Inleiding Zwangerschapscholestase, of intrahepatische cholestase in de zwangerschap, treedt op in het 2e en 3e trimester (hoogste concentratie oestrogenen/progestagenen) en komt voor bij 0.7% van alle zwangeren. Bij Zuid Amerikaanse en Aziatische populaties komt het frequenter voor: 10-15% respectievelijk 1.5%. De prevalentie wordt beïnvloed door genetische (ABCB4 gen, MDR3 gen) en omgevingsfactoren (bijv. herfst/winter). Exogeen toegediende progestagenen verhogen de kans op zwangerschapscholestase. De diagnose wordt gesteld door jeuk, zonder evidente huidafwijkingen, in combinatie met stijging van galzure zouten (>10umol/l) en/of gestegen transaminasen. Indien de waarden tijdens de zwangerschap spontaan normaliseren of snel verslechteren dan is de diagnose zwangerschapscholestase onwaarschijnlijk. Bij zwangerschapscholestase dienen de laboratoriumafwijkingen post partum volledig te normaliseren. Andere afwijkende waarden die voor kunnen komen bij zwangerschapscholestase: AF stijging (aspecifiek), bilirubine (zowel direct als totaal) stijging, totaal bilirubine (vrijwel nooit > 103 umol/l), jGT (normaal of gering verhoogd). De moeder heeft een verhoogde kans op fluxus post partum door verminderde opname van vetten (en daardoor verminderde opname van vet oplosbare vitamines zoals vitamine K) in het maag darmkanaal. Er bestaat een relatie tussen zwangerschapscholestase en het optreden van foetale complicaties: toename van (spontaan en iatrogeen) vroeggeboorte (19-60%), meconiumhoudend vruchtwater (25-45%) en IUVD (1%). Deze complicaties traden alleen op bij een concentratie van galzure zouten ≥40umol/l. Ook na daling van de concentratie galzure zouten <40umol/l (na bijvoorbeeld instellen van therapie) blijft er sprake van een verhoogd risico op eerder genoemde complicatie. De verhoogde kans op IUVD wordt waarschijnlijk veroorzaakt door accumulatie van galzure zouten in de foetale hartspier waardoor ventrikel fibrilleren kan optreden. Uit gecontroleerde studies blijkt dat Ursochol de jeuk verminderd, patiënten dichterbij de a terme datum bevielen en verbetering geeft van leverenzymafwijking en galzure zouten, zonder negatieve effecten op moeder of kind. Er is geen literatuur bekend die verlaging van de kans op IUVD beschrijft. Bij een verlengde protrombine tijd (PT) is er een verhoogde kans op maternale en foetale bloedingen en lijkt behandeling met 10mg vitamine K per dag zinvol. In 1 studie had 8% een verlengde PT die normaliseerde na start van vitamine K. Een andere studie toonde aan dat een fluxus post partum vaker optrad in de onbehandelde groep vergeleken met de behandelde groep (45% vs 12%). Definities / Diagnose Iedere 1e lijns patient met verdenking zwangerschapscholestase krijgt een consult in de 2e lijn om de diagnose te stellen en een differentiaal diagnose op te stellen en indien nodig uit te werken. Anamnese: Jeuk met name ’s nachts, verspreid over het gehele lichaam maar met name op de handpalmen en voetzolen. Lichamelijke kenmerken: Krab effecten, differentieer deze van andere huidziekten zoals eczeem. Icterus (komt voor bij 10%). Laboratorium onderzoek: Bij klinische verdenking: (random) galzure zouten (>10umol/l), ASAT, ALAT, totaal bilirubine, jGT. PT bepalen bij steatorroe. Patiente gaat met een aanvraag formulier naar het laboratorium. Het laboratorium zorgt dat de bepaling standaard met spoed wordt bepaald (er hoeft dus niet gebeld te worden!), hetgeen betekent dat de uitslag de vrijdagmiddag volgend op de dag van de bloedafname in de computer staat. Indien dit niet het geval is kan het infopunt van het laboratorium (2361) gebeld worden. Bij normale galzure zouten en gestegen transaminasen: hepatitis (A t/m E) serologie afnemen. Op indicatie (na overleg internist) analyse auto-immuun hepatitis. Radiologisch onderzoek: Echo abdomen is niet nodig voor de diagnose zwangerschapscholestase. DD Dermatologische en allergische aandoeningen Zwangerschapgerelateerde leveraandoeningen (HELLP, acute fatty liver) Primair lever-/galweg probleem (viraal, auto-immuun, galstenen) Beleid Beleid - polikliniek Eenmaal per 2 weken bloedafname: (random) galzure zouten, ASAT, ALAT, totaal bilirubine, jGT. PT bepalen bij steatorroe, colestyramine gebruik en/of een eerdere verlengde PT. Het routinematig verrichten van een CTG of echoscopisch onderzoek (incl doppler) heeft geen waarde in het voorspellen van het optreden van een IUVD en is derhalve niet geindiceerd. Alleen indien de concentratie galzure zouten ≥40umol/l kan CTG 2x per week worden overwogen. Verder worden routine zwangerschapscontrole’s uitgevoerd. Medicamenteus Menthol lotion: geen data beschikbaar die nut aantonen, kan wel verlichting van jeuk geven. Ursodeoxycholzuur (Ursochol) 10-20mg/kg per dag tot aan partus. Colestyramine dient te worden vermeden omdat het bewezen minder effectief is dan Ursodeoxycholzuur en meer bijwerkingen heeft. Antihistaminica: het sedatieve effect zorgt voor een betere nachtrust. Er is geen significant effect op de jeuk. Fytomenadiondrank FNA (Konakion) 10mg per dag oraal bij verlengde PT. Indien patiente exogene progestagenen (Proluton) toegediend krijgt, deze direct staken. - kliniek Partus Priming/inleiding vanaf 37 weken. Eerder termineren bij verslechtering klinisch situatie en/of laboratorium waarden na bespreking binnen staf. Post partum Controle op de polikliniek 6 weken post partum. Tevoren laboratorium onderzoek: (random) galzure zouten, ASAT, ALAT, totaal bilirubine, jGT. PT bepalen bij eerder steatorroe, colestyramine gebruik en/of een verlengde PT. Geef uitleg dat zwangerschapscholestase geen lange termijn consequenties heeft voor moeder of kind. Anticonceptie met laag gedoseerde oestrogenen mag gestart worden na normalisatie van de leverenzymwaarden. (co van de leverenzymen 3 maanden na start wordt aanbevolen) Counseling ten aanzien van de verhoogde kans op herhaling (60-70%) en de hogere kans voor familieleden ook zwangerschapcholestase te ontwikkelen. In een eventueel volgende zwangerschap wordt alleen laboratorium onderzoek verricht bij klachten Referenties http://www.rcog.org.uk/files/rcog-corp/uploaded-files/GT43ObstetricCholestasis2006.pdf Up to Date Intrahepatic cholestasis of pregnancy 2007 Auteur(s) S.W.A. Nij Bijvank