. 1
Joh. 1: 1- 5
Joh. 1: 1- 5
Joh. 1: 1, 14
Joh. 1: 1,14
Joh. 1: 1-14
Joh. 1: 1-14
Joh. 1: 1-14
Joh. 1: 1-14
Joh. 1: 1-14
Joh. 1: 1-18
Joh. 1: 1-18
Joh. 1: 1-18
Joh. 1: 1-18
Joh. 1: 1-18
Joh. 1: 3
Joh. 1: 4-5, 9
Joh. 1: 19-28
Joh. 1: 29
Joh. 1: 29-31
Joh. 1: 32-34
Joh. 1: 32-34
Joh. 1: 32-34
Joh. 1: 50
Joh. 2, 6, 11
Joh. 2: 1-11
Joh. 2: 1-11
Joh. 2: 1-11
Joh. 2: 1-11
Joh. 2: 1-11
Joh. 2: 1-11
Joh. 2: 1-11
Joh. 2: 1-11
Joh. 3
Joh. 3: 1-13
Joh. 3: 1-21
Joh. 3: 8
Joh. 3: 8
Joh. 3: 14-16
Joh. 3: 16
Joh. 3: 29-30
Joh. 3: 31-36
Joh. 4
Joh. 4: 14
Joh. 4: 14
ZG5 63
LG 200
TT 165
TT 75
ZG3 5
ZG5 41
ZG7 34
TT 11
TT 127
ZG6 1
TT 6
TT 138
TT 139
TT 140
TT 142
TT 21
TT 120
TT 128
TT 52
TT 86
TT 90
TT 208
TT 118
TT 132
Die 121
TT 109
Tro 138
TT 100
TT 57
ZG1 45
EPO 14
AWN 1, 18
AWN 2, 16
Tro 63
Tro 64
TT 201
TT 48
ZG2 110
ZG5 29
ZG6 25
TT 28
AWN 3, 10
TT 147
ZG1 13
Tro 147
ZG8 20
Tro 65
TT 95
ZG8 60
Tro 137
Tro 28
De hemel reikt ons leeftocht aan
In den beginne was het woord
Licht, ontloken aan het donker
Wat vrolijk over U geschreven staat
In den beginne was het woord
Het Woord dat op Gods lippen lag
De oorsprong van leven en licht
Die de morgen ontbood
Gij die aangeroepen wordt
Eeuwenoude woorden [=ZG7 1]
Van ver, van oudsher aangereikt 6
Uit uw verborgenheid, hebt Gij ons
In den beginne was het Woord
Vanwaar zijt Gij gekomen
Heer, hoe zijt Gij gekomen
In het begin lag de aarde verloren
Zo vriendelijk en veilig als het licht
Het zal geschieden in de laatste dagen
Het heeft de Heilige behaagd
Die rechtens God gelijk
Dat woord, waarin ons richting werd gegeven
Door de wereld gaat een woord
Licht dat ons aanstoot in de morgen
Wachters van de tijd
Zie, het Lam van God (canon)
Zoals Ik ben, kom Ik nabij
Een vogel komt gevlogen
O God, die uit het water
Daar komt een man uit Nazareth
Daar is een koning opgestaan
Het Pascha is nabij
Het lied van de bruiloft te Kana
De bruiloft te Kana
In Kana is het feest vandaag
Drink vrolijk, proef de zoete wijn
God die ons aan elkaar
Liefde, eenmaal uitgesproken
God, die ons aan elkaar [oud: ZG 181]
Op de derde scheppingdag
Ik heb u lief
Hoor. Maar ik kan niet horen
Nicodemus
Het waren tien geboden
Het waren tien geboden [=ZG7 12]
Ontferm U Heer – het einde van ons leven
Stefanus
Johannes bij het water
Wie is die God die eeuwig leeft
Jij hebt van tranen en van pijn geweten
Christus, levensbrood
Alwie dorst heeft, kom tot Mij
- 29 -
Joh. 4: 23-24
Joh. 4: 46-53
Joh. 4: 46-54
Joh. 5: 1- 9
Joh. 5: 1-18
Joh. 5: 1-9
Joh. 6, 2, 11
Joh. 6: 1-13
Joh. 6: 1-15
Joh. 6: 1-15
Joh. 6: 1-15
Joh. 6: 1-15
Joh. 6: 1-15
Joh. 6: 1-15
Joh. 6: 1-15
Joh. 6: 1-15
Joh. 6: 5-15
Joh. 6: 16-21
Joh. 6: 16-21
Joh. 6: 19
Joh. 6: 22-41
Joh. 6: 32-35
Joh. 6: 35
Joh. 6: 35
Joh. 6: 35
Joh. 6: 48-51
Joh. 6: 48-51
Joh. 6: 48-51
Joh. 6: 51
Joh. 6: 68
Joh. 8: 1-11
Joh. 8: 12
Joh. 8: 12
Joh. 8: 12
Joh. 8: 12-16
Joh. 8: 30-36
Joh. 8: 45-59
Joh. 8: 58b
Joh. 9
Joh. 9: 1-41
Joh. 9: 1-41
Joh. 10
Joh. 10: 1-10
Joh. 10: 1-18
Joh. 10: 1-18
Joh. 10: 1-18
Joh. 10: 1-29
Joh. 10: 7-10
Joh. 10: 8, 11
Joh. 10: 38-42
Joh. 11, 2, 6
Joh. 11: 1-45
Joh. 11: 5
Joh. 11: 28
Joh. 12: 5
Joh. 12: 12-16
Joh. 12: 12-19
TT 170
Tro 66
ZG6 39
Tro 67
TT 76
AWN 2, 19
EPO 14
ZG7 65
Tro 54
TT 151
TT 66
ZG1 22
ZG1 23
ZG1 24
ZG8 70
ZG8 71
TT 65
Tro 45
TT 205
TT 174
ZG1 22
TT 66
Tro 137
TT 120
ZG8 74
TT 106
TT 161
ZG2 79
TT 120
TT 144
AWN 3, 11
Tro 137
TT 120
ZG8 74
TT 118
ZG3 72
ZG1 27
ZGTE 11
ZG6 77
TT 76
AWN 4, 20
ZG3 63
AWN 3, 12
Tro 133
Tro 254
TT 31
Tro 219
Tro 68
Tro 137
AWN 3, 13
EPO 14
ZG6 78
Tro 60
Tro 69
TT 16
TT 154
Tro 224
Dit is de dag die de Heer heeft gemaakt
Meester, kom, ga met mij mee
U die mij ooit de sterren wees
Daar ligt een man op een matras
Hij die de blinden weer liet zien
De zieke in Bethesda
Het Pascha is nabij
Over het meer vaart Jezus
Twee vissen en vijl broden
Weest blijde nu in 't midden van het lijden
Het brood, het goede brood
O Jezus Christus, Zoon van God
Dit is het land dat de Heer belooft
Lof zij den Here
Wie kent de eenvoud
Wie kent de eenvoud
Aan de oever van het meer
Mensen, allemaal aan boord
Ik sta voor U in leegte en gemis
Zingt jubilate voor de Heer
O Jezus Christus, Zoon van God
Het brood, het goede brood
Christus, levensbrood
Zo vriendelijk en veilig als het licht
Verzadigd de honger
Hij nam de Schrift, Hij las en zei
Neemt Gods woord met hart en mond
Eens aten de vaderen in de woestijn [oud: ZG 131]
Zo vriendelijk en veilig als het licht
Hij ging van stad tot stad Hij sprak
Jezus schreef in het zand
Christus, levensbrood
Zo vriendelijk en veilig als het licht
Verzadigd de honger
Licht dat ons aanstoot in de morgen
De waarheid is het huis waarin wij wonen
God heeft Abraham verkoren
Die, Zoon en Woord, de Vader is gelijk
Blind dool ik rond
Hij die de blinden weer liet zien
De blinde bedelaar
Ontferming heeft God toegezegd
De schapen luisteren naar een stem
Wees stil en kom wat dichterbij
Wij willen U van harte danken
Want mijn Herder is de Heer
Herder, allerwege
De deur staat wijd open
Christus, levensbrood
Maria en Martha
Het Pascha is nabij
Waarom houdt Gij U verborgen?
Martha, Jezus heeft je lief
Ik ben, o Heer, ten einde raad
Laat ons bidden uit gemis
Driewerf een gloria voor wie in hoge staat
Wij komen voor uw aangezicht
- 30 -
Joh. 12: 12-19
Joh. 12: 12-19
Joh. 12: 12-19
Joh. 12: 20-28
Joh. 12: 22-59
Joh. 12: 24
Joh. 12: 24
Joh. 12: 24
Joh. 12: 24
Joh. 12: 24-25
Joh. 12: 24-25
Joh. 12: 24-25
Joh. 12: 24-26
Joh. 12: 25
Joh. 13 - 18
Joh. 13 - 18
Joh. 13: 1
Joh. 13: 1-17
Joh. 13: 1-17
Joh. 13: 1-17
Joh. 13: 1-20
Joh. 13: 1-20
Joh. 13: 31-35
Joh. 13: 33-35
Joh. 14, 25vv
Joh. 14: 1-7
Joh. 14: 2-4
Joh. 14: 6
Joh. 14: 6
Joh. 14: 6
Joh. 14: 15-17
Joh. 14: 15-20
Joh. 14: 15-20
Joh. 14: 15-21
Joh. 14: 15-26
Joh. 14: 23
Joh. 14: 23-28
Joh. 15
Joh. 15: 1
Joh. 15: 1
Joh. 15: 1- 2
Joh. 15: 1- 8
Joh. 15: 1- 8
Joh. 15: 1- 8
Joh. 15: 1-9
Joh. 15: 5
Joh. 15: 9-17
Joh. 15: 12-16
Joh. 15: 26 e.v.
Joh. 16: 5-15
Joh. 16: 16-22
Joh. 16: 21
Joh. 16: 23-30
Joh. 18: 15-18
Joh. 18: 25-27
Joh. 20, 21
Joh. 20: 11-18
TT 153
TT 61
ZG6 7
TT 104
ZG6 50
TT 155
TT 78
ZG1 47
ZG8 75
LG 57
TT 195
ZG1 7
TT 206
TT 47
LG 61
ZG1 37
TT 103
TT 157
TT 158
ZG1 38
ZG6 9
ZGTE 12
TT 103
AWN 3, 19
LG 37
TT 115
AWN 3, 28
Tro 137
Tro 299
ZG8 74
TT 96
TT 182
TT 182
AWN 3, 26
TT 177
TT 17
TT 178
Fil 49
Tro 133
Tro 137
Tro 70
Tro 254
ZG2 110
ZG6 50
TT 201
ZG8 74
ZG8 61
TT 73
ZG5 54
TT 178
ZG5 50
Tro 196
ZG2 80
Tro 214
Tro 214
Tro 170
TT 77
Dit is een dag van zingen
Klim in de hoogste bomen
Een ezelrijder
De hemel reikt ons leeftocht aan
Wij komen zingend in de kring
Graan dat in de aarde
Roept God een mens tot leven
Jezus' kruis, zijn angst en pijn (vs 9)
Als ik in deze stille tijd
Wie als een God wil leven
Hoog in de hemelen heeft God gesproken
Wie als een God wil leven
Alleen wie het gegeven is
Tijd van vloek en tijd van zegen
Toen Jezus in zijn uur gekomen was
Toen Jezus in zijn uur gekomen was
De mens die ons beminde
Gedenken wij dankbaar de daden des Heren
Toen Jezus wist: nu is gekomen
Toen Jezus met de zijnen at
Toen Jezus wist: nu is gekomen
Toen Jezus met de zijnen at
De mens die ons beminde
Als je geen liefde hebt voor elkaar
De Heilige Geest, de helper
Wonen overal, nergens thuis
Het lichtje van verlangen
Christus, levensbrood
Lieve God, Gij hebt de tijd
Verzadigd de honger
Wij geloven één voor één
Is feest vandaag, 't is pinksterfeest [’t Is …]
't Is feest vandaag, 't is pinksterfeest
Er is een woord waarvan ik zing
De Heiland bij zijn hemelvaart
Alle eer en alle glorie
De Geest van God waait als een wind
Ik ben de wijnstok
Wees stil en kom wat dichterbij
Christus, levensbrood
O Vader, die de landman zijt
Wij willen U van harte danken
God, die ons aan elkaar [oud: ZG 181]
Wij komen zingend in de kring
God die ons aan elkaar
Verzadigd de honger
Ontmoeten wil ik het volmaakte licht
Zoals Ik zelf gezonden ben
Wanneer de Trooster komt
De Geest van God waait als een wind
Dat uur tussen nacht en morgen
Het einde aller dingen
Brood om te eten en wijn van de vreugd [oud: ZG 132]
Er was een Lam dat kwam en riep
Er was een Lam dat kwam en riep
Wie zegt ons dat de dood heeft afgedaan
Ik ben in mijn hof gekomen
- 31 -
Joh. 20: 1-18
Joh. 20: 1-18
Joh. 20: 1-18, 24-29
Joh. 20: 1-23
Joh. 20: 1-9 1
Joh. 20: 11-18
Joh. 20: 16-18
Joh. 20: 19-23
Joh. 20: 24-29
Joh. 20: 29
Joh. 21
Joh. 21
Joh. 21: 1-14
Joh. 21: 1-14
Joh. 21: 1-14
Joh. 21: 3-18
Joh. 21: 9
Joh. 21: 9
Joh. 21: 15-17
Joh. 21: 25
Joh. 21: 25
TT 166
TT 171
ZG6 13
ZG8 13
TT 72
Tro 166
Tro 165
TT 73
AWN 3, 25
Tro 169
Tro 170
ZG8 58
AWN 2, 24
Tro 171
Tro 71
AWN 3, 23
ZG8 70
ZG8 71
Tro 72
EPO 16
TT 64
Tussen waken, tussen dromen
Het pure witte licht
De lichtvorst
O, kon ik je maar vinden
De Geest des Heren is op hem
Maria, waarom huil je
Ik noem je bij je diepste naam
Zoals Ik zelf gezonden ben
Thomas
Niet zien en toch geloven
Wie zegt ons dat de dood heeft afgedaan
Als golven stormen eeuwen aan
De vissers op het meer
Dit is de nieuwe dag
De volgelingen van de Heer
Petrus
Wie kent de eenvoud
Wie kent de eenvoud
Heer Jezus, goede herder
Wat Jezus heeft gedaan
Dit lied gaat over Jezus
HANDELINGEN
Hand. 1: 9-11
Hand. 1: 9-11
Hand. 1: 1-11
Hand. 1: 1-11
Hand. 1: 4,5
Hand. 1: 4-9, 12, 13
Hand. 1: 9-11
Hand. 2
Hand. 2
Hand. 2
Hand. 2
Hand. 2
Hand. 2: 1-13
Hand. 2: 1-13
Hand. 2: 1-13
Hand. 2: 1-13
Hand. 2: 1-13
Hand. 2: 1-13
Hand. 2: 1-21
Hand. 2: 2-4
Hand. 2: 3, 4
Hand. 2: 3-4
Hand. 2: 17-21
Hand. 2: 43-47
Hand. 2: 44-46
Hand. 3: 1-10
Hand. 4 :32-35
Hand. 4: 1-31
Hand. 4: 20
Hand. 4: 32-37
Hand. 4: 8-12
TT 176
TT 177
Tro 178
Tro 180
Tro 73
ZG6 17
AWN 3, 27
AWN 1, 28
Tro 183
ZG6 15
ZG6 16
ZG6 17
AWN 2, 25
TT 170
TT 179
TT 180
TT 182
TT 183
TT 181
WOW 24
ZG1 13
TT 147
Tro 34
TT 2
TT 201
Tro 74
TT 4
Tro 75
Tro 214
TT 201
TT 172
De Heer is opgetogen
De Heiland bij zijn hemelvaart
Die uit de dood is opgestaan
Ten hemel opgevaren
Hoe lang laat Gij ons wachten?
Wij wachten op het uur
Hemelvaart
’t Is feest vandaag
De adem Gods beroert de aarde
Dit is de dag, dit is het uur
Heilige Geest, Gij zijt als de wind
Wij wachten op het uur
Een lied voor Pinksteren
Dit is de dag die de Heer heeft gemaakt
Als alle hoop vervlogen is
Heilige Geest, Gij zijt als de wind
Is feest vandaag, 't is pinksterfeest [’t Is …]
Zij zit als een vogel
Wat altijd is geweest
Lied van de vogel Gods (vs. 6,7)
Het waren tien geboden [=ZG7 12]
Het waren tien geboden
In het laatst van alle dagen
Heer onze Heer, hoe zijt Gij aanwezig
God die ons aan elkaar
Er zit bij de tempelpoort een man
Hier wordt een huis voor God gebouwd
Geef, Heer uw volk vrijmoedigheid
Er was een Lam, dat kwam en riep
God die ons aan elkaar
U zij de glorie, opgestane Heer
- 32 -
Hand. 5: 27-41
Hand. 7
Hand. 7
Hand. 8: 26-39
Hand. 8: 26-40
Hand. 8: 39
Hand. 9
Hand. 9: 1-19a
Hand. 9: 26 - 39
Hand. 10: 34-43
Hand. 12: 6
Hand. 12: 6
Hand. 16: 19-40
Hand. 16: 19-40
Hand. 16: 25
Hand. 16: 25
Hand. 16: 27
Hand. 17: 24-27
Hand. 17: 24-31
Hand. 17: 24-31
Hand. 19: 23vv
Hand. 20: 35
TT 172
TT 24
ZG8 20
TT 100
Tro 76
Tro 77
Tro 78
AWN 4, 29
ZGTE 13
TT 172
Tro 209
Tro. 79
Tro 184
Tro 186
Tro 80
TT 175
Tro 209
TT 210
Tro 81
TT 18
ZG3 73
TT 186
U zij de glorie, opgestane Heer
Wij gaan met heel Gods volk
Stefanus
O God, die uit het water
Ga heen in vrede naar uw huis
Ik zoek naar God, zo goed ik kan
Heer, wat wilt Gij dat ik doe ?
Saul van Tarsus
Er kwam een wagen rijden
U zij de glorie, opgestane Heer
Zwart heet wit en goed heet slecht
Herder, hoeder van Uw schapen, als wij slapen
In vuur en vlam zet ons de Geest
Zing met ons mee uit alle macht
Ook al zitten wij gevangen
Zolang wij ademhalen
Zwart heet wit en goed heet slecht
Samen op de aarde
Aan hem die deze wereld schiep
Komt, laat ons vrolijk zingen
Demetrius
[=ZG7 76]
Het jaar neigt zich tot stille groet
ROMEINEN
Rom. 1: 1-7
Rom. 1: 1 - 7
Rom. 3: 21-26
Rom. 5: 1-11
Rom. 5: 1-11
Rom. 5: 12
Rom. 6: 1- 9
Rom. 6: 1-12
Rom. 6: 1-14
Rom. 6: 3-9
Rom. 6: 4
Rom. 6: 4 - 5
Rom. 6: 8
Rom. 8
Rom. 8: 1-17
Rom. 8: 6
Rom. 8: 18-23
Rom. 8: 19
Rom. 8: 22
Rom. 8: 23-30
Rom. 8: 25-28
Rom. 8: 26
Rom. 8: 26-27
Rom. 8: 26-27
Rom. 8: 31-39
Rom. 8: 31-39
Rom. 8: 37-39
Rom. 8: 37-39
Rom. 10: 4-13
Rom. 11: 33-36
Rom. 12: 4-5
TT 128
ZG5 36
TT 14
TT 181
ZG1 52
TT 170
TT 97
TT 78
TT 173
TT 164
ZG2 118
ZG2 70
ZG2 118
ZG5 88
TT 173
TT 8
TT 16
TT 112
Tro 196
TT 179
ZG3 74
TT 211
TT 120
TT 94
TT 203
ZG3 75
TT 89
ZG8 66
TT 91
TT 17
TT 10
Het zal geschieden in de laatste dagen
Het zal geschieden in de laatst dagen (vs.4)
God van genade, wees ons genadig
Wat altijd is geweest
Nu Gij de dood zijt ingegaan
Dit is de dag die de Heer heeft gemaakt
Heer, een nieuwgeboren kind
Roept God een mens tot leven
Wij zullen leven God zij dank
In U zijn wij begrepen
De dood van één voor allen [oud: ZG 194]
God heeft ons gegeven [oud: ZG 113]
De dood van één voor allen [oud: ZG 194]
Wij zullen leven
Wij zullen leven God zij dank
Wij komen als geroepen
Laat ons bidden uit gemis
Geef ons genadig, Here God
Het einde aller tijden
Als alle hoop vervlogen is
Hoor, God, ons roepen
God, schenk ons de kracht
Zo vriendelijk en veilig als het licht
O God onze Vader
Gij hebt, 0 God, dit broze bestaan gewild
Christus heeft het pleit gewonnen
Ere wie ere toekomt
Ere wie ere toekomt [TT 89]
Gij hebt met groot geduld
Alle eer en alle glorie
Zomaar een dak boven wat hoofden
- 33 -
Rom. 12: 6,9-21
Rom. 12: 9-21
Rom. 13: 11-12
Rom. 13: 11-12
Rom. 13: 11-14
Rom. 13: 11-14
Rom. 13: 11-14
Rom. 14: 7-8
Rom. 14: 8
Rom. 15: 4-9
Rom. 15: 4-9
Rom. 15: 7
TT 79
ZG3 76
TT 129
TT 133
TT 128
TT 47
ZG5 36
TT 80
TT 203
TT 128
ZG5 36
ZG2 111
1 KORINTIËRS [ 1 CORINTHIËRS]
1 Kor. 1: 18-31
TT 207
1 Kor. 1: 21-31
TT 206
1 Kor. 2: 1-5
TT 207
1 Kor. 3: 10-15
Tro 215
1 Kor. 5: 7,8
Tro 82
1 Kor. 7: 25-35
TT 206
1 Kor. 9: 24
Tro 83
1 Kor. 9: 24-27
ZG1 4
1 Kor. 9: 24 27
ZGTE 6
1 Kor. 9: 24-10: 5
ZG1 4
1 Kor. 10: 1-5
TT 27
1 Kor. 10: 1-6
TT 24
1 Kor. 10: 1-5
ZG1 1
1 Kor. 10: 1-5
ZG2 79
1 Kor. 10: 14-17
TT 105
1 Kor. 10: 14-17
TT 107
1 Kor. 10: 16
ZG8 75
1 Kor. 10: 16-17
TT 110
1 Kor. 10: 17
TT 10
1 Kor. 11: 17-34
ZG2 91
1 Kor. 11: 23-26
TT 144
1 Kor. 11: 23-26
TT 157
1 Kor. 11: 23-26
TT 160
1 Kor. 11: 23-26
TT 161
1 Kor. 11: 26
TT 107
1 Kor. 12
ZG5 30
1 Kor. 12: 1-11 1
TT 97
1 Kor. 12: 12-13
TT 10
1 Kor. 13
LGII-20
1 Kor. 13
Tro 84
1 Kor. 13
TT 162
1 Kor. 13
TT 198
1 Kor. 13
TT 48
1 Kor. 13
ZGTE 14
1 Kor. 13: 7-8
TT 62
1 Kor. 13: 9-12
TT 191
1 Kor. 13: 12
TT 75
1 Kor. 15
Tro 175
1 Kor. 15
ZG6 11
1 Kor. 15: 3-7
TT 172
1 Kor. 15: 12-22
TT 168
Maak ons Uw liefde, God
Maak ons Uw liefde, God, tot opmaat van
Als tussen licht en donker
De nacht loopt ten einde
Het zal geschieden in de laatste dagen
Tijd van vloek en tijd van zegen
Het zal geschieden in de laatst dagen (vs.1)
Niemand leeft voor zichzelf
Gij hebt, o God, dit broze bestaan gewild
Het zal geschieden in de laatste dagen
Het zal geschieden in de laatst dagen (vs.2)
Wij danken U, o God [oud: ZG 182]
De wijze woorden en het groot vertoon
Alleen wie het gegeven is
De wijze woorden en het groot vertoon
Gezegend zijt Gij, Heer der kerk
Ons paaslam is geslacht
Alleen wie het gegeven is
Laat ons nu de loopbaan lopen
Al wie in de renbaan loopt
Al wie in de renbaan loopt
Al wie in de renbaan loopt
Zomaar te gaan met een stok in je hand
Wij gaan met heel Gods volk
Toen Israël geboren is
Eens aten de vaderen in de woestijn [oud: ZG 131]
De tafel van samen
Het brood in de aarde gevonden
Als ik in deze stille tijd
Reizend naar het land van ons verlangen
Zomaar een dak boven wat hoofden
Om het voedsel ons gegeven [oud: ZG 151]
Hij ging van stad tot stad Hij sprak
Gedenken wij dankbaar de daden des Heren
Op de avond toen de uittocht
Neemt Gods woord met hart en mond
Het brood in de aarde gevonden
Steenlichaam
Heer, een nieuwgeboren kind
Zomaar een dak boven wat hoofden
Al spreek ik met tongen
Al sprak ik in tongentaal
Ubi caritas
Liefde is blij zijn
Liefde, eenmaal uitgesproken
Wij krijgen elkander lief
Wie oren om te horen heeft
Nu nog met halve woorden hier en daar
Wat vrolijk over U geschreven staat
Here Jezus, na dit leven
Wie gezaaid wordt in de aarde
U zij de glorie, opgestane Heer
Voor mensen die naamloos
- 34 -
1 Kor. 15: 22
1 Kor. 15: 28
1 Kor. 15: 35-49
1 Kor. 15: 36-38
1 Kor. 15: 58
Tro 163
TT 191
Tro 163
TT 155
Tro 85
Weest blij, weest opgewekt
Nu nog met halve woorden hier en daar
Weest blij, weest opgewekt
Graan dat in de aarde
Weest in de Heer standvastig
2 KORINTIËRS [ 2 CORINTHIËRS]
2 Kor. 3: 1-4
TT 81
2 Kor. 3: 1-4
TT 82
2 Kor. 3: 1-4
ZG3 82
2 Kor. 3: 1-4
ZG6 34
2 Kor. 3: 4-6
TT 51
2 Kor. 3: 17-4,6
ZGTE 15
2 Kor. 4: 5-6
TT 45
2 Kor. 4: 16-18
TT 80
2 Kor. 4: 16-5:9
Tro. 86
2 Kor. 5: 1-5
TT 80
2 Kor. 5: 17
TT 167
2 Kor. 9: 6-11
TT 102
2 Kor. 10: 17-18
TT 206
2 Kor. 11: 1-2
TT 206
2 Kor. 11: 24
TT 145
2 Kor. 12: 9
Tro. 87
2 Kor. 13: 13
TT 17
Geef, o Heer, dat onze namen
Ons heeft de Heer met liefde neergeschreven
Hoe leesbaar is ons onderlinge leven
Ons heeft de Heer met liefde neergeschreven
Blijf niet staren
De Geest des Heren die het leven
Heel het duister is vol van luister
Niemand leeft voor zichzelf
Van dag tot dag herboren
Niemand leeft voor zichzelf
De toekomst is al gaande
Als wij weer het brood gaan breken
Alleen wie het gegeven is
Alleen wie het gegeven is
Alles wat over ons geschreven is
Heer Jezus, uw genade
Alle eer en alle glorie
GALATEN
Gal. 2: 20
Gal. 3: 26-28
Gal. 4: 22-27
Gal. 5: 13-18
Gal. 5: 22
Gal. 5: 22-26
Gal. 6
Gal. 6: 4
TT 120
Tro. 199
TT 151
TT 26
ZG2 105
TT 206
LG 128
Die 127
Zo vriendelijk en veilig als het licht
In Christus brengt God ons terecht
Weest blijde nu in 't midden van het lijden
Wij kiezen voor de vrijheid
Houden van mensen [oud: ZG 168]
Alleen wie het gegeven is
Wij hebben geen eer
Wij roemen in ’t kruis (Intredezang: - )
EFEZIËRS
Ef. 1: 3 - 14
Ef. 1: 3-14
Ef. 1: 3-14
Ef. 1: 3-14
Ef. 2: 14
Ef. 2: 19-22
Ef. 4: 1-10
Ef. 4: 1-16
Ef. 4: 23-28
Ef. 5: 8-14
Ef. 5: 8-14
Ef. 5: 9
Ef. 5: 14
Ef. 6: 10
ZG3 77
TT 138
TT 83
TT 86
Tro. 199
TT 10
TT 64
TT 7
TT 84
TT 180
ZG6 16
ZG2 105
LG 147
ZG3 86b
Uit uw verborgenheid
Uit uw verborgenheid, hebt Gij ons
Uit uw verborgenheid, voorbij aan
Die rechtens God gelijk
In Christus brengt God ons terecht
Zomaar een dak boven wat hoofden
Dit lied gaat over Jezus
Wij komen hier ter ere van uw naam
Bekleedt u met de nieuwe mens
Heilige Geest, Gij zijt als de wind
Heilige Geest, Gij zijt als de wind
Houden van mensen [oud: ZG 168]
Ontwaakt gij die slaapt
Voorts, weest krachtig in de Heer (canon)
- 35 -
FILIPPENZEN
Fil. 2
Fil. 2
Fil. 2: 5-11
Fil. 2: 5-11
Fil. 2: 5-11
Fil. 2: 5-11
Fil. 2: 6-10
Fil. 2: 8-9
Fil. 2: 10-11
Fil. 3
Fil. 4: 1-9
Fil. 4: 3
Fil. 4: 4 - 9
Fil. 4: 4-6
Fil. 4: 4-7
Fil. 4: 4-9
LG 110
LG 129
Tro 88
TT 84
ZG1 32
ZG6 81
TT 86
ZG1 32
TT 83
Tro 78
TT 211
TT 81
ZG4 29
TT 132
Tro 89
TT 151
KOLOSSENZEN [COLOSSENZEN]
Kol. 1: 9-12
TT 206
Kol. 1: 15-19
TT 86
Kol. 1: 26
TT 138
Kol. 2: 6,7
Tro. 90
Kol. 3: 1-17
TT 84
Kol. 3: 1-4
Tro. 172
Kol. 3: 11
TT 191
Kol. 3: 12-17
Tro. 91
Kol. 3: 16-17
TT 175
Kol. 3: 18
TT 202
Die rechtens God gelijk
Christus de gestalte van God
Laat die gezindheid bij u wezen
Bekleedt u met de nieuwe mens
Die rechtens God gelijk
Laat onder u de gezindheid zijn
Die rechtens God gelijk
Die rechtens God gelijk
Uit uw verborgenheid, voorbij aan
Heer, wat wilt Gij dat ik doe?
God, schenk ons de kracht
Geef, o Heer, dat onze namen
Verheugt u allen samen
Wachters van de tijd
Verheugt u in de Heer altijd
Weest blijde nu in 't midden van het lijden
Alleen wie het gegeven is
Die rechtens God gelijk
Uit uw verborgenheid, hebt Gij ons
Wandel in de Heer, gij die Hem aanvaardde
Bekleedt u met de nieuwe mens
Gij hebt met zoveel woorden
Nu nog met halve woorden hier en daar
Gij allen die naar Christus heet, halleluja
Zolang wij ademhalen
Kom, God, en schrijf uw eigen Naam
1 TESSALONICENZEN [ 1 THESSALONICENZEN ]
1 Tess. 3: 11vv
LG 225
Hij die onze God en Vader is
1 Tess. 4: 13-18
TT 130
Verheft uw hart, weest welgemoed
1 Tess. 4: 13-18
ZG3 78
Die ons in 't hart geschreven staat
1 Tess. 5
TT 113
Hij die gesproken heeft een woord dat gáát
1 Tess. 5
ZG5 79
Hij die gesproken heeft
1 Tess. 5: 1-10
Tro. 92
De dag die straks komt is de dag van de Heer
1 Tess. 5: 4-11
TT 133
De nacht loopt ten einde
1 Tess. 5: 5-6
TT 9
Wij zoeken hier uw aangezicht
1 TIMOTEÜS
1 Tim. 2: 1-2
1 Tim. 3: 1-13
1 Tim. 3: 16
1 Tim. 3: 16
1 Tim. 3: 16
1 Tim. 6: 16
TT 214
TT 111
Tro. 93
TT 140
TT 42
TT 127
Voor hen die ons regeren
Kom uit de hemel tot ons neer
Zingt de Heer een vrolijk lied
Vanwaar zijt Gij gekomen
Uw woord omvat mijn leven
Gij die aangeroepen wordt
- 36 -
2 TIMOTEÜS
2 Tim. 1: 14

Tro. 94
Laat ieder die Gods naam belijdt
HEBREEËN
Heb. 2: 14-18
Heb. 2: 14-18
Heb. 4: 14-16
Heb. 4: 14-16
Heb. 5: 1-10
Heb. 5: 7
Heb. 5: 7-10
Heb. 6: 20
Heb. 8
Heb. 8: 1-6
Heb. 9: 1-15
Heb. 9: 11 - 15
Heb. 11
Heb. 11
Heb. 11
Heb. 11
Heb. 11: 8,29
Heb. 11: 8-12
Heb. 11: 8-19
Heb. 11: 19-25 1
Heb. 12: 1-3
Heb. 12: 1-3
Heb. 12: 1-31
Heb. 12: 18-24
Heb. 13
Heb. 13: 5-6
Heb. 13: 5-6
Heb. 13: 7
Heb. 13: 14
TT 145
TT 63
Tro. 95
TT 145
TT 145
ZG6 32
TT 156
TT 145
TT 145
TT 152
TT 152
ZG1 25
TT 187
ZG1 14
ZG5 62
ZG8 62
TT 208
TT 22
Tro. 96
TT 10
Tro. 24
Tro. 83
TT 47
TT 149
ZG6 19
TT 113
TT 204
TT 189
Tro. 198
Alles wat over ons geschreven is
Toen Jezus was gekomen
Een grote hogepriester
Alles wat over ons geschreven is
Alles wat over ons geschreven is
U komt mij, lieve God
U komt mij, lieve God
Alles wat over ons geschreven is
Alles wat over ons geschreven is
Wie zal voor God verschijnen
Wie zal voor God verschijnen
Wie zal voor God verschijnen
Slechts uit de verte zagen zij
Wie zeggen de mensen, dat Jezus is [=ZG7 66]
Vreemden zijn wij
Zwervers
Door de wereld gaat een woord
Abraham, Abraham
Door het geloof is Abraham
Zomaar een dak boven wat hoofden
Laat ons de loopbaan lopen
Laat ons nu de loopbaan lopen
Tijd van vloek en tijd van zegen
Op de berg van het verbond
Slechts uit de verte zagen zij
Hij die gesproken heeft een woord dat gáát
Gij hemelhoog verheven
Voor de toegewijden
Ik zoek een stad waarvan ik weet
JAKOBUS [JACOBUS]
Jak. 1: 17 - 21
Jak. 3
Jak. 5: 1-6
Jak. 5: 7-10
Jak. 5: 7-11
Jak. 5: 7-11
Jak. 5: 8
ZG2 82
ZG3 79
ZG3 80
ZG5 36
ZG1 56
TT 128
Tai 17
Bij God is geen schijn of schaduw [oud: ZG 134]
Aan de voeten van het woord
Wij wensen onszelf vele jaren
Het zal geschieden in de laatst dagen (vs.3)
O God die boven wolken troont
Het zal geschieden in de laatste dagen
Wait for the Lord
1 PETRUS
1 Petr. 1: 3-9
1 Petr. 1: 6-9
1 Petr. 2: 2
1 Petr. 2: 6-10
1 Petr. 3: 8-12
1 Petr. 3: 13-22
1 Petr. 5: 7
1 Petr. 5: 8
1 Petr. 5: 8
Tro. 97
TT 59
ZG4 22
TT 41
TT 102
TT 164
Tro.212
ZG2 136
ZG2 137
Bezingt Gods lof als nooit tevoren
Gelukkig de mens
Als kinderen nieuw geboren
Mijn God zijt Gij, U wil ik danken
Als wij weer het brood gaan breken
In U zijn wij begrepen
De hemel zoekt een woning
Met U, mijn God, leg ik mij neer [oud: ZG 231]
O Schepper van dag ende nacht [oud: ZG 232]
- 37 -
2 PETRUS
2 Petr. 1: 16-18
2 Petr. 3: 13
TT 148
TT 143
Gij zijt in glans verschenen
Wat heeft Maria ons bewaard
1 JOHANNES
1 Joh.
1 Joh. 1
1 Joh. 1: 1-5
1 Joh. 1: 4-6
1 Joh. 1: 5-10
1 Joh. 1: 5-10
1 Joh. 1: 5-10
1 Joh. 2: 1
1 Joh. 2: 1-2
1 Joh. 2: 1-2
1 Joh. 2: 7-11
1 Joh. 4: 7-16
1 Joh. 4: 16
1 Joh. 5: 1-12
1 Joh. 5: 5-8
1 Joh. 5: 20
ZG3 81
ZGTE 10
TT 87
TT 17
TT 15
TT 198
TT 9
Tro. 259
TT 198
TT 9
TT 198
TT 87
TT 202
TT 95
TT 17
TT 87
Het oude woord
Het woord van het begin
Het oude woord, door Christus
Alle eer en alle glorie
God, wij roepen uit de diepte
Liefde is blij zijn
Wij zoeken hier uw aangezicht
Allen die gestorven zijn
Liefde is blij zijn
Wij zoeken hier uw aangezicht
Liefde is blij zijn
Het oude woord, door Christus
Kom, God, en schrijf uw eigen Naam
Wie is die God die eeuwig leeft
Alle eer en alle glorie
Het oude woord, door Christus
OPENBARING
Op.
Op. 1: 1-8
Op. 1: 4-8
Op. 1: 4-8
Op. 1: 4-8
Op. 1: 8
Op. 1: 16
Op. 1: 17
Op. 4 en 5
Op. 4: 8-11
Op. 4: 8-11
Op. 4: 8-11
Op. 4: 11
Op. 5
Op. 5
Op. 5 en 4
Op. 5: 8-14
Op. 5: 11-14
Op. 5: 11-14
Op. 5: 13
Op. 6: 9-10
Op. 6: 9-11
Op. 7: 12
Op. 7: 9-17
Op. 7: 9-17
Op. 7: 13-17
Op. 9: 5
Op. 11: 17
Op. 14: 1-5
Op. 14: 8
ZG5 32
TT 75
TT 176
TT 89
ZG8 66
ZG1 42
ZG7 32
Tro.133
EPO 17
TT 19
TT 89
ZG8 66
TT 174
Tro. 98
TT 88
EPO 17
TT 37
TT 89
ZG8 66
TT 174
ZG5 31
TT 62
TT 88
AWN 2, 26
TT 152
Tro. 99
ZG1 45
TT 88
TT 152
ZG2 95
Glorie zij gegeven
Wat vrolijk over U geschreven staat
De Heer is opgetogen
Ere wie ere toekomt
Ere wie ere toekomt [TT 89]
Kent gij uw goede Herder
In een bootje van gevlochten hout
Wees stil en kom wat dichterbij
Ik zag de troon van God. Er kwam
Zingt van de Vader die in den beginne
Ere wie ere toekomt
Ere wie ere toekomt [TT 89]
Zingt jubilate voor de Heer
Wie is waard de rol te nemen
Glorie zij gegeven aan de Heer voortaan
Ik zag de troon van God. Er kwam
Zingt een nieuw lied, alle landen
Ere wie ere toekomt
Ere wie ere toekomt [TT 89]
Zingt jubilate voor de Heer
Ster van David
Wie oren om te horen heeft
Glorie zij gegeven aan de Heer voortaan
Een schare die niemand kan tellen
Wie zal voor God verschijnen
Wie zijn het die daar komen
Daar is een koning opgestaan
Glorie zij gegeven aan de Heer voortaan
Wie zal voor God verschijnen
O Babylon, o Babylon [oud: ZG 158]
- 38 -
Op. 14: 9-13
Op. 14: 13
Op. 14: 15
Op. 15: 4
Op. 16: 19
Op. 17: 5
Op. 18: 2,10,21
Op. 19: 1-9
Op. 19: 6-10
Op. 19: 6-10
Op. 19: 6-10
Op. 20
Op. 20: 12
Op. 20: 12
Op. 21
Op. 21
Op. 21
Op. 21
Op. 21
Op. 21
Op. 21
Op. 21
Op. 21, 22
Op. 21, 22
Op. 21, 22
Op. 21, 22
Op. 21: 1
Op. 21: 1-3
Op. 21: 1-3
Op. 21: 1-8
Op. 21: 1-8
Op. 21: 3-4
Op. 21: 5
Op. 21: 5
Op. 21: 9-27
Op. 21: 9-27
Op. 21: 22-22:5
Op. 21: 22-27
Op. 21: 22-27
Op. 21: 23
Op. 21: 23
Op. 22, 21
Op. 22: 1,2
Op. 22: 1-2
Op. 22: 1-5
Op. 22: 5
Op. 22: 12-17
Op. 22: 13
Op. 22: 16
Op. 22: 17
Op. 22: 20
Op. 22: 20
Tro.100
ZG2 123
ZG2 151
TT 88
ZG2 95
ZG2 95
ZG2 95
TT 206
TT 105
TT 19
TT 46
ZG5 57
Tro.259
ZG5 61
AWN 1, 30
AWN 4, 30
Tro. 30
Tro.102
ZG5 76
ZG7 77
ZG8 4
ZG8 46
Tro.192
Tro.202
Tro.210
ZG4 78
ZG2 121
TT 126
TT 36
TT 119
TT 151
TT 137
TT 89
ZG8 66
TT 187
TT 215
Tro.101
TT 124
TT 133
TT 89
ZG8 66
ZG4 78
Tro. 26
TT 190
TT 187
TT 133
TT 94
ZG1 42
TT 127
Tro. 28
Tai 35
TT 125
Zalig, zalig zijn de doden
Zalig, zalig zijn de doden [oud: ZG 199]
God is in zijn gaven goed [oud: ZG 262]
Glorie zij gegeven aan de Heer voortaan
O Babylon, o Babylon [oud: ZG 158]
O Babylon, o Babylon [oud: ZG 158]
O Babylon, o Babylon [oud: ZG 158]
Alleen wie het gegeven is
De tafel van samen
Zingt van de Vader die in den beginne
Alles wat adem heeft, love de Heer
Gelukkig en geheiligd zijn zij allen
Allen die gestorven zijn
Gij kent bij hoog en laag
Van de nieuwe hemel en de nieuwe aarde
Johannes op Patmos
Ik sta op de oever
De nacht is voorbij
Nu laat Gij, Heer, mijn leven lente zijn
De nacht is voorbij
De hemel van hier
De stad van Kaïn
Gij volken , ziet en leest en hoort
Jeruzalem,o stad van heil en vrede
Waarom zou ik nog leven
Ik zag een wonderlijke stroom
Wie in de schaduw Gods mag wonen [oud: ZG 197]
Een stad van vrede zoeken wij
Wie in de schaduw Gods mag wonen
Zoals een bloem zijn kelk heft naar de zon
Weest blijde nu in 't midden van het lijden
Uit het duister hier gekomen
Ere wie ere toekomt
Ere wie ere toekomt [TT 89]
Slechts uit de verte zagen zij
Waar zou de stad van de vrede zijn
Ik zag het nieuwe Jeruzalem
Vriendelijk licht dat heel de dag
De nacht loopt ten einde
Ere wie ere toekomt
Ere wie ere toekomt [TT 89]
Ik zag een wonderlijke stroom
Mijn kind, zo spreekt de Here
Dag der dagen, als de tijden
Slechts uit de verte zagen zij
De nacht loopt ten einde
O God onze Vader
Kent gij uw goede Herder
Gij die aangeroepen wordt
Alwie dorst heeft, kom tot mij
Ostende nobis (canon)
Licht in onze ogen redder uit de nacht
verzoek van het scriptorium:
typefouten, opmerkingen, aanvullingen etc. graag doorgeven aan:
eric jan joosse www.ericjanjoosse.nl
Download