Grootmeester in het vertellen De nieuwe roman van Brink begint met een voor de Zuidafrikaanse literatuur erg herkenbaar thema. Een jonge vrouw, Kristien Müller, keert na vele jaren vanuit een soort zelf opgelegde verbanning in Engeland terug naar haar geboorteland. Niet de nostalgie is de aanleiding voor haar terugkeer, of ook niet de niet de veranderde politieke situatie in ZuidAfrika, maar wel een onverwacht telefoontje van haar zus Anna met de boodschap dat hun grootmoeder, Ouma Kristina, niet lang meer zal leven. Kristien kan het verzoek om naar Zuid-Afrika te komen onmogelijk weigeren. Ouma Kristina is immers een erg bijzondere figuur die de familiegeheimen van vele generaties met zich meedraagt. Nu ze op sterven ligt, heeft ze haar kleindochter, Kristien, uitverkoren om haar verhalen door te geven. Tussen beide vrouwen bestaat een mysterieuze en intieme band, die het mogelijk maakt dat Kristien deelgenote wordt van de bizarre herinneringen van een ijlende, oude vrouw. Door Ouma Kristina op te voeren als de centrale figuur krijgt André Brink de kans om zijn volledig en indrukwekkend potentieel als verteller aan te wenden. De roman graaft diep in het verleden en tuimelt van de ene verhaalvorm in de andere. Realiteit en geschiedenis worden afgewisseld met mythes, legendes en magische vertellingen. Vooral de eigen, Afrikaanse of zwarte mythologie verschaft de auteur een vruchtbare bodem voor zijn vertelkunde en verleent het verhaal een aparte sfeer en extra kracht. Wie zien dat trouwens wel meer gebeuren in de Zuidafrikaanse literatuur. Blanke schrijvers maken steeds vaker gebruik van de oeroude verhalen die eeuwenlang werden overgeleverd en integraal deel uitmaken van het zwarte kontinent. Het resultaat is dat de lezer, samen met Kristien, wordt meegeleid in een wondere wereld waarin de grenzen tussen het waar gebeurde en het pure verzinsel niet eens aan de orde zijn. De fantastische dimensie van deze roman komt ook tot uiting in de symboliek die Brink erg opvallend en nadrukkelijk aanwendt. Voortdurend wordt Ouma Kristina geassocieerd met of is ze omringd door vogels. In de Zuidafrikaanse mythologie hebben vogels vaak een magische betekenis en kunnen ze zowel symbool staan voor een boodschapper als voor de ziel van een overledene. Ouma Kristina bezit, met andere woorden, een profetische gave en heeft toegang tot het kollectieve geheugen van de 1 vele generaties die haar voorafgingen. Ook het huis waarin ze woont, heeft een grote symbolische betekenis. Het werd gebouwd in de tweede helft van de 19de eeuw en draagt alle kenmerken van blanke rijkdom en macht. Het is drie verdiepingen hoog en versierd met torentjes, koepels en minaretten. Met zijn talrijke kamers en gangen, is het als de geschiedenis of het verleden zelf: een labyrinth dat op de meest onverwachte plaatsen uitgeeft, een bouwsel waarin elke hoek of kant een vreemde gebeurtenis onthult. Vooral de kelder, met zijn donkere gangen en mysterieuze inscripties en tekeningen op de muren, verwijst naar de duisterheid en geheimzinnigheid van lang vervlogen jaren. Maar het huis zoals het er nu staat, is verleden tijd. Een brandbom van het zwarte verzet heeft het gebouw in lichterlaaie gezet en het grootste deel ervan verwoest. Het is trouwens in die vlammenzee dat Ouma Kristina haar dodelijke verwondingen heeft opgelopen. Toch is er nog voldoende blijven rechtstaan en met de nodige aanpassingen slaagt Kristien er in om het intakte deel weer bewoonbaar te maken. Zo kan Ouma Kristina vanuit het ziekenhuis terugkeren om te sterven waar het hoort: in haar eigen huis. Het afbranden van de woning, het opkalafateren van wat er rest, het opruimen van kamers die jarenlang gesloten bleven en tenslotte, het sterven van de grootmoeder zelf, krijgen hun volledige symbolische draagwijdte als men zich realizeert dat de roman gesitueerd is in het jaar van de eerste demokratische verkiezingen in Zuid-Afrika. De relatie tussen Kristien en haar grootmoeder, samen met de verhalen die uit hun ontmoeting voortvloeien, maken van Imaginings of the Sand een buitengewone roman. Toch lijkt Brink geen voldoening genomen te hebben met dit naar het fantastische neigende deel van zijn boek. Om een of andere reden heeft hij het nodig gevonden om er een realistische komponent aan toe te voegen. Daarvoor betrekt hij Anna, Kristiens zuster, en haar man Casper, bij het verhaal. Casper is een rechtse Afrikaner die zich heftig verzet tegen de zwarte deelname aan de verkiezingen. Hij is een onbeschofte, lompe macho met een simpele visie en dus ligt hij - vanzelfsprekend- voortdurend overhoop met zijn schoonzus Kristien. Anna, zijn echtgenote, speelt het onderdanige huisvrouwtje dat knikt als haar man spreekt. Ooit was ze het mooiste meisje van de klas maar nu ziet ze er sjofel en verwaarloosd uit. Het cliché wordt volledig als Kristien probeert haar zus bewust te maken van 2 haar situatie en haar aanraadt haar man te verlaten. Om een of andere nogal onduidelijke reden slaan bij Anna alle stoppen door en zorgt ze voor een gruwelijk slot van de roman. Hoe fantastisch, ongelooflijk of onwaarschijnlijk de verhalen van Ouma Kristina ook waren, ze hadden een symbolische waarde die precies paste in de opzet van de roman. Met de geschiedenis van Anna en Casper lijkt Brink een realisme te hebben willen toevoegen dat dit prachtige boek best had kunnen missen. Ludo Teeuwen Auteur: Titel: Uitgeverij: ISBN: Prijs: Blz.: André BRINK Imaginings of Sand. Secker & Warburg, London, 1996. 0 436 20259 X 15.99 353 3