Verslag parallelsessie 3: ‘De eerste aan de keukentafel’ Parallelsessie 3 ‘Eerste lijn aan de keukentafel’ stond onder begeleiding van Anneke Venema, directeur ROS Friesland. Circa 20 deelnemers met verschillende achtergronden (zorgverleners, beleidsmakers, inwoners/cliënten, vertegenwoordigers van cliënten, mantelzorgers etc.) namen deel aan de werksessie. Aan de hand van een viertal stellingen werden de deelnemers uitgenodigd om met elkaar in gesprek/discussie te gaan. Onderstaande stellingen kwamen hierbij aan bod. 1. De eerstelijnszorg is voor patiënten en burgers vaak het eerste aanspreekpunt als het gaat om problemen rond gezondheid en zorg. 2. De zorgaanbieders komen ook nog geregeld bij mensen thuis. 3. De insteek is daarbij over het algemeen vanuit ziekte en niet zozeer preventie of vitaliteit. 4. Wel is er aandacht voor persoonsgerichte zorg. De discussie startte met de vraag wat we nou verstaan onder de eerste lijn. Dit is afhankelijk van de zorg- of ondersteuningsvraag meestal de huisarts of de fysio, tandarts en verloskundige. De eerste stelling wordt onderschreven, desalniettemin kwamen er suggesties naar voren als om betere definiëren en communiceren wat de eerste lijn nou exact behelst en waar burgers voor terecht kunnen binnen de eerste lijn. De deelnemers zijn van mening dat bezoeken van burgers thuis minder gebeurt dan voorheen. Uit cijfers blijkt bijvoorbeeld dat de huisarts 77 op de 1000 patiënten nog thuis bezoekt, waarbij ouderen 85 plussers logischerwijs vaker thuis worden bezocht. Verder komt naar voren komt dat er nog niet voldoende aandacht is voor preventie en vitaliteit. Langzaamaan komen er (in Friesland) wel meer voorbeelden waaruit blijkt dat dit onderwerpen zijn die in toenemende mate in de praktijk aan bod komen. Gaandeweg de sessie kwamen allerhande thema’s en onderwerpen die raakvlak hadden met de stellingen aan bod. Hieronder een korte weergave van de ingebrachte opmerkingen en/of suggesties. Gebruiksvriendelijkheid van E-health is erg belangrijk, bijvoorbeeld als het gaat om het bestellen van medicijnen. Hier valt nog winst te behalen. Toename van meervoudige zorgvragen geeft belang van regie en samenwerking tussen zorgprofessionals, vrijwilligers en mantelzorgers aan. Van belang om meer op basis van vertrouwen met elkaar samen te werken in zorg. De basis moet goed zijn geregeld voor burgers en duidelijkheid waar burgers voor welke ondersteunings- en/of zorgvraag moeten zijn. Nu een belangrijk deel van de zorgtaken naar gemeenten zijn gegaan, vraagt dit van gemeenten een andere benadering van de doorgaans oude ambtelijke cultuur. Hier zijn stappen in gemaakt, maar ook nog in te winnen. De grondhouding is dat het nog steeds veel moeten is in de zorg. Daarnaast wordt er nog te veel in problemen gedacht. Het zou meer richting ‘Ja, het kan wel ….’ moeten gaan. Zorg en welzijn moet gekoppeld worden. Kleinschaligheid helpt om het nieuwe zorgmodel in Nederland. Houd het simpel. Durf over grenzen heen te kijken, bijvoorbeeld naar andere sectoren. Kernboodschap Parallelsessie 3: Samenwerking en vertrouwen hebben in elkaar loont. Arjan Rozema