Het broeden en opfokken van ganzen en eenden

advertisement
Het broeden en opfokken van ganzen en eenden
Nederland als een land met veel waterlopen en prachtige graslandgebieden is
eigenlijk een “droomland” voor fokkers van watervogels. De stamouders van
onze ganzen- en eendenrassen scheppen door het houden van de dieren in een
natuurlijke omgeving, veel basisvoorwaarden voor een succesvol broeden en
fokken. Dwz. dat de broedeieren van niet te vette fokdieren alle noodzakelijke
voedings- en opbouwstoffen voor een goede embryonale ontwikkeling bevatten.
Het natuurlijke broeden
Het natuurlijke broeden is de eenvoudigste en gemakkelijkste manier om
ganzen- en eendeneieren uit te broeden. De gans of de eend bouwt haar eigen
broednest zelf, legt de eieren erin en dekt ze toe met nestmateriaal. Voor ze met
het broeden begint, trekt ze haar donsveren uit om het nest te bekleden en te
isoleren. De broedende dieren zorgen voor de juiste warmte. Terwijl ze
fourageren en zich baden worden de eieren gekoeld en bevochtigd. Tijdens het
broeden keert de gans of de eend de eieren, door ze van de rand van het nest
naar de binnenkant van het nest te verplaatsen. Dit verplaatsen door het
broedende dier is bij wetenschappelijk onderzoek ca. 14 maal binnen 24 uur
waargenomen. Het natuurlijke broeden heeft dus het voordeel, dat alle
broedeieren gelijkmatig worden verwarmd, zodat de embryo’s zich adeqaat
kunnen ontwikkelen. Vanwege de broedhygiëne is het aan te raden om de
eieren, nadat ze 5 tot 7 dagen zijn bebroed, door te lichten en de onbevruchte
respectievelijk afgestorven eieren te verwijderen. Oudere ganzen en eenden
rollen de onbevruchte eieren zelf uit het nest. Gelijktijdig met het proces van
keren beroert de gans of de eend de eieren met de snavel en de veren. Dat heeft
als voordeel, dat de vettige beschermlaag van het ei geleidelijk verwijderd wordt
en de poriën van de eierschaal vrij komen. Daardoor kan voor en tijdens het
uitkomen zuurstof in het ei komen, die het embryo, respectievelijk het bijna
volgroeide kuiken dringend nodig heeft, omdat het ademen van de longen al
voor het uitkomen begint. We zien dus, dat moeder natuur belangrijke
levensprocessen zonder techniek kan sturen. Het broedende dier bebroedt de
eieren met z’n lichaamswarmte (geen verbruik van electrische stroom).De gans
of de eend neemt de kuikens onder de vleugels (verwarmt ze) en beschermt ze
tegen vijanden, zoals kraaien, eksters, enz.
Het kunstmatig broeden
Het resultaat van het kunstmatige broeden hangt af van de kennis, van de
kundigheid en van de nauwgezetheid van de fokker. Hoewel de broedmachines
qua techniek erg werden verbeterd, is aan te raden enkele aanwijzigingen in acht
te nemen:
-De broedeieren van de ganzen en eenden moeten niet ouder zijn dan 14 dagen.
-De broedeieren bewaren in een ruimte met een temperatuur van 8 tot 15º C en
een normale luchtvochtigheid.
-De broedeieren dagelijks keren: bij eendeneieren de eierschaal alleen maar
omkeren, bij ganzeneieren het ei in de lengteas (180º) keren.
-Voor het inleggen letten op de kwaliteit van de buitenkant van de schaal, op de
normale vorm en het overeenkomstige gewicht van de broedeieren.
-Vuile eieren eerst voorzichtig schoonmaken.
De fokkersfamilie Oswald uit Gimbsheim ( Duitsland ) heeft met betrekking tot
het schoon- maken van broedeieren de volgende ervaringen opgedaan:
Aan ca. 4 tot 5 liter water voegt men 2 eetlepels met zoutzuur toe. Geen
angst! Dat levert slechts een zwakke oplossing op om schoon te maken. De
broedeieren doet men in deze oplossing. Het schuimt licht, maar de eieren
worden hygiënisch schoongemaakt en de poriën van de eierschalen komen vrij.
Daarna kort met schoon water afspoelen, laten afdrogen en meteen in het
broedapparaat leggen.
De schrijver van deze regels heeft met succes het volgende uitgeprobeerd:
Aan 2 liter water voegt men ca. 20ml (20cm) appelazijn toe. In deze vloeistof
worden de eieren schoongemaakt. Aansluitend afdrogen en in het broedapparaat
leggen. Het vuil en de vetlaag maken zich daardoor los van de eierschaal.
De broedtemperatuur moet 37.5-37.8º C bedragen. Vanaf de 4e dag moeten de
broedeieren 3 maal gekeerd worden. Vanaf de 6e broeddag worden de eieren
dagelijks ca. 10 minuten gekoeld. Bij oudere broedmachines gewoon de deur
openen en het apparaat uitschakelen. Daarbij moet de temperatuur in de
broedmachine tot ca. 20-18ºC dalen. Het koelen bij het kunstmatige broeden
komt overeen met het verlaten van het nest door de gans of eend bij het
natuurlijke broeden. De fase van het afkoelen van de broedeieren heeft een
aansterking van de embryo’s tot gevolg. Vanaf de 10e broeddag moet men de
broedeieren na het koelen met een verstuiver met lauw water (ca.30ºC)
bevochtigen.
Bij nieuwere broedmachines moet men de eierhorden eruit halen om te laten
koelen.
Het koelen van de eieren buiten de machine
Vanaf de 18e dag ca. 20 minuten laten koelen en tweemaal daags de eieren met
de bestuiver bevochtigen. Tijdens de laatste 5 broeddagen ca. 10ml. appelazijn
aan 1 liter water in de verstuiver toevoegen. Deze sproeimethode heeft tot
gevolg dat de eierschalen bij het uitkomen gemakkelijker open breken. Het
neveneffect van het besproeien is een goede beluchting van de broedmachine.
De waterreservoirs in het broedapparaat moeten vanaf het begin steeds met
water zijn gevuld. In de eerste helft van het broeden moet de luchtvochtigheid in
de broed- machine 60-65% bedragen. In de laatste 5 dagen van het broeden moet
de luchtvochtigheid tot 70-75% worden verhoogd. Het proces van uitkomen bij
watergevogelte duurt 1-1,5 dag. De uitgekomen jonge ganzen en eenden moeten
nog een dag in de machine blijven om aan te
sterken.
Dit kan het resultaat zijn
Het opfokken van jonge ganzen en eenden
Warmte is een belangrijke factor bij het opfokken van onze jonge ganzen en
eenden. Daarover verhalen grote leermeesters van het opfokken van
watergevogelte. De schrijver Dr. A. Maar (Gent) van het “Illustrierten MusterEnten-Buches” (= Met voorbeelden geïllustreerde eenden-boek) uitgegeven in
Hamburg in 1891, schrijft over het opfokken van eendenkuikens het volgende:
“men moet de jonge eendjes tijdens de eerste veertien dagen warm houden,
omdat het zachte dons, waarmee ze bedekt zijn, hen niet voldoende tegen de kou
beschermt…… Tijdens de eerste acht dagen, nadat de jonge eendjes het nest
hebben verlaten, voert men hard gekookte,fijngehakte eieren vermengd met
verkruimeld oud witbrood en fijngehakte brandnetels (Met voorbeelden
geïllustreerde-eenden-boek, blz. 59). Deze adviezen kan men vandaag de dag
nog benutten. De hard gekookte eieren vervangt men tegenwoordig door
ganzen- of eendenstartersvoer, dat meestal 21% proteïne (eiwit) bevat. Jonge
eendjes of gansjes moeten ook in het begin, gedurende het verblijf buiten, steeds
een warmtebron (gans, eend of wamteplaat) kunnen opzoeken.
Globaal gezien hebben ganzen- of eendenkuikens een kortere tijd warmte
nodig dan een kip- penkuikens.
De meest gunstige gewichtstoename wordt bereikt bij de in maart, april en mei
uitgekomen jonge ganzen en eenden, omdat de graslanden in de
voorjaarsmaanden bijzonder eiwitrijk voedsel bieden. Fijngemaakte brandnetels
bevatten behalve de voedingsstoffen en het hoge plantaardige proteïnegehalte
ook natuurlijke antibiotica.
In de groeifase van de ganzen en eenden moet men erop letten, dat het voer
voldoende fosforzure kalk en fijngemaakte schelpen bevat. Iets grotere
watervogels moeten we naast speciale kant en klaar voermengsels steeds
voldoende groenvoer als weideland of datzelfde in fijngemaakte vorm
aanbieden.
In toenemende mate ook bevochtigde zemelen (afvalproduct bij de
meelproductie) door het voer mengen. Daardoor kunnen we de randvoorwaarden
voor de grootte van onze jonge ganzen en eenden bevorderen. Op wat latere
leeftijd moeten we de watervogels ook een wormkuur tegen maaagwormen
toedienen.
Beste fokkersvrienden, wat hier is opgeschreven zijn slechts adviezen en eigen
practische ervaringen, die niet de pretentie hebben van een “algemene
receptuur”.
De schrijver van deze regels wenst jullie als fokkersvrienden een goede fok ,veel
plezier en vele nieuwe ervaringen bij het opfokken van watervogels.
Hans-Joachim Güntherodt
Beberstedt / Thüringen
Lid van de Nederlandse Vereniging voor Gedomesticeerde Watervogelfokkers
Download